Form No. 3366-517 Rev A Greensmaster® 3300 TriFlex tractie-eenheid Modelnr.: 04510—Serienr.: 311000001 en hoger Om uw product te registreren of om een gebruikershandleiding of onderdelencatalogus te downloaden, gaat u naar www.Toro.com.
Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen, zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring. WAARSCHUWING CALIFORNIË Proposition 65 Waarschuwing De uitlaatgassen van de dieselmotor van dit product bevatten bestanddelen waarvan bekend is dat ze kanker, geboorteafwijkingen of andere schade aan de voortplantingsorganen kunnen veroorzaken. 1 g014685 Figuur 1 Belangrijk: De motor van dit product is niet uitgerust met een vonkenvanger.
Inhoud Motorolie verversen en filter vervangen .............. 37 Bougies vervangen ............................................. 38 Onderhoud brandstofsysteem ................................ 39 Brandstoffilter vervangen ................................... 39 Brandstofleidingen en -verbindingen .................. 39 Onderhoud elektrisch systeem ................................ 40 Onderhoud van de accu...................................... 40 Onderhoud van de zekeringen ............................
Veiligheid Voor ingebruikname • Inspecteer het terrein om vast te stellen welke accessoires en werktuigen nodig zijn om goed en veilig te werken. Gebruik alleen door de fabrikant goedgekeurde accessoires en werktuigen. • Draag geschikte uitrusting zoals stevige schoenen, een helm, een veiligheidsbril en gehoorbescherming. Lang haar, losse kleding of sieraden kunnen worden gegrepen door bewegende onderdelen.
• • • • • • • • • • • • Zorg ervoor dat de brandstofafsluitklep is gesloten als u de machine stalt of transporteert. U mag brandstof niet opslaan in de nabijheid van een open vuur of binnenshuis aftappen uit de brandstoftank. • Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak. • Laat personeel dat niet bekend is met de instructies, nooit onderhoudswerkzaamheden aan de machine uitvoeren. • Plaats onderdelen op kriksteunen indien dit nodig is.
• Draag altijd stevige schoenen. Draag geen sandalen, tennisschoenen of gymschoenen als u de machine gebruikt. Het verdient aanbeveling veiligheidsschoenen en een lange broek te dragen. Dit is verplicht op grond van diverse plaatselijke veiligheidsvoorschriften en verzekeringsbepalingen.
• • • • • • • De geluidsdruk werd bepaald volgens de procedures in EN 836. het hydraulische systeem opsporen met behulp van karton of papier. Doe dit niet met uw handen. Hydraulische vloeistof die onder druk ontsnapt, kan voldoende kracht hebben om door de huid heen te dringen, en letsel veroorzaken. Voordat u het hydraulische systeem loskoppelt of werkzaamheden daaraan verricht, moet u alle druk in het systeem opheffen.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. 115-8156 1. Hoogte messenkooi 2. Maaidek met 5 messen 3. Maaidek met 8 messen 4. Maaidek met 11 messen 5. Maaidek met 14 messen 6. Toerental messenkooi 7. Langzaam 8. Snel 117–2718 Uitsluitend model 74845 115-8200 1.
117–9536 117–9537 Vervangt 117–9536 conform Europese voorschriften. 1. Waarschuwing - Draag gehoorbescherming. 2. Waarschuwing - Lees de Gebruikershandleiding, gebruik deze machine uitsluitend als u hierin getraind bent. 3. Handen of voeten kunnen worden gesneden/geamputeerd, maaimes - Blijf uit de buurt van bewegende delen; houd alle beschermende delen op hun plaats. 4. Machine kan kantelen – Verminder dus uw snelheid voordat u een bocht neemt, maak geen bocht bij een hoge snelheid. 5.
119-1657 1. Gas - snel 2. Gas - continu verstelbare regeling 3. Gas - langzaam 4. Messenkooien neerlaten en inschakelen. 5. Messenkooien omhoog brengen 6. Schakelhendel 7. Gebruiken voor transport 8. Gebruiken voor maaien 9. Neutraalstand - Gebruiken voor het wetten van messenkooien 119-1687 1. Uit 2. Koplampen 3. Aan 119-1658 1. Lees de Gebruikershandleiding voordat u service- of onderhoudswerkzaamheden uitvoert. 2. Oliedruklampje. 119-1688 1. Choke 2. Motor – Starten 10 3.
9-9345 Symbolen op accu Sommige of alle symbolen staan op de accu 119-9346 1. Pedaal indrukken om te ontgrendelen 2. Lees de Gebruikershandleiding voor meer informatie. 1. Explosiegevaar 2. Niet roken. Geen open vuur of vonken. 3. Risico van bijtende vloeistof/chemische brandwonden 4. Draag oogbescherming. 5. Lees de Gebruikershandleiding. 11 6. Houd omstanders op veilige afstand van de accu. 7. Draag oogbescherming; explosieve gassen kunnen blindheid en ander letsel veroorzaken 8.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure 1 2 3 4 5 6 7 8 9 Hoeveelheid Omschrijving Gebruik Rolbeugel Bout (3/4 x 3-1/2 inch) Flensmoer (1/2 inch) Stoel Kabelboom van stoel Stuurwiel Borgmoer (1-1/2 inch) Ring Stuurwieldop 1 4 4 1 1 1 1 1 1 Geen onderdelen vereist – Accu in gebruik nemen en opladen.
1 2 Rolbeugel monteren De stoel monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Rolbeugel 1 Stoel 4 Bout (3/4 x 3-1/2 inch) 1 Kabelboom van stoel 4 Flensmoer (1/2 inch) Procedure Opmerking: Plaats de stoel in de voorste montageopeningen om de stoel 7,6 cm extra naar voren te kunnen zetten, of in de achterste montageopeningen om de stoel 7,6 cm extra naar achteren te kunnen zetten. 1.
versteld) en sluit deze aan op de poort aan de onderkant van de stoel. 4 3 Accu in gebruik nemen en opladen Stuurwiel monteren Geen onderdelen vereist Benodigde onderdelen voor deze stap: Procedure 1 Stuurwiel 1 Borgmoer (1-1/2 inch) 1 Ring 1 Stuurwieldop Gebruik uitsluitend accuzuur (met een soortelijk gewicht van 1,265) als u de accu voor de eerste keer vult. 1. Maak het bevestigingsmateriaal en de accuklembeugel los en til de accu uit de machine.
WAARSCHUWING Accupolen of metalen gereedschappen kunnen kortsluiting maken met metalen onderdelen van de machine, waardoor vonken kunnen ontstaan. Hierdoor kunnen accugassen tot ontploffing komen en lichamelijk letsel veroorzaken. • Zorg ervoor dat bij het verwijderen of monteren van de accu de accupolen niet in aanraking komen met metalen onderdelen van de machine. • Voorkom dat metalen gereedschappen kortsluiting veroorzaken tussen de accupolen en metalen onderdelen van de machine. Figuur 7 1.
Figuur 8 Figuur 9 1. Minpool (-) 2. Pluspool (+) 1. Flensbout 2. Haak van grasvanger 5 3.
4. Plaats het maaidek onder de ophangarm. 5. Zorg ervoor dat de vergrendelingen op de ophangarm omhoog wijzen (dus open staan) (Figuur 12), druk de ophangarm omlaag zodat de stang ervan over de stang aan de bovenkant van het maaidek valt (Figuur 13). 1 2 2 2 1 g014596 3 Figuur 10 1. Steun (niet meegeleverd) 2.
9 EU-stickers aanbrengen Benodigde onderdelen voor deze stap: 4 1 23 Procedure 1 Als deze machine wordt gebruikt in de EU, moet u de waarschuwingssticker (117-9537) aanbrengen over de Engelse waarschuwingssticker (117-9536). g014690 Figuur 14 1. Motor van de messenkooi 2. Sleufas 3. Holte 4. Motorbevestigingsstang 9. Monteer een grasvanger op de haken aan de ophangarm. 10. Herhaal deze procedure bij de andere maaidekken.
Algemeen overzicht van de machine 1 2 4 2 5 3 3 1 6 7 g014603 Figuur 16 1. Tractiepedaal - vooruit 3. Vergrendelpedaal van stuurstangarm 2. Tractiepedaal - achteruit 8 g014674 Figuur 15 1. 2. 3. 4. Motor Rolbeugel Bedieningspaneel Stoel 5. 6. 7. 8. Stuurwiel Tractiepedaal Voetsteun Maaidekken Bedieningsorganen Figuur 17 Tractiepedaal Het tractiepedaal (Figuur 16) heeft drie functies: de machine vooruit en achteruit te laten rijden en tot stilstand te brengen.
Schakelhendel De schakelhendel (Figuur 18) heeft twee tractiestanden plus een neutraalstand. U kunt van maaien naar transport en van transport naar maaien schakelen (niet naar de neutraalstand) als de machine in beweging is. De machine zal geen schade oplopen. • Achterste stand - neutraalstand en wetten • Middelste stand - maaien • Voorste stand - transport Contactschakelaar Steek het sleuteltje in het contact (Figuur 18) en draai dit zo ver mogelijk naar rechts op START om de motor te starten.
1 2 g014620 Figuur 21 1. Wethendel - maaistand 2. Wethendel - wetstand Toerenregelaar van messenkooien 1 De toerenregelaar van de messenkooien bevindt zich onder de plastic kap links van de stoel. Met de toerentalregeling van de messenkooien (Figuur 22) kunt u het toerental van de messenkooien regelen. g014600 Figuur 19 1. Urenteller Parkeerremhendel Trek de remhendel (Figuur 20) omhoog om de parkeerrem in werking te stellen. Schakel de rem uit door de remhendel naar voren en omlaag te duwen.
Specificaties Opmerking: Specificaties en ontwerp kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Gebruiksaanwijzing Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Veiligheid staat voorop Lees aandachtig alle veiligheidsinstructies in het hoofdstuk Veilige Bediening. Met behulp van deze informatie kunt u voorkomen dat omstanders of uzelf letsel oplopen. Figuur 25 1. Peilstok Wij adviseren u beschermende uitrusting te gebruiken, zoals een veiligheidsbril, gehoorbescherming, veiligheidsschoenen en een helm. 2. Dop van vulbuis 3.
1. Reinig de omgeving van de tankdop en verwijder deze (Figuur 26). GEVAAR In bepaalde omstandigheden is benzine uiterst ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie van benzine kan brandwonden bij u of anderen en materiële schade veroorzaken. • Vul de brandstoftank in de open lucht wanneer de motor koud is. Eventueel gemorste benzine opnemen. • Vul de brandstoftank nooit als de machine op een aanhanger in een afgesloten ruimte staat. • Vul de brandstoftank niet helemaal.
Opmerking: Toro aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor schade die wordt veroorzaakt door gebruik van verkeerde vervangende vloeistoffen. Gebruik daarom uitsluitend producten van gerenommeerde fabrikanten die garant staan voor de vloeistoffen die zij aanbevelen. boven 29°C zijn uitgerust met een oliekoeler, zie 5 De optionele oliekoeler monteren (bladz. 16). Hydraulische tank vullen. 1. Plaats de machine op een horizontaal oppervlak. Laat de motor afkoelen zodat de vloeistof koud is.
Bandenspanning controleren Motor starten De banden worden in de fabriek t.b.v. de verzending opzettelijk te hard opgepompt. Laat daarom wat lucht uit de banden ontsnappen totdat deze de juiste spanning hebben, voordat u de machine in gebruik neemt. Opmerking: Controleer de ruimte onder de maaidekken om er zeker van te zijn dat deze vrij van vuil is. 1.
de gashendel in de stand Snel zetten om deze controle uit te voeren. Na de inrijperiode hoeft u de gashendel niet op SNEL te zetten. schakelhendel in de neutraalstand en stel de parkeerrem in werking. Zet de schakelhendel in de maai- of transportstand en probeer de motor te starten. Als de motor niet start, betekent dit dat het veiligheidssysteem naar behoren werkt. Verhelp het probleem als het systeem niet naar behoren werkt. Veiligheidssysteem controleren 3.
Figuur 30 Lekwaarschuwing! Figuur 28 Voor de start (vloeistof is koud) 1. Dop van vulbuis 2. Vulbuis 3. Overloopbuis 4. Kijkglas 1. Vlotterschakelaar dicht Vloeistofpeil gedaald met 118-177 ml 2. Waarschuwingszoemer 5. Elektromagnetische retourklep open 6. Vlotterschakelaar open 7. Geen geluid 8. Vloeistofpeil (koud) 3. Vloeistofpeil (warm) Werking van de lekdetector controleren 1. Draai het contactsleuteltje op AAN. Start de motor niet. 2.
De maaidekken monteren en verwijderen Maaidekken monteren 1. Klap de voetsteun omhoog zodat u bij het middelste maaidek kunt (Figuur 32). VOORZICHTIG 1 Uw vingers kunnen bekneld raken als de voetsteun dichtklapt. 2 Houd uw vingers uit de buurt van het gebied waar de voetsteun terug kan klappen terwijl deze open staat. g01461 1 Figuur 34 2 1. Stang van ophangarm 2. Stang van maaidek 4. Sluit de vergrendelingen rond de stang van het maaidek en vergrendel ze (Figuur 33).
4 23 2 1 1 g014605 Figuur 36 1. Motor van de messenkooi 2. Motorbevestigingsstang 3. Zet de motor in de opbergruimte op de voorkant van de ophangarm (Figuur 37). g014690 g014608 Figuur 35 1. Motor van de messenkooi 2. Sleufas Figuur 37 3. Holte 4.
6. Rol het maaidek onder de ophangarm vandaan. 7. Herhaal indien nodig stap 2 tot en met 6 voor de andere maaidekken. Toerental van de messenkooien instellen 1 Om ervoor te zorgen dat de maaikwaliteit constant en van hoog niveau blijft en het gazon na het maaien een gelijkmatig uiterlijk krijgt, is het belangrijk dat de toerentalregeling van de messenkooien (die zich op het verdeelstuk onder de klep links van de stoel bevindt) juist is afgesteld.
laat u de maaidekken neer op de grasmat en start u de messenkooien. Belangrijk: U moet eraan wennen dat maaidek 1 een vertraging heeft, en daarom moet u zich oefenen de timing te verkrijgen die nodig is om het maaien van overgebleven gras tot het minimum te beperken. 3. Zorg ervoor dat een nieuwe maaibaan de vorige maaibaan zo weinig mogelijk overlapt.
Werking van de lekdetector Het alarm van de lekdetector kan om een van de volgende oorzaken overgaan: • Er is een lek van 118-177 ml. • Het vloeistofpeil in de hoofdtank van het hydraulische systeem is gedaald met 118-177 ml als gevolg van samentrekking van afkoelende vloeistof. Als het alarm klinkt, moet u dit zo snel mogelijk afzetten en controleren op lekken. Als het alarm klinkt terwijl u een gazon maait, kan het verstandig zijn om de machine eerst van het gazon af te rijden.
en mechanische onderdelen. Controleer tevens of de messen van de maaidekken scherp genoeg zijn. Smeer verder het maai en hefpedaal met SAE 30 olie of een sproeismeermiddel om corrosie te voorkomen en ervoor te zorgen dat de machine tot tevredenheid blijft werken als u deze de volgende keer gebruikt. De tractie-eenheid slepen In noodgevallen kan de machine over een korte afstand (niet meer dan 0,5 km) worden gesleept. Toro raadt echter aan hiervan geen standaardprocedure te maken.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Belangrijk: Zie de Gebruikershandleiding van de motor voor verdere onderhoudsprocedures. VOORZICHTIG Als u het sleuteltje in het contact laat, bestaat de kans dat iemand de motor per ongeluk start waardoor u of andere omstanders ernstig letsel kunnen oplopen. Haal het sleuteltje uit het contact en maak de bougiekabel los voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert aan de machine.
Controlelijst voor dagelijks onderhoud Kopieer deze pagina ten behoeve van gebruik bij routinecontroles. Gecontroleerde item Voor week van: Ma. Di. Wo. Do. Vr. Werking van veiligheidssysteem controleren. Werking van instrumenten controleren Alarm van lekdetector controleren. Werking van de remmen controleren. Brandstofpeil controleren. Het peil van de hydraulische vloeistof controleren. Het motoroliepeil controleren. De koelribben van de motor reinigen. Luchtfilter controleren.
Onderhoud motor Onderhoud van het luchtfilter Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren—Het schuimelement van het luchtfilter reinigen (dit moet vaker gebeuren als de machine wordt gebruikt in stoffige of vuile omstandigheden). Om de 100 bedrijfsuren—Het schuimelement van het luchtfilter reinigen (dit moet vaker gebeuren als de machine wordt gebruikt in stoffige of vuile omstandigheden). Figuur 44 1. Schuimelement 1. Maak de sluitklemmen los en verwijder het luchtfilterdeksel (Figuur 43).
4. Zorg ervoor dat de elektrodenafstand tussen de centrale elektrode en de massa-elektrode 0,76 mm bedraagt (Figuur 46). Figuur 45 1. Aftapplug Figuur 46 2. Oliefilter 2. Verwijder het oliefilter (Figuur 45). Smeer een dun laagje schone olie op de pakking van het filter. 5. Plaats een bougie met de juiste elektrodenafstand en monteer deze met een pakkingafdichting. Draai de bougie vast met een torsie van 23 Nm. Als u geen momentsleutel gebruikt, moet u de bougie stevig vastdraaien. 3.
Onderhoud brandstofsysteem Inspecteer de brandstofleidingen op slijtage, beschadigingen of loszittende verbindingen. Brandstoffilter vervangen Onderhoudsinterval: Om de 800 bedrijfsuren (Vervang eerder als de brandstofstroom wordt belemmerd.) Er bevindt zich een leidingfilter in de brandstofleiding tussen de brandstoftank en de carburateur (Figuur 47). Let erop dat het peil op het filter van de brandstoftank af wijst. GEVAAR In bepaalde omstandigheden is benzine uiterst ontvlambaar en zeer explosief.
Onderhoud elektrisch systeem en polen afzonderlijk schoonkrabben. Zet de kabels weer vast, de plus (+) kabel eerst, en smeer de accupolen in met vaseline. WAARSCHUWING Onderhoud van de accu CALIFORNIË Proposition 65 Waarschuwing Accuklemmen, accupolen en dergelijke onderdelen bevatten lood en loodverbindingen. Van deze stoffen is bekend dat ze kanker en schade aan de voortplantingsorganen veroorzaken. Was altijd uw handen nadat u met deze onderdelen in aanraking bent geweest.
Onderhoud aandrijfsysteem Zekeringen Hydraulisch Set met ventilator 15 A Verlichting Lekdetector 15 A Lopen 10 A Messenkooi omhoog brengen E-Messenkooi inschakelen 7,5 A Messenkooi inschakelen Omhoog/omlaag brengen De transmissie afstellen voor de neutraalstand 7,5 A Start/lopen Diag. Verlichting Lekdetector 7,5 A Als de machine kruipt wanneer het tractiepedaal in de neutraalstand staat, moet de contraveer van de neutraalstand worden afgesteld. 1.
Transportsnelheid verminderen Opmerking: Als het wiel nog steeds draait terwijl de excentriek de maximale stand heeft bereikt, moet u voor verdere afstelling contact opnemen met een erkende servicedealer of de Onderhoudshandleiding raadplegen. 1. Trap het tractiepedaal in draai de borgmoer los waarmee de pedaalaanslag is bevestigd aan de vloerplaat. 2. Zet de pedaalaanslag losser totdat u de gewenste transportsnelheid hebt verkregen. Transportsnelheid afstellen 3.
Onderhouden remmen Onderhoud hydraulisch systeem Remmen afstellen Hydraulische vloeistof verversen en filter vervangen Onderhoudsinterval: Jaarlijks—Polijst de remmen. Als de rem de machine niet kan houden als deze geparkeerd staat, kunt u de remmen afstellen met behulp van de schutbordfitting bij de remtrommel; neem contact op met een erkende servicedealer of raadpleeg de Onderhoudshandleiding voor meer informatie.
Onderhoud van maaidek 4. Start de motor en laat deze 3 tot 5 minuten stationair lopen om de vloeistof te laten circuleren en het systeem te ontluchten. De messenkooien wetten 5. Zet de machine af, controleer het vloeistofpeil opnieuw en vul indien nodig opnieuw bij. WAARSCHUWING 6. U moet de vloeistof en het filter op de juiste wijze afvoeren. Contact met de messenkooien of andere bewegende onderdelen kan lichamelijk letsel veroorzaken.
Diagnostisch systeem Diagnose van het onderhoudsindicatielampje 1 Het onderhoudsindicatielampje brandt als er een storing optreedt in de machine. Als dit lampje brandt, kunt u de computercodes bekijken om te achterhalen wat het probleem is. Schakel hiervoor de diagnostische modus in. In de diagnostische modus knippert het onderhoudsindicatielampje een aantal keer om de foutcode aan te geven waarmee u kunt nagaan wat het probleem is. Opmerking: In de diagnostische modus kan de motor niet worden gestart.
Stalling – Als de code 123 is, is het knipperpatroon als volgt: ############_### Als u de machine voor een lange tijd wilt stallen, moet u eerst de volgende handelingen verrichten: • Als er meerdere storingen zijn, begint de knippercode voor het tiental van de volgende storing na een pauze na de eenheden van de eerste storing. 1. Aangekoekt vuil en achtergebleven maaisel verwijderen. De messenkooien en de snijplaten slijpen als dit nodig is; zie de Gebruikershandleiding van het maaidek.
Schema's Elektrisch schema (Rev.
Hydraulisch schema (Rev.
Opmerkingen: 49
Opmerkingen: 50
Opmerkingen: 51
De Toro Total Coverage garantie Beperkte garantie Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt De Toro® Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, bieden krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie dat uw Toro product (hierna: het 'product') gedurende twee jaar of 1500 bedrijfsuren* vrij is van materiaalgebreken of fabricagefouten, met dien verstande dat hierbij de kortste periode moet worden aangehouden.