Operation Manual

69
9 . 5 Wa a r s c h u w i n g s t o n e n
Het toestel geeft naast mededelingen op het display ook
akoestische signalen.
Tijdens programmering
- (Positieve) bevestigingstoon
- (Negatieve) bevestigingstoon
Telkens wanneer een handeling met succes uitgevoerd is, hoort
u de bevestigingstoon.
Zie Instellingen, punt 4.8 en 4.9 om de tonen aan of uit te
schakelen.
(Negatieve) bevestigingstoon
- de handset bevindt zich buiten het zendbereik. Deze functie
kan uitgeschakeld worden;
- de batterij is vrijwel leeg (samen met het symbool op het
display);
- de zendverbinding kan niet tot stand gebracht worden. Deze
functie kan uitgeschakeld worden; of
- er werd een fout gemaakt. Deze functie kan uitgeschakeld
worden.
Aankloptoon (in de hoorn)
- U hoort deze toon als er tijdens een intern gesprek een
externe oproep binnenkomt.
Beltonen
-
Binnenkomende externe oproep
- Oproep via de intercom
- Interne bezettoon
- Interne kiestoon
68
Vrijgegeven nummers
- Dit zijn nummers, of delen van nummers, die ondanks een
gedeeltelijke blokkering toch gevormd kunnen worden. Bij een
volledige blokkering van uitgaande gesprekken worden
vrijgegeven nummers ook geblokkeerd. Zie ook Volledige
blokkering en Gedeeltelijke blokkering.
9 . 3 S t a n d a a rd i n s t e l l i n g e n
De standaardinstellingen van het toestel zijn:
Basisstation
- Pulskiezen
zie Aansluiting op een huistelefooncentrale, punt 6.1
- De doorverbindtoets (R, flash) is ingesteld op aarding
zie Aansluiting op een huistelefooncentrale, punt 6.1
- PIN-code (Persoonlijk Identificatie Nummer): 0000
zie Instellingen, punt 4.4.2
- Geen blokkeringen of vrijgegeven nummers
zie Instellingen, punt 4.12
- Belmelodie: punt 5. 5
Handset
- PIN-code (Persoonlijk Identificatie Nummer): 0000
zie Instellingen, punt 4.4.1
- Geen aanvraagnummer geprogrammeerd voor een buitenlijn
zie Aansluiting op een huistelefooncentrale, punt 6.2
- Code voor het stemcoderingssysteem: 00000000
zie Instellingen, punt 4.11
- Belmelodie punt 5.5
Bij een reset, wordt het toestel terug op bovenstaande
standaardinstellingen ingesteld, zie Instellingen, punt 4.
Uitzondering
De PIN-code van de handset en het basisstation blijven bij een
reset behouden, ze worden dus niet opnieuw 0000.
9 . 4 Reiniging en onderh o u d
Maak het toestel schoon met een vochtige of een antistatische
doek, gebruik nooit een droge doek.
Gebruik nooit bijtende of schurende reinigingsprodukten.
B i j l a g eB i j l a g e