Operator's Manual

g014860
1
2
3
Figuur11
1.Hendel
3.Borgsleuf
2.Steunstang
2.Zetdesteunstangindeborgsleufomdelaadbakvast
tezetten(Figuur12).
Figuur12
1.Borgsleuf2.Steunstang
Laadbakneerlaten
WAARSCHUWING
Delaadbakkanzwaarzijn.Handenofandere
lichaamsdelenkunnenbekneldraken.
Houdhandenenanderelichaamsdelenuitdebuurt
vandebakalsudezeneerlaat.
1.Tildelaadbaklichtomhoogdoordegrendelhandgreep
omhoogtebrengen(Figuur11).
2.Neemdesteunstanguitdepalopening(Figuur12).
3.Laatdebakneertothijstevigvergrendeldis(Figuur
11).
Deachterlaadklepopenen
1.Zorgdatdelaadbakomlaagenvergrendeldis.
2.Tildeklepjesophetachterstepaneelvande
achterlaadklepomhoog(Figuur13).
Figuur13
1.Flensvanachterlaadklep
(laadbak)
3.Tillen(klepje)
2.Borgens(achterlaadklep)
4.Naarachterenenomlaag
draaien
3.Lijndeborgenzenvandeachterlaadklepuitmetde
openingentussendeenzenvandeachterlaadklepvan
delaadbak(Figuur13).
4.Draaideachterlaadklepnaarachterenenomlaag
(Figuur13).
Deachterlaadklepsluiten
Alsulosmateriaalzoalszand,kiezelofhoutsnippersuitde
laadbakvandemachinehebtgestort,kaneendeelvanhet
gestortemateriaaltussendehengselsvandeachterlaadklep
belandzijn.Doehetvolgendevoordatudeachterlaadklep
sluit.
1.Verwijderhandmatigzoveelmogelijkmateriaalvan
tussendehengsels.
2.Draaideachterlaadklepongeveerinde45°-stand
(Figuur14).
19