Form No. 3444-986 Rev B Workman® GTX lithium multifunctioneel werkvoertuig Modelnr.: 07413LT—Serienr.: 407700000 en hoger Modelnr.: 07413TC—Serienr.: 407700000 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
(indien aanwezig) scannen om toegang te krijgen tot de garantie, onderdelen en andere productinformatie. Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen; zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring. WAARSCHUWING CALIFORNIË Proposition 65 Waarschuwing Het netsnoer van dit product bevat lood, een stof waarvan bekend is dat deze kanker, geboorteafwijkingen of andere schade aan de voortplantingsorganen kan veroorzaken.
De machine klaar maken voor onderhoud..................................................... 30 De machine omhoog brengen........................... 30 De motorkap openen ........................................ 31 De zitbank naar boven en beneden verstellen ...................................................... 31 Een kuipstoel verwijderen................................. 32 Een kuipstoel monteren .................................... 32 Een kussen van de zitbank verwijderen.............
Veiligheid Deze machine werd ontworpen in overeenstemming met de vereisten van SAE J2258 (nov 2016). Algemene veiligheid Dit product kan lichamelijk letsel veroorzaken. Volg altijd alle veiligheidsinstructies op om ernstig letsel te voorkomen. • Lees de Gebruikershandleiding en verzeker dat u deze begrijpt voordat u de machine start. Zorg dat alle gebruikers van dit product weten hoe ze het dienen te gebruiken en dat ze de waarschuwingen begrijpen. • Geef uw volledige aandacht als u de machine gebruikt.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of ontbrekende stickers. decal115-7739 115-7739 1. Kans op vallen, pletgevaar – Het is niet toegestaan passagiers te vervoeren. decal131-8412 131-8412 5 1. Claxon 2. Vooruit 3. Neutraalstand 5. Uit 6. Aan 7.
decal139-4610 139-4610 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding. decal131-8527 131-8527 1. Prestatiemodus 2. Ecomodus 2. Ledematen kunnen bekneld raken, laadbak – Ondersteun de laadbak met de steunstang. 48V 12V 2A 140-2487 12V 10A 15A 5A 20A 30A 15A 10A decal137-9712 decal140-2487 137-9712 140-2487 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding. 3. Explosiegevaar – Open de accu niet; gebruik geen beschadigde accu. 2. Waarschuwing – Opslaan op temperaturen onder 65 °C. 4.
decal140-4584 140-4584 1. Lampen – Aan 5. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding. 2. Lampen – Uit 6. Waarschuwing – Zorg ervoor dat u terdege opgeleid bent voor gebruik van de machine alvorens ermee te werken. 3. De laadbak omhoogbrengen. 7. Risico op vallen, gevaar voor het afsnijden van ledematen – vervoer geen passagiers in de laadbak, vervoer geen bijkomende passagiers tussen de stoelen, steek uw armen en benen niet buiten de machine tijdens gebruik. 4. De laadbak neerlaten. 8.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure Hoeveelheid Omschrijving Gebruik 1 Stuurwiel Stuurwieldop Ring (½") Stofkap 1 1 1 1 Het stuurwiel monteren (uitsluitend internationale modellen). 2 Geen onderdelen vereist – Het peil van de vloeistoffen en de druk in de banden controleren. 3 Geen onderdelen vereist – De remmen gebruiksklaar maken (inrijden).
2 4 Het peil van de vloeistoffen en de druk in de banden controleren De handleiding lezen en de documentatie in verband met de uitrusting van de machine bekijken Geen onderdelen vereist Benodigde onderdelen voor deze stap: Procedure 1. Controleer of de accu's opgeladen zijn; zie De lithium-ion-accu's opladen (bladz. 27). 2. Controleer het peil van de remvloeistof voordat u de motor start; zie Remvloeistofpeil controleren (bladz. 42). 3.
Algemeen overzicht van de machine g319171 Figuur 4 1. Sluiting van de motorkap 3. Laadbak 5. Acculader 2. Stuurwiel 4. Sleeplip 6. Hendel van laadbak g319172 Figuur 5 1. Handgreep voor passagier 3. Koppelinrichting 2. Parkeerremhendel 4.
Bedieningsorganen Schakelbord g319170 Figuur 6 1. Lichtschakelaar 2. Display 6. Parkeerremhendel 7. USB-aansluitpunt 3. Claxonknop 8. Gaspedaal 4. Schakelhendel 9. Rempedaal 5. Contactschakelaar Gaspedaal Rempedaal Gebruik het gaspedaal (Figuur 6) om de rijsnelheid van de machine te veranderen. Als u het gaspedaal intrapt, start u de machine. Als u het pedaal verder intrapt, verhoogt u de rijsnelheid. Als u het pedaal laat opkomen, vermindert de snelheid van de machine en slaat de machine af.
Parkeerremhendel Richtingschakelaar De parkeerremhendel bevindt zich op het bedieningspaneel (Figuur 6). De richtingschakelaar bevindt zich links van de parkeerremhendel. De parkeerremhendel heeft 3 standen: VOORUIT, ACHTERUIT en NEUTRAAL (Figuur 6). Als u de machine uitschakelt, moet u de parkeerrem in werking stellen om te voorkomen dat de machine per ongeluk in beweging komt. Als u de machine op een steile helling parkeert, moet u de parkeerrem in werking stellen.
Display Het display toont informatie zoals de bedrijfsmodus, diverse diagnostieken en andere informatie over de machine (Figuur 9). g321175 Figuur 10 1. Startscherm 2. Accuspanning 3. Softwareversie g320256 Figuur 9 1. Controlelampje 2. Display Er is een startscherm, een runscherm en een oplaadscherm op het display (Figuur 10, Figuur 11 en Figuur 12). Figuur 11 toont wat u kunt zien op het display wanneer u de machine gebruikt.
Het runscherm met de huidige snelheid van de machine (Figuur 14) wordt weergegeven wanneer u met de machine rijdt. g321177 Figuur 12 g321181 Figuur 14 1. Oplaadscherm 3. Indicator accu wordt momenteel opgeladen 2. Levensduur accu 4. Geschatte tijd om de machine volledig op te laden 1. Huidige snelheid van de machine Een actieve foutcode (Figuur 15) wordt weergegeven op het display als er een probleem is met de machine.
Schakelaar van snelheidsbegrenzer Verklaring van pictogrammen Richting – stand VOORUIT De schakelaar van de snelheidsbegrenzer bevindt zich onder de stoel en heeft 2 standen: PERFORMANCE (prestatiemodus) en ECONOMY (zuinige modus). Draai het sleuteltje naar rechts in de ZUINIGE MODUS om de maximale rijsnelheid van de machine te beperken tot 19 km/u. Draai het sleuteltje naar links in de PRESTATIEMODUS om de maximale rijsnelheid van de machine opnieuw in te stellen op 26 km/u; zie Figuur 16.
Specificaties Opmerking: Specificaties en ontwerp kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Bandenspanning controleren Gebruiksaanwijzing Opmerking: De procedures in dit hoofdstuk tonen een machine met een plastic laadbak en kuipstoel. Voor bijkomende procedures voor andere werktuigen, moet u het hoofdstuk Bediening (indien van toepassing) in de Montage-instructies raadplegen. Ga naar www.Toro.com voor uw instructies of scan de QR-code (indien van toepassing) op uw werktuig.
Tijdens gebruik Een nieuwe machine inrijden Veiligheid tijdens het werk Onderhoudsinterval: Na de eerste 100 bedrijfsuren—Neem de richtlijnen voor het inrijden van een nieuwe machine in acht. Algemene veiligheid • De eigenaar/bestuurder is verantwoordelijk voor Neem de richtlijnen voor het inrijden van een nieuwe machine in acht om ervoor te zorgen dat deze goede prestaties levert en een lange levensduur heeft. • • Controleer de remvloeistof.
• Bedien de machine uitsluitend wanneer de • Gebruik de machine niet als het kan bliksemen. zichtbaarheid goed is. Kijk uit voor gaten, geulen, hobbels, stenen of andere verborgen objecten. De machine kan omslaan op oneffenheden in het terrein. In hoog gras zijn obstakels niet altijd zichtbaar. Wees voorzichtig bij het naderen van blinde hoeken, struiken, bomen, en andere objecten die uw zicht kunnen belemmeren. • Gebruik alleen door The Toro® Company goedgekeurde accessoires en werktuigen.
De laadbak gebruiken indrukken en de helling langzaam achterwaarts in een rechte lijn afrijden. • Draaien als u een helling op- of afrijdt, kan De laadbak omhoog brengen in de stortstand gevaarlijk zijn. Als u absoluut moet draaien op een helling, dient u dit langzaam en voorzichtig te doen. WAARSCHUWING • Een zware lading heeft invloed op de stabiliteit van het voertuig op een helling. Verklein de lading en neem gas terug als u op een helling rijdt of als de lading een hoog zwaartepunt heeft.
1. Til de laadbak licht omhoog door de grendelhandgreep omhoog te brengen (Figuur 19). 2. Neem de steunstang uit de palopening (Figuur 20). 3. Laat de bak neer tot hij stevig vergrendeld is. De achterlaadklep openen g034019 1. Zorg dat de laadbak omlaag en vergrendeld is. 2. Breng de achterlaadklep met beide handen omhoog; gebruik de nok bovenaan de achterlaadklep (Figuur 21). 3. Laat de achterlaadklep zakken tot deze gelijk komt met de onderkant van de laadbak (Figuur 21). Figuur 19 1.
dat de machine van zijn plaats rolt. Als u het gaspedaal gebruikt om de machine op de helling tot stilstand te brengen, kan de motor oververhit raken of kunnen de accu's ontladen worden. 1. Haal uw voet van het gaspedaal. 2. Druk het rempedaal langzaam in om met de bedrijfsremmen de machine volledig tot stilstand te brengen. Opmerking: De lengte van de remweg kan variëren, afhankelijk van de lading en de snelheid van de machine. g034023 Figuur 22 De laadbak laden 1. Beweeg de achterlaadklep 3.
• Zorg ervoor dat alle onderdelen van de • Maak indien mogelijk de lading vast aan de laadbak zodat de lading niet gaat schuiven. • Wanneer u vloeistoffen vervoert, dient u voorzichtig • te zijn wanneer u de machine heuvelopwaarts of -afwaarts rijdt, wanneer u stopt of plots van snelheid verandert of wanneer u over ruwe oppervlakken rijdt. • De inhoud van de laadbak is 0,28 m3.
• • • • • • Zorg ervoor dat de veiligheids- en instructiestickers lange broek en stevige schoenen met een gripvaste zool. Zet de machine uit en wacht 5 seconden tot de machine volledig uitgeschakeld is voordat u de accu oplaadt. Als u dit niet doet, kan een vlamboog ontstaan. Zorg voor een goede ventilatie tijdens het opladen. Lees en volg alle voorzorgsmaatregelen op voordat u de accu oplaadt.
de aanhanger kan leiden tot slechte prestaties of beschadiging van de remmen, as, motor, transaxle, stuurinrichting, ophanging, carrosserie of banden. Zorg er altijd voor dat 60% van het gewicht van de lading zich in het voorste deel van de aanhangwagen bevindt. Hierdoor komt ongeveer 10% van het totale gewicht van de aanhangwagen op de trekhaak van de machine. Ten behoeve van een goede remwerking en tractie moet de laadbak altijd zijn geladen als u een aanhangwagen gebruikt.
Neem voor gedetailleerde informatie over het verzenden van een accu contact op met uw erkende Toro distributeur. Temperatuurvoorschriften voor stalling (cont'd.
WAARSCHUWING Als het snoer van de lader beschadigd is, kan dat elektrische schokken of vuur veroorzaken. Controleer het stroomsnoer grondig voordat u de lader gaat gebruiken. Als het snoer beschadigd is, mag u de lader niet gebruiken tot het snoer vervangen is. 2. Sluit het uiteinde van het stroomsnoer met de muurstekker aan op een geaard stopcontact.
Onderhoud Opmerking: De procedures in dit hoofdstuk tonen • Om het risico op brand te verminderen moet u een machine met een plastic laadbak en kuipstoel. Voor bijkomende procedures voor andere werktuigen, moet u het hoofdstuk Onderhoud (indien van toepassing) in de Montage-instructies raadplegen. Ga naar www.Toro.com voor uw instructies of scan de QR-code (indien van toepassing) op uw werktuig. de omgeving van de machine vrij houden van overtollig vet, gras, bladeren en vuil.
Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure Om de 100 bedrijfsuren • • • • • • • Controleer de staat van de banden en velgen. Draai de wielmoeren aan. De stuurinrichting en ophanging op losse of beschadigde onderdelen controleren. De vlucht en het toespoor van de voorwielen controleren. Het peil van de transaxlevloeistof controleren. Controleer de transaxle op lekken. De remmen controleren Om de 300 bedrijfsuren • De lagers in de voorwielen smeren.
Onderhoud van de machine in bijzondere omstandigheden Belangrijk: Als de machine wordt gebruikt in de hieronder genoemde omstandigheden, moet u de onderhoudswerkzaamheden twee keer zo vaak uitvoeren: • Gebruik in woestijngebied • Gebruik bij lage temperaturen: beneden 0 °C • Trekken van een aanhangwagen • Veelvuldig gebruik in stoffige omstandigheden • Bouwwerkzaamheden • Doe het volgende na langdurig gebruik in modder, zand, water of soortgelijke vuile omstandigheden: – Laat de remmen zo snel mogelijk con
g319293 Figuur 26 1. Hefpunt vooraan • Het hefpunt aan de achterzijde van de machine bevindt zich onder de asbuizen (Figuur 27). g034045 Figuur 28 2. Til de motorkap op. De motorkap sluiten g319294 Figuur 27 1. Hefpunten achteraan 1. Laat de motorkap langzaam zakken. 2. Bevestig de motorkap door de rubberen grendels uit te lijnen met de grendelbevestigingen aan weerszijden van de motorkap (Figuur 28). De motorkap openen De zitbank naar boven en beneden verstellen De motorkap optillen 1.
g190186 Figuur 31 1. Pennen Een kussen van de zitbank verwijderen g190066 Figuur 29 1. Druk het kussen van de zitbank overeind in de geheven stand. 2. Schuif het kussen opzij, uit de pennen, en til het kussen op (Figuur 32). Een kuipstoel verwijderen 1. Kantel de zitbank naar voren (Figuur 29). 2. Schuif de zitbank opzij uit de pennen en til de zitbank op (Figuur 30). g190187 Figuur 30 1.
Een kussen van de zitbank plaatsen Smering De lagers in de voorwielen smeren Schuif het kussen van de zitbank op de pennen en laat het kussen zakken (Figuur 33). Onderhoudsinterval: Om de 300 bedrijfsuren Specificatie smeermiddel: Mobilgrease XHP™-222 De naaf en rotor verwijderen 1. Til de voorkant van de machine op en plaats deze op assteunen. 2. Verwijder de 4 wielmoeren waarmee het wiel aan de naaf bevestigd is (Figuur 34). g237190 g321364 Figuur 33 Figuur 34 1. Naaf 2. Wiel 3. 3.
g192347 Figuur 37 1. As 7. 8. g321363 Figuur 35 1. Flenskopbout (⅜" x ¾") 3. Beugel remklauw (rem) Maak de as schoon met een doek. Herhaal stap 1 tot en met 7 voor de naaf en de rotor aan de andere kant van de machine. De lagers in de wielen smeren 2. As 1. 4. 2. Naaf en rotor Verwijder de stofkap van de naaf (Figuur 36). Verwijder het buitenste lager en de loopring van het lager van de naaf (Figuur 38). g192346 Figuur 36 g033050 Figuur 38 1. Borgpen 4. Asmoer 2. As 5. Moerzekering 1.
5. Verwijder alle vuil en vet uit de holte van de naaf (Figuur 38). 6. Smeer de lagers met het aanbevolen smeermiddel. 7. Vul de holte van de naaf voor 50 tot 80% met het aanbevolen smeermiddel (Figuur 38). 8. Monteer het binnenste lager op de loopring aan de binnenkant van de naaf en monteer de afdichting (Figuur 38). 9. Herhaal stap 1 tot en met 8 voor de lagers van de andere naaf. g192345 Figuur 40 De naaf en rotor monteren 1. 1. Borgpen 3. Stofkap 2.
Onderhoud elektrisch systeem Veiligheid van het elektrisch systeem • Haal het stroomsnoer uit het stopcontact voordat u de accu aan- of loskoppelt. • Draag beschermende kleding en gebruik geïsoleerd gereedschap. Koppel de accu af voordat u reparaties aan de machine verricht. Maak eerst de minpool van de accu los en daarna de pluspool. Bevestig eerst de pluspool van de accu en daarna de minpool. g322758 Figuur 42 1. Minkabel (–) van de accu 3. Flensmoer 2. Accupool 4.
De zekeringen van 12 V en 48 V bevinden zich onder de stoel (Figuur 44). g321365 g319306 Figuur 44 1. 12 V zekeringenhouder Figuur 45 2. 48 V zekeringenhouder 48 V zekeringen Hoofdvoeding 10 A Optionele hefset – open 15 A Elektrisch relais 20 A Claxon 30 A Display 2A 5A Koplampen 10 A Elektrisch vermogen 15 A Koppel de accu's af; zie De accu's afkoppelen (bladz. 36). Open de motorkap. 3. Koppel de elektrische aansluiting voor de kabelboom los van de aansluiting van de lamp (Figuur 45).
Koplampen afstellen Onderhoud van de acculader Ga als volgt te werk om de stand van de koplampen af te stellen als een koplamp is vervangen of verwijderd. 1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak met de koplampen op ongeveer 7,6 meter verwijderd van een muur (Figuur 46). Belangrijk: Elektrische herstellingen mogen alleen worden uitgevoerd door een erkende Toro distributeur. 2. Meet de afstand van de vloer tot het midden van de koplamp en maak een markering op dezelfde hoogte op de muur.
Onderhoud aandrijfsysteem Onderhoud van de banden Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren—Controleer de staat van de banden en velgen. Om de 100 bedrijfsuren—Draai de wielmoeren aan. 1. Inspecteer de banden en velgen op tekenen van slijtage en beschadiging. g320398 Figuur 47 Opmerking: Ongelukken tijdens werkzaamheden, zoals een botsing tegen een trottoirband, kunnen een band of een velg beschadigen en tevens de wieluitlijning verstoren.
gedurende de hele instellingsprocedure op de stoel te blijven. 3. Rol op een vlakke ondergrond de machine 2 tot 3 meter recht achteruit en vervolgens recht vooruit naar de plaats waar u vertrok. Hierdoor kan de ophanging de bedrijfsstand aannemen. De vlucht afstellen Benodigdheden (door de eigenaar verschaft): schroefsleutel, Toro onderdeel 132-5069; verkrijgbaar bij een erkende Toro verdeler. g009235 Figuur 50 1. Hart-op-hart-afstand – achterkant wielen 2.
2. 3. 4. Stel de parkeerrem in werking. Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact. Verwijder de vulplug op de transaxle (Figuur 52). 2. Opmerking: Bewaar het deksel van de transaxle en de bouten. Opmerking: Het vloeistofpeil moet tot aan de onderkant van de vulplug komen. g217835 Figuur 52 1. Vulplug 5. 6. Als het vloeistofpeil te laag is, verwijder dan de vulplug en vul bij met de aanbevolen vloeistof tot deze uit de opening stroomt (Figuur 52).
Onderhouden remmen Opmerking: Als u de parkeerrem niet op de vereiste spanning kunt brengen, zijn de remblokken misschien versleten en zijn ze aan vervanging toe. Neem contact op met uw erkende Toro verdeler als u hulp nodig heeft. De parkeerrem controleren 1. Stel de parkeerrem in werking door de parkeerremhendel naar u toe te trekken tot u weerstand voelt. 2.
De service- en parkeerremblokken vervangen Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren Vraag uw Toro verdeler om de service- en parkeerremblokken te controleren en mogelijk te vervangen. g002136 Figuur 56 1. Reservoir voor remvloeistof 4. Remvloeistof verversen 2. Minimum-streep Onderhoudsinterval: Om de 1000 bedrijfsuren Neem contact op met uw erkende Toro dealer. Doe het volgende als het vloeistofpeil te laag is: A. Reinig de omgeving van de reservoirdop en verwijder de dop (Figuur 55). B.
Onderhoud van het chassis Reiniging De vergrendelingen van de laadbak afstellen Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks—Was de machine. De machine schoonmaken Reinig de machine indien nodig met alleen water of een mild reinigingsmiddel. Bij het schoonmaken van de machine kunt u een doek gebruiken. Als de vergrendeling van de laadbak slecht is afgesteld, trilt de laadbak op en neer tijdens het rijden.
Stalling Controleer in de volgende tabel de voorgeschreven temperatuur voor opslag: Veiligheid tijdens opslag Temperatuurvoorschriften voor stalling • Zet de machine af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat. Laat de machine afkoelen voordat u er instellingen of onderhoud aan verricht, of de machine schoonmaakt of stalt.
Problemen, oorzaak en remedie Foutcodes van de acculader Probleem Mogelijke oorzaak Remedie Code E-0-0-1, of E-0-4-7 1. Hoge spanning accu 1. Zorg ervoor dat de spanning van de accu juist is en dat de aansluitingen van de kabels stevig vastzitten; zorg ervoor dat de accu in goede staat is. Code E-0-0-4 1. Accustoring vastgesteld 1. Neem contact op met een erkende Toro-distributeur. Code E-0-0-7 1. Ah-limiet van accu overschreden 1.
Storingscodes van de machine Probleem Mogelijke oorzaak Remedie Code P156C, P156E 1. Er is een configuratiefout in de regelaar. 1. Neem contact op met uw erkende Toro verdeler. Code P0226, P156C, B1107 1. De parkeerrem is ingeschakeld terwijl de machine in VOORUIT of ACHTERUIT staat. 1. Zet de parkeerrem vrij. 2. Er heeft zich een fout voorgedaan in de schakelaar van de aandrijving. 2. Zet de machine af en controleer of de schakelaars werken. 1.
Probleem Code P0A44, P1520 Code P156D Mogelijke oorzaak Remedie 1. Er heeft zich een fout voorgedaan in de motor-encoder. 1. De bedrading van de motor-encoder (snelheidssensor) controleren. 2. Het maximale toerental werd overschreden. 2. Draai de contactschakelaar naar UIT, wacht een paar seconden en draai de contactschakelaar op AAN, en controleer of de machine normaal werkt. 1. Er heeft zich een interne softwarefout voorgedaan. 1. Neem contact op met uw erkende Toro verdeler.
Privacyverklaring EEA/VK Toro's gebruik van uw persoonlijke gegevens The Toro Company (“Toro”) respecteert uw recht op privacy. Wanneer u onze producten koopt, kunnen we bepaalde persoonlijke informatie over u verzamelen, ofwel rechtstreeks via u ofwel via uw plaatselijk Toro bedrijf of dealer.
California Proposition 65 waarschuwing – alleen voor Californië Wat is een waarschuwing? Sommige producten die op de markt zijn bevatten een etiket met een waarschuwing als: WAARSCHUWING: Kanker en schade aan de voortplantingsorganen – www.p65Warnings.ca.gov. Wat is Prop 65? Prop 65 geldt voor elk bedrijf dat actief is in Californië, producten verkoopt in Californië, of producten maakt die kunnen worden verkocht of geïmporteerd in Californië.
Beperkte garantie van de accu Battery De herlaadbare lithiumionaccu is gegarandeerd vrij van materiaalgebreken of fabricagefouten gedurende 5 jaar. Na verloop van tijd en na langdurig gebruik wordt de capaciteit (ampère-uur) per volledige herlaadbeurt kleiner. Het energieverbruik varieert naargelang gebruik, werktuigen, gazonomstandigheden, terrein, instellingen en temperatuur.
Toro Garantie Garantie gedurende twee jaar of 1500 bedrijfsuren Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt Onderdelen De Toro Company biedt de garantie dat uw Toro product (hierna: het 'product') gedurende 2 jaar of 1500 bedrijfsuren* vrij van materiaalgebreken of fabricagefouten is, met dien verstande dat hierbij de kortste periode moet worden aangehouden. Deze garantie geldt voor alle producten met uitzondering van beluchters (zie de afzonderlijke garantieverklaringen voor deze producten).