Operator's Manual

34
Accupolen of metalen gereedschappen kunnen
kortsluiting maken met metalen onderdelen van
het voertuig, waardoor vonken kunnen ontstaan.
Hierdoor kunnen accugassen tot ontploffing
komen, die lichamelijk letsel kunnen veroorzaken.
Zorg ervoor dat bij het verwijderen of
installeren van de accu de accupolen niet in
aanraking komen met metalen onderdelen van
het voertuig.
Voorkom dat metalen gereedschappen
kortsluiting veroorzaken tussen de accupolen en
metalen onderdelen van het voertuig.
Zorg ervoor dat de accuhouder altijd op zijn
plaats zit om de accu te beschermen en vast te
zetten.
Waarschuwing
5. Maak de pluskabel (rood) los van de accupool.
6. Verwijder de accu uit het chassis.
Accu monteren
1. Plaats de accu op de accubasis en zorg ervoor dat de
pluspool naar de kant van de bestuurder wijst.
2. Sluit de pluskabel (rood) aan op de pluspool (+) van de
accu en de minkabel (zwart) op de minpool (–) van de
accu met behulp van de bouten en de vleugelmoeren.
Schuif het rubberen kapje over de pluspool van de accu
heen.
3. Plaats de accuhouder terug om de accu vast te zetten op
de basis.
Belangrijk Zorg ervoor dat de accuhouder altijd op zijn
plaats zit om de accu te beschermen en vast te zetten.
Accu opladen
Belangrijk Zorg ervoor dat de accu altijd volledig
geladen is (soortelijk gewicht 1.260). Dit is vooral
belangrijk om beschadiging van de accu bij temperaturen
beneden 0°C te voorkomen.
1. Verwijder de accu uit het chassis, zie Accu verwijderen,
blz. 33.
2. Sluit een acculader van 3 tot 4 A aan op de accupolen.
Laad de accu op gedurende 4 tot 8 uur bij 3–4 A (12 V).
De accu niet te ver opladen.
Bij het opladen produceert de accu gassen die tot
ontploffing kunnen komen.
Rook nooit in de buurt van de accu en zorg ervoor
dat er geen vonken of vlammen vlakbij de accu
komen.
Waarschuwing
3. Monteer de accu in het chassis, zie Accu monteren,
blz. 34.
Opslag van de accu
Als u het voertuig langer dan 30 dagen gaat opslaan, moet u
de accu verwijderen en volledig opladen. U moet de accu
apart opslaan of in het voertuig laten zitten. De accukabels
mogen niet aangesloten zijn op de accu als u deze in het
voertuig laat zitten. Sla de accu op in een koele omgeving
om te voorkomen dat de batterij snel ontlaadt. Om te
voorkomen dat de accu bevriest, moet deze volledig zijn
opgeladen.
Het voertuig wassen
Het voertuig moet worden gewassen als dit nodig is.
Gebruik uitsluitend water of water met een mild
reinigingsmiddel. U kunt hierbij een doek gebruiken, maar
de kap zal dan wel iets minder gaan glanzen.
Belangrijk Gebruik geen hogedrukreiniger om het
voertuig te wassen. Daardoor kan het elektrische systeem
worden beschadigd, belangrijke stickers losraken of
noodzakelijk vet op wrijvingspunten worden weggespoeld.
Gebruik niet te veel water, zeker niet in de buurt van het
bedieningspaneel, de motor en de accu.