Form No. 3433-149 Rev B Greensmaster® 3420 TriFlex® tractie-eenheid Modelnr.: 04540—Serienr.: 404940001 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
Inleiding Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen; zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring. Deze machine is een zitmaaier met messenkooien bedoeld voor gebruik door professionele bestuurders in commerciële toepassingen. De machine is voornamelijk ontworpen voor het maaien van gras op goed onderhouden gazons. Dit product gebruiken voor andere doeleinden dan het bedoelde gebruik kan gevaarlijk zijn voor u of voor omstanders.
De machine controleren nadat u de motor hebt gestart ................................................... 28 De motor afzetten ............................................. 28 Veiligheidssysteem controleren ........................ 28 Met de machine rijden zonder te maaien ........... 29 De green maaien .............................................. 29 Na gebruik ........................................................... 31 Veiligheid na het werk .......................................
Veiligheid Afstelling van contact tussen snijplaat en messenkooi controleren................................ 52 De messenkooien wetten ................................. 53 Stalling .................................................................... 54 Veiligheid tijdens opslag ................................... 54 Voorbereidingen voor stalling ........................... 54 Deze machine is ontworpen in overeenstemming met de EN-norm ISO 5395 en B71.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. decal139-2728 139-2728 decal115-8156 115-8156 1. Hoogte messenkooi 3. 8-messen maai-eenheid 5. 14-messen maai-eenheid 7. Snel 2. 5-messen maai-eenheid 4. 11-messen maai-eenheid 6. Toerental messenkooi 8. Langzaam decal115-8155 115-8155 1.
decal115-8203 decal131-2046 115-8203 1. Lees de Gebruikershandleiding voor informatie over de zekering. 131-2046 2. Radiateur ventilator – 50 A 1. Dubbel licht 2. Enkelvoudig licht 3. Uit decal119-9346 119-9346 1. Druk het pedaal in om te ontgrendelen. 2. Lees de Gebruikershandleiding voor meer informatie. decalbatterysymbols Symbolen op accu Sommige of alle symbolen staan op de accu. decal115-8226 115-8226 1. Risico van explosie 1.
decal136-8506 decal136-8505 136-8506 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding. Gebruik deze machine uitsluitend als u hiervoor opgeleid bent. 4. Kantelgevaar – Verminder uw vaart voordat u een bocht neemt; neem geen bocht bij hoge snelheid. 2. Waarschuwing – Draag gehoorbescherming. 5. Gevaar op weggeslingerde objecten – Houd omstanders op een afstand. 6. Waarschuwing – Stel de parkeerrem in werking, zet de motor af en verwijder het sleuteltje voordat u de machine verlaat. 3.
decal106-6755 106-6755 1. Motorkoelvloeistof onder druk. 3. Waarschuwing – Raak het hete oppervlak niet aan. 2. Risico van explosie – Lees 4. Waarschuwing – Lees de de Gebruikershandleiding. Gebruikershandleiding. decal138-9695 138-9695 1. Motorsnelheid – snel 2. Motorsnelheid – langzaam 7. Tractie – maaien 8. Tractie – neutraal 3. Messenkooien neerlaten en uitschakelen. 9. Messenkooi – transport 4. Messenkooien opheffen en uitschakelen. 10. Messenkooi – maaien 5. Maairichting 11.
decal132-9550 132-9550 1. Choke 3. Motor – lopen 2. Motor – starten 4.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure Hoeveelheid Omschrijving Gebruik 1 Rolbeugel Bout (½" x 3¾") Flensmoer (½") 1 4 4 De rolbeugel monteren. 2 Set met stoel (afzonderlijk bestellen; neem contact op met uw erkende Toro verdeler) 1 De stoel aan de basis monteren. 1 De onderhoudssticker en de maaisticker aanbrengen. 3 4 5 6 Onderhoudssticker (onderdeelnr.
Instructiemateriaal en aanvullende onderdelen Omschrijving Hoeveelheid Gebruik Gebruikershandleiding 1 Lees de handleiding voordat u de machine gebruikt. Gebruikershandleiding van de motor 1 De handleiding gebruiken om motorgegevens op te zoeken. Conformiteitsverklaring Geluidscertificaat 1 1 Voor CE-conformiteit Contactsleuteltjes 2 De motor starten. 1 De rolbeugel monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Rolbeugel 4 Bout (½" x 3¾") 4 Flensmoer (½") Procedure 1.
2 De stoel monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Set met stoel (afzonderlijk bestellen; neem contact op met uw erkende Toro verdeler) Procedure Bestel de gewenste bestuurdersstoel bij de distributeur en monteer deze op de machine; zie de montage-instructies in de set. g291701 Figuur 4 Premium stoel (modelnr. 04719) 1. Onderhoudssticker 2. Maaisticker 3 3. 2,5 cm 4.
4 5 Het stuur monteren De accu in gebruik nemen en opladen Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Stuur 1 Borgmoer (1½") 1 Ring 1 Dop van stuur Geen onderdelen vereist Procedure Gebruik uitsluitend accuzuur (met een soortelijk gewicht van 1,265) als u de accu voor de eerste keer vult. Procedure 1. Schuif het stuurwiel op de stuuras (Figuur 6). WAARSCHUWING Accupolen of metalen gereedschappen kunnen kortsluiting maken met metalen onderdelen van de machine, waardoor vonken kunnen ontstaan.
Belangrijk: Als u de accu minder lang dan hierboven vermeld oplaadt, kan dat de levensduur van de accu verkorten. 6. Als de accu is opgeladen, haalt u de acculader uit het stopcontact en maakt u deze los van de accupolen. Opmerking: Nadat de accu in gebruik is genomen, mag u deze indien nodig uitsluitend bijvullen met gedistilleerd water, hoewel dit in normale gebruiksomstandigheden bij onderhoudsvrije accu's niet nodig is. g005080 Figuur 7 3.
7 De maai-eenheden monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: g005098 Figuur 9 1 Meetstaaf 3 Maai-eenheid (verkrijgbaar bij uw erkende Toro distributeur) 3 Grasvanger 3 Contragewicht van elektrische messenkooimotor 6 Inbusbout 3 O-ring 1. Minpool (-) 2. Pluspool (+) 6 Procedure De haken van de grasvanger monteren 1. Bereid de maai-eenheden voor op installatie; zie de Gebruikershandleiding van de maai-eenheden. 2. Breng smeer aan op de binnendiameter van de aandrijfkoppeling. 3.
5. Monteer de maai-eenheden; zie Maaidekken monteren (bladz. 50). 10 8 De set met CE-scherm monteren De Clip-Control functie instellen Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Geen onderdelen vereist Set met CE-scherm – onderdeelnummer 04443 (afzonderlijkverkocht) Procedure Procedure De machine is voorzien van een Clip-Control functie. Deze functie past de snelheid van de messenkooien aan de snelheid van de machine aan voor een constante maaibewerking.
12 De bandenspanning verlagen Geen onderdelen vereist Procedure g233420 Figuur 12 De banden worden in de fabriek t.b.v. de verzending opzettelijk te hard opgepompt. Verklein de druk in de banden volgens de aanbevelingen alvorens de machine te starten; zie De bandenspanning controleren (bladz. 42). 1. Sticker CE-markering • Breng de sticker met het productiejaar aan bij het plaatje met serienummer (Figuur 13).
Algemeen overzicht van de machine g014603 Figuur 15 1. Tractiepedaal – vooruit 3. Vergrendelingspedaal van stuurarm 2. Tractiepedaal – achteruit g014674 Figuur 14 1. Motor 2. Rolbeugel 5. Stuurwiel 6. Tractiepedaal 3. Bedieningspaneel 7. Voetsteun 4. Stoel 8. Maai-eenheden Bedieningsorganen g005105 Figuur 16 Tractiepedaal De rijsnelheden zijn als volgt: Het tractiepedaal (Figuur 15) heeft 3 functies: de machine vooruit en achteruit laten rijden en tot stilstand brengen.
Gashendel • MIDDELSTE stand – gebruiken tijdens het maaien Met de gashendel (Figuur 17) kunt u de snelheid van de motor regelen. Als u de gashendel in de SNEL-stand zet, zal het motortoerental toenemen; als u de gashendel in de LANGZAAM-stand zet, zal het motortoerental afnemen. • VOORSTE stand – gebruiken om de machine van het ene werkgebied naar het andere te rijden Ontstekingsschakelaar Steek het sleuteltje in het contact (Figuur 17) en draai het naar rechts op START om de motor te starten.
• KOELVLOEISTOFTEMPERATUUR – de temperatuur van de motorkoelvloeistof in °C of °F. • FUNCTIONELE CONTROLESTATUS – transportmodus wordt aangegeven door een konijn en maaimodus door een schildpad. • MOTOROLIEDRUK-lamp – dit icoon verschijnt als de motoroliedruk lager is dan de veilige onderwaarde. • MENUTOEGANG/TERUG – druk op deze knop om naar de menu's van het InfoCenter te gaan. De knop dient om het huidige menu te verlaten.
ONDERHOUD Menu-optie Beschrijving UUR Het totale aantal bedrijfsuren van de machine, motor, messenkooien, weteenheid en ventilator, alsook het aantal uren dat de machine getransporteerd en oververhit is geweest. WETTEN ENGINE RUN Geeft aan of de volgende functies actief zijn: Sleutelstart, contactsleutel ingeschakeld, bedieningshendel omlaag, bedieningshendel omhoog, neutraal, stoel of parkeerrem, OK lopen, en RTR of ETR.
Stap Vertragingstijd (seconden) Toerental van de messenkooien instellen 1 0,100 2 0,150 3 0,200 De Clip-Control functie stemt de messenkooisnelheid automatisch af op de machinesnelheid. Als u de Clip-Control functie niet gebruikt, stel de messenkooisnelheid dan met de hand in: 4 0,250 5 0,300 6 0,375 7 0,475 8 0,600 9 0,750 10 0,925 1. Selecteer de maaihoogte waarop de maaidekken zijn ingesteld. 2. Kies de rijsnelheid die het meest geschikt is voor de maaiomstandigheden. 3.
Diagnostiek via het Storingslogboek Het icoontje van het storingslogboek verschijnt op het hoofdscherm als zich een storing voordoet in de machine. Dit icoontje wijst op een nieuw item in het logboek. Ga naar het menu Storingen om na te gaan wat het probleem is of vraag dit aan uw erkende Toro distributeur. Raadpleeg voor een lijst met de storingen een erkende dealer of de Onderhoudshandleiding.
Gebruiksaanwijzing VOORZICHTIG Als u de voeding naar de maaidekken niet onderbreekt, bestaat de kans dat iemand de maaidekken per ongeluk start. Hierdoor kan ernstig letsel aan handen en voeten ontstaan. Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Koppel altijd de snelkoppelingen voor de voeding naar de maaidekken los voordat u werkzaamheden aan de maaidekken gaat uitvoeren.
• Geen brandstof bijvullen of aftappen in een • • ◊ De kans bestaat dat een brandstoffilter na verloop van tijd verstopt raakt, nadat u bent overgestapt op een biodieselmengsel. afgesloten ruimte. Bewaar de machine en het brandstofvat niet op plaatsen waar open vlammen, vonken of waakvlammen (bv. van een boiler of een ander toestel) aanwezig kunnen zijn.
• Het koelsysteem controleren – zie Onderhoud • Wees voorzichtig bij het naderen van blinde koelsysteem (bladz. 44). hoeken, struiken, bomen, en andere objecten die uw zicht kunnen belemmeren. • Controleer de bandenspanning – zie De • Schakel de maai-eenheden uit wanneer u niet bandenspanning controleren (bladz. 42). maait. • Controleer het peil van de hydraulische vloeistof • Verminder uw snelheid en wees voorzichtig – zie Het peil van de hydraulische vloeistof controleren (bladz. 47).
• • • • • • • • • • en aanbevolen onderhoudsprocedures tijdens de inrijperiode. kan ernstig of dodelijk letsel veroorzaken. U bent verantwoordelijk voor een veilig gebruik van de machine op hellingen. Gebruik van de machine op hellingen vereist altijd extra voorzichtigheid. Onderzoek de toestand van het werkgebied om te bepalen of de machine veilig kan worden gebruikt op de helling. Gebruik altijd uw gezond verstand en uw beoordelingsvermogen wanneer u dit onderzoek uitvoert.
De motor afzetten moet de machine de eerste één tot twee minuten vooruit en achteruit worden gezet. Draai het stuurwiel naar links en naar rechts om de stuurreactie te controleren. Schakel de motor dan uit en wacht totdat alle bewegende delen tot stilstand zijn gekomen; zie De motor afzetten (bladz. 28). Controleer op olielekken, loszittende onderdelen en andere zichtbare gebreken. De machine controleren nadat u de motor hebt gestart 1. Zet de gashendel op SNEL. 2.
1. Ga op de stoel zitten, zet het tractiepedaal op NEUTRAAL, zet de schakelhendel op NEUTRAAL, en stel de parkeerrem in werking. 2. Probeer het tractiepedaal naar voren of naar achteren te bewegen. neer te laten. De maaidekken moeten omlaag bewegen, maar mogen niet gaan draaien. Als ze beginnen te draaien werkt het veiligheidssysteem niet naar behoren; verhelp het probleem voordat u de machine gebruikt. Het pedaal mag niet bewegen; dit betekent dat het veiligheidssysteem naar behoren werkt.
3. Druk de bedieningshendel van de hefinrichting naar voren op het moment dat de voorste randen van de grasvangers over de buitenrand van de green komen. Opmerking: Hiermee laat u de maaidekken neer op de grasmat en start u de messenkooien. Belangrijk: De middelste maai-eenheid komt iets later omhoog en omlaag dan de voorste maai-eenheden; daarom moet u zich de timing eigen maken die nodig is om het maaien van overgebleven gras tot een minimum te beperken.
• Verwijder gras en vuil van de maai-eenheden, maai-eenheden ingeschakeld zijn, omdat hierdoor het gras kan worden beschadigd. Laat de machine ook niet stoppen op een natte green omdat de wielen van de machine dan sporen of afdrukken kunnen achterlaten. • De buitenste rand maaien en het werk voltooien 1. 2. • • Maak het werk af door de buitenste rand van de green te maaien. Maai in een andere richting dan de voorgaande keer.
• Controleer de machine op eventuele lekken in het 1. hydraulische systeem, beschadiging of slijtage van de hydraulische en mechanische onderdelen. Ga naar de omloopklep op de pomp en draai deze zodat de sleuf verticaal staat (Figuur 29). • Controleer of de maai-eenheden scherp genoeg zijn. • Smeer de remas met SAE 30 olie of een sproeismeermiddel om corrosie te voorkomen en ervoor te zorgen dat de machine tot tevredenheid blijft werken als u deze de volgende keer gebruikt.
Onderhoud VOORZICHTIG Als u de machine niet goed onderhoudt, kunnen systemen van de machine voortijdig defect raken en u of omstanders mogelijk letsel toebrengen. U moet de machine goed onderhouden en in goede staat houden volgens deze instructies. Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Opmerking: Download het elektrische of hydraulische schema gratis op www.Toro.com; u kunt uw machine zoeken via de link Handleidingen op de hoofdpagina.
Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Na het eerste bedrijfsuur Onderhoudsprocedure • De wielmoeren aandraaien. Na de eerste 8 bedrijfsuren • Controleer de spanning van de riem van de wisselstroomdynamo. Na de eerste 10 bedrijfsuren • De wielmoeren aandraaien. Na de eerste 50 bedrijfsuren • Motorolie verversen en filter vervangen. • Motortoerental controleren (stationair en op vol gas).
Controlelijst voor dagelijks onderhoud Gelieve deze pagina te kopiëren ten behoeve van gebruik bij routinecontroles. Gecontroleerd item Voor week van: Ma. Di. Wo. Do. Vr. Za. Werking van interlockschakelaars controleren. Werking van instrumenten controleren. Werking van de remmen controleren. Brandstoffilter/waterafscheider controleren/legen. Brandstofpeil controleren. Controleer het peil van de hydraulische vloeistof. Oliepeil controleren. Radiateurscherm en radiateur reinigen.
Smering Onderhoud motor De machine smeren Veiligheid van de motor • U moet de motor afzetten voordat u het oliepeil Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren Smeer de smeernippel regelmatig met lithiumvet nr. 2. 1. controleert of het carter bijvult met olie. Verander de snelheid van de toerenregelaar niet en laat de motor het maximale toerental niet overschrijden. • Veeg de smeernippel schoon zodat u geen vuil in het lager of de lagerbus brengt (Figuur 30).
3. Opmerking: De beste tijd om de motorolie te Voordat u het filter verwijdert, moet u met schone en droge perslucht onder lage druk (2,76 bar) grote hoeveelheden aangekoekt vuil verwijderen dat tussen de buitenkant van het voorfilter en de filterbus zit. Deze reiniging voorkomt dat er vuil in de inlaat terechtkomt als u het voorfilter verwijdert. controleren is wanneer de motor koud is voordat deze is gestart voor de dag.
g014754 Figuur 34 g014618 1. Aftapplug Figuur 33 1. Dop van vulbuis 2. Peilstok 3. Steek de peilstok in de buis. Let erop dat de peilstok er volledig in schuift. 4. Haal de peilstok uit de buis en controleer het oliepeil 2. Verwijder het oliefilter (Figuur 35). Smeer een dun laagje schone olie op de pakking van het filter.
Vervangen van het brandstoffilter/waterscheider Onderhoud brandstofsysteem Onderhoudsinterval: Om de 500 bedrijfsuren Water aftappen uit het brandstoffilter 1. Sluit de brandstofafsluitklep (Figuur 37) onder de brandstoftank. Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks 1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak en schakel de motor uit. 2. Plaats een opvangbak onder het brandstoffilter. 3.
6. Draai het filter met de hand vast totdat de pakking contact maakt met het filtertussenstuk. Draai het filter vervolgens nog eens een ½ tot ¾ slag. Onderhoud elektrisch systeem 7. Verzeker dat de filter-aftapplug gesloten is. Open de brandstofafsluitklep. Veiligheid van het elektrisch systeem Brandstofleidingen en -verbindingen controleren • Koppel de accu af voordat u reparaties aan de Onderhoudsinterval: Om de 2 jaar machine verricht. Maak eerst de minpool van de accu los en daarna de pluspool.
4. Spoel de bovenkant van de accu na het reinigen af met water. Belangrijk: Verwijder nooit de vuldoppen als u de accu reinigt. WAARSCHUWING Als accukabels verkeerd worden verbonden, kan dit schade aan de tractor en de kabels tot gevolg hebben en vonken veroorzaken. Hierdoor kunnen accugassen tot ontploffing komen, waardoor lichamelijk letsel kan ontstaan. • Maak altijd de minkabel (zwart) van de accu los voordat u de pluskabel (rood) losmaakt.
Machine starten met startkabel Onderhoud aandrijfsysteem Als u de machine met startkabels moet starten kunt u de tweede positieve aansluiting (op het startrelais) gebruiken in plaats van de positieve pool van de accu (Figuur 41). De bandenspanning controleren Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks Afhankelijk van de gazonomstandigheden moeten alle drie de wielen een spanning van minimaal 0,83 tot maximaal 1,10 bar hebben.
A. spanning op de kabel voelt, voer dan de volgende afstelprocedure uit: Draai de moer los waarmee de excentriek is bevestigd aan de bovenkant van de hydrostaat (Figuur 42). g015494 g014616 Figuur 43 Figuur 42 1. Excentriek 1. Pedaalaanslag 2. Borgmoer B. Zet de schakelhendel op NEUTRAAL en de gashendel op LANGZAAM. Start de motor. C. Draai aan de excentriek totdat de machine niet meer naar voren of naar achteren kruipt.
Maaisnelheid afstellen Onderhoud koelsysteem De maaisnelheid is in de fabriek afgesteld op 6,1 km per uur. Veiligheid van het koelsysteem U kunt de voorwaartse rijsnelheid instellen van 0 tot 8 km per uur. 1. Draai de contramoer op de draaitapbout los (Figuur 44). 2. Draai de moeren los waarmee de vergrendelings- en maaibeugels op het draaipunt van het pedaal zijn bevestigd. • Motorkoelvloeistof inslikken kan vergiftiging veroorzaken; buiten het bereik van kinderen en huisdieren houden.
2. Blaas de radiateur schoon met perslucht en doe dit vanaf de zijde met de ventilator. 3. Reinig het radiateurscherm en monteer het. bij met een oplossing die half uit water, half uit permanente ethyleenglycol-antivries bestaat. Niet te vol vullen. 4. Koelvloeistofpeil controleren De inhoud van het koelsysteem is ongeveer 4,6 liter. Vul het koelsysteem met een 50/50 oplossing van water en permanente antivries op basis van ethyleenglycol.
Onderhouden remmen Onderhoud riemen De remmen polijsten De riem van de wisselstroomdynamo afstellen Onderhoudsinterval: Jaarlijks Rijd met de machine op maaisnelheid en rem stevig totdat de remmen heet zijn; dit zult u ruiken. Mogelijk moet u de remmen bijstellen na de inloopperiode, zie Remmen afstellen (bladz. 46). Onderhoudsinterval: Na de eerste 8 bedrijfsuren Controleer dat de riem op de goede spanning staat om de goede werking van de machine te verzekeren en onnodige slijtage te voorkomen.
Onderhoud hydraulisch systeem vloeistof niet verkrijgbaar is, kunt u een andere conventionele, petroleumgebaseerde hydraulische vloeistof gebruiken die aan de volgende materiaaleigenschappen en de industrienormen voldoet. Gebruik geen synthetische vloeistof. Vraag uw smeermiddelenleverancier naar een geschikt product. Veiligheid van het hydraulische systeem Opmerking: Toro aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor schade die wordt veroorzaakt door gebruik van verkeerde vervangende vloeistoffen.
Belangrijk: Controleer het peil van de hydraulische vloeistof voordat de motor voor het eerst wordt gestart, en vervolgens dagelijks. of wit venster van plastic aan de voorkant van het reservoir voor hydraulische vloeistof (achter de bestuurdersstoel aan de linkerkant van de machine) om het peil van de hydraulische vloeistof te controleren. Het peil moet tussen de strepen op het venster of de markeringen op de peilstok staan. Zo niet, voeg dan geschikte vloeistof toe.
Onderhoud van de maai-eenheid Opmerking: Als u de vloeistof niet gaat aftappen, maak de hydraulische slang naar het filter dan los en sluit deze af. 2. 3. 4. 5. Vul het nieuwe filter met de juiste hydraulische vloeistof, smeer vet op de afdichtingspakking en draai het filter met de hand vast totdat de pakking in contact komt met de cilinderkop. Draai het filter vervolgens nog eens ¾ slag.
VOORZICHTIG Als u de voeding naar de maaidekken niet onderbreekt, bestaat de kans dat iemand de maaidekken per ongeluk start. Hierdoor kan ernstig letsel aan handen en voeten ontstaan. Koppel altijd de snelkoppelingen voor de voeding naar de maaidekken los voordat u werkzaamheden aan de maaidekken gaat uitvoeren. g014596 Figuur 50 1. Steun (niet meegeleverd) 2. 2. Moer van de stelschroef van de snijbalk Klap de voetsteun omhoog zodat u bij het middelste maai-eenheid kunt (Figuur 52).
g014609 Figuur 53 1. Vergrendeling – gesloten stand 2. Stang van ophangarm 3. Vergrendeling – geopende stand g036122 Figuur 55 1. Motor van de messenkooi 2. Sleufas g036343 Figuur 54 1. Stang van ophangarm 5. 3. Holte 4. Motorbevestigingsstang 2. Stang van maai-eenheid Sluit de vergrendelingen rond de stang van de maai-eenheid en vergrendel ze (Figuur 53). 8. Monteer een grasvanger op de haken aan de ophangarm. 9. Herhaal deze procedure bij de andere maai-eenheden.
Opmerking: Als u de maaimessen slijpt, de VOORZICHTIG maaihoogte instelt of onderhoudswerkzaamheden aan een maai-eenheid verricht, moet u de motoren van de messenkooien van de maai-eenheid in de opbergruimte op de voorkant van de ophangarmen plaatsen om beschadiging te voorkomen. Als u de voeding naar de maaidekken niet onderbreekt, bestaat de kans dat iemand de maaidekken per ongeluk start. Hierdoor kan ernstig letsel aan handen en voeten ontstaan.
De messenkooien wetten 14. Na voltooiing van het wetten: ga naar het InfoCenter, WETTEN, stel dit in op UIT, of draai het contactsleuteltje op UIT om de machine terug te schakelen naar maaien in de vooruitstand. 15. Spoel alle wetpasta van de maai-eenheden. Stel indien nodig het contact tussen de messenkooi en het ondermes af. Zet de instelling van de messenkooisnelheid op de gewenste maaistand. WAARSCHUWING Contact met de messenkooien of andere bewegende onderdelen kan lichamelijk letsel veroorzaken.
Stalling zitten. Sla de accu op in een koele omgeving om te voorkomen dat de accu snel ontlaadt. 9. Veiligheid tijdens opslag • Zet de machine af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat. Laat de machine afkoelen voordat u deze afstelt, reinigt, stalt of er onderhoudswerkzaamheden aan verricht. • Bewaar de machine en het brandstofvat niet op plaatsen waar open vlammen, vonken of waakvlammen (bv.
Opmerkingen:
Opmerkingen:
Opmerkingen:
Privacyverklaring EEA/VK Toro's gebruik van uw persoonlijke gegevens The Toro Company (“Toro”) respecteert uw recht op privacy. Wanneer u onze producten koopt, kunnen we bepaalde persoonlijke informatie over u verzamelen, ofwel rechtstreeks via u ofwel via uw plaatselijk Toro bedrijf of dealer.
Californië Proposition 65 Waarschuwingsinformatie Wat betekent deze waarschuwing? Sommige producten die op de markt zijn bevatten een etiket met een waarschuwing als: WAARSCHUWING: Kanker en schade aan de voortplantingsorganen – www.p65Warnings.ca.gov. Wat is Prop 65? Prop 65 geldt voor elk bedrijf dat actief is in Californië, producten verkoopt in Californië, of producten maakt die kunnen worden verkocht of geïmporteerd in Californië.
Toro garantie Garantie gedurende 2 jaar of 1500 bedrijfsuren Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt De Toro Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, bieden krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie dat uw Toro product (hierna: het 'product') gedurende 2 jaar of 1500 bedrijfsuren* vrij van materiaalgebreken of fabricagefouten is, met dien verstande dat hierbij de kortste periode moet worden aangehouden.