Form No. 3409-718 Rev B Greensmaster® Flex™ 1820/2120 tractie-eenheid Modelnr.: 04044—Serienr.: 400000000 en hoger Modelnr.: 04045—Serienr.: 400000000 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen; zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring. U kunt rechtstreeks contact opnemen met Toro via www.Toro.com voor informatie over productveiligheid en accessoires, voor instructiematerialen aangaande de bediening, om een dealer te vinden of om uw product te registreren.
Inhoud Onderhouden remmen ........................................ 32 De service-/parkeerrem afstellen ...................... 32 Onderhoud riemen .............................................. 32 De drijfriem van de messenkooi controleren.................................................... 32 Controleer de messenkooikoppeling................. 33 Transmissieriemspanner in- en uitschakelen.................................................. 33 Onderhoud bedieningsysteem ............................
Veiligheid • Gebruik alleen accessoires en werktuigen die door • Deze machine is ontworpen in overeenstemming met de EN-norm ISO 5395:2013 en B71.4-2012 van het ANSI (American National Standards Institute). The Toro® Company zijn goedgekeurd. Controleer of de dodemansknop, de veiligheidsschakelaars en de veiligheidsschermen zijn bevestigd en naar behoren werken.
• Verminder uw snelheid en wees voorzichtig • • als u een bocht maakt of wegen en voetpaden oversteekt. Breng de maaikooien tot stilstand als u niet aan het maaien bent. Gebruik de maaimachine niet als u ziek of moe bent of onder de invloed van alcohol of drugs bent. Wees uiterst voorzichtig bij het naderen van blinde hoeken, struiken, bomen en andere objecten die uw zicht kunnen belemmeren. • en daarna de pluspool. Sluit eerst de pluspool van de accu aan en daarna de minpool.
altijd originele onderdelen en accessoires van Toro aanschaffen. Gebruik ter vervanging nooit onderdelen en accessoires van andere fabrikanten, omdat dit gevaarlijk kan zijn en de productgarantie hierdoor kan vervallen. Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of ontbrekende stickers. decal117-2718 117–2718 decal120-9598 120-9598 1.
decal120-2769 120-2769 1. Inademingsgevaar giftige gassen: niet binnen gebruiken. 2. Ontploffingsgevaar – schakel de motor uit en blijf uit de buurt van open vuur tijdens het tanken. 4. Waarschuwing – koppel de bougiekabel af en lees de instructie voordat u service- of onderhoudswerkzaamheden uitvoert. 5. Heet oppervlak/gevaar voor brandwonden – hete oppervlakken niet aanraken. 3. Waarschuwing – stop de 6.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure Omschrijving Hoeveelheid Gebruik 1 Geen onderdelen vereist – De tractie-eenheid gebruiksklaar maken (optioneel). 2 3 4 5 6 Bout (3/8" x ¾") 2 Maaidek op de tractie-eenheid monteren. Handgreepbevestiging R-pen 2 2 De handgreepbevestigingen monteren. Transportwielen (optionele set transportwielen, Model 04123) 2 Transportwielen monteren.
Opmerking: Bepaal vanuit de normale 3. Lak het blootliggende metaal om corrosie te voorkomen. bestuurderspositie de linker- en rechterzijde van de machine. 2 1 Maaidek op de tractie-eenheid monteren De tractie-eenheid gebruiksklaar maken Benodigde onderdelen voor deze stap: Optioneel 2 Bout (3/8" x ¾") Geen onderdelen vereist Procedure Procedure Als u een maai-eenheid model 04251, 02452, 04253 of 04254 monteert op deze tractie-eenheid, voer dan de volgende stappen uit: 1.
3 De handgreepbevestigingen monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: g000483 2 Handgreepbevestiging 2 R-pen Figuur 6 Procedure 1. Transmissiekoppeling 1. 4. Beweeg het frame van de tractie-eenheid (Figuur 7) naar voren totdat deze contact maakt met de draaiarmen van het maaidek. Ondersteun de handgreep en verwijder de kabelbinders waarmee de handgreepklemmen aan de zijplaten zijn bevestigd (Figuur 8). g032418 Figuur 7 1. Draaiarmen van maaidek 2. Frame van tractie-eenheid 3.
4 Transportwielen monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: 2 Transportwielen (optionele set transportwielen, Model 04123) Procedure 1. Zet uw voet op het midden van de kickstandaard om deze naar beneden te drukken. Trek de centrale onderste handgreep omhoog tot de kickstandaard naar voren over het dode punt gekanteld is (Figuur 9). g000475 Figuur 10 1. Sluitklem g016833 Figuur 9 1. Kickstandaard 2.
6 De grasmand monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Grasmand g032408 Procedure 1. Figuur 12 Neem de grasmand vast bij de handgreep (Figuur 11). 1. Contactpunten van de bevestigingsarm g032407 Figuur 11 1. Grasmandhaken 2. Leid de rand van de grasmand tussen de zijplaten van het maaidek en over de voorste rol (Figuur 11). 3. Monteer de grasmandhaken over de framebeugel (Figuur 11).
Algemeen overzicht van de machine Gashendel De gashendel (Figuur 14 en Figuur 15) bevindt zich rechts achter op het instrumentenpaneel. Draai de gashendel om het toerental te regelen. g032409 Figuur 13 1. Schakelhendel voor tractie 6. Brandstoftank en messenkooi 2. Dodemanshendel 7. Grasmand 3. Handgreep 8. Maaidek g027738 Figuur 15 1. Volle snelheid 2. Traag 9. As van transportwiel 4. Bedrijfsrem 5.
Bedrijfsrem De bedrijfsrem (Figuur 17) bevindt zich vooraan links van de handgreep. Trek de hendel achteruit om de bedrijfsrem in te schakelen. U dient de rem vrij te zetten voordat u de tractieaandrijving inschakelt. g016853 g000494 Figuur 17 Figuur 16 1. NEUTRAALSTAND 3. Tractieaandrijving – ingeschakeld (transport) 2. Tractieaandrijving in neutraalstand en aandrijving messenkooi uitgeschakeld 4. Tractieaandrijving en aandrijving messenkooi ingeschakeld 1. Vergrendeling parkeerrem 2.
Chokehendel Handgreep van startkoord De chokehendel (Figuur 18) bevindt zich op de motor. De hendel heeft 2 standen: LOPEN en CHOKE. Zet de chokehendel in de halfgeopende stand als u een koude motor start. Zodra de motor start, zet u de hendel op LOPEN. Trek aan de handgreep van de handstarter (Figuur 20) om de motor te starten. g018268 Figuur 20 1. Handgreep van startkoord g018267 Figuur 18 1. Chokehendel in de stand CHOKE Kickstandaard De kickstandaard (Figuur 22) bevindt zich achteraan de machine.
g018142 Figuur 23 1. Kickstandaard – 3. Kickstandaard – OPSLAGSTAND ONDERHOUDSSTAND 2. Borgpen g018793 Figuur 21 1. Centrale onderste handgreep van de machine Specificaties 2. Lus van kick-standaard 1820 tractie-eenheid Breedte 82,5 cm Hoogte 104,8 cm Lengte met riem 152,4 cm Nettogewicht (inclusief maaidek met 11 messen en grasmand) 117 kg Maaibreedte 46 cm Maaihoogte 1,5 tot 7,5 mm met Micro-Cut snijplaat Maaifrequentie g016833 Figuur 22 1.
Werktuigen/accessoires Gebruiksaanwijzing Een selectie van door Toro goedgekeurde werktuigen en accessoires is verkrijgbaar voor gebruik met de machine om de mogelijkheden daarvan te verbeteren en uit te breiden. Neem contact op met een erkende servicedealer of distributeur of bezoek www.Toro.com voor een lijst van alle goedgekeurde werktuigen en accessoires. Opmerking: Bepaal vanuit de normale bestuurderspositie de linker- en rechterzijde van de machine.
(bevat tot 85% ethanol). Ongeschikte benzine gebruiken kan leiden tot verminderde prestaties en/of motorschade die mogelijk niet gedekt wordt door de garantie. GEVAAR In bepaalde omstandigheden kan tijdens het tanken statische elektriciteit worden ontladen, waardoor vonken ontstaan die brandstofdampen tot ontbranding kunnen brengen. Brand of explosie van brandstof kan brandwonden bij u of anderen en materiële schade veroorzaken. • Geen benzine gebruiken die methanol bevat.
3. Draai de slotbouten en de moeren vast om de afstelling te borgen. De hoek van de handgreep instellen 1. Verwijder de R-pennen van de handgreepbevestigingen aan beide zijden van de maaimachine (Figuur 27). g018269 Figuur 25 1. Dop van brandstoftank 2. Doe de dop weer op de tank en veeg eventueel gemorste brandstof weg. Hoogte van handgreep instellen Opmerking: De machine wordt geleverd met de handgreep in de laagste stand.
De motor afzetten 1. 2. 3. Schakel de tractie en de messenkooi in de stand UIT en zet de gashendel op LANGZAAM en de Aan-/Uit-schakelaar op UIT. Alvorens de machine te stallen, moet u de bougiekabel losmaken van de bougie om te voorkomen dat iemand per ongeluk de machine start. Sluit de brandstofafsluitklep voordat u de machine stalt of met een voertuig transporteert. De machine transporteren g027739 Belangrijk: Laat de motor van de maaimachine Figuur 28 1.
De bedieningsorganen gebruiken tijdens het maaien duidelijk zichtbaar op het gemaaide gras. Verwijder alle vreemde voorwerpen van het gazon, voordat u gaat maaien. Houd iedereen, vooral kinderen en huisdieren, uit het werkgebied. 1. Start de motor, zet de gashendel op lage snelheid, duw de handgreep omlaag om de maai-eenheid omhoog te brengen, druk de dodemanshendel in, zet de tractiehendel in de stand AAN en ga met de maaimachine naar de rand van de green (Figuur 30). 2.
2. Maak de grasmand leeg, monteer de grasmand op de maaier en transporteer de machine naar de stalling. Werking van interlockschakelaars controleren Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks VOORZICHTIG Niet-aangesloten of beschadigde interlockschakelaars kunnen onverwachte gevolgen hebben op de werking van de machine. Dit kan lichamelijk letsel veroorzaken. g032412 Figuur 31 1. Dodemanshendel 2. Tractiehendel • Laat de interlockschakelaars ongemoeid.
De transmissie vrijstellen De interlockschakelaar van de tractie controleren 1. Trap de kickstandaard omlaag met uw voet en trek de handgreep omhoog om de kickstandaard naar voren, over het dode punt te kantelen. 2. Terwijl de dodemanshendel ingedrukt is, de tractiehendel ingeschakeld en de motorbedieningsorganen in de startstand (Figuur 31): probeer de motor te starten. De motor mag niet starten. Als de motor wel start, moet de interlockschakelaar worden nagekeken.
De machine aanpassen aan de gazonomstandigheden Raadpleeg onderstaande tabel om de machine aan te passen aan de gazonomstandigheden.
Rollen (Flex/eFlex 2120 maaiers) Onderdeelnummer Beschrijving Diameter/Materiaal Opmerkingen 04255 Wiehle, met smalle tussenruimte 6,4 cm/aluminium Smalle sleuven 04256 Wiehle, met brede tussenruimte 6,4 cm/aluminium Meer indringing, brede sleuven 04257 Volledige rol 6,4 cm/staal Minste indringing 04258 Wiehle met smalle tussenruimte – lang 6,4 cm/aluminium Meer ondersteuning aan de randen; 4,3 cm langer 04267 Paspalum 6,4 cm/aluminium Minder indringing met zachte, smalle sleuven 115
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bestuurderspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Belangrijk: Als u de machine samen met de Trans Pro 80 gebruikt, moet u altijd de stops van de trailer gebruiken bij onderhoud van de machine. Te ver kantelen kan leiden tot het morsen van brandstof. Om de stop op de oprijplaat met rails te gebruiken hebt u een bezemsteel of een vergelijkbaar voorwerp nodig dat u door de openingen achter de wielen steekt.
Controlelijst Dagelijks Onderhoud Belangrijk: Gelieve deze pagina te kopiëren ten behoeve van gebruik bij routinecontroles. Gecontroleerde item Voor week van: Ma. Di. Wo. Do. Vr. Werking van veiligheidssysteem controleren. Werking van de parkeerrem controleren. Controleren of de draaiverbindingen onbelemmerd werken. Brandstofpeil controleren. Het motoroliepeil controleren. Het luchtfilter controleren De koelribben van de motor reinigen. Controleren of motor ongewone geluiden maakt.
Onderhoud motor Motorolie verversen/oliepeil controleren Vul het carter met ongeveer 0,6 liter olie die de juiste viscositeit heeft voordat u de machine start. De motor gebruikt elk type hoogwaardige olie waaraan het American Petroleum Institute (API) onderhoudsclassificatie SE of hoger heeft verleend. Selecteer de juiste viscositeit (gewicht) van de olie op basis van de omgevingstemperatuur. Figuur 33 laat zien wat de aanbevolen temperatuur/viscositeit is. g018270 Figuur 34 1. Oliepeilstok 2.
3. Opmerking: Het element moet vochtig Duw de handgreep omlaag om de maaimachine en de motor naar achteren te kantelen, zodat alle olie in de opvangbak kan lopen. 4. Plaats de aftapplug terug en vul het carter weer met de aanbevolen olie. 5. Neem eventueel gemorste olie op. 6. U moet de oude olie op de juiste wijze afvoeren. Verwerk deze volgens de plaatselijk geldende voorschriften. van de olie zijn. Onderhoud van het luchtfilter Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren 1.
Onderhoud van de bougie Onderhoud brandstofsysteem Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren Gebruik een NGK BR6HS bougie of een bougie van een equivalent type. Zorg ervoor dat de elektrodenafstand 0,6 tot 0,7 mm bedraagt. 1. Het scherm van de brandstoftank reinigen Trek de bougiekabel los van de bougie (Figuur 38). Onderhoudsinterval: Na de eerste 20 bedrijfsuren Om de 100 bedrijfsuren/Maandelijks (houd hierbij de kortste periode aan) 1.
De interlockschakelaar van de rem onderhouden Onderhoud elektrisch systeem Onderhoud van de tractie-interlockschakelaar Ga als volgt te werk als de schakelaar moet worden afgesteld of worden vervangen. 1. Zorg ervoor dat de motor is uitgeschakeld. 2. Verwijder het bedieningspaneel. 3. Stel de tractiehendel in werking. 1. Zorg ervoor dat de motor is uitgeschakeld. 2. Verwijder het bedieningspaneel. 3. Schakel de hendel van de bedrijfsrem en de vergrendeling van de parkeerrem in. 4.
Onderhouden remmen Onderhoud riemen De service-/parkeerrem afstellen De drijfriem van de messenkooi controleren Als de service-/parkeerrem slipt tijdens het gebruik, moet de kabel als volgt worden afgesteld: Onderhoudsinterval: Om de 1000 bedrijfsuren 1. Zet de service-/parkeerremhendel op UIT. 2. Verwijder het bedieningspaneel. 3.
C. Verwijder vuil uit het riemcompartiment en uit de buurt van de drukveer (Figuur 45). D. Zorg ervoor dat de drukveer de juiste druk uitoefent op de riem. E. Draai de montagemoer van de lagerbehuizing vast. F. Plaats de aandrijfriemkap terug. Transmissieriemspanner in- en uitschakelen De transmissieriem wordt aangespannen door een veerbelaste spanpoelie.
Onderhoud bedieningsysteem C. Draai de spanmoer verder of terug om de lengte aan te passen. D. Monteer spanmoer op de veer met de gaffelpen. De tractiebediening afstellen E. Zet de tractiebediening in de stand AAN. F. Meet de afstand van de pen op een van de uiteinden van de tractiebedieningsveer (Figuur 48); herhaal stap A tot en met F als deze afstand niet tussen 7,3 mm en 7,6 cm ligt. Onderhoudsinterval: Om de 500 bedrijfsuren—Ververs de olie van de koppeling.
Stalling 1. Verwijder maaisel, vuil en vet van de buitenkant van de gehele machine, met name van de motor. Verwijder vuil en kaf van de buitenkant van de cilinder, de koelribben van de cilinderkop van de motor en de ventilatorbehuizing. Belangrijk: U kunt de machine met een mild reinigingsmiddel en water wassen. Was de machine nooit met een hogedrukreiniger. Gebruik niet te veel water, zeker niet in de buurt van de schakelhendelplaat en de motor. g027790 2. Figuur 50 1. Contramoeren 3.
Opmerkingen:
Opmerkingen:
Opmerkingen:
Privacyverklaring voor Europa De informatie die Toro verzamelt Toro Warranty Company (Toro) respecteert uw privacy. Om uw aanspraak op garantie te behandelen en contact met u op te nemen in het geval van een terugroepactie vragen wij om bepaalde persoonlijke informatie, hetzij direct of via uw lokale Toro dealer. Het Toro garantiesysteem wordt gehost op servers in de Verenigde Staten, waar de privacywet mogelijk niet dezelfde bescherming biedt als in uw land.
De Algemene Garantiebepalingen voor Toro producten Beperkte garantie van twee jaar Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt De Toro Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, bieden krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie dat uw Toro product (hierna: het 'product') gedurende twee jaar of 1500 bedrijfsuren* vrij van materiaalgebreken of fabricagefouten is, met dien verstande dat hierbij de kortste periode moet worden aangehouden.