Form No. 3450-107 Rev A Greensmaster® 3420 TriFlex® tractie-eenheid Modelnr.: 04540—Serienr.: 408000000 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
Inleiding Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen; zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring. Deze machine is een zitmaaier met messenkooien bedoeld voor gebruik door professionele bestuurders in commerciële toepassingen. De machine is voornamelijk ontworpen voor het maaien van gras op goed onderhouden gazons. Dit product gebruiken voor andere doeleinden dan het bedoelde gebruik kan gevaarlijk zijn voor u of voor omstanders.
De machine controleren nadat u de motor hebt gestart ................................................... 26 De motor afzetten ............................................. 26 Veiligheidssysteem controleren ........................ 27 Met de machine rijden zonder te maaien ........... 28 De green maaien .............................................. 28 Na gebruik ........................................................... 29 Veiligheid na het werk .......................................
Veiligheid De maaidekken monteren en verwijderen ................................................... 49 Afstelling van contact tussen snijplaat en messenkooi controleren................................ 52 De messenkooien wetten ................................. 53 Stalling .................................................................... 54 Veiligheid tijdens opslag ................................... 54 Voorbereidingen voor stalling ...........................
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. decal106-6755 106-6755 1. Motorkoelvloeistof onder druk. 3. Waarschuwing – Raak het hete oppervlak niet aan. 2. Risico van explosie – Lees 4. Waarschuwing – Lees de de Gebruikershandleiding. Gebruikershandleiding. decal115-8226 115-8226 decal115-8155 115-8155 1.
decal119-9346 119-9346 1. Druk het pedaal in om te ontgrendelen. 2. Lees de Gebruikershandleiding voor meer informatie. decal136-8506 136-8506 decalbatterysymbols Symbolen op accu Sommige of alle symbolen staan op de accu. 1. Risico van explosie 2. Niet roken. Geen open vuur of vonken 3. Risico van bijtende vloeistof/chemische brandwonden 4. Draag oogbescherming. 5. Lees de Gebruikershandleiding. 6. Houd omstanders uit de buurt van de accu. 7.
decal139-2728 139-2728 decal136-8505 136-8505 Opmerking: Deze machine voldoet aan de tests die de statische breedte- en lengtestabiliteit meten en die standaard zijn in de sector. De maximale aanbevolen hellingshoek wordt vermeld op de sticker. Raadpleeg de instructies voor gebruik van de machine op hellingen in de Gebruikershandleiding en de omstandigheden waarin u de machine zou gebruiken om na te gaan of u de machine op een bepaalde dag en op het terrein in kwestie kunt gebruiken.
decal115-8156 115-8156 1. Hoogte messenkooi 3. 8-messen maai-eenheid 5. 14-messen maai-eenheid 7. Snel 2. 5-messen maai-eenheid 4. 11-messen maai-eenheid 6. Toerental messenkooi 8.
decal139-6493 139-6493 1. Messenkooien neerlaten en uitschakelen. 2. Messenkooien opheffen en uitschakelen. 8. Messenkooi – maaien 9. Messenkooi – wetten 3. Maairichting 10. Choke 4. Snel 5. Langzaam 11. Motor – starten 12. Motor – lopen 6. Neutraalstand 7. Messenkooi – transport 13.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure Hoeveelheid Omschrijving Gebruik 1 Rolbeugel Bout (½" x 3¾") Flensmoer (½") 1 4 4 De rolbeugel monteren. 2 Set met stoel (afzonderlijk bestellen; neem contact op met uw erkende Toro verdeler) 1 De stoel aan de basis monteren. 1 De onderhoudssticker en de maaisticker aanbrengen. 3 4 5 6 Onderhoudssticker (onderdeelnr.
Instructiemateriaal en aanvullende onderdelen Omschrijving Hoeveelheid Gebruik Gebruikershandleiding 1 Lees de handleiding voordat u de machine gebruikt. Gebruikershandleiding van de motor 1 De handleiding gebruiken om motorgegevens op te zoeken. Conformiteitsverklaring Geluidscertificaat 1 1 Voor CE-conformiteit Contactsleuteltjes 2 De motor starten. 1 De rolbeugel monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Rolbeugel 4 Bout (½" x 3¾") 4 Flensmoer (½") Procedure 1.
2 De stoel monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Set met stoel (afzonderlijk bestellen; neem contact op met uw erkende Toro verdeler) Procedure Bestel de gewenste bestuurdersstoel bij de distributeur en monteer deze op de machine; zie de montage-instructies in de set. g291701 Figuur 4 Premium stoel (modelnr. 04719) 1. Onderhoudssticker 2. Maaisticker 3 3. 2,5 cm 4.
4 6 Het stuur monteren De haken van de grasvanger monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Stuur 1 Borgmoer (1½") 1 Ring 1 Dop van stuur Benodigde onderdelen voor deze stap: Haken van grasvanger 12 Flensbouten Procedure Procedure 1. 6 Monteer de 6 haken voor de grasvanger aan de uiteinden van de ophangarm met behulp van 12 flensbouten (Figuur 7). Schuif het stuurwiel op de stuuras (Figuur 6). g010834 Figuur 6 g015492 1. Stuurwiel 3. Borgmoer 2. Ring 4. Dop Figuur 7 1.
5. 7 8 De maai-eenheden monteren De Clip-Control functie instellen Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Meetstaaf 3 Maai-eenheid (verkrijgbaar bij uw erkende Toro distributeur) 3 Grasvanger 3 Contragewicht van elektrische messenkooimotor 6 Inbusbout 3 O-ring Monteer de maai-eenheden; zie Maaidekken monteren (bladz. 50). Geen onderdelen vereist Procedure De machine is voorzien van een Clip-Control functie.
10 De set met CE-scherm monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: g235881 1 Figuur 9 Set met CE-scherm – onderdeelnummer 04443 (afzonderlijkverkocht) 1. Locatie van waarschuwingssticker Procedure • Breng de CE-markeringssticker aan op het frame, onder de voorkant van de stoel (Figuur 10). Montage van de set met CE-scherm; zie de installatie-instructies voor set met CE-scherm voor Greensmaster 3420 TriFlex tractie-eenheid.
Algemeen overzicht van de machine 12 De bandenspanning verlagen Geen onderdelen vereist Procedure De banden worden in de fabriek t.b.v. de verzending opzettelijk te hard opgepompt. Verklein de druk in de banden volgens de aanbevelingen alvorens de machine te starten; zie De bandenspanning controleren (bladz. 42). 13 De remmen polijsten g014674 Figuur 12 Geen onderdelen vereist 1. Motor 2. Rolbeugel 3. Bedieningspaneel 7. Voetsteun Procedure 4. Stoel 8. Maai-eenheden 5. Stuurwiel 6.
Gashendel Met de gashendel (Figuur 15) kunt u de snelheid van de motor regelen. Als u de gashendel in de SNEL-stand zet zal de motorsnelheid toenemen; als u de gashendel in de LANGZAAM-stand zet zal de motorsnelheid afnemen. Opmerking: U kunt de motor niet stoppen met de gashendel. g014603 Figuur 13 1. Tractiepedaal – vooruit 3. Vergrendelingspedaal van stuurarm 2. Tractiepedaal – achteruit g315320 Figuur 15 1. Maai-/hefhendel 2. Schakelhendel 3. InfoCenter bediening 4. Gashendel 5.
• MIDDELSTE stand – gebruiken tijdens het maaien • VOORSTE stand – gebruiken om de machine van het ene werkgebied naar het andere te rijden Ontstekingsschakelaar Steek het sleuteltje in het contact (Figuur 15) en draai het naar rechts op START om de motor te starten. Laat het sleuteltje direct los als de motor start; het sleuteltje komt automatisch op AAN. Draai het sleuteltje linksom naar STOP om de motor af te zetten. Parkeerremhendel Trek aan de remhendel (Figuur 16) om de parkeerrem in te schakelen.
• KOELVLOEISTOFTEMPERATUUR – de temperatuur ONDERHOUD van de motorkoelvloeistof in °C of °F. • FUNCTIONELE CONTROLESTATUS – transportmodus wordt aangegeven door een konijn en maaimodus door een schildpad. Menu-optie Beschrijving UUR Het totale aantal bedrijfsuren van de machine, motor, messenkooien, weteenheid en ventilator, alsook het aantal uren dat de machine getransporteerd en oververhit is geweest. COUNTS Het aantal keer dat de machine voorverwarmd en gestart is geweest.
BEVEILIGDE INSTELLINGEN Configureert de beveiligde menu's. STANDAARDWAARDEN Herstelt de standaardwaarden van het InfoCenter. Stap Vertragingstijd (seconden) 1 0,100 2 0,150 Bepaalt de hefvertraging van het middelste maaidek. 3 0,200 4 0,250 Bepaalt de vertraging bij het laten zakken van het middelste maaidek. 5 0,300 6 0,375 TAP-OFFVERTRAGING Bepaalt de tap-offvertraging. 7 0,475 TOERENTAL MESSENKOOI Regelt het toerental van de messenkooi.
Toerental van de messenkooien instellen Diagnostiek via het Storingslogboek De Clip-Control functie stemt de messenkooisnelheid automatisch af op de machinesnelheid. Als u de Clip-Control functie niet gebruikt, stel de messenkooisnelheid dan met de hand in: 1. Selecteer de maaihoogte waarop de maaidekken zijn ingesteld. Het icoontje van het storingslogboek verschijnt op het hoofdscherm als zich een storing voordoet in de machine. Dit icoontje wijst op een nieuw item in het logboek.
VOORZICHTIG Als u de voeding naar de maaidekken niet onderbreekt, bestaat de kans dat iemand de maaidekken per ongeluk start. Hierdoor kan ernstig letsel aan handen en voeten ontstaan. Koppel altijd de snelkoppelingen voor de voeding naar de maaidekken los voordat u werkzaamheden aan de maaidekken gaat uitvoeren. Specificaties Opmerking: Specificaties en ontwerp kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Gebruiksaanwijzing • Wanneer de motor loopt of heet is, mag u de brandstofdop niet verwijderen of geen brandstof toevoegen. Opmerking: Bepaal vanuit de normale • Geen brandstof bijvullen of aftappen in een bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. afgesloten ruimte. • Bewaar de machine en het brandstofvat niet op plaatsen waar open vlammen, vonken of waakvlammen (bv. van een boiler of een ander toestel) aanwezig kunnen zijn.
• Water aftappen uit het brandstoffilter – zie Water ◊ Controleer afdichtingen, slangen en pakkingen, die in contact met brandstof komen, omdat zij in de loop der tijd hierdoor kunnen worden aangetast. ◊ De kans bestaat dat een brandstoffilter na verloop van tijd verstopt raakt, nadat u bent overgestapt op een biodieselmengsel. ◊ Neem voor verdere informatie over biodiesel contact op met een erkende Toro distributeur. aftappen uit het brandstoffilter (bladz. 38).
• Kijk achterom en omlaag voordat u achteruitrijdt • • • • • • • om er zeker van te zijn dat de weg vrij is. Wees voorzichtig bij het naderen van blinde hoeken, struiken, bomen, en andere objecten die uw zicht kunnen belemmeren. Schakel de maai-eenheden uit wanneer u niet maait. Verminder uw snelheid en wees voorzichtig als u een bocht maakt of wegen en voetpaden oversteekt met de machine. Verleen altijd voorrang. Laat de motor enkel draaien in goed verluchte omgevingen.
Voor de inrijperiode is 8 uur genoeg. Schakel de motor dan uit en wacht totdat alle bewegende delen tot stilstand zijn gekomen; zie De motor afzetten (bladz. 26). Controleer op olielekken, loszittende onderdelen en andere zichtbare gebreken.
2. Draai het contactsleuteltje op UIT om de motor af te zetten. Verwijder het sleuteltje uit het contact om te voorkomen dat de motor per ongeluk start. 3. Sluit de brandstofafsluitklep voordat u de machine stalt. Het pedaal mag niet bewegen; dit betekent dat het veiligheidssysteem naar behoren werkt. Verhelp het probleem als het systeem niet naar behoren werkt. De schakelhendel controleren Veiligheidssysteem controleren 1.
Met de machine rijden zonder te maaien Belangrijk: De middelste maai-eenheid komt iets later omhoog en omlaag dan de voorste maai-eenheden; daarom moet u zich de timing eigen maken die nodig is om het maaien van overgebleven gras tot een minimum te beperken. • Verzeker dat de maaidekken volledig zijn geheven. • Zet de schakelhendel op TRANSPORT. • Gebruik de remmen om de machine langzamer Opmerking: De vertraging bij het omhoog en omlaag komen hangt af van de temperatuur van de hydraulische vloeistof.
maai-eenheden ingeschakeld zijn, omdat hierdoor het gras kan worden beschadigd. Laat de machine ook niet stoppen op een natte green omdat de wielen van de machine dan sporen of afdrukken kunnen achterlaten. De buitenste rand maaien en het werk voltooien 1. Maak het werk af door de buitenste rand van de green te maaien. Maai in een andere richting dan de voorgaande keer. Opmerking: Gebruik de gashendel om de snelheid van de machine aan te passen als u de buitenste rand maait.
• • • • • • Doe het volgende nadat u de machine hebt gereinigd: • Controleer de machine op eventuele lekken in het hydraulische systeem, beschadiging of slijtage van de hydraulische en mechanische onderdelen. • Controleer of de maai-eenheden scherp genoeg zijn. • Smeer de remas met SAE 30 olie of een sproeismeermiddel om corrosie te voorkomen en ervoor te zorgen dat de machine tot tevredenheid blijft werken als u deze de volgende keer gebruikt. reinigt, stalt of er onderhoudswerkzaamheden aan verricht.
1. Ga naar de omloopklep op de pomp en draai deze zodat de sleuf verticaal staat (Figuur 27). g014627 Figuur 27 1. Omloopklep – sleuf getoond in gesloten (horizontale) stand 2. Voordat u de motor start, moet u de omloopklep sluiten door deze zo te draaien dat de sleuf horizontaal staat (Figuur 27). Belangrijk: U mag de motor niet starten als de omloopklep open is.
Onderhoud VOORZICHTIG Als u de machine niet goed onderhoudt, kunnen systemen van de machine voortijdig defect raken en u of omstanders mogelijk letsel toebrengen. U moet de machine goed onderhouden en in goede staat houden volgens deze instructies. Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Opmerking: Download het elektrische of hydraulische schema gratis op www.Toro.com; u kunt uw machine zoeken via de link Handleidingen op de hoofdpagina.
Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Na het eerste bedrijfsuur Onderhoudsprocedure • De wielmoeren aandraaien. Na de eerste 8 bedrijfsuren • Controleer de spanning van de riem van de wisselstroomdynamo. Na de eerste 10 bedrijfsuren • De wielmoeren aandraaien. Na de eerste 50 bedrijfsuren • Motorolie verversen en filter vervangen. • Motortoerental controleren (stationair en op vol gas).
Controlelijst voor dagelijks onderhoud Gelieve deze pagina te kopiëren ten behoeve van gebruik bij routinecontroles. Gecontroleerd item Voor week van: Ma. Di. Wo. Do. Vr. Za. Werking van interlockschakelaars controleren. Werking van instrumenten controleren. Werking van de remmen controleren. Brandstoffilter/waterafscheider controleren/legen. Brandstofpeil controleren. Controleer het peil van de hydraulische vloeistof. Oliepeil controleren. Radiateurscherm en radiateur reinigen.
Smering Onderhoud motor De machine smeren Veiligheid van de motor • U moet de motor afzetten voordat u het oliepeil Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren Smeer de smeernippel regelmatig met lithiumvet nr. 2. 1. controleert of het carter bijvult met olie. Verander de snelheid van de toerenregelaar niet en laat de motor het maximale toerental niet overschrijden. • Veeg de smeernippel schoon zodat u geen vuil in het lager of de lagerbus brengt (Figuur 28).
3. Opmerking: De beste tijd om de motorolie te Voordat u het filter verwijdert, moet u met schone en droge perslucht onder lage druk (2,76 bar) grote hoeveelheden aangekoekt vuil verwijderen dat tussen de buitenkant van het voorfilter en de filterbus zit. Deze reiniging voorkomt dat er vuil in de inlaat terechtkomt als u het voorfilter verwijdert. controleren is wanneer de motor koud is voordat deze is gestart voor de dag.
g014754 Figuur 32 g014618 1. Aftapplug Figuur 31 1. Dop van vulbuis 2. Peilstok 3. Steek de peilstok in de buis. Let erop dat de peilstok er volledig in schuift. 4. Haal de peilstok uit de buis en controleer het oliepeil 2. Verwijder het oliefilter (Figuur 33). Smeer een dun laagje schone olie op de pakking van het filter.
Vervangen van het brandstoffilter/waterscheider Onderhoud brandstofsysteem Onderhoudsinterval: Om de 500 bedrijfsuren Water aftappen uit het brandstoffilter 1. Sluit de brandstofafsluitklep (Figuur 35) onder de brandstoftank. Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks 1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak en schakel de motor uit. 2. Plaats een opvangbak onder het brandstoffilter. 3.
6. Draai het filter met de hand vast totdat de pakking contact maakt met het filtertussenstuk. Draai het filter vervolgens nog eens een ½ tot ¾ slag. 7. Verzeker dat de filter-aftapplug gesloten is. Open de brandstofafsluitklep. Onderhoud elektrisch systeem Veiligheid van het elektrisch systeem Brandstofleidingen en -verbindingen controleren • Koppel de accu af voordat u reparaties aan de machine verricht. Maak eerst de minpool van de accu los en daarna de pluspool.
g253380 g253379 Figuur 37 1. Minkabel van de accu 2. Figuur 38 2. Pluskabel van de accu 1. Pluskabel van de accu Hef de isolatorkap op en koppel de pluskabel los van de accupool (Figuur 37). 2. De accu aansluiten 2. Minkabel van de accu Sluit de minkabel weer op de accu aan en draai de moer van de accuklem vast (Figuur 38). De accu opladen WAARSCHUWING WAARSCHUWING Als de accukabels verkeerd worden verbonden, kan dit schade aan de machine en de kabels tot gevolg hebben en vonken veroorzaken.
De zekeringen vinden De zekeringen van het elektrische systeem bevinden zich onder de bestuurdersstoel (Figuur 40). g339469 Figuur 39 1. Bout 2. Ring 4. Moer 5. Radiateur 3. Bevestiging 6. Achterkant van de machine 3. Sluit een acculader van 2 tot 4 A aan op de accupolen. Laad de accu ten minste 2 uur op bij 4 A of ten minste 4 uur bij 2 A totdat het soortelijk gewicht 1,250 of hoger is en de temperatuur minstens 16 °C bedraagt, waarbij alle cellen onbelemmerd gas afgeven. g195277 Figuur 40 1.
Onderhoud aandrijfsysteem De bandenspanning controleren Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks Afhankelijk van de gazonomstandigheden moeten alle drie de wielen een spanning van minimaal 0,83 tot maximaal 1,10 bar hebben. Torsie van wielmoeren controleren g028670 Figuur 41 1.
A. spanning op de kabel voelt, voer dan de volgende afstelprocedure uit: Draai de moer los waarmee de excentriek is bevestigd aan de bovenkant van de hydrostaat (Figuur 43). g340662 g014616 Figuur 44 Figuur 43 1. Excentriek 1. Pedaalaanslag 2. Borgmoer B. Zet de schakelhendel op NEUTRAAL en de gashendel op LANGZAAM. Start de motor. C. Draai aan de excentriek totdat de machine niet meer naar voren of naar achteren kruipt.
Maaisnelheid afstellen Onderhoud koelsysteem De maaisnelheid is in de fabriek afgesteld op 6,1 km per uur. Veiligheid van het koelsysteem U kunt de voorwaartse rijsnelheid instellen van 0 tot 8 km per uur. 1. Draai de contramoer op de draaitapbout los (Figuur 45). 2. Draai de moeren los waarmee de vergrendelings- en maaibeugels op het draaipunt van het pedaal zijn bevestigd. • Motorkoelvloeistof inslikken kan vergiftiging veroorzaken; buiten het bereik van kinderen en huisdieren houden.
2. Blaas de radiateur schoon met perslucht en doe dit vanaf de zijde met de ventilator. 3. Reinig het radiateurscherm en monteer het. bij met een oplossing die half uit water, half uit permanente ethyleenglycol-antivries bestaat. Niet te vol vullen. 4. Koelvloeistofpeil controleren De inhoud van het koelsysteem is ongeveer 4,6 liter. Vul het koelsysteem met een 50/50 oplossing van water en permanente antivries op basis van ethyleenglycol.
Onderhouden remmen Onderhoud riemen De remmen polijsten De riem van de wisselstroomdynamo afstellen Onderhoudsinterval: Jaarlijks Rijd met de machine op maaisnelheid en rem stevig totdat de remmen heet zijn; dit zult u ruiken. Mogelijk moet u de remmen bijstellen na de inloopperiode, zie Remmen afstellen (bladz. 46). Onderhoudsinterval: Na de eerste 8 bedrijfsuren Controleer dat de riem op de goede spanning staat om de goede werking van de machine te verzekeren en onnodige slijtage te voorkomen.
Onderhoud hydraulisch systeem vloeistof niet verkrijgbaar is, kunt u een andere conventionele, petroleumgebaseerde hydraulische vloeistof gebruiken die aan de volgende materiaaleigenschappen en de industrienormen voldoet. Gebruik geen synthetische vloeistof. Vraag uw smeermiddelenleverancier naar een geschikt product. Veiligheid van het hydraulische systeem Opmerking: Toro aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor schade die wordt veroorzaakt door gebruik van verkeerde vervangende vloeistoffen.
Belangrijk: Controleer het peil van de hydraulische vloeistof voordat de motor voor het eerst wordt gestart, en vervolgens dagelijks. of wit venster van plastic aan de voorkant van het reservoir voor hydraulische vloeistof (achter de bestuurdersstoel aan de linkerkant van de machine) om het peil van de hydraulische vloeistof te controleren. Het peil moet tussen de strepen op het venster of de markeringen op de peilstok staan. Zo niet, voeg dan geschikte vloeistof toe.
Onderhoud van de maai-eenheid Opmerking: Als u de vloeistof niet gaat aftappen, maak de hydraulische slang naar het filter dan los en sluit deze af. 2. 3. 4. 5. Vul het nieuwe filter met de juiste hydraulische vloeistof, smeer vet op de afdichtingspakking en draai het filter met de hand vast totdat de pakking in contact komt met de cilinderkop. Draai het filter vervolgens nog eens ¾ slag.
VOORZICHTIG Als u de voeding naar de maaidekken niet onderbreekt, bestaat de kans dat iemand de maaidekken per ongeluk start. Hierdoor kan ernstig letsel aan handen en voeten ontstaan. Koppel altijd de snelkoppelingen voor de voeding naar de maaidekken los voordat u werkzaamheden aan de maaidekken gaat uitvoeren. g014596 Figuur 51 1. Steun (niet meegeleverd) 2. 2. Moer van de stelschroef van de snijbalk Klap de voetsteun omhoog zodat u bij het middelste maai-eenheid kunt (Figuur 53).
g014609 Figuur 54 1. Vergrendeling – gesloten stand 2. Stang van ophangarm 3. Vergrendeling – geopende stand g036122 Figuur 56 1. Motor van de messenkooi 2. Sleufas g036343 Figuur 55 1. Stang van ophangarm 5. 3. Holte 4. Motorbevestigingsstang 2. Stang van maai-eenheid Sluit de vergrendelingen rond de stang van de maai-eenheid en vergrendel ze (Figuur 54). 8. Monteer een grasvanger op de haken aan de ophangarm. 9. Herhaal deze procedure bij de andere maai-eenheden.
Opmerking: Als u de maaimessen slijpt, de VOORZICHTIG maaihoogte instelt of onderhoudswerkzaamheden aan een maai-eenheid verricht, moet u de motoren van de messenkooien van de maai-eenheid in de opbergruimte op de voorkant van de ophangarmen plaatsen om beschadiging te voorkomen. Als u de voeding naar de maaidekken niet onderbreekt, bestaat de kans dat iemand de maaidekken per ongeluk start. Hierdoor kan ernstig letsel aan handen en voeten ontstaan.
De messenkooien wetten 14. Na voltooiing van het wetten: ga naar het InfoCenter, WETTEN, stel dit in op UIT, of draai het contactsleuteltje op UIT om de machine terug te schakelen naar maaien in de vooruitstand. 15. Spoel alle wetpasta van de maai-eenheden. Stel indien nodig het contact tussen de messenkooi en het ondermes af. Zet de instelling van de messenkooisnelheid op de gewenste maaistand. WAARSCHUWING Contact met de messenkooien of andere bewegende onderdelen kan lichamelijk letsel veroorzaken.
Stalling zitten. Sla de accu op in een koele omgeving om te voorkomen dat de accu snel ontlaadt. 9. Veiligheid tijdens opslag • Zet de machine af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat. Laat de machine afkoelen voordat u deze afstelt, reinigt, stalt of er onderhoudswerkzaamheden aan verricht. • Bewaar de machine en het brandstofvat niet op plaatsen waar open vlammen, vonken of waakvlammen (bv.
Opmerkingen:
Opmerkingen:
Opmerkingen:
Privacyverklaring EEA/VK Toro's gebruik van uw persoonlijke gegevens The Toro Company (“Toro”) respecteert uw recht op privacy. Wanneer u onze producten koopt, kunnen we bepaalde persoonlijke informatie over u verzamelen, ofwel rechtstreeks via u ofwel via uw plaatselijk Toro bedrijf of dealer.
Californië Proposition 65 Waarschuwingsinformatie Wat betekent deze waarschuwing? Sommige producten die op de markt zijn bevatten een etiket met een waarschuwing als: WAARSCHUWING: Kanker en schade aan de voortplantingsorganen – www.p65Warnings.ca.gov. Wat is Prop 65? Prop 65 geldt voor elk bedrijf dat actief is in Californië, producten verkoopt in Californië, of producten maakt die kunnen worden verkocht of geïmporteerd in Californië.
Toro garantie Garantie gedurende 2 jaar of 1500 bedrijfsuren Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt De Toro Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, bieden krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie dat uw Toro product (hierna: het 'product') gedurende 2 jaar of 1500 bedrijfsuren* vrij van materiaalgebreken of fabricagefouten is, met dien verstande dat hierbij de kortste periode moet worden aangehouden.