Operator's Manual

g010045
Figuur29
1.Omloopklep
Belangrijk:Draaihetomloopventielniet
meerdan1slag.Ditvoorkomtdathetventiel
uitdebehuizingvaltendevloeistofnaar
buitenstroomt.
Belangrijk:Duw/trekdemachinenietmeer
dan30,5meterofsnellerdan0,6kmper
uuromdatditschadeaanhethydraulische
systeemkanveroorzaken.
4.Zetdeparkeerremvrijvoordatudemachine
gaatduwen/trekken.
Belangrijk:Laatdemotormeteengeopend
omloopventielnietlangerdan10tot
15secondenlopen.
5.Alsudemachineweerwiltgaanbedienen,moet
uhetomloopventiel1slagrechtsomdraaien
(Figuur29).
Opmerking:Draaihetomloopventielniette
vast.
Opmerking:Umoethetomloopventielsluiten
ommetdemachineterijden.Probeerhet
tractiesysteemnietinwerkingtestellenalshet
omloopventielisgeopend.
Hetregelcircuitvan
systeemterugstellen
Alsdebeluchtingskopindebeluchtingsstandisblijft
(brandstoftankleeg,onderhoudsvergrendelingniet
gemonteerdvooropslag,mechanischdefectaan
motor/pomp,enz.),wordthetelektrischesysteem
datdesolenoïdesvanhethydraulischesysteemen
deelektrischekoppelingregelt,uitgeschakeldom
tevoorkomendatdebeluchtingskopperongeluk
inbewegingkomtzonderdathetsysteemeerst
opzettelijkwordtteruggesteld.
1.Startdemotor.
2.Drukopderesetknopvanhetsysteem(Figuur
30).
Debeluchtingskopgaatomhoogenhet
elektrischcontrolecircuitwordtteruggesteld.
Opmerking:Alsudemotornietkuntlaten
lopen,startdemotordanmetdestartmotor
terwijluderesetknopvanhetsysteemindrukt
totdatdebeluchtingskopvandegrondkomt.
g010046
Figuur30
1.Resetknopvanhetsysteem
Metdemachinerijden
wanneerdebeluchtingskop
isneergelaten
Alsdemotornietwerkt,ofukunthemnietstartenmet
deneergelatenbeluchtingskopendetandeninde
bodem,moetudevolgendestappenuitvoeren:
1.Verwijderdetandenhoudersuitdearmen.
2.Draaihetomloopventiel1slagopen.
3.Trek/duwdemachinenaareennabijgelegen
plaatsomdeonderhoudswerkzaamhedenvoort
tezettenofdemachineopeenaanhangerte
laden.
Belangrijk:Umagdemachinenietmeer
dan30,5meterofsnellerdan1,6kmper
uurtrekken/duwenomdatditschadeaanhet
hydraulischesysteemkanveroorzaken.
25