Operator's Manual
Deriemmonteren
1.Geleiddenieuweaandrijfriemrondhetondereinde
vandeeerstestomper-armenomhoogdoorhet
framevandebeluchterkop.
2.Plaatsdeaandrijfriemopdekrukaspoelie,onderde
spanconstructieenoverdeaandrijfpoelie.
3.TildeRotaLink-dempervoordeeerstestomper-arm
naarhetframevandebeluchterkop.Zorgdatde
afstandsblokjesvoordedemperopdezelfdeplaats
zittenalstoenudezeverwijderde.
4.BevestigdeRotaLink-demperopdebeluchterkop
metdetwee(2)ringenenborgmoerendieeerder
werdenverwijderd.
5.Plaastderiemspanpoelieensteldezeafopdejuiste
spanning.
6.Plaatshetspatschermenhetondersteriemscherm.
Stelhetondersteschermbijzodaterruimteblijft
tussenhetschermenderiem.
7.Plaatshetpolieschermenhetbeluchterkapscherm.
Hetzijschermbijstellen
Dezijschermenvandebeluchtkopmoetenzodanig
wordeningestelddatdeonderkanttijdenshetbeluchten
2,5tot3,8cmvandegrasmatisverwijderd.
1.Draaideboutenenmoerenloswaarmeehet
zijschermaanhetframeisbevestigd(Figuur35).
Figuur35
1.Zijscherm
2.Zethetschermhogeroflagerendraaidemoeren
vast.
Degrasmatbeschermers
vervangen
Allegrasmatbeschermers(Figuur36)moetenworden
vervangenalsdezezijnbeschadigdofzijnafgesleten
toteendiktevanminderdan6,35mm.Beschadigde
grasmatbeschermerskunnengrasmeetrekkenwaardoor
hetgazonwordtbeschadigd.
Figuur36
1.Grasmatbeschermer
Deinsteekafstandinstellen
Devoorwaartseinsteekafstandwordtbepaalddoorde
overbrengingsverhouding/versnellingvandetractor
(ofdehydrostatischetractiepedaal).Hetwijzigenvan
hetmotortoerentalverandertnietdevoorwaartse
insteekafstand.
Delateraleinsteekafstandwordtbepaalddoorhetaantal
pennenindepenhouders.
Timingvandebeluchtkop
HetuniverselebeluchterkopontwerpvandeProCore
beluchterszorgtvooreentoonaangevendesoepele
werkingenmaaktondertusseneeneindeaanhetgiswerk
watbetreftdetiming.
ProCore864(Figuur37)
Dezemachineisinafwachtingvaneenpatentop
deconguratievanonderlingenafstanddieworden
gebruiktbijdekrukarm-castingsvandeProCore648en
ProCore1298.Elkpaarkrukarmendatisverbonden
middelseenlagerhuisheefteenonderlingeafstand
van180graden(d.w.z.armposities1–2,3–4,5–6,
7–8).Denaastgelegenparenzijnallemaalingesteld
opdezelfdeonderlingenafstand,waarbijhetlaatste
paarafwijktmet120graden.Tussenallenaastgelegen
parenwordthetzelfdepaarkoppeling-castingsgebruikt
(d.w.z.koppelingsposities2–3,4–5,6–7).Omtrillen
28










