Operator's Manual

Figuur22
1.Borgschroefvoorsnelheid
Hendelomstuurwielteverstellen
Trekdehendelomhetstuurteverstellen(Figuur21)naar
achterenomhetstuurwielindegewenstepositietezetten.
Duwdaarnadehendelnaarvorenomhetstuurindeze
positietevergrendelen.
Contactschakelaar
Decontactschakelaar(Figuur23)DIENTOMTESTARTEN,
STOPPENENDEMOTORVOORTEVERWARMEN.DE
SCHAKELAARHEEFT3STANDEN:UIT,AAN/VOORGLOEIEN
ENSTART.DraaihetsleuteltjenaarAAN/VOORGLOEIEN
totdathetindicatielampjevandegloeibougieuitgaat(ongeveer
7seconden);draaidaarnahetcontactsleuteltjenaarSTART
omdestartmotorinwerkingtestellen.Laathetsleuteltjelos
zodrademotorstart.Hetsleuteltjedraaitautomatischnaar
destandAAN/LOPEN.Omdemotoraftezetten,draaituhet
sleuteltjenaardestandUIT.Verwijderhetsleuteltjeuithet
contactomtevoorkomendatdemotorperongelukstart.
Figuur23
1.Parkeerrem
7.Oliedruklampje
2.Contactschakelaar
8.Temperatuurlampje
3.Activerings-
/blokkeringschakelaar
9.Lichtschakelaar
4.Diagnoselampje10.Waarschuwingslampje
gloeibougie
5.Maai-/hefhendel11.Gashendel
6.Urenteller12.Lampjevan
wisselstroomdynamo
Gashendel
Zetdehendel(Figuur23)naarvorenomdemotorsnelheidte
verhogenennaarachterenomdesnelheidteverlagen.
Activerings-/blokkeringsschakelaar
Gebruikdeactiverings-/blokkeringsschakelaar(Figuur23)
incombinatiemetdemaai-/hefhendelomdemaaidekken
tebedienen.Demaaidekkenkunnennietworden
neergelatenalsdemaai-/hefhendelindetransportstand
staat.
Urenteller
Deurenteller(Figuur23)toonthetaantalurendatde
machineinbedrijfisgeweest.Deurentellergaatlopenalsde
contactschakelaarindestandAANwordtgezet.
Maai-/hefhendel
Metdezehendel(Figuur23)kuntudemaaidekkenomhoog
enomlaagbrengenomtemaaienendemessenstartenentot
stilstandbrengenalsdemessenindemaaistandzijngezet.
Demaaidekkenkunnennietwordenneergelatenalsde
maai-/hefhendelindetransportstandstaat.
Opmerking:Alsdemaaidekkenopnieuwingeschakeldzijn,
hoeftudehendelnietvooruitteblijvenduwenterwijlde
maaidekkenomhoogofomlaagwordenbewogen.
Waarschuwingslampjekoelvloeistof-
temperatuur
Hetwaarschuwingslampjevoordekoelvloeistoftemperatuur
(Figuur23)gaatbrandenalsdetemperatuurvande
koelvloeistoftehoogwordt.Alsdetractie-eenheidniet
totstilstandwordtgebrachtendetemperatuurvande
koelvloeistofnogeens10°Cstijgt,slaatdemotorafenzullen
demaai-eenhedenuitgeschakeldworden.
Oliedruklampje
Hetoliedruklampje(Figuur23)lichtopalsdemotoroliedruk
gevaarlijklaagis.
Lampjevanwisselstroomdynamo
Hetlampjevandewisselstroomdynamo(Figuur23)magniet
brandenalsdemotorloopt.Alshetlampjebrandt,moetu
hetoplaadsysteemcontrolerenenindiennodigrepareren.
Indicatielampjegloeibougie
Hetindicatielampjevandegloeibougie(Figuur23)gaat
brandenalsdegloeibougiesinwerkingzijn.
Parkeerrem
Alsudemotorafzet,moetudeparkeerrem(Figuur23)in
werkingstellenteneindetevoorkomendatdemachineper
21