Operator's Manual

40
Onderhoud van het
brandstoffilter
Vervang het brandstoffilter om de 100 bedrijfsuren of
jaarlijks, waarbij de kortste periode moet worden
aangehouden.
Brandstoffilter vervangen
Na verwijdering mag u nooit een vuil filter opnieuw aan
de brandstofslang monteren.
1. Laat de motor afkoelen.
2. Stel de parkeerrem in werking, zet de motor af,
verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle
bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen
alvorens de bestuurderspositie te verlaten.
3. Sluit de brandstofafsluitklep (Fig. 50).
2
1
Figuur 50
1. Brandstoffilter 2. Brandstofafsluitklep
4. Druk de uiteinden van de slangklemmen naar elkaar
toe en schuif ze weg van het filter (Fig. 50).
5. Trek het filter uit de brandstofslangen.
6. Monteer een nieuw filter en schuif de slangklemmen
terug tot dicht bij het filter (Fig. 50).
7. Neem eventueel gemorste brandstof op.
8. Open de brandstofafsluitklep (Fig. 50).
Onderhoud van de
brandstoftank
De brandstoftank aftappen
Gevaar
In bepaalde omstandigheden is benzine uiterst
ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie
van benzine kan brandwonden bij u of anderen en
materiële schade veroorzaken.
Tap de benzine af uit de brandstoftank wanneer
de motor koud is. Doe dit buiten op een open
terrein. Eventueel gemorste benzine opnemen.
Rook nooit als u benzine aftapt en blijf uit de
buurt van open vuur of als de kans bestaat dat
benzinedampen door een vonk kunnen
ontbranden.
1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak
zodat alle brandstof kan weglopen uit de tank. Stel de
parkeerrem in werking en draai het contactsleuteltje op
uit. Verwijder het sleuteltje.
2. Sluit de brandstofafsluitklep (Fig. 50).
3. Maak de slangklem op het brandstoffilter los en schuif
deze over de brandstofslang weg van het
brandstoffilter (Fig. 50).
4. Trek de brandstofslang van het filter (Fig. 50). Open
de brandstofafsluitklep en laat de benzine in een
benzinevat of een opvangbak lopen.
Opmerking: Omdat de tank nu toch leeg is, is dit een
uitstekend moment om het brandstoffilter te vervangen.
5. Steek de brandstofslang op het filter. Schuif de
slangklem dicht op het filter om de brandstofslang vast
te zetten (Fig. 50).