Operator's Manual

25
Schakelaar voor
handbediening van het
grondvolgsysteem
De enige keer dat de afstandsstukken voor de handmatige
instelling van de werkdiepte nodig zijn is als het
TrueCoret grondvolgsysteem niet werkt als gevolg van
schade aan het feedbacksysteem (beschermvingers,
trekstang, en bedieningsorganen).
Om de werkdiepte handmatig in te stellen, gaat u als volgt
te werk.
1. Verwijder de lynchpen waarmee de afstandsstukken en
dieptepennen zijn vastgezet (Fig. 29).
2. Plaats de afstandsstukken boven of onder de beugel
om de gewenste werkdiepte te verkrijgen.
Een dik afstandsstuk verandert de werkdiepte met
19 mm.
Een dun afstandsstuk verandert de werkdiepte met
9,5 mm.
Als alle afstandsstukken boven de beugel zitten,
bedraagt de werkdiepte 108 mm.
1
2
2
Figuur 29
1. Lynchpen 2. Afstandsstukken en
dieptepen
3. Verwijder de tapbout en de borgmoer van de
keuzeschakelaar (Fig. 30).
1
2
Figuur 30
1. Keuzeschakelaar voor
handbediening van
grondvolgsysteem
2. Tapbout en moer
4. Zet de schakelaar omlaag om de True Core-functie uit
te schakelen.
5. Monteer de tapbout en de borgmoer zodat de instelling
niet per ongeluk kan worden gewijzigd.