Form No. 3436-392 Rev A Greensmaster® Flex™ 2120 tractie-eenheid Modelnr.: 04044—Serienr.: 405500001 en hoger Modelnr.: 04045—Serienr.: 405500001 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen; zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring. en onderhouden en om letsel en schade aan de machine te voorkomen. U bent verantwoordelijk voor het juiste en veilige gebruik van de machine.
Motorolie verversen/oliepeil controleren ........... 31 Onderhoud van het luchtfilter ............................ 32 Onderhoud van de bougie ................................ 33 Onderhoud brandstofsysteem ............................. 33 Het scherm van de brandstoftank reinigen ......................................................... 33 Brandstofslang vervangen................................ 33 De breatherslang (beluchting) vervangen. ....................................................
Veiligheid • Gebruik de machine niet als er schermen of andere beveiligingsmiddelen ontbreken of als deze niet naar behoren werken. Deze machine is ontworpen in overeenstemming met de EN-norm ISO 5395 en B71.4-2017 van het ANSI (American National Standards Institute) en voldoet aan deze normen indien u de vereiste stickers aanbrengt. • Laat geen omstanders of kinderen het werkgebied betreden. Laat kinderen nooit de machine bedienen.
decal120-9570 120-9570 1. Waarschuwing – Blijf op afstand van bewegende delen, zorg dat alle beschermende delen op hun plaats zijn. decal120-9571 120-9571 decal131-3111 1. Breng de hendel naar beneden om de tractie uit te schakelen. 131-3111 1. Snel 2. Langzaam decal133-8062 133-8062 decal120-9598 120-9598 1. Rem 2. Zet de handgreep vrij om de rem uit te schakelen. 4. Parkeerrem 5. Draai de grendel om de parkeerrem in te schakelen; druk de handgreep in om vrij te zetten. 3.
decal115-7274 115-7274 1. Lichten (optie) 3. Motor – Starten 2. Urenteller 4. Motor – Uitschakelen decal133-2335 133-2335 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding; alle bestuurders moeten instructie hebben ontvangen voordat zij de machine bedienen. 2. Waarschuwing – Draag gehoorbescherming. 3. Gevaar op weggeslingerde objecten – Houd omstanders op een afstand. 4. Waarschuwing – Blijf op afstand van bewegende delen; zorg dat alle beschermende delen op hun plaats zijn. 6 5.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure Omschrijving Hoeveelheid Gebruik 1 Geen onderdelen vereist – De tractie-eenheid gebruiksklaar maken (optioneel). 2 3 4 5 6 7 8 Bout (⅜" x ¾") 2 De maai-eenheid op de tractie-eenheid monteren. Handgreepbevestiging R-pen 2 2 De handgreepbevestigingen monteren. Transportwielen – Transportwielset (modelnr. 04123 [optioneel]) 2 De transportwielen monteren.
3. 1 Lak het blootliggende metaal om corrosie te voorkomen. 2 De tractie-eenheid gebruiksklaar maken De maai-eenheid op de tractie-eenheid monteren Optioneel – Maai-eenheden modellen 04251, 04252, 04253 en 04254 Benodigde onderdelen voor deze stap: 2 Bout (⅜" x ¾") Geen onderdelen vereist Procedure Procedure Opmerking: Om de gewichtstang op uw machine te monteren, dient u de montage-instructies in de Gebruikershandleiding van uw maai-eenheid te raadplegen. Als u een maai-eenheid met modelnr.
3. Duw de maai-eenheid onder de tractie-eenheid en vervolgens naar links om de transmissiekoppeling te laten aangrijpen (Figuur 6). 3 De handgreepbevestigingen monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: 2 Handgreepbevestiging 2 R-pen Procedure 1. g000483 Figuur 6 Ondersteun de handgreep en verwijder de kabelbinders waarmee de handgreepklemmen aan de zijplaten zijn bevestigd (Figuur 8). 1. Transmissiekoppeling 4.
4 De transportwielen monteren Optioneel Benodigde onderdelen voor deze stap: 2 Transportwielen – Transportwielset (modelnr. 04123 [optioneel]) Procedure 1. g017591 Druk met uw voet het midden van de kickstandaard naar beneden en trek de onderste steun van de duwboom omhoog tot de kickstandaard naar voren, over het midden is gedraaid (Figuur 9). Figuur 10 1. Sluitklem g016833 Figuur 9 3. Draai het wiel naar voren en achteren totdat het op de as schuift en de sluitklem vastzit in de sleuf op de as.
6 De sticker met het productiejaar aanbrengen Alleen CE-machines Benodigde onderdelen voor deze stap: g032407 1 Sticker productiejaar Figuur 12 1. Grasmandhaken Procedure 3. Als u deze machine gebruikt in een land waar de CE-normen van toepassing zijn, moet u de sticker met het productiejaar aanbrengen in de buurt van het plaatje met het serienummer; zie Figuur 11.
Algemeen overzicht van de machine 8 De machine inrijden Geen onderdelen vereist Procedure Er is slechts een inrijperiode van 8 uur maaien vereist. De eerste bedrijfsuren zijn van cruciaal belang voor de betrouwbaarheid van de machine in de toekomst. U moet de prestaties van de machine scherp in het oog houden zodat kleine gebreken die later grote problemen kunnen veroorzaken, worden opgemerkt en verholpen.
Gashendel De gashendel (Figuur 15 en Figuur 16) bevindt zich rechts achter op het instrumentenpaneel. Draai de gashendel om het toerental te regelen. g027738 Figuur 16 1. Volle snelheid g000494 Figuur 17 2. Traag Schakelhendel voor tractie en messenkooi De schakelhendel voor de tractie en de messenkooi (Figuur 17) bevindt zich rechts voor op het instrumentenpaneel. 1. NEUTRAAL 3. Tractie – VOORUIT (transport) 2. Tractie – NEUTRAAL en aandrijving messenkooi – UIT 4.
Bedrijfsrem Chokehendel De bedrijfsrem (Figuur 18) bevindt zich vooraan links van de handgreep. Trek de hendel naar achteren om de bedrijfsrem in te schakelen. De chokehendel (Figuur 19) bevindt zich links voor op de motor. De hendel heeft 2 standen: LOPEN en CHOKE. Zet de hendel op CHOKE voordat u een koude motor start. Zodra de motor start, zet u de hendel op LOPEN. U dient de rem vrij te zetten voordat u de tractieaandrijving inschakelt.
Handgreep van startkoord Trek aan de handgreep van de handstarter (Figuur 21) om de motor te starten. g018268 Figuur 21 1. Handgreep van startkoord g018793 Figuur 22 Kickstandaard 1. Centrale onderste handgreep De kickstandaard (Figuur 23) is bevestigd aan de achterkant van de machine. Gebruik de kickstandaard wanneer u de transportwielen of de maai-eenheid monteert of verwijdert. 2.
Specificaties 1820 tractie-eenheid Breedte 82,5 cm Hoogte 104,8 cm Lengte met riem 152,4 cm Nettogewicht (inclusief maaieenheid met 11 messen en grasmand) 117 kg Maaibreedte 46 cm Maaihoogte 1,5 tot 7,5 mm met Micro-Cut snijplaat Maaifrequentie g018142 Figuur 24 1. Kickstandaard – OPSLAGSTAND Instelbaar (raadpleeg de Gebruikershandleiding van uw maai-eenheid) 3. Kickstandaard – ONDERHOUDSSTAND 2120 tractie-eenheid 2.
Gebruiksaanwijzing • Voor gebruik Opmerking: Bepaal vanuit de normale bestuurderspositie de linker- en rechterzijde van de machine. • Veiligheid vóór gebruik • Algemene veiligheid • Laat kinderen of personen die geen instructie • • • • • hebben ontvangen de machine nooit gebruiken of er onderhoudswerkzaamheden aan verrichten. Plaatselijke voorschriften kunnen nadere eisen stellen aan de leeftijd van degene die met de machine werkt.
• Meng nooit olie door benzine. GEVAAR • Gebruik voor de beste resultaten uitsluitend In bepaalde omstandigheden kan tijdens het tanken statische elektriciteit worden ontladen, waardoor vonken ontstaan die brandstofdampen tot ontbranding kunnen brengen. Brand of explosie van brandstof kan brandwonden bij u of anderen en materiële schade veroorzaken. schone, verse brandstof (minder dan 30 dagen oud).
g018269 Figuur 25 1. Dop van brandstoftank 2. Doe de dop weer op de tank en veeg eventueel gemorste brandstof weg.
De machine aanpassen aan de gazonomstandigheden Raadpleeg onderstaande tabel om de machine aan te passen aan de gazonomstandigheden.
120-9609 Wiehle, met brede tussenruimte 6,4 cm/aluminium Meer indringing, brede sleuven 120-9611 Volledige rol 6,4 cm/staal Minste indringing 121-4681 Wiehle met smalle tussenruimte – lang 6,4 cm/aluminium Meer ondersteuning aan de randen; 4,3 cm langer 120-9605 Achterrol 5,1 cm/aluminium Standaard achter Hoogte van handgreep instellen Opmerking: De machine wordt geleverd met de handgreep in de laagste stand.
voordat u de machine gaat gebruiken; zie Onderhoud van de interlockschakelaar van de tractie (bladz. 34). g027739 Figuur 28 1. Bevestigingen 2. Gashendel g032412 3. 4. 5. Figuur 29 Zet de gashendel in de gewenste stand. Maak de bevestigingen van de gashendel vast. Plaats het bedieningspaneel terug dat u eerder hebt verwijderd. 1. Dodemanshendel 2. Tractiehendel 4. Zet de dodemanshendel vrij wanneer deze ingedrukt is en de tractiehendel ingeschakeld (Figuur 29).
7. Haal de machine voorzichtig van de kickstandaard. gebruiken; zie De interlockschakelaar van de rem onderhouden (bladz. 34). 5. De interlockschakelaar van de tractie controleren 1. Trap de kickstandaard omlaag met uw voet en trek de handgreep omhoog om de kickstandaard naar voren, over het dode punt te kantelen. 2. Terwijl de dodemanshendel ingedrukt is, de tractiehendel ingeschakeld is en de motorbedieningsorganen zich in de startstand bevinden (Figuur 29), probeert u de motor te starten.
Tijdens gebruik • Doe het volgende voordat u de bestuurdersstoel Veiligheid tijdens gebruik Algemene veiligheid • De eigenaar/bestuurder is verantwoordelijk voor • • • • • • • • • • • • • • • ongevallen die kunnen leiden tot lichamelijk letsel en materiële schade, en hij kan zulke ongevallen voorkomen. Draag geschikte kleding en uitrusting, zoals oogbescherming, een lange broek, stevige schoenen met een gripvaste zool en gehoorbescherming.
Opmerking: De motor zal niet starten als de onderzoek uitvoert. Veranderingen in het terrein, zoals de vochtigheidsgraad, kunnen snel van invloed zijn op de manier waarop de machine reageert op een helling. tractie is • Maai met de helling mee, maai nooit een helling op en af. Maai niet op al te steile of natte hellingen. Het niet goed neerzetten van de voeten kan ongevallen veroorzaken waarbij de gebruiker wegglijdt en ten val komt. 2. Zorg ervoor dat de brandstofafsluitklep open is. 3.
• Maai bij een normale loopsnelheid. Een hogere snelheid levert weinig tijdwinst op en leidt tot slechtere maairesultaten. • Om ervoor te zorgen dat u de greens in een rechte lijn maait en de machine op een gelijke afstand van de rand van de vorige maaibaan blijft, moet u de markeringsstrepen op de mand gebruiken (Figuur 31). g032413 Figuur 30 1. Aan/uithendel tractie – ingeschakeld 2. 2. Aan/uithendel tractie – uitgeschakeld Draai de hendel achteruit om de transmissie van de trommel te koppelen.
Na gebruik Veiligheid na het werk Algemene veiligheid • Zet de machine uit, verwijder het contactsleuteltje (indien aanwezig) en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat. Laat de machine afkoelen voordat u deze afstelt, reinigt, stalt of er onderhoudswerkzaamheden aan verricht. • Verwijder gras en vuil van de machine om brand te voorkomen. Neem gemorste olie of brandstof op.
Onderhoud WAARSCHUWING Als u de machine niet goed onderhoudt kunnen systemen van de machine voortijdig defect raken en u of omstanders mogelijk letsel toebrengen. Zorg ervoor dat de machine goed wordt onderhouden en goed functioneert zoals aangegeven in deze instructies. Opmerking: Bepaal vanuit de normale bestuurderspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Belangrijk: Kantel de machine niet met een hoek die groter is dan 25°.
Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Na de eerste 20 bedrijfsuren Bij elk gebruik of dagelijks Onderhoudsprocedure • Motorolie verversen. • Het scherm van de brandstoftank reinigen. • Controleer de werking van de interlockschakelaars. • Het motoroliepeil controleren. Om de 50 bedrijfsuren • Ververs de motorolie (vaker in stoffige of vuile omstandigheden). • Het luchtfilter reinigen (vaker als de machine wordt gebruikt in stoffige of vuile omstandigheden).
Controlelijst Dagelijks Onderhoud Belangrijk: Gelieve deze pagina te kopiëren ten behoeve van gebruik bij routinecontroles. Gecontroleerde item Voor week van: Ma. Di. Wo. Do. Vr. Werking van veiligheidssysteem controleren. Werking van de parkeerrem controleren. Controleren of de draaiverbindingen onbelemmerd werken. Brandstofpeil controleren. Het motoroliepeil controleren. Het luchtfilter controleren De koelribben van de motor reinigen. Controleren of motor ongewone geluiden maakt.
Onderhoud motor Veiligheid van de motor • Verander de stand van de toerenregelaar niet en laat de motor niet te snel draaien. Laat de motor drooglopen of pomp de brandstof met een handpomp uit de tank. Gebruik nooit een hevel. Als u de brandstoftank moet aftappen, doe dit dan in de open lucht. • Motorolie verversen/oliepeil controleren g018270 Figuur 34 1. Oliepeilstok Vul het carter met ongeveer 0,6 liter olie die de juiste viscositeit heeft voordat u de machine start.
3. Duw de handgreep omlaag om de maaimachine en de motor naar achteren te kantelen, zodat alle olie in de opvangbak kan lopen. Belangrijk: Kantel de machine niet met een hoek die groter is dan 25°. Als u de machine kantelt met een hoek die groter is dan 25°, lekt er olie in de verbrandingskamer en/of uit de dop van de brandstoftank. 4. Plaats de aftapplug terug en vul het carter weer met de aanbevolen olie. 5. Draai de aftapplug vast met een torsie van 20 tot 23 N·m. 6.
Onderhoud van de bougie Onderhoud brandstofsysteem Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren Gebruik een NGK BR6HS bougie of een bougie van een equivalent type. Zorg ervoor dat de elektrodenafstand 0,6 tot 0,7 mm bedraagt. 1. Het scherm van de brandstoftank reinigen Trek de bougiekabel los van de bougie (Figuur 38). Onderhoudsinterval: Na de eerste 20 bedrijfsuren Om de 100 bedrijfsuren/Maandelijks (houd hierbij de kortste periode aan) 1.
De interlockschakelaar van de rem onderhouden Onderhoud elektrisch systeem Onderhoud van de interlockschakelaar van de tractie 1. Zorg dat de motor uit staat. 2. Verwijder het bedieningspaneel. 3. Schakel de hendel van de bedrijfsrem en de vergrendeling van de parkeerrem in. 4. Zet het bevestigingsmateriaal van de interlockschakelaars los en verwijder het (Figuur 42). Ga als volgt te werk als de interlockschakelaar van de tractie moet worden afgesteld of vervangen. 1. Zorg dat de motor uit staat.
Onderhouden remmen Onderhoud riemen De bedrijfs-/parkeerrem afstellen De drijfriem van de messenkooi controleren Als de service-/parkeerrem slipt tijdens het gebruik, moet de kabel als volgt worden afgesteld: Onderhoudsinterval: Om de 1000 bedrijfsuren 1. Zet de service-/parkeerremhendel op UIT. 2. Verwijder het bedieningspaneel. 3.
C. Verwijder vuil uit het riemcompartiment en uit de buurt van de drukveer (Figuur 45). D. Zorg ervoor dat de drukveer de juiste druk uitoefent op de riem. E. Draai de montagemoer van de lagerbehuizing vast. F. Plaats de aandrijfriemkap terug. Transmissieriemspanner in- en uitschakelen De transmissieriem wordt aangespannen door een veerbelaste spanpoelie.
Onderhoud bedieningsysteem 8. De tractiebediening afstellen Vloeistof toevoegen aan de koppeling Als de tractieregeling tijdens gebruik niet goed werkt of slipt, moet deze afgesteld worden. Specificatie vloeistof: ATF D/M vloeistof voor automatische transmissie (Toro onderdeelnr. 505-136) 1. Monteer de ontluchtingsplug op de ontluchter. Draai vast tot de pakking contact maakt en draai dan nog een bijkomende 80° vaster. Verwijder de ontluchtingsplug van de ontluchter van de transmissie (Figuur 48).
E. Zet de tractiebediening in de stand AAN. F. Meet de afstand van de pen op een van de uiteinden van de tractiebedieningsveer (Figuur 49); herhaal stap A tot en met F als deze afstand niet tussen 7,3 mm en 7,6 cm ligt. • De stoptijd van de messenkooi moet minder dan 7 seconden bedragen als de afstelling tussen de messenkooi en het ondermes teruggedraaid is. • Raadpleeg de Onderhoudshandleiding of neem contact op met uw erkende Toro dealer als u meer hulp nodig heeft.
Stalling 4. Werk alle krassen en beschadigingen van de lak bij. De lak is verkrijgbaar bij een erkende Toro dealer. De machine veilig stallen 5. Sla de machine op een vlakke ondergrond in een schone, droge garage of opslagruimte op. Dek de machine af om deze te beschermen en schoon te houden. • Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje (indien aanwezig) en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
Opmerkingen:
Opmerkingen:
Privacyverklaring EEA/VK Toro’s gebruik van uw persoonlijke gegevens The Toro Company (“Toro”) respecteert uw recht op privacy. Wanneer u onze producten koopt, kunnen we bepaalde persoonlijke informatie over u verzamelen, ofwel rechtstreeks via u ofwel via uw plaatselijk Toro bedrijf of dealer.
Californië Proposition 65 Waarschuwingsinformatie Wat betekent deze waarschuwing? Sommige producten die op de markt zijn bevatten een etiket met een waarschuwing als: WAARSCHUWING: Kanker en schade aan de voortplantingsorganen – www.p65Warnings.ca.gov. Wat is Prop 65? Prop 65 geldt voor elk bedrijf dat actief is in Californië, producten verkoopt in Californië, of producten maakt die kunnen worden verkocht of geïmporteerd in Californië.
Toro Garantie Garantie gedurende 2 jaar of 1500 bedrijfsuren Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt De Toro Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, bieden krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie dat uw Toro product (hierna: het 'product') gedurende 2 jaar of 1.500 bedrijfsuren* vrij van materiaalgebreken of fabricagefouten is, met dien verstande dat hierbij de kortste periode moet worden aangehouden.