Form No. 3404-723 Rev A Greensmaster® 3320 TriFlex® tractie-eenheid Modelnr.: 04530—Serienr.: 316000001 en hoger g014597 Registreer uw product op www.Toro.com.
Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen; zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring. aangegeven op Figuur 1. U kunt de nummers noteren in de ruimte hieronder. WAARSCHUWING CALIFORNIË Proposition 65 Waarschuwing Dit product bevat een chemische stof of chemische stoffen waarvan de Staat Californië weet dat ze kanker, geboorteafwijkingen en schade aan het voortplantingssysteem veroorzaken.
Inhoud Brandstoffilter vervangen ........................................41 Brandstofleidingen en -verbindingen controleren ........................................................41 Onderhoud elektrisch systeem ....................................42 Onderhoud van de accu...........................................42 De zekeringen vinden .............................................42 Onderhoud aandrijfsysteem ........................................43 De transmissie afstellen voor de neutraalstand ........
Veiligheid Bediening • Laat de motor nooit in een afgesloten ruimte lopen, omdat Deze machine is ontworpen in overeenstemming met de EN-norm ISO 5395:2013 en B71.4-2012 van het ANSI (American National Standards Institute) en voldoet aan deze normen indien de juiste ballastgewichten gemonteerd zijn. • • Onjuist gebruik of onderhoud door de gebruiker of eigenaar kan letsel veroorzaken.
• Zorg ervoor dat u de veiligheidsgordel in een noodgeval • • • • • stevig vastzitten. Vervang versleten of beschadigde stickers. snel kunt losmaken. Let goed op dat er voldoende ruimte boven de machine is (denk aan takken, deuropeningen, elektrische kabels) voordat u onder een object rijdt en zorg ervoor dat u dit niet raakt. Houd de rolbeugel in deugdelijke staat door deze regelmatig grondig te controleren op beschadiging, en zorg dat alle bevestigingsmateriaal stevig is vastgedraaid.
• Blijf uit de buurt van het draaiende rooster op de zijkant • • • • • • • Als de motor moet lopen om onderhouds- of van de motor om direct contact met uw lichaam en kleding te vermijden. Als een maaidek een vast voorwerp raakt of het voertuig abnormaal trilt, moet u onmiddellijk stoppen, de motor afzetten, wachten tot alle bewegende delen tot stilstand zijn gekomen en het voertuig op beschadigingen controleren.
Trillingsniveau op het gehele lichaam Gemeten trillingsniveau = 0,14 m/s2 Onzekerheidswaarde (K) = 0,07 m/s2 De gemeten waarden zijn bepaald volgens de procedures in EN ISO 5395:2013.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. 115-8155 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding, gebruik geen choke of startvloeistof. 115-8203 1. Lees de Gebruikershandleiding voor informatie over de zekering. 115-8226 2. Radiateur ventilator – 50 A 1.
132-9548 1. Motorsnelheid – snel 2. Motorsnelheid – langzaam 7. Messenkooisnelheid – neutraal 8. Messenkooi – transport 3. Messenkooien neerlaten en uitschakelen 4. Messenkooien opheffen en uitschakelen 9. Messenkooi – maaien 10. Messenkooi – wetten 5. Toerental van messenkooi – Snel 11. Rij vooruit 6. Toerental van messenkooi – Langzaam 132-9550 1. Choke 3. Motor – Lopen 2. Motor – Starten 4.
Symbolen op accu Sommige of alle symbolen staan op de accu 1. Risico van explosie 2. Geen vonken of vuur en niet roken. 3. Risico van bijtende vloeistof/chemische brandwonden 4. Draag oogbescherming. 5. Raadpleeg de Gebruikershandleiding. 6. Houd omstanders op veilige afstand van de accu. 7. Draag oogbescherming; explosieve gassen kunnen blindheid en ander letsel veroorzaken 8. Accuzuur kan blindheid of ernstige brandwonden veroorzaken. 9. Ogen direct met water spoelen en snel arts raadplegen.
133-2339 Vervangt sticker 133-2338 voor EU-conforme machines 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding, gebruik deze machine uitsluitend als u hierin getraind bent. 4. Kantelgevaar – rij niet dwars tegen hellingen of hellingafwaarts op hellingen die steiler zijn dan 15 graden. 2. Waarschuwing – Draag gehoorbescherming. 5. De machine kan voorwerpen uitwerpen – Houd omstanders op een veilige afstand van de machine. 6. Waarschuwing – 3.
119-9345 12
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 Hoeveelheid Omschrijving Gebruik Rolbeugel Bout (1/2 x 3-3/4 inch) Flensmoer (1/2 inch) Stoel Kabelboom van stoel Stuurwiel Borgmoer (1-1/2 inch) Ring Dop van stuur 1 4 4 1 1 1 1 1 1 Geen onderdelen vereist – Accu in gebruik nemen en opladen. Geen onderdelen vereist – De optionele oliekoeler monteren.
Hoeveelheid Omschrijving Gebruik Controlelijst voor levering Geluidscertificaat Certificaat van Integriteit en Naleving 1 1 1 Bewaren om later te kunnen raadplegen Contactsleuteltjes 2 De motor starten 1 2 Rolbeugel monteren De stoel monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Rolbeugel 1 Stoel 4 Bout (1/2 x 3-3/4 inch) 1 Kabelboom van stoel 4 Flensmoer (1/2 inch) Procedure Procedure Opmerking: Plaats de stoel in de voorste montageopeningen
Figuur 5 1. Stuurwiel 3. Borgmoer 2. Ring 4. Dop 2. Schuif de ring op de stuuras (Figuur 5). Figuur 4 1. Stoel 3. Ring 2. Stoelbasis 4. Bout (5/16 x 3/4 inch) 3. Zet het stuur vast op de as met een borgmoer en trek die aan tot 27-35 N∙m (Figuur 5). 4. Plaats de dop op het stuurwiel en bevestig deze met 6 bouten (Figuur 5). 4. Verbind de vrije aansluiting van de hoofdkabelboom (rechts van de stoel) met de kabelboom die bij de stoel werd geleverd. 4 5.
Belangrijk: Als u de accu minder lang dan hierboven vermeld oplaadt, kan dat de levensduur van de accu verkorten. 2. Maak de bovenkant van de accu schoon en verwijder de vuldoppen (Figuur 6). 6. Als de accu is opgeladen, haalt u de acculader uit het stopcontact en maakt u deze los van de accupolen. Opmerking: Nadat de accu in gebruik is genomen, mag u deze indien nodig uitsluitend bijvullen met gedistilleerd water, hoewel dit in normale gebruiksomstandigheden bij onderhoudsvrije accu's niet nodig is.
Figuur 8 Figuur 9 1. Minpool (-) 1. Flensbout 2. Pluspool (+) 3. Stang van ophangarm 2. Haken van grasvanger 5 7 Oliekoeler monteren (optioneel) Maai-eenheden monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: Geen onderdelen vereist 1 Meetstaaf Procedure 3 Maaidek (verkrijgbaar bij uw Toro-distributeur) Als de machine in een warme streek wordt gebruikt, met een omgevingstemperatuur boven 29 °C of ook voor zwaar werk wordt ingezet (anders dan het maaien van greens, b.v.
8 11 Instellen van de Clip-Control functie De bandenspanning verlagen Geen onderdelen vereist Geen onderdelen vereist Procedure Procedure De banden worden in de fabriek t.b.v. de verzending opzettelijk te hard opgepompt. Laat daarom wat lucht uit de banden ontsnappen totdat deze de juiste spanning hebben, voordat u de machine in gebruik neemt. Zie Bandenspanning controleren (bladz. 28).
Algemeen overzicht van de machine 1 2 4 2 5 3 3 1 6 7 g014603 Figuur 11 1. Tractiepedaal – vooruit 3. Vergrendelpedaal van stuurstangarm 2. Tractiepedaal – achteruit 8 g014674 Figuur 10 1. Motor 2. Rolbeugel 5. Stuurwiel 6. Tractiepedaal 3. Bedieningspaneel 7. Voetsteun 4. Stoel 8. Maai-eenheden Bedieningsorganen Figuur 12 Tractiepedaal De rijsnelheden zijn als volgt: Het tractiepedaal (Figuur 11) heeft 3 functies: de machine vooruit en achteruit laten rijden en tot stilstand brengen.
Contactschakelaar Steek het sleuteltje in het contact (Figuur 13) en draai dit zo ver mogelijk naar rechts op START om de motor te starten. Laat het sleuteltje direct los als de motor start; het sleuteltje komt automatisch op AAN. Draai het contactsleuteltje naar links op UIT om de motor af te zetten. Parkeerremhendel Trek de remhendel (Figuur 14) omhoog om de parkeerrem in werking te stellen.
3 • FUNCTIONELE CONTROLESTATUS – transportmodus 4 wordt aangegeven door een konijn en maaimodus door een schildpad. 2 1 • MOTOROLIEDRUK -lamp – dit icoon verschijnt als de 52.2V TORO motoroliedruk lager is dan de veilige onderwaarde. 5 STOP n/min 13.2 • MENUTOEGANG/TERUG – druk op deze knop om naar de menu's van het InfoCenter te gaan. De knop dient om het huidige menu te verlaten. 6 10,000.0 • KNOP NAAR BENEDEN – GEBRUIK DEZE KNOP OM NAAR BENEDEN DOOR MENU'S TE BEWEGEN.
ONDERHOUD Onderdeelmenu Beschrijving UUR Het totale aantal bedrijfsuren van de machine, motor, messenkooien, weteenheid en ventilator, alsook het aantal uren dat de machine getransporteerd en oververhit is geweest. COUNTS Het aantal keer dat de machine voorverwarmd en gestart is geweest. WETTEN Schakelt wetten AAN/UIT (als het wetten aanstaat kunt u het uitschakelen met deze instelling of met het contactsleuteltje). TAP-OFFVERTRAGING Bepaalt de tap-offvertraging.
8 0,600 9 0,750 10 0,925 3. Gebruik de betreffende grafiek (Figuur 16), voor maaidekken met 5, 8, 11 of 14 messen, om de gewenste messenkooisnelheid te bepalen. Instellen van de tap-offvertraging. Met de tap-offvertraging kunnen de maaidekken uitgeschakeld worden zonder ze te heffen. U kunt dit in het InfoCenter instellen. De vertragingsinstelling is de maximale tijd gedurende dewelke de hendel voor omhoog/omlaag in de omhoogstand mag blijven om deze functie te activeren.
Instelhendel bestuurdersstoel De hendel voor de lengte-instelling van de stoel bevindt zich rechts vooraan de stoel (Figuur 18). Deze laat toe de stoel naar voor of naar achter aan te passen. Opmerking: Als de stoel nog verder moet versteld worden, kunt u de 4 bouten verwijderen waarmee de stoel aan de basis is bevestigd en de stoel naar de tweede reeks montage-openingen bewegen. 1 1 g01462 6 Figuur 19 1.
Gebruiksaanwijzing VOORZICHTIG Als u de voeding naar de maaidekken niet onderbreekt, bestaat de kans dat iemand de maaidekken per ongeluk start. Hierdoor kan ernstig letsel aan handen en voeten ontstaan. Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Veiligheid staat voorop Koppel altijd de snelkoppelingen voor de voeding naar de maaidekken los voordat u werkzaamheden aan de maaidekken gaat uitvoeren.
Motoroliepeil controleren. niet hetzelfde. Benzine met 15% ethanol (E15) per volume is niet goedgekeurd voor gebruik. Gebruik nooit benzine die meer dan 10% ethanol per volume bevat, zoals E15 (bevat 15% ethanol), E20 (bevat 20% ethanol), of E85 (bevat tot 85% ethanol). Ongeschikte benzine gebruiken kan leiden tot verminderde prestaties en/of motorschade die mogelijk niet gedekt wordt door de garantie.
Het peil van de hydraulische vloeistof controleren GEVAAR In bepaalde omstandigheden kan tijdens het tanken statische elektriciteit worden ontladen, waardoor vonken ontstaan die brandstofdampen tot ontbranding kunnen brengen. Brand of explosie van brandstof kan brandwonden bij u of anderen en materiële schade veroorzaken. Het reservoir van de hydraulische vloeistof is in de fabriek gevuld met ongeveer 25,7 liter hoogwaardige hydraulische vloeistof.
Belangrijk: Om verontreiniging van het systeem te voorkomen, moet u de bovenzijde van een container met hydraulische vloeistof reinigen voordat u deze doorprikt. Zorg ervoor dat de tuit en de trechter schoon zijn. aantal temperatuursomstandigheden. Deze vloeistof is compatibel met gangbare minerale olie, maar met het oog op maximale biologische afbreekbaarheid en goede prestaties moet het hydraulische systeem grondig met gewone vloeistof worden gespoeld.
E. Controleer op olielekken en draai de hydraulische fittings vast als u lekken vindt. Gebruikershandleiding van de motor, die u hebt gekregen bij de machine. Voor de inrijperiode is 8 uur maaien genoeg. Opmerking: Als de machine nieuw is en de lagers en messenkooien nog stroef zijn, moet u de gashendel in de stand SNEL zetten om deze controle uit te voeren. Na de inrijperiode hoeft u de gashendel niet op SNEL te zetten.
Lekdetector controleren Het veiligheidssysteem voorkomt het draaien van de messenkooien, tenzij de schakelhendel op MAAIEN staat. Met de lekdetector kunt u vroegtijdig een olielek in het hydraulische systeem ontdekken. Als het vloeistofpeil in de hoofdtank van het hydraulische systeem met 118 tot 177 ml is gedaald, gaat de vlotterschakelaar in de tank dicht. Na 1 seconde klinkt het alarm om de bestuurder te waarschuwen (Figuur 27).
3. Steek een schone staaf of schroevendraaier in de vulbuis en druk de vlotter voorzichtig naar beneden (Figuur 28). Na één seconde moet het alarm klinken. G020736 Figuur 26 Normaal gebruik (olie warm) 1. Elektromagnetische retourklep – gesloten 3. Waarschuwingszoemer 2. Vlotter omhoog – schakelaar open 4. Vloeistofpeil (warm) Figuur 28 1. Schone stang of schroevendraaier 2. Druk de schakelaar in 3. Waarschuwingszoemer 4. Laat de vlotter opkomen. Opmerking: Het alarm moet stoppen. 5.
De maaidekken monteren en verwijderen Opmerking: Als u de maaimessen slijpt, de maaihoogte instelt of onderhoudswerkzaamheden aan een maaidek verricht, moet u de motoren van de messenkooien van het maaidek in de opbergruimte op de voorkant van de ophangarmen plaatsen om beschadiging te voorkomen. Belangrijk: Breng de ophanging niet omhoog in de transportstand als de messenkooimotoren zich in de houders in het frame van de machine bevinden. Dit kan schade aan de motoren of slangen tot gevolg hebben.
Opmerking: U kunt een klik horen en voelen als de vergrendelingen goed gesloten zijn. 2 6. Smeer schoon vet op de sleufas van de motor van het maaidek (Figuur 34). 7. Steek de motor in de linkerkant van het maaidek (gezien vanuit de bestuurdersstoel) en trek de motorbevestigingsstang op het maaidek in de richting van de motor totdat u aan beide kanten een klik hoort (Figuur 34). g014602 1 Figuur 31 1. Voetsteun – gesloten 2. Voetsteun – geopend 3. Plaats het maaidek onder de middelste ophangarm. 4.
De maaidekken verwijderen 1. Koppel de snelkoppelingen voor de voeding naar de maaidekken los, zie Snelkoppelaars maaidekstroom (bladz. 24). VOORZICHTIG Als u de voeding naar de maaidekken niet onderbreekt, bestaat de kans dat iemand de maaidekken per ongeluk start. Hierdoor kan ernstig letsel aan handen en voeten ontstaan.
Opmerking: Dit beperkt de compactie tot een minimum en zorgt voor een verzorgd en aantrekkelijk maaipatroon op de greens. 3. Activeer de bedieningshendel van de hefinrichting op het moment dat de voorste randen van de grasmanden over de buitenrand van de green komen. Opmerking: Hiermee laat u de maaidekken neer op de grasmat en start u de messenkooien.
Belangrijk: U mag de machine niet sneller dan 3 tot 5 km per uur slepen omdat anders het aandrijfsysteem kan worden beschadigd. Als de machine over een grote afstand moet worden verplaatst, moet u deze vervoeren op een vrachtwagen of een aanhanger. 11. Verwijder al het maaisel uit de grasmanden voordat u de machine naar een volgende green rijdt.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Opmerking: Download het elektrische of hydraulische schema gratis op www.Toro.com; u kunt uw machine zoeken via de link Handleidingen op de hoofdpagina. Belangrijk: Raadpleeg de gebruikershandleiding van de motor voor verdere onderhoudsprocedures.
Controlelijst Dagelijks Onderhoud Gelieve deze pagina te kopiëren ten behoeve van gebruik bij routinecontroles. Gecontroleerd item Voor week van: Ma. Di. Wo. Do. Vr. Werking van veiligheidssysteem controleren. Werking van instrumenten controleren Alarm van lekdetector controleren. Werking van de remmen controleren. Brandstofpeil controleren. Het peil van de hydraulische vloeistof controleren. Het motoroliepeil controleren. De koelribben van de motor reinigen. Luchtfilter controleren.
Smering Onderhoud motor De machine smeren Onderhoud van het luchtfilter Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren—Het schuimelement van het luchtfilter reinigen (dit moet vaker gebeuren als de machine wordt gebruikt in stoffige of vuile omstandigheden). Smeer de smeernippel regelmatig met lithiumvet nr 2. 1. Veeg de smeernippel schoon zodat er geen ongerechtigheden kunnen binnendringen in het lager of de lagerbus (Figuur 39).
Figuur 42 Figuur 41 1. Schuimelement 1. Aftapplug 3. Vleugelmoer 2. Oliefilter 2. Papierelement 2. Verwijder het oliefilter (Figuur 42). 5. Als u het schuimelement een onderhoudsbeurt geeft, moet u controleren in wat voor staat het papierelement verkeert. Klop het papierelement voorzichtig tegen een vlak oppervlak om het te reinigen of vervang het indien dit nodig is. 3. Smeer een dun laagje schone olie op de pakking van het filter. 4.
Onderhoud brandstofsysteem 4. Zorg ervoor dat de elektrodenafstand tussen de centrale elektrode en de massa-elektrode 0,76 mm bedraagt (Figuur 43). Brandstoffilter vervangen Onderhoudsinterval: Om de 800 bedrijfsuren (Eerder als de brandstofstroom wordt belemmerd) Er bevindt zich een leidingfilter in de brandstofleiding tussen de brandstoftank en de carburateur (Figuur 44). GEVAAR In bepaalde omstandigheden is brandstof uiterst ontvlambaar en zeer explosief.
Onderhoud elektrisch systeem WAARSCHUWING CALIFORNIË Proposition 65 Waarschuwing Accuklemmen, accupolen en dergelijke onderdelen bevatten lood en loodverbindingen. Van deze stoffen is bekend dat ze kanker en schade aan de voortplantingsorganen veroorzaken. Was altijd uw handen nadat u met deze onderdelen in aanraking bent geweest. Onderhoud van de accu Zorg ervoor dat het accuzuur op het juiste peil wordt gehouden en de bovenkant van de accu schoon blijft.
Onderhoud aandrijfsysteem bereikt, moet u voor verdere afstelling contact opnemen met een erkende servicedealer of de Onderhoudshandleiding raadplegen. Transportsnelheid afstellen De transmissie afstellen voor de neutraalstand Maximale transportsnelheid afstellen Als de machine langzaam vooruit kruipt met het tractiepedaal op NEUTRAAL moet u het mechanisme voor de neutraalstand bijstellen.
Onderhouden remmen 3. Draai de borgmoer aan om de pedaalaanslag vast te zetten. Remmen afstellen Maaisnelheid afstellen Als de rem de machine niet kan houden als deze geparkeerd staat, kunt u de remmen afstellen met behulp van de schutbordfitting bij de remtrommel; neem contact op met een erkende servicedealer of raadpleeg de Onderhoudshandleiding voor meer informatie. De maaisnelheid is in de fabriek afgesteld op 6,1 km per uur. De voorwaartse maaisnelheid kan ingesteld worden van 0 tot 8 km per uur.
Hydraulische slangen en leidingen controleren Onderhoud hydraulisch systeem WAARSCHUWING Hydraulische olie verversen en de filter vervangen Hydraulische vloeistof die onder druk ontsnapt, kan door de huid heen dringen en letsel veroorzaken.
Onderhoud van maaidek op UIT om de machine terug te schakelen naar maaien in de vooruitstand. 15. Spoel alle wetpasta van de maaidekken. Stel indien nodig het contact tussen de messenkooi en het ondermes af. Zet de toerentalregeling van de messenkooien in de gewenste maaistand. De messenkooien wetten WAARSCHUWING Contact met de messenkooien of andere bewegende onderdelen kan lichamelijk letsel veroorzaken.
Stalling Als u de machine voor een lange tijd wilt stallen, moet u eerst de volgende handelingen verrichten: 1. Aangekoekt vuil en achtergebleven maaisel verwijderen. Indien nodig: slijp de kooien en snijplaten, zie de Gebruikershandleiding van het maaidek. De snijplaten en de messen van de messenkooien met een roestwerend middel behandelen. Alle smeerpunten invetten en smeren. 2. Blokken onder wielen plaatsen om de wielgewichten te verwijderen. 3.
Opmerkingen:
Opmerkingen:
Opmerkingen:
Lijst met internationale dealers Distributeur: Land: Telefoonnummer: Distributeur: Land: Agrolanc Kft Asian American Industrial (AAI) B-Ray Corporation Brisa Goods LLC Casco Sales Company Ceres S.A. CSSC Turf Equipment (pvt) Ltd. Cyril Johnston & Co. Cyril Johnston & Co. Fat Dragon Femco S.A. FIVEMANS New-Tech Co., Ltd ForGarder OU G.Y.K. Company Ltd.
Toro Garantie Beperkte garantie van twee jaar Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt De Toro Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, bieden krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie dat uw Toro-product (hierna: het 'product') gedurende twee jaar of 1500 bedrijfsuren* vrij van materiaalgebreken of fabricagefouten is, met dien verstande dat hierbij de kortste periode moet worden aangehouden.