Operator's Manual

Het smeren van lagers en
lagerbussen
Elke maai-eenheid is voorzien van (7) smeernippels
die regelmatig gesmeerd moeten worden met Nr. 2
smeervet op lithiumbasis voor algemene doeleinden.
1. De smeerpunten en de aantallen zijn: Draaipunt
van snijplaat (1), lagers van messenkooi (2) en
voorste en achterste rollers (2 elk). (Fig. 5).
BELANGRIJK: Door de maai-eenheden
onmiddellijk na elke wasbeurt te smeren
wordt het water uit de lagers verwijderd,
waardoor de lagers langer meegaan.
2. Reinig elke smeernippel met behulp van een
schone doek.
3. Spuit smeervet in totdat u weerstand voelt op de
hendel.
BELANGRIJK: Zorg ervoor dat de druk niet
te hoog is omdat anders de pakkingen van het
vet voorgoed beschadigd kunnen worden.
4. Verwijder overtollig vet.
Afbeelding 5
Dagelijkse afstelling van de
maai-eenheid
Elke dag voordat u begint met maaien, ofmeer
wanneer dat nodig is, moet bij elke maai-eenheid
gecontroleerd worden of het contact tussen snijplaat
en messenkooi correct is. Dit moet gedaan worden
zelfs al is de kwaliteit van het maaien acceptabel.
1. Laat de maai-eenheden zakken op een harde
ondergrond, schakel de motor uit en verwijder de
sleutel uit het contact.
2. Draai de messenkooi langzaam achteruit en
luister of u hoort dat er contact is tussen de
messenkooi en de snijplaat. Indien er geen
duidelijk contact is, draait u de stelknop van de
snijbalk klik voor klik met de wijzers van de
klok mee totdat het contact voelbaar en hoorbaar
is.
3. Indien het contact te zwaar is, draait u de
stelknop van de snijbalk klik voor klik tegen de
wijzers van de klok in totdat er geen contact
meer is. Draai daarna de stelknop van de snijbalk
klik voor klik met de wijzers van de klok mee
totdat licht contact voelbaar en hoorbaar is.
BELANGRIJK: Licht contact is altijd aanbevolen.
Indien er geen licht contact gemaakt wordt, zullen
de randen van de snijplaat/messen zichzelf
onvoldoende scherpen en zullen er na een tijdje
botte randen gevormd worden. Indien het contact
te zwaar is, zullen de snijplaat en de messenkooien
te snel slijten, hetgeen kan leiden tot ongelijke
slijtage, wat een nadelige invloed kan hebben op
het maaien.
N.B.: Omdat de messen langs de snijplaat af blijven
schaven, zal er een klein braamrandje gevormd
worden over de snijrand over de gehele lengte van de
snijplaat. Door met een vijl over de rand te gaan,
verwijdert u deze braam, hetgeen de maairesultaten
ten goede komt.
Na geruime tijd zal er uiteindelijk een groef gevormd
worden aan beide uiteinden van de snijplaat. Deze
groeven moeten afgerond worden of vlak gevijld
worden met de snijrand van de snijplaat om een
soepele werking te garanderen.
7
Smering