Form No. 3369-624 Rev A Snelheidsregelingset GrandStand® maaiers uit 2011 en later Modelnr.: 119-7390 Installatie-instructies Veiligheid Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. 119-8581 1. Snel 3. Langzaam 2. Continu snelheidsregeling 4.
Procedure 4 5 6 7 8 9 10 11 12 Hoeveelheid Omschrijving Gebruik Geen onderdelen vereist – Verwijder de rijhendels. Beugel van rechterrijhendel 1 Monteer de rechterrijhendel en de nieuwe beugel. Platte ring (5/16 inch) (indien nodig) Linkerrijhendel Snelheidsregeling Slotbout (5/16 x 1 inch) Flensmoer (5/16 inch) Rubberen greep Pomparm Gaffel Borstbout Borgmoer (1/4 inch) 2 1 1 2 2 1 2 2 1 2 Geen onderdelen vereist – De rechterrijhendel afstellen.
1 g015365 1 2 4 2 3 3 G016268 Figuur 3 Rechterkant G016267 Figuur 1 1. Aan 3. Verwijder de klem en de slang 1. Borstbout en drukveer 3. Verwijder de klem en de slang 2. Snijd de plastic kabelbinder door 4. Brandstofafsluitklep 2. Uit 3. Zet het maaidek op een maaihoogte van 2,54 cm. 8. Zet de tilhendel van het maaidek in de transportstand. Zo hebt u ruimte om de brandstoftank te verwijderen. 4.
5. Verwijder de lager aan het stanguiteinde van elk kabeleinde dat verbonden was met de stuurhendel. 3 6. Zet de grote R-klem los en verwijder het filter van de R-klem (Figuur 5). De achterste dwarsbeugel en kabels verwijderen 7. Knijp de buisklem samen en druk deze door de linkerkant van de dwarsbeugel (Figuur 5). Geen onderdelen vereist 8. Verwijder de dwarsbeugel van de machine door de vier bouten te verwijderen. Dit toebehoren en de dwarsbeugel niet weggooien (Figuur 5). Procedure 9.
4. Schuif de rechterrijhendel naar het midden, van de as en verwijder hem. 1 5. Maak de veer los van de beugel van de rechterrijhendel (Figuur 7). 2 6. Verwijder de schakelaar van de beugel van de rechterrijhendel (Figuur 7). 7. Verwijder de borstbout en de rechterrijhendel van de beugel van de rechterrijhendel (Figuur 7). 3 5 7 De rechterrijhendel en de nieuwe beugel monteren 6 Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 5 8 4 G015555 Figuur 7 Beugel van rechterrijhendel 1.
op de machine met de eerder verwijderde slotbouten (Figuur 8). 7 3. Plaats de nieuwe linkerrijhendel op de machine en schuif hem op de as aan de zijkant van de machine. De snelheidsregelaar monteren 4. Bevestig het andere uiteinde met de draaibeugel die u eerder verwijderd hebt en zet de draaibeugel vast op de machine met de eerder verwijderde slotbouten (Figuur 8). Benodigde onderdelen voor deze stap: 5. Controleer de rijhendels. De rijhendels moeten vrij kunnen draaien.
8 De achterste dwarsbeugel en kabels monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 2 Pomparm 2 Gaffel 1 Borstbout 2 Borgmoer (1/4 inch) G015586 Figuur 10 1. Sticker Procedure 1. Monteer de nieuwe gaffel op het bovenste kabeleinde tot er 6 mm tusen de borgmoer en het einde van de schroefdraad op de kabel is. Opmerking: Let op dat de kabelboom niet gekneld raakt of vast komt te zitten tussen de machine en de snelheidsregelaar. De kabelboom moet zich onder de snelheidsregelaar bevinden. 2.
7. Draai het stanguiteinde en de borgmoer los. Draai de borgmoer tot er 1 cm tussen het einde van de schroefdraad en de borgmoer is. 8. Draai het stangeinde naar de borgmoer en zet vast tegen de borgmoer. 4 9. Monteer de nieuwe pomparm aan de pompen met 2 bestaande bouten (5/16 x 7/8 inches) en 2 bestaande flensmoeren (5/16 inch) (Figuur 13). 1 2 3 10. Verbind het onderste kabeleinde met de nieuwe pomparm met een bout (1/4 x 1 inch) en een flensmoer (1/4 inch). Herhaal aan de andere kant (Figuur 13).
1 2 3 4 Opmerking: Stel eerst de horizontale uitlijning af en pas daarna de uitlijning voor/achter. 1. Monteer de beugel voor de rechterbeugel met de nabijheidsschakelaar aan. 5 1 2 1 2 3 g015788 Figuur 15 1. Rechterbeugel met nabijheidsschakelaar 2. Verwijder deze moeren en bouten 2. Sluit de kabelboom aan op de OPC-schakelaar. 3. Duw de rechterrijhendel uit de vergrendelde neutraalstand (Figuur 16). 4. Controleer of de hendel horizontaal is uitgelijnd met de linkerrijhendel (Figuur 16).
1 2 3 g015372 Figuur 17 1. Schroeven van de schakelaar 2. Nok 3. Moer en bout 8. Nadat de nok is versteld, moet de schakelaar worden gecontroleerd. 2 g015373 9. Controleer de opening tussen de rijhendel en de schakelaar zoals getoond in Figuur 18. De opening moet 3 mm bedragen terwijl de rechterrijhendel in de ontgrendelde neutraalstand staat. Figuur 18 1. Schakelaar 10. Draai indien nodig de schroeven los waarmee de schakelaar is bevestigd en verstel de schakelaar (Figuur 17 en Figuur 18). 3.
1. Controleer de uitlijning voor/achter nadat de horizontale uitlijning is voltooid (Figuur 19). 4. Controleer de beweging van de rijhendel door hem twee keer naar traag en snel te bewegen. De hendel en de gemonteerde borstbouten moeten vrij bewegen. 5. Als hij vast komt te zitten, stelt u de schuifmoer losser af (Figuur 21). 6. Beweeg de snelheidshendel twee keer naar traag en snel om er zeker van te zijn dat de schuifstang niet beweegt (Figuur 21). 7.
1 1 2 G015785 Figuur 23 4 3 2 1 1. Ontluchtingsslang en klemmen 2. Brandstoftank 3. Monteer de beugel bovenaan de brandstoftank met de 4 bouten die u eerder verwijderd hebt. 1 2 3 1 G015586 5 Figuur 22 1. Bout 2. Linkerrijhendel 2 4. Afstandsschakelaar 5. 0,5 mm speling G015552 3. Moer Figuur 24 1. Beugel 11 4. Monteer de slang en de klem op de brandstofafsluitklep en bevestig de slang met een plastic kabelbinder aan de machine (Figuur 25). De brandstoftank monteren 5.
1 12 De sporing afstellen Geen onderdelen vereist Procedure Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker – en rechterzijde van de machine. 4 2 3 G016268 Figuur 25 Rechterkant 1. De machine starten. 2. Duw beide rijhendels even ver naar voren. 1. Borstbout en drukveer 3. Monteer de klem en de slang 2. Breng een plastic kabelbinder aan 4. Brandstofafsluitklep 3. Ga na of de machine naar een kant trekt.
Gebruiksaanwijzing snelheid van het rechterwiel. Stel de snelheid van het rechterwiel niet opnieuw in omdat hierdoor de rechterrijhendel niet meer in het midden van de sleuf voor de neutraalstand in het bedieningspaneel staat. De toerenregelaar gebruiken 7. Controleer of de sporing juist is. 1 Deze machine is voorzien van een toerenregelaar waarmee de maximale rijsnelheid van de machine kan worden ingesteld. Het toerental kan worden ingesteld op de door de gebruiker gewenste snelheid.
Opmerkingen: 15