FORM NO. 3323-367 Rev. A MODELNR. 04480 200000001 & HOGER MODELNR.
Inhoud Bladzijde SPECIFICATIES 2 HET AFSTELLEN VAN DE MAAI-EENHEID 3 Het afstellen van de snijplaat op de messenkooi 3 Het uitlijnen van de voorste roller aan de messenkooi 4 Instelling hoogte schermbalk 5 Instelling bovenbalk Het afstellen van de maaihoogte Dagelijkse afstellingen van de maai-eenheid SMERING Het smeren van lagers en lagerbussen HET WETTEN VAN DE MAAI-EENHEDEN 5 5 7 7 7 Specificaties inwendige vertanding (acht tanden) gemonteerd.
High-Cut Snijplaat Fairway Snijplaat Spoel met vijf messen voor intensief gebruik Spoel met acht messen voor intensief gebruik Maaihoogte-set Weilhe achterroller Volledige voorroller Tegengewicht: Het linker uiteinde van de maaieenheid bevat een gewicht met een vleugelmoer, net zoals de motoren van de messenkooien, zodat ze eenvoudige te installeren zijn. Het gewicht vormt een afsluiting voor het lager en vorm een tegengewicht voor het gewicht van de motor van de messenkooien tijdens het maaien.
Hoek van de maaieenheid kiezen De beugels van de voorroller kunnen in vier standen worden gezet. Stand 1: Minst agressieve stand; wordt gebruikt voor een zeer zachte en kwetsbare grasmat. Bereik maaihoogte—3,2 mm–26 mm Frame Beugel Afbeelding 1 1. 2. 3. Omlaag Bovenste stelschroef Onderste stelschroef Nadat u de snijplaat op de messenkooi afgesteld hebt, zorgt u ervoor dat zowel de bovenste als de onderste stelschroeven aan beide kanten van de maai-eenheid vastgezet worden.
Stand 4: de meest agressieve stand; wordt uitsluitend gebruikt op een zeer stevige grasmat of bij hogere maaihoogten. N.B.: Zorg ervoor dat de plaat onder de gehele lengte van de messen ligt en dat drie messen contact maken met de plaat. Bereik maaihoogte —2,4 mm–19 mm 3. Draai de borgmoeren los waarmee de voorste rollerbeugel rechts bevestigd is. 4. Terwijl u de spoel stevig op de plaat houdt en de druk op de voorroller handhaaft, draait u de montagebout van de roller rechtsboven rond.
wijze wordt verwijderd uit de omgeving van de spoel. 1. 2. Draai de schroeven los waarmee de bovenbalk is bevestigd. Steek een spleetmaat van 1,5 mm tussen de bovenkant van de spoel en draai de schroeven vast. Zorg ervoor dat de afstand tussen de balk en de spoel overal gelijk is. Kantel de maai-eenheid (90°) en laat deze op de achterste roller en de steuntjes rusten die boven achterop zitten. Draai de borgmoeren op de tapbouten los waarmee de achterste rollerbeugels bevestigd zijn. 3.
Indien er geen licht contact gemaakt wordt, zullen de randen van de snijplaat/messen zichzelf onvoldoende scherpen en zullen er na een tijdje botte randen gevormd worden. Indien het contact te zwaar is, zullen de snijplaat en de messenkooien te snel slijten, hetgeen kan leiden tot ongelijke slijtage, wat een nadelige invloed kan hebben op het maaien. worden aan beide uiteinden van de snijplaat.
Het wetten van de maai-eenheden LET OP Ga voorzichtig te werk tijdens het wetten van de messenkooi omdat contact met de messenkooi of andere bewegende delen kan leiden tot lichamelijk letsel. 1. Plaats de machine op een schoon en horizontaal oppervlak, laat de maai-eenheden zakken, stop de motor, activeer de parkeerrem en verwijder de sleutel uit het contactslot. 2. Verwijder de motors van de messenkooien van de maai-eenheden, koppel de messenkooien los en verwijder ze van de liftarmen. 3.