Form No. 3367-454 Rev B Greensmaster® 3150 tractie-eenheid Modelnr.: 04357—Serienr.: 311000001 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen, zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring. WAARSCHUWING CALIFORNIË Proposition 65 Waarschuwing De uitlaatgassen van de motor van dit product bevatten chemische stoffen waarvan bekend is dat ze kanker, geboorteafwijkingen of andere schade aan de voortplantingsorganen kunnen veroorzaken. Figuur 1 1. Plaats van modelnummer en serienummer Belangrijk: De motor van dit product is niet uitgerust met een vonkenvanger.
Inhoud Bougies vervangen .................................................37 Onderhoud brandstofsysteem .....................................38 Brandstoffilter vervangen ........................................38 Brandstofleidingen en -verbindingen.........................38 Onderhoud elektrisch systeem ....................................38 Onderhoud van de accu...........................................38 Onderhoud van de zekeringen..................................39 Onderhoud aandrijfsysteem ..........
Veiligheid • Inspecteer het terrein waarop u de maaimachine gaat gebruiken en verwijder eventuele voorwerpen die door de machine kunnen worden uitgeworpen. Deze machine voldoet minstens aan CEN-norm EN 836:1997, ISO-norm 5395:1990 en de B71.4-2004 specificaties van het American National Standards Institute (ANSI), van kracht op het moment van productie, als een gewicht van 18,14 kg en de gepaste wielgewichtset worden toegevoegd aan het achterwiel.
• Kijk achterom en omlaag voordat u achteruitrijdt om er • • • • • • de oplader uit het stopcontact voordat u deze aansluit op of losmaakt van de accu. Draag beschermende kleding en gebruik geïsoleerd gereedschap. zeker van te zijn dat de weg vrij is. Vervoer geen passagiers en zorg ervoor dat huisdieren en omstanders uit de buurt blijven. Verminder uw snelheid en wees voorzichtig als u een bocht maakt of wegen en voetpaden oversteekt. Zet de messenkooien stil als u niet maait.
• • • • • • • • • • • – Gebruik de serviceremmen als u een helling afdaalt, om de snelheid laag te houden en de machine onder controle te houden. Ten behoeve van een maximale veiligheid moeten de grasmanden zijn gemonteerd als de messenkooien en de verticuteereenheden in werking zijn. Zet de motor af voordat u de manden leegmaakt. De maaidekken moeten omhoog worden gebracht als u van het ene werkgebied naar het andere rijdt.
Geluidsniveau Deze machine heeft een geluidsniveau van 96 dBA met een onzekerheidswaarde (K) van 1 dBA. Het geluidsniveau werd bepaald volgens de procedures in ISO 11094. Geluidsdruk Deze machine oefent een geluidsdruk van 82 dBA uit op het gehoor van de bestuurder (met een onzekerheidswaarde (K) van 1 dBA). De geluidsdruk werd bepaald volgens de procedures in EN 836. Trillingsniveau Hand-arm Gemeten trillingsniveau voor de rechterhand = 0.41 m/s2 Gemeten trillingsniveau voor de linkerhand = 0.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. 115-3030 105–5471 1. Lees de Gebruikershandleiding. 6. Continu snelheidsregeling 2. UIT 3. Choke 7. Snel 8. Storing/defect (test alarm van lekdetector) 4. AAN 9. Koplampen 5. Langzaam 93-6686 117–2718 1. Hydraulische vloeistof 2. Lees de Gebruikershandleiding.
3-8062 1. Om de parkeerrem te vergrendelen, trapt u het rempedaal in en activeert u de vergrendeling van de parkeerrem. 105–8305 1. Messenkooien neerlaten en uitschakelen. 2. Messenkooien opheffen en uitschakelen. 3. Motor afzetten 3. Parkeerremvergrendeling 2. Om de parkeerrem vrij te zetten, trapt u het rempedaal in. 4. AAN 5. Motor starten 93–9051 1. Lees de Gebruikershandleiding. 117–9536 1. Waarschuwing – Draag gehoorbescherming. 2.
Symbolen op accu Sommige of alle symbolen staan op de accu 1. Explosiegevaar 2. Niet roken. Geen open vuur of vonken. 3. Risico van bijtende vloeistof/chemische brandwonden 4. Draag oogbescherming. 117–9537 Vervangt 117–9536 conform Europese voorschriften. * Deze veiligheidssticker waarschuwt voor gebruik op hellingen en moet worden aangebracht op de machine volgens de Europese veiligheidsnorm voor gazonmaaiers EN 836:1997.
5-8156 1. Hoogte messenkooi 3. Maaidek met 8 messen 5. Maaidek met 14 messen 7. Langzaam 2. Maaidek met 5 messen 4. Maaidek met 11 messen 6. Toerental messenkooi 8.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd.
1 Accu in gebruik nemen en opladen Geen onderdelen vereist Procedure Gebruik uitsluitend accuzuur (met een soortelijk gewicht van 1,265) als u de accu voor de eerste keer vult. Figuur 4 1. Accuzuur WAARSCHUWING 4. Laat de platen ongeveer 20 tot 30 minuten weken in het accuzuur. Vul indien nodig bij totdat het accuzuur ongeveer 6 mm van de onderkant van de vulbuis staat (Figuur 4). CALIFORNIË Proposition 65 Waarschuwing Accuklemmen, accupolen en dergelijke onderdelen bevatten lood en loodverbindingen.
WAARSCHUWING Accupolen of metalen gereedschappen kunnen kortsluiting maken met metalen onderdelen van de machine, waardoor vonken kunnen ontstaan. Hierdoor kunnen accugassen tot ontploffing komen en lichamelijk letsel veroorzaken. • Zorg ervoor dat bij het verwijderen of monteren van de accu de accupolen niet in aanraking komen met metalen onderdelen van de machine. Figuur 5 • Voorkom dat metalen gereedschappen kortsluiting veroorzaken tussen de accupolen en metalen onderdelen van de machine. 1.
Figuur 9 1. Borgpen 2. Draaistang van stoel Figuur 7 1. Vergrendelknop van stuurstangarm 9. Sluit de twee stekkers van de kabelboom aan. 2. Rechter opstap 10. Stel indien nodig de stoel en de stuurstangarm in. Opmerking: Plaats de stoel in de voorste montageopeningen in de bevestigingsplaat van de stoel om de stoel ongeveer 6,4 cm extra naar voren te kunnen zetten. 6. Monteer de rechter opstap aan het frame met 2 zelftappende schroeven (Figuur 7). 7.
5. Schuif het kapje op de op de pluspool (+) van de accu. WAARSCHUWING Accupolen of metalen gereedschappen kunnen kortsluiting maken met metalen onderdelen van de machine, waardoor vonken kunnen ontstaan. Hierdoor kunnen accugassen tot ontploffing komen en lichamelijk letsel veroorzaken. 4 Maaidekken monteren (alleen modellen 04610, 04611, en 04616) • Zorg ervoor dat bij het verwijderen of monteren van de accu de accupolen niet in aanraking komen met metalen onderdelen van de machine.
7. Bevestig de montagebouten voor de aandrijfmotor van de messenkooi aan elk maaidek. Laat ongeveer 13 mm draad uitsteken op elke montagebout (Figuur 14). Figuur 12 1. Hefarm 2. Hefhaak 4. Schuif de mof weer op de kogelverbinding en draai de trekarm naar beneden zodat de mof past op de halvekogeltap. Laat de mof los zodat deze over de halvekogeltap schuift en de onderdelen aan elkaar vastzet (Figuur 11). Figuur 14 1. Bouten 5.
Algemeen overzicht van de machine 6 EU-stickers aanbrengen Bedieningsorganen Benodigde onderdelen voor deze stap: Rempedaal 1 Waarschuwingssticker (117–9537) Het rempedaal (Figuur 15) bedient een mechanische trommelrem voor auto's op beide voorste tractiewielen. Procedure Knop van parkeerrem Als deze machine wordt gebruikt in de EU, moet u de waarschuwingssticker (117-9537) aanbrengen over de waarschuwingssticker (117-9536).
Gashendel De gashendel (Figuur 17) biedt de bestuurder de mogelijkheid het toerental van de motor te regelen. U verhoogt het toerental van de motor door de gashendel naar SNEL te bewegen; u verlaagt het toerental van de motor door de gashendel naar LANGZAAM te bewegen. Opmerking: U kunt de motor niet afzetten met de gashendel. Figuur 18 1. Instelhendel bestuurdersstoel Bedieningshendel van hefinrichting (voor opheffen/neerlaten van maaidekken) Figuur 17 1.
Contactschakelaar Brandstofafsluitklep Steek het sleuteltje in het contact (Figuur 19) en draai dit zo ver mogelijk naar rechts op START om de motor te starten. Laat het sleuteltje direct los als de motor start; het sleuteltje komt automatisch op AAN. Draai het contactsleuteltje naar links op Uit om de motor af te zetten. Sluit de brandstofafsluitklep (Figuur 22) onder de benzinetank voordat u de machine opslaat of transporteert op een vrachtwagen of een aanhanger.
Specificaties Gebruiksaanwijzing Opmerking: Specificaties en ontwerp kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. 177 cm Totale breedte (met messenkooien) Totale lengte 228,6 cm Totale hoogte 123,2 cm Totale gewicht met messenkooien 570 kg Nettogewicht (leeg) 440 kg Veiligheid staat voorop Lees aandachtig alle veiligheidsinstructies in het hoofdstuk Veilige Bediening.
Brandstoftank vullen GEVAAR In bepaalde omstandigheden kan tijdens het tanken statische elektriciteit worden ontladen waardoor vonken ontstaan die benzinedampen tot ontbranding kunnen brengen. Brand of explosie van benzine kan brandwonden bij u of anderen en materiële schade veroorzaken. Gebruik loodvrije, normale benzine voor auto’s (octaangetal minimaal 85). Gelode normale benzine kan worden gebruikt als loodvrije benzine niet verkrijgbaar is.
Het peil van de hydraulische vloeistof controleren Opmerking: Veel hydraulische vloeistoffen zijn bijna kleurloos, zodat het moeilijk is lekkages op te sporen. Er is een rode kleurstof voor de vloeistof in het hydraulisch systeem verkrijgbaar in flesjes van 20 ml. Eén flesje is voldoende voor 15-22 liter hydraulische vloeistof. U kunt deze kleurstof bestellen bij een erkende Toro-dealer, Onderdeelnr. 44-2500. Wij adviseren de rode kleurstof niet te gebruiken voor biologisch afbreekbare vloeistoffen.
Bandenspanning controleren Motor starten De banden worden in de fabriek t.b.v. de verzending opzettelijk te hard opgepompt. Laat daarom wat lucht uit de banden ontsnappen totdat deze de juiste spanning hebben, voordat u de machine in gebruik neemt. Opmerking: Controleer de ruimte onder de maaidekken om er zeker van te zijn dat deze vrij van vuil is. 1.
Start de motor en zet de schakelhendel in de maai- of transportstand. Als de motor afslaat, betekent dit dat het veiligheidssysteem naar behoren werkt. Verhelp het probleem als het systeem niet naar behoren werkt. te voeren. Na de inrijperiode hoeft u de gashendel niet op SNEL te zetten. Veiligheidssysteem controleren 4. Neem plaats op de bestuurdersstoel, trap het tractiepedaal in de neutraalstand, zet de schakelhendel in de neutraalstand en stel de parkeerrem in werking. Start de motor.
3. Steek een schone staaf of schroevendraaier in de vulbuis en druk de vlotter voorzichtig naar beneden (Figuur 30). Na één seconde moet het alarm klinken. Figuur 28 Normaal gebruik (olie is warm) 1. Elektromagnetische retourklep dicht 3. Waarschuwingszoemer 2. Vlotterschakelaar open 4. Vloeistofpeil (warm) Figuur 30 1. Schone stang of schroevendraaier 2. Schakelaar indrukken 3. Waarschuwingszoemer 4. Laat de vlotter opkomen. Het alarm moet stoppen. 5.
Figuur 31 1. Hoogte messenkooi 5. Maaidek met 14 messen 2. Maaidek met 5 messen 3. Maaidek met 8 messen 6. Toerental messenkooi 7. Langzaam 4. Maaidek met 11 messen 8. Snel Figuur 33 1. Markeringsstrook 2. Ongeveer 12,7 cm 4. Om het toerental in te stellen, draait u aan de knop (Figuur 32) tot de wijzer de gewenste instelling aangeeft. 3. Maai het gras aan de rechterkant 4. Blijf u richten op een punt op 1,8-3 m vóór de machine.
maaien van overgebleven gras tot het minimum te beperken. 3. Zorg ervoor dat een nieuwe maaibaan de vorige maaibaan zo weinig mogelijk overlapt. Om ervoor te zorgen dat het u gazon in een rechte lijn maait en de machine op een gelijke afstand van de rand van de vorige maaibaan blijft, moet u uitgaan van een denkbeeldige zichtlijn, ongeveer 1,8 tot 3 m vóór machine tot de rand van het ongemaaide deel van de green Figuur 33 en Figuur 34).
Werking van de lekdetector De tractie-eenheid slepen Het alarm van de lekdetector kan om een van de volgende oorzaken overgaan: • Er is een lek van 118-177 ml. • Het vloeistofpeil in de hoofdtank van het hydraulische systeem is gedaald met 118-177 ml als gevolg van samentrekking van afkoelende vloeistof. In noodgevallen kan de machine over een korte afstand (niet meer dan 0,5 km) worden gesleept. Toro raadt echter aan hiervan geen standaardprocedure te maken.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Belangrijk: Zie de Gebruikershandleiding van de motor voor verdere onderhoudsprocedures. VOORZICHTIG Als u het sleuteltje in het contact laat, bestaat de kans dat iemand de motor per ongeluk start waardoor u of andere omstanders ernstig letsel kunnen oplopen. Haal het sleuteltje uit het contact en maak de bougiekabel los voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert aan de machine.
Controlelijst voor dagelijks onderhoud Kopieer deze pagina ten behoeve van gebruik bij routinecontroles. Gecontroleerde item Voor week van: Ma. Di. Wo. Do. Vr. Werking van veiligheidssysteem controleren. Werking van instrumenten controleren Alarm van lekdetector controleren. Werking van de remmen controleren. Brandstofpeil controleren. Het peil van de hydraulische vloeistof controleren. Het motoroliepeil controleren. De koelribben van de motor reinigen. Luchtfilter controleren.
Onderhoudsschema Figuur 36 Procedures voorafgaande aan onderhoud 4. Schuif de draaistang van de stoel naar links, beweeg de stoel naar voren en verwijder deze. 5. Monteer de stoel in de omgekeerde volgorde. De machine opkrikken Bestuurdersstoel verwijderen VOORZICHTIG De stoel kan eenvoudig worden verwijderd om gemakkelijker onderhoudswerkzaamheden in het kleppenblok van de machine uit te voeren.
Smering • Draaipunt van hefarm (3) en draaischarnier (3) (Figuur 41) De machine smeren Smeer de machine regelmatig door nr. 2 vet op lithium- of molybdeenbasis voor algemene doeleinden in de smeernippels te spuiten. Als de machine in normale omstandigheden wordt gebruikt, moet u alle lagers en lagerbussen om de 50 bedrijfsuren smeren.
• Hefcilinders (3) (Figuur 44) 3. Smeer vet op de sleufas van de motor van de messenkooi en de hefarm als het maaidek wordt verwijderd voor een onderhoudsbeurt. 4. Spuit elke dag een paar druppels SAE 30 motorolie of een sproeismeermiddel (WD 40) op alle draaipunten na ze gereinigd te hebben. Figuur 44 • Rijsnelheidshendel (Figuur 45 & Figuur 46) Figuur 45 G017145 Figuur 46 Om de machine te smeren, gaat u als volgt te werk: 1.
Onderhoud motor Onderhoud van het luchtfilter U moet het schuimelement van het luchtfilter om de 50 bedrijfsuren een onderhoudsbeurt geven en het luchtfilterelement om de 100 bedrijfsuren (dit moet vaker gebeuren als de machine wordt gebruikt in stoffige of vuile omstandigheden). 1. Maak de sluitklemmen los en verwijder het luchtfilterdeksel (Figuur 47). Reinig het deksel grondig. Figuur 48 1. Schuimelement 2. Papierelement 4.
De gashendel afstellen Een goed werkende gasklep is afhankelijk van een correcte afstelling van de gashendel. Voordat u de carburateur afstelt, moet u controleren of de gashendel goed werkt. 1. Draai de kabelklemschroef los waarmee de kabel is bevestigd aan de motor (Figuur 50). Figuur 49 1. Aftapplug 2. Oliefilter 2. Verwijder het oliefilter (Figuur 49). Smeer een dun laagje schone olie op de pakking van het filter. 3.
Het toerental afstellen Bougies vervangen Belangrijk: Voordat u de carburateur en de snelheidsregelaar afstelt, moeten de gashendel en de chokehendel goed zijn afgesteld. Vervang de bougies om de 800 bedrijfsuren. De aanbevolen elektrodenafstand is 0,76 mm. De correcte bougie is een Champion RC14YC. WAARSCHUWING Opmerking: Een bougie heeft meestal een lange levensduur. U moet de bougie echter uitnemen en controleren als de motor slecht functioneert.
Onderhoud brandstofsysteem Onderhoud elektrisch systeem Brandstoffilter vervangen Onderhoud van de accu Er bevindt zich een leidingfilter in de brandstofleiding tussen de brandstoftank en de carburateur (Figuur 53). Vervang het filter om de 800 bedrijfsuren of eerder als de brandstofstroom wordt belemmerd. Let erop dat het peil op het filter van de brandstoftank af wijst. Zorg ervoor dat het accuzuur op het juiste peil wordt gehouden en de bovenkant van de accu schoon blijft.
Onderhoud aandrijfsysteem afzonderlijk schoonkrabben. Zet de kabels weer vast, de plus (+) kabel eerst, en smeer de accupolen in met vaseline. WAARSCHUWING De transmissie afstellen voor de neutraalstand CALIFORNIË Proposition 65 Waarschuwing Accuklemmen, accupolen en dergelijke onderdelen bevatten lood en loodverbindingen. Van deze stoffen is bekend dat ze kanker en schade aan de voortplantingsorganen veroorzaken. Was altijd uw handen nadat u met deze onderdelen in aanraking bent geweest.
Transportsnelheid verminderen het wielen niet meer draaien, zet u de moer vast waarmee de excentriek en de afstelling worden geborgd (Figuur 55). Controleer de afstelling met de gashendel op LANGZAAM en SNEL. D. 1. Trap het tractiepedaal in draai de borgmoer los waarmee de pedaalaanslag is bevestigd aan de vloerplaat. 2. Zet de pedaalaanslag losser totdat u de gewenste transportsnelheid hebt verkregen.
Onderhouden remmen Onderhoud bedieningsysteem Remmen afstellen Aan beide kanten van de machine bevindt zich een hendel om de rem af stellen zodat de remmen gelijkmatig kunnen worden afgesteld. De remmen worden als volgt afgesteld: Opheffen/neerlaten van maaidek afstellen 1. Laat de machine vooruitrijden op transportsnelheid en trap het rempedaal in; beide wielen moeten in gelijke mate worden geblokkeerd.
De hefcilinders afstellen Onderhoud hydraulisch systeem Om de hoogte van de voorste maaidekken te regelen als ze in de opgeheven (transport) stand staan, kunnen de voorste hefcilinders worden afgesteld. Hydraulische vloeistof verversen en filter vervangen 1. Laat de maaidekken neer op de grond. 2. Draai de contramoer op de gaffel van de hefcilinder van het maaidek dat u wilt afstellen, los. Ververs de hydraulische vloeistof om de 800 bedrijfsuren. 3. Maak de gaffel van de cilinder los van de hefarm.
Onderhoud van maaidek 5. U moet de vloeistof en het filter op de juiste wijze afvoeren. Opmerking: Als het alarm van de lekdetector klinkt, draait u het sleuteltje op Uit en wacht u een paar minuten totdat het vloeistofpeil in de tanks gelijk is. Controleer nogmaals het vloeistofpeil en vul indien nodig vloeistof bij. Wetten WAARSCHUWING Contact met de messenkooien of andere bewegende onderdelen kan lichamelijk letsel veroorzaken.
Stalling 7. Zet de maai/transporthendel in de neutraalstand en duw de maai/hefhendel naar voren om te beginnen met wetten. Als u de machine voor een lange tijd wilt stallen, moet u eerst de volgende handelingen verrichten: 8. Breng de wetpasta aan met de borstel met de lange steel. Gebruik nooit een borstel met een korte steel. 1. Aangekoekt vuil en achtergebleven maaisel verwijderen. De messenkooien en de snijplaten slijpen als dit nodig is; zie de Gebruikershandleiding van het maaidek.
Schema's G009831 Elektrisch schema (Rev.
Hydraulisch schema (Rev.
Opmerkingen: 47
De garantie totaaldekking van Toro Beperkte garantie Gedekte voorwaarden en producten De Toro® Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, bieden krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie dat uw Toro product (hierna: het 'product') gedurende twee jaar of 1500 bedrijfsuren* vrij is van materiaalgebreken of fabricagefouten, met dien verstande dat hierbij de kortste periode moet worden aangehouden.