Operator's Manual

26
Onderhoud van het luchtfilter
Controleer het luchtfilterhuis op beschadigingen die een
luchtlek zouden kunnen veroorzaken. Vervang een
beschadigd luchtfilterhuis.
Controleer of het deksel het luchtfilterhuis helemaal afsluit.
Luchtfilterelement: Controleer het luchtfilterelement om de
100 bedrijfsuren; vervang het om de 200 bedrijfsuren of
eerder als het vuil of beschadigd is.
Opmerking: Het luchtfilter moet vaker een
onderhoudsbeurt krijgen (om de paar uren) als het voertuig
wordt gebruikt in buitengewoon stoffige of vuile
omstandigheden.
Het filterelement verwijderen
1. Parkeer het voertuig op een horizontaal oppervlak, stel
de parkeerrem in werking, draai het contactsleuteltje op
Uit en verwijder het sleuteltje uit het contact.
2. Haal de bak op en zet deze vast met de steun.
3. Maak de sluitingen los waarmee het deksel van het
luchtfilter is bevestigd aan het luchtfilterhuis. Verwijder
het deksel van het luchtfilterhuis. Reinig de binnenkant
van het luchtfilterdeksel (Fig. 21).
4. Schuif het filter voorzichtig uit het luchtfilterhuis om zo
weinig mogelijk stof te verplaatsen (Fig. 21). Zorg
ervoor dat u niet met het filter tegen het luchtfilterhuis
stoot.
5. Controleer het filter en gooi dit weg als het beschadigd is.
ÎÎÎ
1
2
3
Figuur 21
1. Sluitingen van het
luchtfilter
2. Filterdeksel
3. Filter
Het filterelement reinigen
Belangrijk Een beschadigd filter mag niet worden
gewassen of opnieuw worden gebruikt.
1. Wassen:
A. Maak een oplossing van filterreiniger en water en
laat het filter hierin ongeveer 15 minuten weken;
raadpleeg de instructies op de verpakking van de
filterreiniger voor volledige informatie.
B. Nadat u het filter 15 minuten heeft laten weken,
spoelt u dit om met schoon water. Als u het filter
omspoelt, moet u beginnen aan de schone kant en
naar de vuile kant toe werken.
Belangrijk Om te voorkomen dat het filterelement
wordt beschadigd, mag de maximale waterdruk niet
hoger zijn dan 276 kPa (40 psi).
C. Droog het filterelement met een warme luchtstroom
(maximaal 71°C) of laat het element aan de lucht
drogen.
Belangrijk Gebruik geen gloeilamp om het
filterelement te drogen omdat hierdoor beschadigingen
kunnen ontstaan.
2. Persluchtmethode:
A. Blaas perslucht van binnen naar buiten door het
droge filterelement. Houd de spuitmond van de
luchtslang minstens 51 mm van het filter en beweeg
de spuitmond op en neer terwijl u het filterelement
ronddraait.
Belangrijk Om beschadiging van het filterelement
te voorkomen, mag de luchtdruk niet hoger zijn dan
689 kPa (100 psi).
B. Inspecteer het filterelement op gaten en scheuren
door het filter tegen een felle lichtbron te houden en
er doorheen te kijken.
Het filterelement monteren
Belangrijk De motor nooit laten lopen zonder dat het
complete luchtfilter is gemonteerd, omdat anders de motor
schade kan oplopen.
1. Inspecteer het nieuwe filter op transportschade.
Controleer het uiteinde van het filter dat moet
aansluiten.
Belangrijk Een beschadigd filter mag niet worden
gemonteerd.
2. Plaats het nieuwe filter in het luchtfilterhuis. Zorg
ervoor dat het filter op de juiste wijze afsluit door de
buitenring van het filter aan te drukken als u het filter
monteert. Druk niet op het flexibele midden van het
filter.
3. Plaats het deksel terug en maak de sluitingen vast.