Form No. 3404-738 Rev C Greensmaster® 3420 TriFlex® tractie-eenheid Modelnr.: 04540—Serienr.: 316000001 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
van Toro. U dient hierbij altijd het modelnummer en het serienummer van het product te vermelden. De locatie van het plaatje met het modelnummer en het serienummer van het product is aangegeven op Figuur 1. U kunt de nummers noteren in de ruimte hieronder. Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen; zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring.
Inhoud Onderhoud motor ................................................ 40 Onderhoud van het luchtfilter ............................ 40 Motorolie verversen en filter vervangen ............ 40 Onderhoud brandstofsysteem ............................. 41 Vervangen van het brandstoffilter/waterscheider ........................................................ 41 Brandstofleidingen en -verbindingen controleren.................................................... 42 Onderhoud elektrisch systeem ..................
Veiligheid kan uitwerpen, zoals steentjes, speelgoed en draden. Controleer de aanwezigheid en goede werking van de detectie van de aanwezigheid van de bestuurder, veiligheidsschakelaars en afschermingen. Gebruik de machine uitsluitend als deze naar behoren werken. Deze machine is ontworpen in overeenstemming met de EN-norm ISO 5395:2013 en B71.4-2012 van het ANSI (American National Standards Institute) en voldoet aan deze normen indien de juiste ballastgewichten gemonteerd zijn.
• Bliksem kan ernstig of dodelijk letsel veroorzaken. • • • Plaats onderdelen op assteunen indien dit nodig is. • Haal voorzichtig de druk van onderdelen met Als u bliksem ziet of donder hoort in het gebied, gebruik de machine dan niet; ga schuilen. Wees voorzichtig als u de machine inlaadt op een aanhanger of een vrachtwagen of uitlaadt. Wees voorzichtig bij het naderen van blinde hoeken, struiken, bomen, en andere objecten die het zicht kunnen belemmeren.
– Deze machine is niet ontworpen of bestemd voor gebruik op de openbare weg en is een 'langzaam rijdend voertuig'. Indien u een openbare weg oversteekt of hierop moet rijden, dient u zich te houden aan de plaatselijke voorschriften, zoals voorgeschreven verlichting, aanbrenging van een plaat met de aanduiding 'langzaam rijdend voertuig' en reflectoren. • – Let op het verkeer als u in de buurt van een weg werkt of deze oversteekt. Verleen altijd voorrang. machine nooit keren.
nooit onderdelen en accessoires van andere fabrikanten, omdat dit gevaarlijk kan zijn. Dit kan ertoe leiden dat de garantie op het product komt te vervallen. Geluidsniveau Deze machine heeft een geluidsniveau van 97 dBA met een onzekerheidswaarde (K) van 1 dBA. Het geluidsniveau werd bepaald volgens de procedures in ISO 11094. Geluidsdruk Deze machine oefent een geluidsdruk van 81 dBA uit op het gehoor van de bestuurder (met een onzekerheidswaarde (K) van 1 dBA).
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. decal115-8155 115-8155 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding, gebruik geen choke of startvloeistof. decal115-8203 115-8203 1. Lees de Gebruikershandleiding voor informatie over de zekering. decal115-8226 115-8226 2. Radiateur ventilator – 50 A 1.
decal119-9346 119-9346 1. Pedaal indrukken om te ontgrendelen 2. Lees de Gebruikershandleiding voor meer informatie. decal132-9548 132-9548 1. Motorsnelheid – snel 2. Motorsnelheid – langzaam 7. Messenkooisnelheid – neutraal 8. Messenkooi – transport 3. Messenkooien neerlaten en uitschakelen 4. Messenkooien opheffen en uitschakelen 9. Messenkooi – maaien 10. Messenkooi – wetten 5. Toerental van messenkooi – Snel 11. Rij vooruit 6.
decal132-9550 132-9550 1. Choke 3. Motor – lopen 2. Motor – starten 4. Motor – Afzetten decalbatterysymbols Symbolen op accu Sommige of alle symbolen staan op de accu 1. Risico van explosie 2. Niet roken. Geen open vuur of vonken 3. Risico van bijtende vloeistof/chemische brandwonden 4. Draag oogbescherming. 5. Lees de Gebruikershandleiding. 6. Houd omstanders op een veilige afstand van de accu. 7. Draag oogbescherming; explosieve gassen kunnen blindheid en ander letsel veroorzaken. 8.
decal131-2046 131-2046 1. Dubbel licht 2. Enkelvoudig licht 3. Uit decal133-2339 133-2339 Vervangt sticker 133-2338 voor CE-conforme machines 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding, gebruik deze machine uitsluitend als u hierin getraind bent. 4. Kantelgevaar – rij niet dwars tegen hellingen of hellingafwaarts op hellingen die steiler zijn dan 15 graden. 2. Waarschuwing – Draag gehoorbescherming. 5. De machine kan voorwerpen uitwerpen – Houd omstanders op een veilige afstand van de machine.
decal115-8156 115-8156 1. Hoogte messenkooi 3. Maaidek met 8 messen 5. Maaidek met 14 messen 7. Snel 2. Maaidek met 5 messen 4. Maaidek met 11 messen 6. Toerental messenkooi 8.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure Hoeveelheid Omschrijving Gebruik Rolbeugel Bout (½" x 3¾") Flensmoer (½") Stoel Kabelboom van stoel Stuurwiel Borgmoer (1½") Ring Dop van stuur 1 4 4 1 1 1 1 1 1 Geen onderdelen vereist – De accu in gebruik nemen en opladen. Geen onderdelen vereist – De optionele oliekoeler monteren.
Omschrijving Hoeveelheid Gebruik Controlelijst voor levering Geluidscertificaat Certificaat van Integriteit en Naleving 1 1 1 Bewaren om later te kunnen raadplegen Contactsleuteltjes 2 De motor starten. 4. 1 2 De rolbeugel monteren De stoel monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Rolbeugel 4 Bout (½" x 3¾") 4 Flensmoer (½") Benodigde onderdelen voor deze stap: Procedure 1. Verwijder de bovenste steun uit de transportverpakking. 2.
g014687 Figuur 5 g193736 Figuur 4 1. Stoel 3. Ring 2. Stoelbasis 4. Bout (5/16" x ¾") 4. Verbind de vrije aansluiting van de hoofdkabelboom (rechts van de stoel) met de kabelboom die bij de stoel werd geleverd. 5. Leid de kabelboom van de stoel rond de stoelrails (zodat deze niet bekneld raakt als de stoel wordt versteld) en sluit deze aan op de poort aan de onderkant van de stoel. 1. Stuurwiel 3. Borgmoer 2. Ring 4. Dop 2. Schuif de ring op de stuuras (Figuur 5). 3.
Belangrijk: Giet geen accuzuur in de accu als deze in de machine zit. Er zou dan accuzuur op machine kunnen komen, waardoor corrosie kan ontstaan. 2. WAARSCHUWING Bij het opladen produceert de accu gassen die tot ontploffing kunnen komen. Maak de bovenkant van de accu schoon en verwijder de vuldoppen (Figuur 6). Rook nooit in de buurt van de accu en zorg ervoor dat er geen vonken of vlammen vlakbij de accu komen.
WAARSCHUWING 6 Als accukabels verkeerd worden verbonden, kan dit schade aan de machine en de kabels tot gevolg hebben en vonken veroorzaken. Hierdoor kunnen accugassen tot ontploffing komen en lichamelijk letsel veroorzaken. De haken van de grasvanger monteren • Maak altijd de minkabel (zwart) van de accu los voordat u de pluskabel (rood) losmaakt. Benodigde onderdelen voor deze stap: • Sluit altijd de pluskabel (rood) van de accu aan voordat u de minkabel (zwart) aansluit.
7 9 De maai-eenheden monteren Het achtergewicht plaatsen Benodigde onderdelen voor deze stap: Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Meetstaaf 3 Maaidek (verkrijgbaar bij uw erkende Toro dealer) 3 Grasmand 3 Contragewicht van elektrische messenkooimotor 6 Inbusbout 1 Procedure Deze machine voldoet aan EN ISO 5395:2013 en ANSI B71.4-2012 indien deze is uitgerust met de gewichtset (onderdeelnummer 119-7129). Procedure 1.
Algemeen overzicht van de machine 12 De bandenspanning verlagen Geen onderdelen vereist Procedure De banden worden in de fabriek t.b.v. de verzending opzettelijk te hard opgepompt. Laat daarom wat lucht uit de banden ontsnappen totdat deze de juiste spanning hebben, voordat u de machine in gebruik neemt. Zie Bandenspanning controleren (bladz. 31). 13 De remmen polijsten g014674 Figuur 10 Geen onderdelen vereist 1. Motor 2. Rolbeugel 3. Bedieningspaneel 7. Voetsteun Procedure 4. Stoel 8.
Opmerking: U kunt de motor niet stoppen met de gashendel. g014603 Figuur 11 g033079 Figuur 13 1. Tractiepedaal – vooruit 3. Vergrendelpedaal van stuurstangarm 1. Contactschakelaar 2. Schakelhendel 3. Maai-/hefhendel 2. Tractiepedaal – achteruit 4. Gashendel 5. InfoCenter Bedieningshendel van hefinrichting (voor omhoog/omlaag brengen van maaidekken) Als u de hendel (Figuur 13) tijdens het gebruik naar voren beweegt, laat u de maaidekken neer en start u de messenkooien.
het contactsleuteltje naar links op UIT om de motor af te zetten. Parkeerremhendel Trek de remhendel (Figuur 14) omhoog om de parkeerrem in werking te stellen. Schakel de parkeerrem uit door de vrijgavehendel aan de onderkant van de remhendel in te drukken en naar beneden te bewegen naar de vrije stand. Stel altijd de parkeerrem in werking voordat u de machine verlaat. g017973 Figuur 15 1. Accu-voltage 6. Urenteller 2. Stroomlamp/storingsindicator7. Rechter knop 3. Motortoerental (tpm)/status 8.
• FUNCTIONELE CONTROLESTATUS – transportmodus ONDERHOUD wordt aangegeven door een konijn en maaimodus door een schildpad. • MOTOROLIEDRUK-lamp – dit icoon verschijnt als de Menu-optie Beschrijving UUR Het totale aantal bedrijfsuren van de machine, motor, messenkooien, weteenheid en ventilator, alsook het aantal uren dat de machine getransporteerd en oververhit is geweest. COUNTS Het aantal keer dat de machine voorverwarmd en gestart is geweest.
TAP-OFFVERTRAGING Bepaalt de tap-offvertraging. 7 0,475 TOERENTAL MESSENKOOI Regelt het toerental van de messenkooi. 8 0,600 9 0,750 TOERENTAL VOOR WETTEN Het toerental voor het wetten. 10 0,925 CLIP-CONTROL Schakelt de automatische Clip-Control functie AAN/UIT. AANTAL Instellen van het aantal messen van elke kooi. Deze instelling is alleen nodig indien CLIP-CONTROL is ingesteld op AAN. MESSEN CLIP (FOC) Instellen van de tap-offvertraging.
2. Kies de rijsnelheid die het meest geschikt is voor de maaiomstandigheden. Raadpleeg voor een lijst met de storingen een erkende dealer of de Onderhoudshandleiding. 3. Gebruik de betreffende grafiek (Figuur 16), voor maaidekken met 5, 8, 11 of 14 messen, om de gewenste messenkooisnelheid te bepalen. Instelhendel bestuurdersstoel De hendel voor de lengte-instelling van de stoel bevindt zich links vooraan de stoel (Figuur 18). Deze laat toe de stoel naar voren of naar achteren te verstellen.
VOORZICHTIG Als u de voeding naar de maaidekken niet onderbreekt, bestaat de kans dat iemand de maaidekken per ongeluk start. Hierdoor kan ernstig letsel aan handen en voeten ontstaan. Koppel altijd de snelkoppelingen voor de voeding naar de maaidekken los voordat u werkzaamheden aan de maaidekken gaat uitvoeren. Specificaties Opmerking: Specificaties en ontwerp kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. g014626 Figuur 19 1.
Motoroliepeil controleren. Gebruiksaanwijzing Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. De motor wordt verzonden met 3,7 l (inclusief filter) olie in het carter; u moet het oliepeil echter controleren voordat en nadat u de motor de eerste keer start.
7. Plaats de vuldop en de peilstok weer stevig op hun plaats. Brandstoftank vullen Gebruik uitsluitend schone, verse dieselbrandstof of biodiesel met een laag <500 ppm) of ultralaag (<15 ppm) zwavelgehalte. Het cetaangetal moet minimaal 40 zijn. Koop brandstof in hoeveelheden die binnen 180 dagen kunnen worden gebruikt zodat u altijd verse brandstof heeft. Inhoud brandstoftank: 22,7 liter Gebruik zomerdieselbrandstof (nr. 2-D) bij temperaturen boven -7 °C en winterdieselbrandstof (nr. 1-D of nr.
GEVAAR In bepaalde omstandigheden is brandstof uiterst ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie van brandstof kan brandwonden bij u of anderen en materiële schade veroorzaken. • Vul de brandstoftank in de open lucht wanneer de motor koud is. Eventueel gemorste brandstof opnemen. • Vul de brandstoftank niet helemaal. Vul de brandstoftank tot 25 mm vanaf de onderkant van de vulbuis. Deze geeft de brandstof in de tank ruimte om uit te zetten.
Het koelsysteem controleren De inhoud van het koelsysteem is ongeveer 4,6 liter. Zorg dat het scherm van de radiateur schoon blijft, zie Het radiateurscherm reinigen (bladz. 46). g008427 Figuur 26 1. Reservetank g014613 Figuur 25 1. Vleugelbouten 3. Reservetank 2. Radiateurscherm 4. Radiateurvuldop Als de motor heeft gelopen, kan de hete koelvloeistof, die onder druk staat, ontsnappen indien de radiateurdop wordt verwijderd. Dit kan brandwonden veroorzaken.
door gebruik van verkeerde vervangende vloeistoffen. Gebruik daarom uitsluitend producten van gerenommeerde fabrikanten die garant staan voor de door hen aanbevolen vloeistoffen. boven 29 °C zijn uitgerust met een oliekoeler, zie 5 De oliekoeler monteren (optioneel) (bladz. 17). Hydraulische tank vullen. ISO VG 46 slijtagewerende hydraulische vloeistof met hoge viscositeitsindex/laag stolpunt 1. Plaats de machine op een horizontaal oppervlak. Laat de motor afkoelen zodat de vloeistof koud is. 2.
Opmerking: U moet mogelijk het brandstofsysteem ontluchten voordat u de motor start, indien zich één van de volgende situaties heeft voorgedaan: Voordat u de messenkooien controleert, moet u eerst de snelkoppelingen van de voeding naar het maaidek loskoppelen, zie Snelkoppelaars maaidekstroom (bladz. 25). Sluit deze weer aan nadat u klaar bent met de werkzaamheden. • Eerste keer starten van een nieuwe motor. • De motor is gestopt omdat de brandstof op was.
het contact om te voorkomen dat de motor per ongeluk start. 3. Sluit de brandstofafsluitklep voordat u de machine stalt. 5. Veiligheidssysteem controleren 6. Als de motor afslaat, betekent dit dat het veiligheidssysteem naar behoren werkt. VOORZICHTIG Niet-aangesloten of beschadigde interlockschakelaars kunnen onverwachte gevolgen hebben op de werking van de machine. Dit kan lichamelijk letsel veroorzaken. • Laat de interlockschakelaars ongemoeid.
instelschroeven van de snijbalk niet op het werkvlak rusten (Figuur 28). VOORZICHTIG Als u de voeding naar de maaidekken niet onderbreekt, bestaat de kans dat iemand de maaidekken per ongeluk start. Hierdoor kan ernstig letsel aan handen en voeten ontstaan. Koppel altijd de snelkoppelingen voor de voeding naar de maaidekken los voordat u werkzaamheden aan de maaidekken gaat uitvoeren. 2. g014596 Klap de voetsteun omhoog zodat u bij het middelste maaidek kunt (Figuur 30). Figuur 28 1.
g014609 Figuur 31 1. Vergrendeling – gesloten stand 2. Stang van ophangarm 3. Vergrendeling – geopende stand g036122 Figuur 33 1. Motor van de messenkooi 2. Sleufas g036343 Figuur 32 1. Stang van ophangarm 5. 3. Holte 4. Motorbevestigingsstang 2. Stang van maaidek Sluit de vergrendelingen rond de stang van het maaidek en vergrendel ze (Figuur 31). 8. Monteer een grasvanger op de haken aan de ophangarm. 9. Herhaal deze procedure bij de andere maaidekken.
Opmerking: Als u de maaimessen slijpt, de VOORZICHTIG maaihoogte instelt of onderhoudswerkzaamheden aan een maaidek verricht, moet u de motoren van de messenkooien van het maaidek in de opbergruimte op de voorkant van de ophangarmen plaatsen om beschadiging te voorkomen. Als u de voeding naar de maaidekken niet onderbreekt, bestaat de kans dat iemand de maaidekken per ongeluk start. Hierdoor kan ernstig letsel aan handen en voeten ontstaan.
Opmerking: Hiermee laat u de maaidekken neer op de grasmat en start u de messenkooien. Belangrijk: Maaidek 1 heeft een vertraging, en daarom moet u zich de timing eigen maken die nodig is om het maaien van overgebleven gras tot een minimum te beperken. 4. Zorg ervoor dat een nieuwe maaibaan de vorige maaibaan zo weinig mogelijk overlapt.
10. 11. Opmerking: Zo worden graskluiten op het gazon tot een minimum beperkt. Plaats de vlag terug. Verwijder al het maaisel uit de grasmanden voordat u de machine naar een volgende green rijdt. de achterste spanband moet naar beneden en naar de buitenkant van de machine lopen. De machine slepen In noodgevallen kunt u de machine over een korte afstand slepen (niet meer dan 0,4 km). Toro beveelt dit echter niet aan als standaardprocedure.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Opmerking: Download het elektrische of hydraulische schema gratis op www.Toro.com; u kunt uw machine zoeken via de link Handleidingen op de hoofdpagina. Belangrijk: Raadpleeg de gebruikershandleiding van de motor voor verdere onderhoudsprocedures.
Controlelijst voor dagelijks onderhoud Gelieve deze pagina te kopiëren ten behoeve van gebruik bij routinecontroles. Gecontroleerd item Voor week van: Ma. Di. Wo. Do. Vr. Werking van veiligheidssysteem controleren. Werking van instrumenten controleren Alarm van lekdetector controleren. Werking van de remmen controleren. Brandstofpeil controleren. Het peil van de hydraulische vloeistof controleren. Het motoroliepeil controleren. De koelribben van de motor reinigen. Luchtfilter controleren.
Onderhoud motor Belangrijk: Gebruik geen perslucht onder hoge druk, omdat hierdoor vuil via the filter in het inlaatkanaal kan worden geblazen. Onderhoud van het luchtfilter 4. Verwijder het voorfilter en vervang het: Belangrijk: Maak een gebruikt filterelement niet schoon. Onderhoudsinterval: Om de 200 bedrijfsuren A. een luchtlek kan veroorzaken; vervang deze in geval van beschadiging. Controleer het gehele luchtinlaatsysteem op lekken, beschadiging of losse slangklemmen.
Onderhoud brandstofsysteem Vervangen van het brandstoffilter/waterscheider Onderhoudsinterval: Om de 800 bedrijfsuren 1. Sluit de brandstofafsluitklep (Figuur 41) onder de brandstoftank. g014754 Figuur 39 1. Aftapplug 2. Verwijder het oliefilter (Figuur 40). Smeer een dun laagje schone olie op de pakking van het filter. g014626 Figuur 41 1. Brandstofafsluitklep g014615 Figuur 40 1. Oliefilter 3. Draai het filter met de hand vast totdat de pakking contact maakt met het filtertussenstuk.
Onderhoud elektrisch systeem Onderhoud van de accu Zorg ervoor dat het accuzuur op het juiste peil wordt gehouden en de bovenkant van de accu schoon blijft. Sla de machine op in een koele ruimte om te voorkomen dat de accu ontlaadt. Controleer het zuurpeil om de 50 bedrijfsuren of om de 30 dagen, wanneer het voertuig is opgeslagen. g014720 Figuur 42 1. Bus brandstoffilter/waterafscheider GEVAAR 2. Aftapplug filter 5. Schroef de filterbus los en verwijder deze volgens de plaatselijke voorschriften. 6.
de kabels aan – de pluskabel (+) eerst – en smeer de accupolen in met vaseline. Zekeringen Optionele hydrauliek Set met ventilator 15 A WAARSCHUWING CALIFORNIË Proposition 65 Waarschuwing Accuklemmen, accupolen en dergelijke onderdelen bevatten lood en loodverbindingen. Van deze stoffen is bekend dat ze kanker en schade aan de voortplantingsorganen veroorzaken. Was altijd uw handen nadat u met deze onderdelen in aanraking bent geweest.
Onderhoud aandrijfsysteem Opmerking: Als het wiel nog steeds draait terwijl de excentriek de maximale stand heeft bereikt, moet u voor verdere afstelling contact opnemen met een erkende servicedealer of de Onderhoudshandleiding raadplegen. De transmissie afstellen voor de neutraalstand Transportsnelheid afstellen Als de machine langzaam vooruit kruipt met het tractiepedaal op NEUTRAAL moet u het mechanisme voor de neutraalstand bijstellen. 1.
Belangrijk: De kabel mag niet te strak staan, om de afstelling te vergrendelen (Figuur 46). Controleer de afstelling en stel nogmaals af indien dit nodig is. omdat de kabel dan sneller slijt. Transportsnelheid verminderen 1. Trap het tractiepedaal in draai de borgmoer los waarmee de pedaalaanslag is bevestigd aan de vloerplaat. 2. Zet de pedaalaanslag losser totdat u de gewenste transportsnelheid hebt verkregen. 3. Draai de borgmoer aan om de pedaalaanslag vast te zetten.
Onderhoud koelsysteem Veiligheid van het koelsysteem 2. Blaas de radiateur schoon met perslucht en doe dit vanaf de zijde met de ventilator. 3. Reinig het radiateurscherm en monteer het. Koelvloeistofpeil controleren • Motorkoelvloeistof inslikken kan vergiftiging veroorzaken; buiten het bereik van kinderen en huisdieren houden. De inhoud van het koelsysteem is ongeveer 4,6 liter.
4. bij met een oplossing die half uit water, half uit permanente ethyleenglycol-antivries bestaat. Niet te vol vullen. Onderhouden remmen Plaats de dop van de reservetank terug. Remmen afstellen Als de rem de machine niet kan houden als deze geparkeerd staat, kunt u de remmen afstellen met behulp van de schutbordfitting bij de remtrommel; neem contact op met een erkende servicedealer of raadpleeg de Onderhoudshandleiding voor meer informatie.
Onderhoud hydraulisch systeem Onderhoud riemen De riem van de wisselstroomdynamo afstellen Hydraulische olie verversen en de filter vervangen Onderhoudsinterval: Na de eerste 50 bedrijfsuren Om de 800 bedrijfsuren Onderhoudsinterval: Na de eerste 8 bedrijfsuren Controleer dat de riem op de goede spanning staat om de goede werking van de machine te verzekeren en onnodige slijtage te voorkomen. 1. Schakel de motor uit, stel de parkeerrem in werking, en verwijder het contactsleuteltje. 2.
5. Onderhoud van maaidek U moet de vloeistof en het filter op de juiste wijze afvoeren. De messenkooien wetten Hydraulische slangen en leidingen controleren WAARSCHUWING Contact met de messenkooien of andere bewegende onderdelen kan lichamelijk letsel veroorzaken. • Houd uw handen en kleding uit de buurt van de messenkooien en andere bewegende onderdelen. • Probeer de messenkooien nooit met uw handen of voeten te draaien of aan te raken terwijl de motor draait.
14. 15. Stalling Na voltooiing van het wetten: ga naar het InfoCenter, WETTEN, stel dit in op UIT, of draai het contactsleuteltje op UIT om de machine terug te schakelen naar maaien in de vooruitstand. Als u de machine voor een lange tijd wilt stallen, moet u eerst de volgende handelingen verrichten: Spoel alle wetpasta van de maaidekken. Stel indien nodig het contact tussen de messenkooi en het ondermes af. Zet de toerentalregeling van de messenkooien in de gewenste maaistand. 50 1.
Privacyverklaring voor Europa De informatie die Toro verzamelt Toro Warranty Company (Toro) respecteert uw privacy. Om uw aanspraak op garantie te behandelen en contact met u op te nemen in het geval van een terugroepactie vragen wij om bepaalde persoonlijke informatie, hetzij direct of via uw lokale Toro dealer. Het Toro garantiesysteem wordt gehost op servers in de Verenigde Staten, waar de privacywet mogelijk niet dezelfde bescherming biedt als in uw land.
Toro Garantie Beperkte garantie van twee jaar Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt De Toro Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, bieden krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie dat uw Toro product (hierna: het 'product') gedurende twee jaar of 1500 bedrijfsuren* vrij van materiaalgebreken of fabricagefouten is, met dien verstande dat hierbij de kortste periode moet worden aangehouden.