Operator's Manual

Algemeenoverzicht
vandemachine
Bedieningsorganen
Flaphendel
Deonderstestandvandeaphendelisde
ingeschakeldestand;debovensteisde
uitgeschakeldestand.Zetdehendelindebovenste
standwanneerudemachinetransporteert.
Opmerking:Ukuntdeapomhoogklappen
wanneerugrotehoeveelhedenbladerenruimt.
Rolhendel
BeweegderolhendelnaarvorenomdeFlexTiprol
omhoogtebrengen.Zetdehendelnaarvorenom
deroltelatenzakken,zetdepalvrijenbeweegde
hendelvervolgensnaarachterentotdezedeaanslag
raakt.Zetdehendelomhoogalsdemachinenietin
bedrijfis,omdemachinetestallenofomdezete
transporteren(Figuur4).
g018644
Figuur4
1.Flaphendel2.Rolhendel
Chokehendel
Omeenkoudemotortestarten,sluitudechokevan
decarburatordoordechokehendelomhoogtetrekken
naardestandAAN.Nadatdemotorisgestart,kuntu
metbehulpvandechokedemotorregelmatiglaten
lopen.Zetdechokeopendoordehendelindestand
UITtezetten.Alsueenwarmemotorstart,hoeftde
chokenietofnauwelijkstewordengebruikt(Figuur5).
Contactschakelaar
Decontactschakelaardientomdemotortestartenen
aftezettenenheeftdriestanden:UIT,DRAAIENen
START.DraaihetsleuteltjenaarrechtsopSTARTom
hetvoertuigtestarten.Laathetsleuteltjeloszodrade
motorstart(Figuur5).Hetsleuteltjegaatautomatisch
naardestandDRAAIEN.Omdemotoraftezetten,
draaituhetsleuteltjenaarlinksopUIT.
Gashendel
Metdegashendel(Figuur5)kuntudemotormet
verschillendetoerentallenlatenwerken.Uverhoogt
hetmotortoerentaldoordegashendelnaardestand
SNELtebewegen.Omhetmotortoerentalteverlagen,
zetudehendelopLANGZAAM.
Opmerking:Laatdemotoropvolgaslopentijdens
gebruikvandemachine.Demachinegebruikenmet
laagtoerentalkandekoppelingbeschadigen.
g015266
Figuur5
1.Chokehendel3.Gashendel
2.Contactschakelaar
11