Form No. 3390-194 Rev D Greensmaster® 800, 1000 en 1600 maaier Modelnr.: 04054—Serienr.: 315000001 en hoger Modelnr.: 04055—Serienr.: 315000001 en hoger Modelnr.: 04056—Serienr.: 315000001 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen; zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring. Als u service, originele Toro onderdelen of aanvullende informatie nodig hebt, kunt u contact opnemen met een erkende servicedealer of met de klantenservice van Toro. U dient hierbij altijd het modelnummer en het serienummer van het product te vermelden. Het model- en serienummer bevinden zich op een plaatje op het achterframe. U kunt de nummers noteren in de ruimte hieronder.
Inhoud Contact tussen ondermes en messenkooi afstellen.............................................................33 De maaihoogte instellen ..........................................34 Hoogte van het grasscherm instellen .........................35 Stopbalk instellen ...................................................35 Ondermesbalk inspecteren ......................................36 De machine aanpassen aan de gazonomstandigheden ...................................................................
Veiligheid • Waarschuwing-Brandstof is licht ontvlambaar. Neem de Deze machine is ontworpen in overeenstemming met CEN-norm EN ISO 5395:2013 en de B71.4-2012 specificaties van het American National Standards Institute (ANSI), van kracht op het moment van productie, als de dodemansknop (onderdeelnr. 112-9282) is gemonteerd. Onjuist gebruik of onderhoud van de machine kan letsel tot gevolg hebben.
Voordat u de bestuurdersplaats verlaat voordat u de brandstoftank bijvult Vóór verwijdering van de grasvanger Voordat u de maaihoogte instelt, tenzij die vanaf de bestuurderspositie kan worden ingesteld – Voordat u verstoppingen verwijdert – Voordat u de maaimachine gaat controleren, schoonmaken of werkzaamheden eraan gaat verrichten – Als u een voorwerp hebt geraakt of de machine abnormaal begint te trillen.
Geluidsdruk niveau • Controleer elke dag of de interlockschakelaars goed • • • • • functioneren. Als een schakelaar defect is, moet u deze vervangen voordat u de machine gebruikt. Ga altijd achter de handgreep staan als u de machine start en gebruikt. Als u in de buurt van een weg werkt of deze oversteekt, moet u altijd voorrang verlenen. Ten behoeve van een maximale veiligheid moet de grasmand tijdens het maaien zijn gemonteerd. Zet de motor af voordat u de mand leegmaakt.
Het geluidsniveau werd bepaald volgens de procedures in ISO 11094. Trillingsniveau Geluidsdruk niveau Gemeten trillingsniveau op de rechterhand = 3,35 m/s2 Deze machine oefent een geluidsdruk van 85 dBA uit op het gehoor van de gebruiker, met een onzekerheidswaarde (K) van 1 dBA. Gemeten trillingsniveau op de linkerhand = 2,59 m/s2 De geluidsdruk is vastgesteld volgens de procedures in EN ISO 5395:2013. De gemeten waarden zijn bepaald volgens de procedures in EN ISO 5395:2013.
115-1720 1. Vooruit 2. Aandrijfwiel 3. Neutraalstand 120-2727 1. Rem – Om in te schakelen 2. Parkeerrem – Om in te trekt u de hendel naar de schakelen de handgreep handgreep; laat de hendel naar de hendel trekken, los om uit te schakelen. de knop indrukken en de hendel loslaten tegen de borgknop; om uit te schakelen de hendel naar de handgreep trekken tot de knop vrijkomt, en de hendel loslaten. 117–2718 130-8322 1. Gebruik uitsluitend benzine die niet meer dan 10% ethanol per volume (E10) bevat. 2.
125-5245 120-2769 1. Inademingsgevaar giftige gassen – niet binnen gebruiken. 2. Ontploffingsgevaar – schakel de motor uit en blijf uit de buurt van open vuur tijdens het tanken. 1. Risico op snijden – Blijf uit de weg van bewegende delen en houd alle beschermende delen op hun plaats. 4. Waarschuwing – koppel de bougiekabel af en lees de instructie voordat u service- of onderhoudswerkzaamheden uitvoert. 5. Heet oppervlak/gevaar voor brandwonden – hete oppervlakken niet aanraken. 3.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure 1 2 3 4 5 6 Hoeveelheid Omschrijving Gebruik Handgreep Kabelklemband Kick-standaard Veer Wielas, rechts Wielas, links 1 4 1 1 1 1 Transportwiel (optioneel) 2 De transportwielen monteren (optioneel). Geen onderdelen vereist – Het maaidek afstellen. Grasmand 1 De grasmand monteren. De handgreep bevestigen. De kickstandaard monteren. De assen van de transportwielen monteren.
1 2 De handgreep bevestigen en instellen Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Handgreep 4 Kabelklemband G017601 Figuur 3 1. Uiteinde van handgreep De handgreep bevestigen 2. Bout, ring en borgring 1. Verwijder de bouten, borgmoeren en ringen waarmee de onderkant van de handgreeparmen is bevestigd aan beide zijden van de machine (Figuur 2). 5. Bevestig de uiteinden van de handgreep aan de montagepennen met behulp van de bouten, ringen en borgringen die u eerder hebt verwijderd (Figuur 3). 6.
De handgreep instellen 1. Verwijder de R-pennen van de ringpennen aan beide zijden van de machine (Figuur 2). 2. Ondersteun de handgreep en verwijder de ringpennen van beide zijden. Zet de vervolgens de handgreep hoger of lager in de gewenste werkstand (Figuur 2). 3. Monteer de ringpennen en de R-pennen. 2 Figuur 6 De kickstandaard monteren (Modellen 04054 en 04056) 1. Kickstandaard 2. Veerbeugel 3.
Figuur 7 1. Rechter wielas 4. Draai de as aan met een torsie van 88 tot 101 N·m. G017591 5. Herhaal de procedure aan de linkerzijde. Figuur 8 1. Sluitklem 4 3. Draai het wiel naar voren en achteren totdat het wiel helemaal op de as schuift en de sluitklem vastzit in de sleuf op de as. De transportwielen monteren (optioneel) 4. Herhaal deze procedure aan de andere kant van de machine. 5.
Algemeen overzicht van de machine 6 De grasmand monteren Bedieningsorganen 1 Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 2 3 4 5 6 7 Grasmand Procedure Pak de mand vast bij de bovenste lip en schuif deze op de bevestigingsstangen van de mand (Figuur 9). G017592 Figuur 10 1. Tractiehendel 5. Bedrijfsrem 2. Gashendel 3. AAN-/UIT-schakelaar 6. Parkeerrem 7. Dodemanshendel (optioneel) Figuur 9 4. Urenteller 1. Grasmand 2.
Aandrijfhendel van de messenkooi De aandrijfhendel van de messenkooi (Figuur 13) zit rechts voor op het instrumentenpaneel. De hendel heeft 2 standen: INSCHAKELEN en UITSCHAKELEN. Beweeg de hendel naar rechts om de messenkooi in te schakelen of naar links om de messenkooi uit te schakelen. 1 G016976 Figuur 11 Parkeerrem G016978 Figuur 13 De parkeerrem (Figuur 12) bevindt zich net onder de bedrijfsrem.
Startkoord om de mogelijkheden daarvan te verbeteren en uit te breiden. Neem contact op met een erkende servicedealer of distributeur of bezoek www.Toro.com voor een lijst van alle goedgekeurde werktuigen en accessoires. Trek aan de handgreep van het startkoord (Figuur 15) om de motor te starten. Figuur 15 1. Handgreep van startkoord 2.
Gebruiksaanwijzing • Geen benzine gebruiken die methanol bevat. • Tijdens de winter geen brandstof bewaren Opmerking: Bepaal vanuit de normale bestuurderspositie de linker- en rechterzijde van de machine. in de brandstoftank of in vaten, tenzij u een brandstofstabilisator gebruikt. • Meng nooit olie door benzine. Veiligheid staat voorop GEVAAR Lees aandachtig alle veiligheidsinstructies en -stickers in het hoofdstuk Veilige bediening.
1 GEVAAR In bepaalde omstandigheden kan tijdens het tanken statische elektriciteit worden ontladen waardoor vonken ontstaan die benzinedampen tot ontbranding kunnen brengen. Brand of explosie van benzine kan brandwonden bij u of anderen en materiële schade veroorzaken. • Zet benzinevaten altijd op de grond en uit de buurt van het voertuig voordat u de tank bijvult.
De werking van de interlockschakelaars controleren. Starten en stoppen van de motor Opmerking: Voor afbeeldingen en beschrijvingen van de bedieningsorganen die worden genoemd in dit hoofdstuk, zie het hoofdstuk Bedieningsorganen (bladz. 14). VOORZICHTIG Niet-aangesloten of beschadigde interlockschakelaars kunnen onverwachte gevolgen hebben op de werking van de machine. Dit kan lichamelijk letsel veroorzaken. De motor starten Opmerking: Zorg ervoor dat de bougiekabel is aangesloten op de bougie.
De machine transporteren heeft bereikt. Duw vervolgens de machine het gazon op, laat de voorkant van de machine neer en begin met maaien. 1. Als de machine is uitgerust met de optionele transportwielen, trap dan de kickstandaard omlaag en trek de handgreep omhoog om de achterkant van de machine omhoog te brengen en de transportwielen te monteren. 4. Als u klaar bent met maaien, moet u de machine het gazon afrijden, de tractie UITSCHAKELEN, de motor afzetten en de messenkooi UITSCHAKELEN. 5.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure Na de eerste 20 bedrijfsuren • De motorolie verversen. • Reinig het brandstoffilter en de beker. Bij elk gebruik of dagelijks • De interlockschakelaars controleren. • Controleer het motoroliepeil. Om de 25 bedrijfsuren • Smeer de machine (smeer de fittings meteen na elke wasbeurt, ongeacht het aangegeven onderhoudsinterval).
Controlelijst Dagelijks Onderhoud Belangrijk: Gelieve deze pagina te kopiëren ten behoeve van gebruik bij routinecontroles. Gecontroleerde item Voor week van: Ma. Di. Wo. Do. Vr. Werking van veiligheidssysteem controleren. Werking van de parkeerrem controleren. Brandstofpeil controleren. Het motoroliepeil controleren. Het luchtfilter controleren De koelribben van de motor reinigen. Controleren of motor ongewone geluiden maakt. Controleren op ongewone geluiden tijdens het gebruik.
Smering De machine smeren Onderhoudsinterval: Om de 25 bedrijfsuren Spuit vet in de 12 smeernippels van de machine. Gebruik hiervoor nr. 2 smeervet op lithiumbasis. De beste resultaten verkrijgt u met een smeerpistool.
Het motoroliepeil controleren Onderhoud motor 1. Plaats de machine zo, dat de motor waterpas staat en reinig de omgeving van de oliepeilstok (Figuur 23). Motorolie verversen/oliepeil controleren Onderhoudsinterval: Na de eerste 20 bedrijfsuren—De motorolie verversen. Bij elk gebruik of dagelijks—Controleer het motoroliepeil. Om de 50 bedrijfsuren—Motorolie verversen (vaker in stoffige, vuile omstandigheden).
De motorolie verversen schuimelement uit om het droog te laten worden, maar zonder te wringen. 1. Start de motor en laat deze enkele minuten lopen zodat de motorolie warm wordt. C. 2. Plaats een opvangbak onder de aftapplug aan de achterzijde van de machine (Figuur 23). 3. Verwijder de aftapplug Drenk het schuimelement door en door in schone motorolie. Knijp het element uit om overtollige olie te verwijderen en de olie goed te verdelen. Het element moet vochtig van de olie zijn. 1 4.
Bougie vervangen Onderhoud brandstofsysteem Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren Gebruik een NGK BR6HS bougie of een bougie van een equivalent type. Zorg ervoor dat de elektrodenafstand 0,6 tot 0,7 mm bedraagt. Brandstoffilter reinigen 1. Trek de bougiekabel los van de bougie (Figuur 27). Onderhoudsinterval: Na de eerste 20 bedrijfsuren 1 Om de 100 bedrijfsuren 1. Sluit de brandstofafsluitklep en schroef de bezinkselkolf van de carburatorbehuizing (Figuur 29).
Onderhouden remmen Onderhoud elektrisch systeem De bedrijfs-/parkeerrem afstellen Onderhoud van de interlockschakelaar Als de bedrijfs-/parkeerrem slipt tijdens het gebruik, moet deze worden afgesteld. Ga als volgt te werk als de schakelaar moet worden afgesteld of worden vervangen. 1. Schakel de bedrijfsrem volledig in en duw de knop van de parkeerrem in zodat de bedrijfsrem op de pen van de parkeerrem rust (Figuur 31). 1.
Figuur 34 1. Kabel van service/parkeerrem Figuur 32 2. Voorste contramoer 1. Achterdruk op de hendel van de bedrijfsrem 5. Sluit de kap en zet de borging vast. 3. Draai de borgschroef los waarmee de kap van de V-riem is bevestigd, en draai de kap open (Figuur 33). 1 2 G016991 Figuur 33 1. Kap van de V-riem 2. Borgschroef 4. Ga als volgt te werk om de spanning van de remkabel aan te passen.
Onderhoud riemen Belangrijk: U mag de riem niet te strak trekken. B. De riemen afstellen Draai de moer vast om de afstelling te borgen. 4. Zet de drijfriemkap weer op zijn plaats. Zorg ervoor dat de riemen de juiste spanning hebben zodat de machine naar behoren kan werken en onnodige slijtage wordt voorkomen. Controleer de riemen regelmatig. 5.
Figuur 38 1. Tractieriem Figuur 39 2. Spanpoelie 1. Differentieelriem 3. Om de riemspanning af te stellen, gaat u als volgt te werk: 2. Spanpoelie 3. Om de riemspanning af te stellen, gaat u als volgt te werk: A. Maak de montagemoer van de spanpoelie los en draai de spanpoelie rechtsom tegen de achterzijde van de riem totdat de riem de vereiste spanning heeft (Figuur 38). A.
Primaire V-riemen afstellen 1. Om de spanning van de primaire V-riemen af te stellen, moet u eerst de afstelling van het tractiebediening controleren; zie De tractiebediening afstellen (bladz. 32). Als het onmogelijk is de kracht van ongeveer 2,75 tot 3,25 kg uit te oefenen die nodig is om de tractiebediening af te stellen, gaat u verder met volgende stap. 2. Draai de borgschroef los waarmee de kap van de V-riem is bevestigd, en draai de kap open (Figuur 40). 1 2 Figuur 41 1. Borgmoer 3. Spanpoelie 2.
Onderhoud bedieningsysteem De tractiebediening afstellen Als de tractiebediening niet werkt of slipt tijdens het maaien, moet u deze afstellen. 1. Schakel de tractiebediening UIT. 2. Draai de borgschroef los waarmee de kap van de V-riem is bevestigd, en draai de kap open (Figuur 40). Figuur 42 1. Delen van de differentieelkap 3.
Onderhoud van het maaidek Achterste trommel horizontaal stellen t.o.v. de messenkooi 1. Plaats de machine op een egaal, horizontaal oppervlak, bij voorkeur op een stalen precisieplaat. 2. Plaats een platte staalstrip van 0,6 x 2,5 cm, met een lengte van ongeveer 74 cm, onder de messen van de messenkooi en tegen de voorste rand van het ondermes om te voorkomen dat de ondermesbalk op het werkoppervlak komt te rusten. Figuur 45 1. Aangedreven poelie 3. Spanpoelie 2. 4 openingen 3.
snijranden te krijgen die nodig zijn om met grote precisie te kunnen maaien. 4. Draai de messenkooi zodanig dat een mes de rand van het ondermes kruist tussen de eerste en de tweede schroefkop van het ondermes aan de rechterkant van de maai-eenheid. De maaihoogte instellen 5. Steek de afstandsring (0,05 mm) tussen het mes met de markering en de rand van het ondermes op de plaats waar het mes met de markering de rand van het ondermes kruist. 1.
Hoogte van het grasscherm instellen U moet het scherm instellen om ervoor te zorgen dat het maaisel op correcte wijze wordt afgevoerd naar de grasmand. 1. Meet de afstand van de bovenkant van de voorste steunstang tot de voorste lip van het scherm aan beide uiteinden van het maaidek (Figuur 52). Figuur 50 5. Draai aan de stelschroef totdat de rol contact maakt met de voorkant van de hoogtelat. 6. Stel beide uiteinden van de rol af totdat de hele rol evenwijdig aan het ondermes is. Figuur 52 1.
3. Zorg ervoor dat de afstand tussen de balk en de messenkooi over de gehele lengte van de messenkooi gelijk is. Opmerking: De balk kan worden aangepast om veranderingen in de gazonomstandigheden te compenseren. De afstand tussen de balk en de messenkooi moet worden verminderd als het gazon uitzonderlijk vochtig is. Daartegenover staat de afstand tussen de balk en de messenkooi groter moet zijn als het gazon droog is. De balk moet evenwijdig aan de messenkooi zijn om de beste prestaties te verkrijgen.
De machine aanpassen aan de gazonomstandigheden Raadpleeg onderstaande tabel om de machine aan te passen aan de gazonomstandigheden.
Rollen: Standaard en Optioneel Onderdeelnummer Beschrijving Maaidek 99-6240 Wiehle, met smalle tussenruimte Greensmaster 800 50,8 mm aluminium Standaard, 5,1 mm afstand 99-6241 Wiehle, met smalle tussenruimte Greensmaster 1000 50,8 mm aluminium Standaard, 5,1 mm afstand 88-6790 Wiehle, met brede tussenruimte Greensmaster 1000 50,8 mm aluminium Diepere penetratie, 10,9 mm afstand 104-2642 Volledige rol Greensmaster 1000 50,8 mm staal 71-1550 Wiehle-rol Greensmaster 1000 50,8 mm gieti
De messenkooi wetten 1. Verwijder de plug in de rechterkap van de messenkooiaandrijving (Figuur 57) 2 1 g014780 Figuur 56 1. Contramoer 2. Bout van ondermesbalk 4. Verwijder beide ondermesbalkbouten zodat de ondermesbalk omlaag kan worden getrokken en uit de machine worden verwijderd. Bewaar de 2 nylon en de 2 stalen ringen op beide uiteinden van de ondermesbalk (Figuur 56). Figuur 57 1. Plug van kap De ondermesbalk monteren 2.
Stalling 1. Maaisel, vuil en vet van de buitenkant van de gehele machine verwijderen, met name van de motor. Vuil en kaf van de buitenkant van de koelribben van de cilinderkop en de ventilatorbehuizing verwijderen. Belangrijk: U kunt de machine met een mild reinigingsmiddel en water wassen. Was de machine nooit met een hogedrukreiniger. Gebruik niet te veel water, zeker niet in de buurt van de schakelhendelplaat en de motor. 2.
Opmerkingen:
Opmerkingen:
Lijst met internationale dealers Dealer: Land: Telefoonnummer: Dealer: Land: Agrolanc Kft Asian American Industrial (AAI) B-Ray Corporation Brisa Goods LLC Casco Sales Company Ceres S.A. CSSC Turf Equipment (pvt) Ltd. Cyril Johnston & Co. Cyril Johnston & Co. Fat Dragon Femco S.A. FIVEMANS New-Tech Co., Ltd ForGarder OU G.Y.K. Company Ltd.
Toro Garantie Beperkte garantie van twee jaar Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt De Toro Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, bieden krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie dat uw Toro product (hierna: het 'product') gedurende twee jaar of 1500 bedrijfsuren* vrij van materiaalgebreken of fabricagefouten is, met dien verstande dat hierbij de kortste periode moet worden aangehouden.