Operator's Manual

51
Reiniging en stalling
1. Stel de parkeerrem in werking en draai het
contactsleuteltje op uit. Maak de bougiekabel los van
de bougie. Verwijder het contactsleuteltje.
2. Verwijder gras, vuil en vet van de buitenkant van de
gehele machine verwijderen, met name van de motor
en het hydraulische systeem. Verwijder vuil en kaf van
buitenkant van de cilinder, de koelribben van de
cilinderkop en het ventilatorhuis.
Belangrijk U kunt de machine met een mild
reinigingsmiddel en water wassen. Was de machine nooit
met een hogedrukreiniger. Gebruik niet te veel water,
vooral niet in de buurt van het bedieningspaneel, de
motor, de hydraulische pompen en de accu.
3. Geef het luchtfilter een onderhoudsbeurt; zie
Onderhoud van het luchtfilter.
4. Ververs de carterolie; zie Motoroliepeil controleren.
5. Vervang het hydraulische filter; zie Onderhoud van het
hydraulische systeem.
6. Bandenspanning controleren; zie Bandenspanning
controleren.
7. Laad de accu op; zie Onderhoud van de accu.
Opmerking: Laat de motor van de machine na het wassen
2 tot 5 minuten bij een hoog toerental lopen.
8. De conditie van de pennen controleren. Zie Onderhoud
van de pennen.
9. Wanneer de machine langer dan 30 dagen niet wordt
gebruikt, moet deze worden voorbereid op stalling. De
machine wordt als volgt voorbereid op stalling.
A. Voeg een stabilizer/conditioner op aardoliebasis toe
aan de brandstof in de tank. Volg de mengvoor-
schriften van de fabrikant van de stabilizer op.
Gebruik geen stabilizer op alcoholbasis (ethanol
of methanol).
Opmerking: Stabilizer/conditioner werkt het best als het
met verse benzine wordt vermengd en altijd wordt gebruikt.
B. Laat de motor vijf minuten lopen om de
stabilizer/conditioner door het brandstofsysteem te
verspreiden.
C. Zet de motor af, laat deze afkoelen, en laat de
brandstoftank leeglopen; zie Onderhoud van de
brandstoftank.
D. Start de motor opnieuw en laten de motor lopen
totdat deze afslaat.
E. Choke de motor. Start de motor totdat hij niet meer
start.
F. U moet brandstof op de juiste wijze afvoeren.
Verwerk deze overeenkomstig de plaatselijk
geldende voorschriften.
Belangrijk Benzine waaraan stabilizer/conditioner is
toegevoegd, niet langer dan 90 dagen bewaren.
10. Verwijder de bougies en controleer de toestand ervan; zie
Onderhoud van de bougie. Laat de bougies uit de motor
en giet twee eetlepels motorolie in elk bougiegat.
Gebruik de startmotor om de motor te laten draaien en
zo de olie over de cilinderwanden te verspreiden.
Monteer de bougies. De bougiekabels niet op de bougies
drukken.
11. Controleer alle bouten, schroeven en moeren en draai
deze vast. Beschadigde delen repareren of vervangen.
12. Was en droog de hele machine. Verwijder, reinig en
olie de pennen. Spuit een dun laagje olie op de lagers
van de verluchtkop (verbindingen van kruk en
demper).
13. Werk alle krassen en beschadigingen van de lak bij.
Bijwerklak is verkrijgbaar bij een erkende Service
Dealer.
14. Stal de machine in een schone, droge garage of
opslagruimte. Verwijder het sleuteltje uit het contact
en bewaar dit buiten bereik van kinderen of
onbevoegde personen.
15. Monteer de onderhoudsvergrendeling als de verluchter
voor meerdere dagen wordt gestald.
16. Dek de machine af om deze te beschermen en schoon
te houden.