Form No. 3412-217 Rev C Completeringsset voor GeoLink® spuitsysteem MultiPro® 5800 spuitmachine serienummer 314999999 of lager Modelnr.: 131-7262 Installatie-instructies De GeoLink™ is een werktuig voor gazonsproeiers en is bedoeld voor gebruik door professionele bestuurders en voor commerciële toepassingen. Het systeem is met name ontworpen voor sproeien op goed onderhouden gazons in parken, golfbanen en sportvelden. Ga rechtstreeks naar Toro op www.Toro.
Installatie Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure Hoeveelheid Omschrijving Gebruik 1 2 Geen onderdelen vereist – De installatie van de set voorbereiden. Geen onderdelen vereist – Verwijderen van het optionele Pro Control XP Spray System. 3 Geen onderdelen vereist – De achterste kabelboom loskoppelen van het optionele werktuig.
Procedure Hoeveelheid Omschrijving Gebruik 18 Geen onderdelen vereist – De bevestigingsbeugel van het verdeelstuk voor het systeem met 3 spuitbomen verwijderen. 19 Bevestigingsbeugel van verdeelstuk (systeem met 10 spuitkleppen) 1 De bevestigingsbeugel van het verdeelstuk voor het systeem met 10 spuitkleppen monteren.
Procedure 29 30 31 32 Hoeveelheid Omschrijving Navigatieontvanger – GeoLink Precision spuitsysteem (model 41623) Beugel van ontvanger U-bout RTK-antennebeugel (optionele set met CDMA RTK correctiemodem of GSM RTK correctiemodem) Flensborgmoer (⅜") Zeskantbout (5 x 16 mm) Ring (5 mm) Cellulaire antenne (optionele set met CDMA RTK correctiemodem of GSM RTK correctiemodem) Coaxiale kabel (optionele set met CDMA RTK correctiemodem of GSM RTK correctiemodem) Typeplaatje (uit de X25 of X30 GeoLink Precision
Procedure 35 36 37 Hoeveelheid Omschrijving Kabelboom – optionele schuimmarkeerder completeringsset 130-8292 Kabelbinder – optionele schuimmarkeerder completeringsset 130-8292 Relais – optionele schuimmarkeerder completeringsset 130-8292 Flenskopbout (nr. 10-24 x ½") – schuimmarkeerder completeringsset 130-8292 Borgmoer (nr.
Procedure 38 Hoeveelheid Omschrijving Verlengstuk van afdekking (12 spuitdoppen – Toro onderdeelnummer 120-0621) Popnagel (Toro onderdeelnummer 114439) Steunbeugel (afdekking middelste spuitboom – Toro onderdeelnummer 131-3703-03) Clipmoer (Toro onderdeelnummer 94-2413) Flenskopbout (⅜" x 1¼" – Toro onderdeelnummer 110-5050) Flensborgmoer (⅜" – Toro onderdeelnummer 104-8301) Dekselband (Toro onderdeelnummer 120-0629) Flenskopbout (5/16" x 1¼" – Toro onderdeelnummer 323-36) Gebruik 1 22 4 De optionele a
De accu afkoppelen voor het systeem met 10 spuitkleppen monteren (bladz. 46). WAARSCHUWING Vonken kunnen accugassen tot ontploffing brengen en lichamelijk letsel veroorzaken. Als accukabels verkeerd worden geleid, kan dit schade aan de spuitmachine en de kabels tot gevolg hebben en vonken veroorzaken. • Maak altijd de minkabel (zwart) van de accu los voordat u de pluskabel (rood) losmaakt. • Sluit altijd de pluskabel (rood) van de accu aan voordat u de minkabel (zwart) aansluit.
g029414 Figuur 3 1. Pluskabel van de accu 3. Minpool van de accu 2. Pluspool van de accu 4. Minkabel van de accu g200196 Figuur 4 2. Maak de pluskabel (rood) los van de accupool (Figuur 3). 3. Kantel beide stoelen naar voren en zet ze vast door de steunstangen in te klikken aan het einde van de sleuven in de voet van het middelste bedieningspaneel. 4. 1. Stekker met 3 pinnen (kabelboom van vloeistofstroommeter) 3. Vloeistofstroommeter 2.
4. Verwijder het bedieningspaneel en de 2 rubber onderlegringen van de bevestigingsbeugel (Figuur 6). 5. Duw de kabelboom, de stekker met 3 contacten, en de stekker met 16 contacten door de doorvoer in het dashboard (Figuur 6). 6. Verwijder de 2 slotbouten (5/16" x ¾") en 2 flensborgmoeren (5/16") waarmee de bevestigingsbeugel is gemonteerd op het dashboard, en verwijder de bevestigingsbeugel van de machine (Figuur 7).
3 De achterste kabelboom loskoppelen van de optionele werktuigen Geen onderdelen vereist g031602 Figuur 9 Bedieningskast – elektrische slanghaspel Loskoppelen van de handspuit of elektrische slanghaspel 1. Stekker met 6 bussen (achterste hoofdkabelboom van de machine) Bij de bedieningskast van de handspuit of elektrische slanghaspel: maak de 6-polige stekker van de kabelboom van de bedieningskast los van de 6-polige stekker van de achterste hoofdkabelboom van de machine (Figuur 8 en Figuur 9).
De meedraaiende slanghaspel loskoppelen 1. Zoek achteraan de machine de kabelboom voor de elektrische slanghaspel aan de achterzijde van de spuittank (Figuur 10). g030422 Figuur 11 1. Compressor 3. Stekker met 4 bussen (kabelboom voor de completeringsset) 2. Stekker met 4 pinnen (kabelboom voor de compressor) 2. g031334 Figuur 10 1. Stekker met 3 bussen (achterste hoofdkabelboom) 3. Stekker met 2 pinnen (achterste hoofdkabelboom) 2. Stekker met 3 pinnen (kabelboom – elektrische slanghaspel) 4.
g030426 Figuur 14 1. Spoelpomp g030419 2. Stekker met 6 bussen (achterste hoofdkabelboom) Figuur 12 1. Stekker met 3 bussen (straalpompklep) 4. Voorkant van machine 2. Straalpompklep 5. Links 3. Spuitboomkleppen 2. 4 Verwijder de straalpompconnector van de hoofdkabelboom van de 3-polige connector van de straalpompklep (Figuur 12). Loskoppelen van de optionele handspuit of elektrische slanghaspel De pomp van de tankspoelset afkoppelen 1. 3.
Opmerking: U hebt de schakelaars die u van de machine verwijderd hebt niet meer nodig. • Set met handsproeier A. Maak de 8-polige stekkers van de kabelboom van de bedieningskast los van de schakelaar van de drukregeling (Figuur 16). g031427 Figuur 15 1. Aan/uit-schakelaar 5. Schakelaar drukregeling 2. Bedieningskast 6. Opening (deksel van bedieningskast) 3. Stekker met 8 bussen (kabelboom bedieningskast) 7. Schakelaarplug 4. Dekselschroef (bedieningskast) g031470 Figuur 16 2.
3. Opmerking: Bewaar de slangklem voor Lijn de schakelaarplug/-pluggen uit met de schakelaaropening(en) (Figuur 15 en Figuur 16). 4. Duw schakelaarplug/-pluggen in het deksel tot deze vastklikken in het deksel (Figuur 15 en Figuur 16). 5. Plaats het deksel op de bedieningskast en zet deze vast met de 4 dekselschroeven (Figuur 15). hermontage in Monteren van de slang en fittings (bladz. 86). Losmaken van de slangen en buizen 1.
g031463 Figuur 19 Hier is de elektrische slanghaspel getoond; de situatie is vergelijkbaar voor de handspuit 1. Flenskopbout (¼" x ⅝") 3. Bevestigingsbeugel van verdeelstuk (spuitklep) 2. Gekartelde flensmoeren (¼") 4. Bevestigingsplaat (bedieningskast) 2. Neem de bevestigingsplaat van de bevestigingsbeugel van het verdeelstuk (Figuur 19). 3. g031443 Figuur 20 Neem de bedieningskast van de machine en zet deze op een veilig plaats. 1. Borgmoer (5/16") 5.
Verwijderen van de meedraaiende slanghaspel van de bevestigingsbeugel van het verdeelstuk (Figuur 20) en bevestig de kast aan de plaat met de 2 bouten (5/16" x ¾") en 2 borgmoeren (5/16"). 8. Haal de bouten en moeren aan met 1978 tot 2542 N·cm. Vereiste capaciteit van het hefwerktuig: 57 kg Losmaken van de slangen en buizen 1.
Opmerking: Bewaar alle bevestigingsmiddelen en onderdelen voor hermontage in Monteren van de meedraaiende slanghaspel op de bevestigingsbeugel van het verdeelstuk (bladz. 86). 6 De optionele schuimmarkeerderset loskoppelen Benodigde onderdelen voor deze stap: 2 Leidingen – Toro onderdeelnummer 114-9553 8 Kabelbinder g031472 Figuur 23 De vloeistof- en luchtbuizen van de machine verwijderen 1.
g031488 Figuur 24 1. Buis – schuimspuitdop (rechterspuitboom) 3. R-klem g007658 2. Buis – schuimspuitdop (linkerspuitboom) 6. Figuur 25 1. Vloeistof- en luchtbuizen (rechterspuitboom afgebeeld) Als uw machine uitgerust is met het verlengstuk voor de middelste spuitboom, bevestigt u het vrije uiteinde van de vloeistof- en luchtbuizen losjes aan de buitenste spuitboom en slaat u de procedures voor het De nieuwe buizen voorbereiden voor de spuitdoppen van de schuimmarkeerder (bladz.
3. De nieuwe buis monteren Zet de klemmoer los waarmee de doorzichtige buis (lucht) bevestigd is aan de witte klemkoppeling van de spuitdop van de schuimmarkeerder (Figuur 26). 4. Verwijder de vloeistof- en luchtbuizen van de machine. 5. Verwijder de klemmoeren aan het uiteinde van de buizen (Figuur 26). Machines zonder het verlengstuk voor de middelste spuitboom 1. Schuif de blauwe klemmoer over de uiteinden van de blauwe buis en de witte klemmoer over de doorzichtige buis (Figuur 28).
7 De optionele ultrasone spuitboomset loskoppelen Geen onderdelen vereist Maak de kabelboom los bij het ventielenblok van de hefcilinder Optionele ultrasone spuitboomset 1. Maak de 2-polige connector van de kabelboom van de ultrasone spuitboom los van de 2-polige connector van de rechter magneetklep inschakelen/vrijgave van het verdeelstuk van de hefcilinder (Figuur 31). g007658 Figuur 29 1. Buis (rechterspuitboom afgebeeld) 5. 2.
3. De ultrasone sensorkabel loskoppelen van de kabelboom Maak de 2-polige connectors van de kabelboom van de ultrasone spuitboom completeringsset (Figuur 32) los van de 2-polige connectors van de spoelen van het verdeelstuk van de hefcilinder: 1. Belangrijk: Verwijder de ultrasone spuitboom kabelboom niet van de machine. • • • • Maak de 3-polige connector van de kabelboom van de ultrasone spuitboom los van de 3-polige connector van de kabel voor de rechter ultrasone sensor (Figuur 33).
3. 8 Verwijder de overdrukslang en de fittings van de machine (Figuur 34). Opmerking: U hebt de slang en de fittings die u van de machine verwijderd hebt niet meer nodig. Loskoppelen van de optionele voormengset voor chemicaliën 4. Verwijder de borgclip waarmee de rechte geribde fitting van de omloopslang is bevestigd op de T-fitting bij de spuitpomp (Figuur 35). Geen onderdelen vereist Procedure 1.
g031608 Figuur 36 1. Slang (toevoer van de straalpomp) g031748 Figuur 37 3. Regelklep van de straalpomp 1. Flenskopbout (5/16" x ⅝") 2. Slangklem 8. 3. Aansluiting met schroefdraad (kogelklep) 2. Montagebeugel (kogelklep) Verwijder de slang van de regelklep van de straalpomp (Figuur 36). 4. Opmerking: Verwijder de toevoerslang van de straalpomp niet van de geribde fitting bij de straalpomp.
10 Het deksel van de middelste spuitboom (11 spuitdoppen) van de optionele afgedekte spuitboom verwijderen g031822 Figuur 40 1. Deksel van de middelste spuitboom Geen onderdelen vereist 3. Procedure 1. Ondersteun het deksel (afdekking) van de middelste spuitboom (11 spuitdoppen) en verwijder de 4 flenskopbouten (5/16" x 1¼") en 2 dekselbanden waarmee het deksel bevestigd is aan de steunbeugel van het deksel (Figuur 39).
middelste spuitboom (bladz. 108). De 2 kapbevestigingsbeugels worden niet hergebruikt.
g032043 Figuur 45 1. Bevestigingsbeugel van motor 2. Bout – afgebeeld voor de duidelijkheid; niet verwijderen 4. Flensborgmoeren (5/16") 5. Voorkant van machine 3. Steunbanden (scherm van onderstel) g208653 Figuur 44 1. Scherm van onderstel 3. Flenskopbouten (5/16" x ⅞") 2. Ringen (5/16") 4. Voorkant van machine 2.
13 De achterste kabelboom van de machine verwijderen Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Achterste kabelboom De voorste en achterste kabelbomen loskoppelen Opmerking: Gebruik een mechanische takel wanneer u de voorste en achterste kabelbomen gaat loskoppelen. g032051 Figuur 46 1. Voorkant van machine 1. Zoek onder de machine, naast de rechter framebuis, de connectors voor de voorste en achterste kabelbomen van de machine (Figuur 46). 2.
g032157 g032154 Figuur 50 Figuur 47 1. Stekker met 10 bussen – kabelboomverbinding spuitmachine (voorste kabelboom) 1. Stekker met 2 bussen – spoelpomp (voorste kabelboom) 3. Voorkant van de machine (kabelboom voor voorkant) 3. Voorkant van machine (kabelboom voor voorkant) 2. Stekker met 2 pinnen – spoelpomp (achterste kabelboom) 2. Stekker met 10 pinnen – kabelboomverbinding spuitmachine (achterste kabelboom) g032158 Figuur 51 1.
g030454 Figuur 54 g030874 Figuur 52 1. Kabelboom achterkant 2. Rechter framebuis 4. 3. Voorkant van machine 1. Stekker met 3 bussen (achterste hoofdkabelboom) 3. Voorkant van machine 4. Druknagels 2. Stekker met 3 pinnen (kabelboom hydraulische motor) Verwijder de druksensorbuis voor de meter op het dashboard uit de achterste kabelboom van de machine (Figuur 53). 2.
g030876 Figuur 56 1. Druknagel 3. Kabelboom achterkant 2. Bevestigingsbeugel van verdeelstuk (voorzijde) g030459 4. Figuur 57 Koppel achteraan de machine de volgende busconnectors met 2 contacten (Figuur 57) voor het verdeelstuk van de hefcilinder los: Opmerking: Voor machines met de ultrasone spuitboomset zie Maak de kabelboom los bij het ventielenblok van de hefcilinder (bladz. 20). • Rechts – bovenste magneetklep • Links – bovenste magneetklep 1.
6. Verwijder de druknagel waarmee de achterste kabelboom (Figuur 59) bevestigd is aan de openingen in de achterste dwarsbuis (achter de hydraulische tractiemotoren). g030875 g031425 Figuur 59 1. Spuitpomp 3. Kabelboom achterkant 2. Dwarsbuis achteraan 4. Druknagel 7. Figuur 60 Verwijder de achterste kabelboom van de machine. 1. Schakelaar voor gebruiksdosis 3. Schakelaarplug 2. Stekker met 8 bussen (voorste kabelboom) 4. Opening (dashboard) 2.
15 De spuitboomkleppen en de mengklep verwijderen Geen onderdelen vereist Verwijderen van de spuitboomkleppen en slangen 1. Aan de voorzijde van de spuitboom: verwijder de R-klem, borstbout (5/16"), onderlegring (5/16"), en flensborgmoer (5/16") waarmee de spuitboomslang is bevestigd op het frame van de middelste spuitboom (Figuur 61). g030470 Figuur 62 1. Middelste spuitdop 3. Slangklem 2. Geribde T-fitting 4. Spuitboomslang 5.
g030502 Figuur 65 g030501 Figuur 64 1. Flensadapter (mengklep) 5. Pakking 2. Flensadapter (spuitboomklep) 6. Slangklem 3. Geribde knie-fitting 7. Slang (binnendiameter 1") 8. 4. Spuitboomslang 2. Afstandsstuk 5. Slangpakket 3. Bevestigingsbeugel Verwijderen van de mengklep, kogelklep en slangen 4. Flensklem 7. 1. Spuitboomkleppen Verwijder de flensklem en pakking waarmee de flensadapter is bevestigd op de mengklep en de flensadapter van de linker spuitboomklep (Figuur 64).
g030504 Figuur 66 1. 90° insteekfitting 6. Slangklem g030505 Figuur 67 2. T-fitting 7. Slang (binnendiameter 1") 1. Kogelklep 4. Flenskopbout (5/16" x ¾") 3. Borgclip 8. Rechte insteekfitting 2. Klepbeugel 5. Spuitpomp 4. Mengklep 9. Omloopklep 3. Flenskopbout (¼" x ¾") 5. Geribde T-fitting 3. Bij de uitstroomopening van de spuitpomp: verwijder de borgclip en rechte insteekfitting van de verticaal gemonteerde T-fitting, zoals in Figuur 66.
8. Opmerking: Neem de geribde fitting niet van Verwijder de volgende onderdelen van de machine: de mengklep (en omloopklep), kogelklep en de slangen die zijn verbonden met de kleppen (Figuur 69). de slang. 4. Verwijder de slangklemmen waarmee de slang is gemonteerd tussen de rechte geribde fitting en de mengklep (Figuur 70). Opmerking: Neem de geribde fitting niet van de slang. Opmerking: Bewaar de slangklemmen voor hermontage in Monteren van de toevoerslang van de mengkoppen (bladz.
bevestigd is aan de cilinderbevestiging (Figuur 73). g030517 Figuur 71 1. Linker slang uitgaande slag (opening C3 – hefverdeelstuk spuitboom) 5. Linkerslang ingaande slag (opening C4 – hefverdeelstuk spuitboom) 2. Hefverdeelstuk spuitboom 6. Hydraulische retourslang (opening T – hefverdeelstuk spuitboom) 3. Rechterslang uitgaande slag (opening C1 – hefverdeelstuk spuitboom) 7. Rechterslang ingaande slag (opening C2 – hefverdeelstuk spuitboom) g030523 Figuur 73 4.
1. Het verdeelstuk van de hefcilinder en de steunbeugel verwijderen Verwijder de flensbout (5/16" x 1") en flensborgmoer (5/16") waarmee de draaipen bevestigd is aan de draaibeugel (Figuur 74). 1. Duid aan opening P van het hefverdeelstuk van de spuitboom de hydraulische drukslang aan met een kabelbinder (Figuur 75). g030525 Figuur 74 1. Draaifitting (buitenste spuitboom) 4. Draaipen 2. Nylon flenslager 5. Draaibeugel (middelste spuitboom) 3. Flensbout (5/16" x 1") 6. Flensborgmoer (5/16") 2.
g030548 Figuur 76 1. Hefverdeelstuk spuitboom 4. Cilinderbevestiging 2. Flensborgmoeren (5/16") 5. Flenskopbout (5/16" x 1") 3. Steunbeugel (hefverdeelstuk van spuitboom) g030546 Figuur 77 1. Onderste deel van de houder 2. Flensborgmoer (⅜") De spuitboomhouder verwijderen 1. Bij de linker spuitboomhouder: verwijder de flenskopbout (⅜" x 2") en flensborgmoer (⅜") waarmee de onderste en bovenste delen van de linker houder aan elkaar bevestigd zijn (Figuur 77). 3. Bovenste deel van de houder 5.
Opmerking: Bewaar de buffers en borgmoeren voor hermontage. g030671 g030547 Figuur 79 Figuur 78 1. Buffer 4. Spuitdopbeugel 2. Slang (binnendiameter van ¾") 5. Spuitdop 3. Flensborgmoer (5/16") 6. Slangklem 1. Flensborgmoer (5/16") 2. Spuitdophouder 3. De spuitdoppen van de spuitmachine verwijderen 1. 2. 3.
Verwijderen van de middelste spuitboom 1. Als uw machine uitgerust is met de optionele afgedekte spuitboom, verwijder dan het deksel van de middelste spuitboom. 2. Ondersteun de middelste spuitboom met een hefwerktuig. 3. Verwijder de 4 flenskopbouten (½" x 1¼") en 4 flensborgmoeren (½") waarmee de steunbeugels van de middelste spuitboom bevestigd zijn aan het bevestigingskanaal op het frame van de spuitmachine, en verwijder de middelste spuitboom van de machine (Figuur 81).
g307609 Figuur 83 1. Aftakking van 75,5 cm – VLOEISTOFSTROOMMETER EN MENGKLEP 2. Aftakking van 86,6 cm – MAGNEETKLEP SPUITPOMP 3. Aftakking van 108 cm – ringconnectors en zekering (niet gemarkeerd) 5. Aftakking van 218,4 cm – ASC 10 hefcilinder, magneetkleppen, SPUITDOPKLEP 1 tot 10 6. Aftakking van 30,5 cm – snelheidssensor 7. Aftakking van 127 cm – verbindingsconnectors voorste kabelboom 4. Aftakking van 180 cm – NAAR SCHAKELAAR SPUITPOMP 2.
4. Steek de druknagels van de aftakking van 127 cm van de achterste kabelboom in de openingen in de rechter framebuis (Figuur 85), waar u de pluggen van de oude achterste kabelboom verwijderd hebt; zie stap 3 in De voorste en achterste kabelbomen loskoppelen (bladz. 27). De voorste en achterste kabelboom aansluiten Opmerking: Breng de machine omhoog met een takel wanneer u de voorste en achterste kabelboom gaat aansluiten. 1.
3. van de spuitmachinekabelboom aan op de connector met 10 contacten van de achterste kabelboom voor de verbinding van de spuitmachinekabelboom (Figuur 91). Sluit de stekker met 8 pinnen van de voorste kabelboom voor de verbinding van de spuitmachinekabelboom aan op de connector met 8 contacten van de achterste kabelboom voor de dosisschakelaar (Figuur 89). g031077 Figuur 91 g031075 Figuur 89 1. Voorkant van machine 4. Stekker met 10 pinnen – kabelboomverbinding spuitmachine (voorste kabelboom) 5.
De druksensorbuis leiden 1. Leid de druksensorbuis voor de meter op het dashboard langs de achterste kabelboom (Figuur 93). g030996 Figuur 94 g307732 Figuur 93 1. Achterste kabelboom 2. Druksensorbuis 3. Voorkant van de machine 4. Kabelbinders 1. Aftakking van 86,6 cm – magneetklep spuitpomp 4. Voorkant van machine 2. Aftakking van 218,4 cm – ASC 10 magneetkleppen van hefcilinder, spuitdopklep 1 tot 10 5. Druknagel 3. Kanaal (frame van spuitmachine) 2.
18 De bevestigingsbeugel van het verdeelstuk voor het systeem met 3 spuitbomen verwijderen g030464 Geen onderdelen vereist Figuur 95 1. Stekker met 2 pinnen (pomprelais) 3. Voorkant van de machine Procedure 2. Stekker met 2 bussen – kabelboomaftakking 86,6 cm 2. 1. Ga achteraan de machine (tussen de rechter framebuis en het rechter spatbord) naar de ongemarkeerde stekker met 3 pinnen van de aftakking van 30,5 cm van de achterste kabelboom.
A. Verwijder de bouten (⅜" x 2¾"), flensborgmoer (⅜"), onderlegringen (⅜") waarmee de beugels van de spoeltank zijn gemonteerd op de bevestigingsbeugel van het verdeelstuk (Figuur 98). Opmerking: Bewaar de bouten, moeren en onderlegringen voor hermontage in 19 De bevestigingsbeugel van het verdeelstuk voor het systeem met 10 spuitkleppen monteren (bladz. 46). g030562 Figuur 99 g031081 1. Flenskopbout (⅜" x 1") 3. Frame (chassis van de spuitmachine) 2.
g030570 Figuur 101 g030571 Figuur 100 1. Flenskopbout (⅜" x 1") 3. Frame (chassis van de spuitmachine) 2. Flens (bevestigingsbeugel van het verdeelstuk – systeem met 10 spuitkleppen) 4. Flensborgmoer (⅜") 2. Monteer de bevestigingsbeugel van het verdeelstuk op het chassis van de spuitmachine (Figuur 100) met de 4 flenskopbouten (⅜" x 1") en 4 flensborgmoeren (⅜") die u verwijderd hebt in stap 3 van 18 De bevestigingsbeugel van het verdeelstuk voor het systeem met 3 spuitbomen verwijderen (bladz. 45).
onderlegringen (⅜") en 2 flensborgmoeren (⅜") die u verwijderd hebt in stap 5C van De spuittank en optionele spoeltank voorbereiden (bladz. 6). C. Draai de bouten en borgmoeren met de hand aan (Figuur 102). Opmerking: Zodra de spoeltank voor de eerste keer gevuld is, dienen de bevestigingsmiddelen van de beugel van de spoeltank worden gecontroleerd en indien nodig vastgedraaid. Het gewicht van de vloeistof kan de tank immers verder tegen het frame drukken. D.
1. Monteer het insteekgedeelte van de rechte geribde fitting aan het uiteinde van de toevoerslang (1" x 23⅛") op de T-fitting van de uitstroomopening van de spuitpomp (Figuur 104) met de borgclip die u verwijderd hebt in stap 3 van Verwijderen van de mengklep, kogelklep en slangen (bladz. 33). g030855 Figuur 105 g030853 Figuur 104 1. Toevoerslang (1" x 23⅛") en rechte geribde fitting 4. T-fitting (uitstroomopening van de spuitpomp) 2. Rechte geribde fitting (filterkop) 5.
3. 21 De kabelboom aan de achterkant monteren De kabelboom leiden langs de bevestiging voor 10 kleppen 1. Geen onderdelen vereist De kabelboom leiden bij de bevestigingsbeugel van het verdeelstuk 1. Steek de druknagels van de kabelboomaftakking van 75,5 cm in de openingen in de onderste flens van de bevestigingsbeugel van het verdeelstuk (Figuur 106).
De kabelboom aansluiten op de onderdelen van de bevestigingsbeugel van het verdeelstuk 1. Leid de connectors van de kabelboomaftakking van 218,4 cm en 75,5 cm met de aanduiding Flow Meter (vloeistofstroommeter) en Pressure Transducer (drukomzetter) langs de achterkant van de bevestigingsbeugel van het verdeelstuk (Figuur 108). g031039 Figuur 109 1. Mengklep 3. Stekker met 3 bussen (kabelboom mengklep) 2. Bevestigingsbeugel van verdeelstuk 6.
achterste kabelboom met de aanduiding Enable Solenoid (magneetklep inschakelen) aan op de stekker met 2 pinnen voor het inschakelen van de magneetklep (Figuur 111 en Figuur 112). g031047 Figuur 112 g031046 Figuur 111 1. Stekker met 2 pinnen – magneetklep links onderaan (verdeelstuk van hefcilinder) 6. Stekker met 2 bussen – rechts bovenaan (connector hoofdkabelboom) 2. Stekker met 2 pinnen – magneetklep links bovenaan (verdeelstuk van hefcilinder) 7.
(spuitdop 1) aan op de stekker met 3 pinnen van de kabelboom voor spuitdopklep 1 (Figuur 113). onder) aan op de stekker met 2 pinnen voor de magneetklep links onderaan (Figuur 111 en Figuur 112). 5. Belangrijk: Het is belangrijk dat u elk van de aangeduide connectors met 3 contacten van de achterste kabelboom aansluit op de juiste stekker met 3 pinnen, en dit op de juiste spuitdopkleplocatie.
kabelboomaftakking van 108 cm naar de bovenzijde van de accu (Figuur 116). Opmerking: U zal de montage van de ringconnectors voltooien in De achterste kabelboom en de elektrische kabelboom voor de navigatie aansluiten op de accukabels (bladz. 83). 22 g030944 Figuur 115 1. Aftakking van 108 cm (achterste kabelboom) 4. Voorkant van machine 2. Hoek van stoelcompartiment 5. Linkerkant van de machine De nieuwe middelste spuitboom voorbereiden 3. Steun van motorscherm (links) 3.
2. 3. 4. 5. (½") van de completeringsset van het GeoLink spuitsysteem (Figuur 118). Monteer het verlengstuk van de middelste spuitboom losjes op het frame (Figuur 117); gebruik hierbij de 2 flenskopbouten (⅜" x 1") en 2 flensborgmoeren (⅜"). Lijn de openingen in de verticale flenzen van het middelste frame van het centrale spuitboomgedeelte uit met de openingen in het andere buitenste frame van het middengedeelte (Figuur 117). 8.
g030644 g030594 Figuur 120 g030591 Figuur 119 1. Bovenste klemhelft 5. Zitting (behuizing van spuitdop) 2. Verbindingsbuis 6. Schroef uit roestvrij staal (nr. 12 x 1¼") 3. Inbusbout (5/16" x ¾" – roestvrij staal) 7. Enkele steel met slangribbel (¾") 4. Spuitdopbehuizing 2. Spuitdoppen (van de oude middelste spuitboom) 5. Schroef van roestvrij staal (nr. 12 x 1¼") 3. Enkele steel met slangribbel (½") 4. 4. Dubbele steel met slangribbel (¾") 3. 1.
g030677 Figuur 122 g030592 Figuur 121 1. Inbusbout (5/16" x ¾" – roestvrij staal) 5. Schroef van roestvrij staal (nr. 12 x 1¼") 2. Verbindingsbuis 6. Spuitdopbehuizing 3. Bovenste klemhelft 7. Naar de spuitboom 1. Cilinderbevestiging 3. Flenskopbout (⅜" x 1¼") 2. Montagebeugel (rechter eenheid) 4. Flensborgmoeren 2.
23 De nieuwe middelste spuitboom monteren Geen onderdelen vereist Procedure Vereiste capaciteit van de hefvoorziening: 102 kg 1. g030673 Figuur 123 1. Bevestigingsbeugel van 5. Bovenste deel van de verdeelstuk – systeem met houder 10 spuitkleppen 2. Onderste deel van de houder 3.
24 De vloeistofstroommeter en drukomzetter monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Vloeistofstroommeter 2 Flensklem 76 mm 2 Pakking (buitendiameter 2¼") 2 Verloopstuk 1 Flensklem 51 mm 1 Pakking (buitendiameter 1-5/16") 1 Fitting met geribde flens (1") 1 Slang (1" x 7¼") g033154 Figuur 125 4 Slangklem 1 Drukomzetter en verdeelstuk 1 Slang (1" x 8½") 1 R-klem 3. Pijl (vloeistofstroommeter) 1 Flenskopbout (5/16" x ¾") 1 Flensborgmoer (5/16") 4.
De vloeistofstroommeter en drukomzetter op de machine monteren 1. 25 De hefcilinders van de spuitboom monteren Lijn de pakking (2¼") tussen de vloeistofstroommeter en het verloopstuk dat gemonteerd is aan de rechterkant van de hoofdregelklep (Figuur 126). Benodigde onderdelen voor deze stap: 4 Hydraulische slang (¼" x 24¾") Het verdeelstuk van de spuitboomlift monteren 1.
De slangen van de hefcilinder aansluiten flenskopbouten (5/16" x 1") en de flensborgmoeren (5/16") die u verwijderd hebt in stap 3 van Het verdeelstuk van de hefcilinder en de steunbeugel verwijderen (bladz. 37). 3. Draai de bouten en moeren vast met een torsie van 1978 tot 2542 N·cm. 4. Sluit de hydraulische drukslang (aangeduid met een kabelbinder) aan op opening P van het hefverdeelstuk van de spuitboom (Figuur 127). 5.
26 De buitenste spuitbomen monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: 4 Nylon flenslager Monteren van de buffers 1. Plaats het draadeinde van de buffer die u verwijderd hebt in stap 4 van De spuitboomhouder verwijderen (bladz. 38) in het middelste gat aan het uiteinde van de bovenplaat van de middelste spuitboom (Figuur 131). g030773 Figuur 130 1. Opening C1 (hefverdeelstuk van spuitboom) 4. Opening C2 (hefverdeelstuk van spuitboom) 2. Hydraulische slang (¼" x 24¾") 5.
g030775 Figuur 132 1. Flensborgmoer (5/16") 3. Spuitdop 2. Spuitdopsteun 4. Slang (binnendiameter van ¾") 2. Verwijder de flensborgmoer (5/16") waarmee de spuitdop bevestigd is aan de spuitdopbevestiging (Figuur 132). 3. Herhaal stap 2 en 1 voor de andere 3 spuitdoppen. g030802 Figuur 133 Opmerking: Bewaar de flensborgmoer en de spuitdop voor montage in Monteren van de spuitdoppen van de buitenste spuitbomen (bladz. 68).
g030783 g030789 Figuur 134 1. Nylon flenslager 3. Figuur 136 2. Draaifitting (buitenste spuitboom) Lijn de lagers in de draaifitting uit met de openingen in de flenzen van de draaibeugel aan het uiteinde van de middelste spuitboom (Figuur 135). 1. R-pen 3. Gaffelpen 2. Stanguiteinde (hefcilinder) 4. Opening van 25 mm – arm van de draaifitting 7.
Herkennen van de spuitdopslangen U kunt de slangen voor de verschillende spuitdoppen (Figuur 137) herkennen aan hun lengte: Overzicht locaties spuitdopslangen Spuitdoppen – linker spuitboom Spuitdoppen – middelste spuitboom Spuitdoppen – rechter spuitboom Spuitdop 1 (spuitdopklep 1) – toevoerslang 279 cm Spuitdoppen 5 en 6 (spuitdopklep 5) – toevoerslang 81 cm met 2 vertakkingen Spuitdop 9 (spuitdopklep 7) – toevoerslang 188 cm Spuitdop 2 (spuitdopklep 2) – toevoerslang 234 cm Spuitdoppen 7 en 8 (sp
Monteren van de slangen voor spuitdopkleppen 1-4. 1. 8. Monteer de rechte geribde fitting van een toevoerslang van 279 cm op de koppeling van spuitdopklep 1 (Figuur 138). Zet de geribde fitting vast met een borgclip (Figuur 138). Monteren van de slangen voor spuitdopkleppen 5 en 6. Opmerking: Verzeker dat geribde fitting goed Opmerking: De toevoerslang van 81 cm heeft een T-fitting met twee vertakkingen en 2 enkele geribde slangstelen. op de koppeling is gedrukt. 1.
Monteren van de slangen voor spuitdopkleppen 7-10. 1. Opmerking: Verzeker dat geribde fitting goed op de koppeling is gedrukt. 8. Monteer de rechte geribde fitting van een toevoerslang van 188 cm op de koppeling van spuitdopklep 7 (Figuur 140). Zet de geribde fitting vast met een borgclip (Figuur 140). Leiden van de toevoerslangen naar de spuitdoppen Opmerking: Verzeker dat geribde fitting goed op de koppeling is gedrukt. 1.
spuitdoppen 1 en 10 zoals in Figuur 141 en Figuur 142. 4. Leid de slangen van 234 cm en de geribde slangstelen (¾") langs de spuitboom naar spuitdoppen 2 en 9 zoals in Figuur 141 en Figuur 142. 5. Leid de slangen van 188 cm en de geribde slangstelen (¾") langs de spuitboom naar spuitdoppen 3 en 8 zoals in Figuur 141 en Figuur 142. Opmerking: Leid de slangen door de onderste pakkingringen achteraan in de beugels van het buisframe. 6.
28 De druksensorbuis voor de dashboardmeter aansluiten Geen onderdelen vereist De druksensorbuis voor de dashboardmeter aansluiten Machines zonder optionele slanghaspel set 1. Lijn het uiteinde van de druksensorbuis (plastic) voor de drukmeter in het dashboard uit met de borgkraag voor de buiskoppeling (Figuur 145). g030823 Figuur 144 1. Flensborgmoer (5/16") 4. Achterkant van machine 2. Spuitdopbeugel 5. Inbusbout (roestvrij staal 5/16" x ¾") 3. Spuitdop 4.
De druksensorbuis aankoppelen 29 Optioneel spuitpistool of optionele meedraaiende slanghaspel 1. Lijn het uiteinde van de druksensorbuis (plastic) voor de drukmeter in het dashboard uit met de borgkraag voor de buiskoppeling (Figuur 146 en Figuur 147). De navigatieontvanger monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: g033246 Figuur 146 Optioneel spuitpistool 1. Druksensorbuis (drukmeter op het dashboard) 2.
2. 4. Monteer de beugel van de ontvanger op de buis van de rolbeugel; ga als volgt te werk: • Als uw machine beschikt over een wereldwijd Lijn de 3 schroefdraadopeningen in de basis van de navigatieontvanger uit met de 3 gaten in de beugel van de ontvanger (Figuur 151). satellietnavigatiesysteem (GNSS) met wide area augmentation system (WAAS), monteer dan de beugel van de ontvanger op de buis van de rolbeugel (Figuur 149) met de 2 U-bouten en 4 flensborgmoeren (⅜").
tussenschotschroefdraad van de koppeling naar beneden (Figuur 153). Opmerking: Draai de coaxiale koppeling zoals nodig om de platte kant van de tussenschotschroefdraad uit te lijnen met de platte kant aan de opening in de RTK-antennebeugel. g031877 Figuur 154 1. Coaxiale connector (CDMA of GSM cellulaire modem) 3. RTK-antenne 2. Coaxiale koppeling 4. Antennekabel 4. Monteer de antennekabel losjes op de onderste fitting van de coaxiale koppeling (Figuur 154). 5.
30 De monitor van de spuitmachine monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Monitor van spuitmachine – GeoLink Precision spuitsysteem 41623 1 Kap van display 1 Kogelhouder – GeoLink Precision spuitsysteem 41623 1 Monitorarm – GeoLink Precision spuitsysteem 41623 1 Versterkingsplaat 4 Flenskopbout (¼" x 1½") 4 Flensborgmoer (¼") De kap van het display aan de monitor van de spuitmachine monteren 1.
4. Breng een laag schroefdraadborgmiddel (vloeiend, middelmatige sterkte) aan op de schroefdraad van het mannelijke gedeelte van de afstandhouder met schroefdraad (Figuur 156). 5. Lijn het gat in de kap van het display uit met het mannelijke gedeelte van de afstandhouder met schroefdraad (Figuur 155). 6. Monteer de kap op de monitor met de borgmoer (5 mm) die u verwijderd hebt in stap 1. 7. Draai de moer vast met een torsie van 250 N·cm.
g030754 Figuur 159 1. Kogeltap g031178 3. Knop Figuur 160 2. Monitorarm 4. Stel uit de bestuurdersstoel (linker stoel) de stand van de monitor van de spuitmachine af zodat u het weergavescherm gemakkelijk kunt zien (Figuur 159). 5. Draai handmatig de knop van de monitorarm vast (Figuur 159).
Aansluiten van de achterste kabelboom op de bediening 1. Lijn de 40-polige connector gemerkt ASC 10 van de 203 cm aftakking van de kabelboom uit met de 40-polige connector van de spuitbediening (Figuur 161). g031186 Figuur 161 1. 40-polige connector (achterste kabelboom – gemerkt ASC 10) 3. 4-polige connector (spuitbediening) 2. 40-polige connector (spuitbediening) 4. 4-polige connector (achterste kabelboom – gemerkt To ASC 10) 2.
32 De kabels voor de navigatiecomponenten monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Datakabel (navigatiesysteem) – GeoLink Precision spuitsysteem (model 41623) 1 Elektrische kabel (navigatiesysteem) – GeoLink Precision spuitsysteem (model 41623) 5 Kabelbinder De datakabel en elektrische kabel aansluiten g292898 Figuur 162 1. Afsluitresistor (geleiding) 4. Aftakking van 220 cm van accukabel 7. Aftakking van 220 cm van datakabel (monitor van spuitmachine) 2.
2. Indien er geen afsluitresistor gemonteerd is, brengt u deze aan in de elektrische connector aan de aftakking van 220 cm van de datakabel voor de spuitmonitor (Figuur 162). 3. Sluit de connector met 3 bussen (koppeling elektrische voeding) van de kabelboom van de navigatieontvanger aan op de connector met 3 pinnen (koppeling elektrische voeding) van de datakabel (Figuur 162 en Figuur 163). 1.
Opmerking: Zorg dat er speling is op de kabel Opmerking: Wees voorzichtig wanneer u de kabelboom aansluit op de navigatieontvanger; de nokken van de kabelboomconnectors zijn specifiek voor de groeven van de pinconnectors van de navigatieontvanger bedoeld. tussen de connectors met 12 bussen en de kabelbinder. De elektrische en datakabel voor de navigatie aansluiten op de achterste kabelboom van de machine 1.
g031067 Figuur 169 1. Voorkant van machine 6. Elektrische kabel (geschakelde stroomkabel) 2. Voorste kabelboom van machine 7. Stekker met 4 pinnen – datakabel (CAN 2 / spuitbediening) 3. Stekker met 1 pin – aftakking elektrische kabel (geschakelde stroomkabel) 8. Stekker met 4 bussen – achterste kabelboom (CAN 2 / spuitbediening) 4. Stekker met 1 bus – achterste kabelboom (geschakelde stroomkabel) 9. Achterste kabelboom van de machine g031296 Figuur 170 5. Datakabel (CAN 2 / spuitbediening) 4.
4. De datakabel naar de monitor van de spuitmachine leiden en aansluiten Bevestig de kabelboom met 3 kabelbinders aan het gat in de hoek van het stoelcompartiment en het motorscherm (Figuur 171 en Figuur 172). g203669 Figuur 173 1. Stekker met 26 bussen – datakabel (monitor van spuitmachine) 1. g031298 Figuur 172 1. Aftakking van 165 cm (achterste kabelboom) 5. Negatieve ringconnector (zwarte draad) – aftakking van 165 cm (achterste kabelboom) 2. Steun van motorscherm 6.
g031283 g031284 Figuur 174 Figuur 175 1. Luchtfilter (motor) 5. Kabelbinders 1. R-klem 3. Doorvoer (vloerdeel) 2. Radiateur 3. Voorste kabelboom van machine 4. Aftakking van 220 cm van de datakabel 6. Voorkant van machine 7. R-klemmen 2. Aftakking van 220 cm van de datakabel 4. Voorkant van machine 2. Leid de aftakking van 220 cm van de datakabel naar voren en door de 2 R-klemmen onderaan de machine (Figuur 174). 3.
De achterste kabelboom en de elektrische kabelboom voor de navigatie aansluiten op de accukabels g203667 Figuur 177 1. Aftakking van 220 cm van accukabel 2. Zekering 10 A (accu) 1. g031285 Figuur 176 1. Doorvoer (dashboard) 3. Stekker met 26 pinnen (display van spuitmachine) 2. Aftakking van 220 cm van de datakabel 4. Stekker met 26 bussen – datakabel (monitor van spuitmachine) 6.
7. Bevestig de connectors en de T-bout losjes met een zeskantige moer (Figuur 178). Opmerking: Sluit de accukabels nog niet aan op de accu. 33 Het optionele scherm van het onderstel monteren g030943 Figuur 178 1. Pluskabel van de accu 8. Pluspool 2. Positieve ringconnector (rode draad) – aftakking van 165 cm (achterste kabelboom) 9. Accupool (accukabel) Geen onderdelen vereist Procedure 1. 3. Positieve ringconnector 10. T-bout (rode draad) – aftakking 220 cm (elektrische kabel voor navigatie) 4.
(Figuur 179); gebruik de 4 flensborgmoeren (5/16") die u verwijderd hebt in stap 2 van 12 Het optionele scherm van het onderstel verwijderen (bladz. 25). 4. 34 De optionele handspuit, elektrische slanghaspel of meedraaiende slanghaspel aansluiten Lijn de gaten in het achterste gedeelte van het scherm van het onderstel uit met de gaten in het chassis (Figuur 180).
2. 3. Monteer de bedieningskast op de bevestigingsbeugel van het verdeelstuk (Figuur 181); gebruik hierbij de 3 flenskopbouten (¼" x ⅝") en 3 flensborgmoeren (¼") die u verwijderd hebt in stap 1 van Verwijderen van de bedieningskast van de bevestigingsbeugel van het verdeelstuk (bladz. 14). 3. Lijn de gaten in het onderste buisframe van de meedraaiende slanghaspel uit met de gaten in de montagebeugel van het rechter-frameprofiel van de machine (Figuur 182). 4.
Monteren van de slang en sensorbuizen 1. Lijn de pakking en 90° knie van de slanghaspel uit met de flens van spuitdopklep 10 (Figuur 185). g031563 Figuur 184 1. T-fitting en buiskoppelingen 5. Slangklem 2. 90° knie met zijpoort 6. Inlaatslang 3. Pakking g031403 Figuur 185 7. Flensklem 4. Afsluitklep 1. Flensklem 5. Buiskoppeling 2. Pakking 6. T-fitting Monteer de T-fitting op de 90° knie met zijpoort zoals in Figuur 184 en draai de fitting met de hand vast. 3. Flens (spuitdopklep 10) 7.
g031601 Figuur 187 Bedieningskast – handspuit 1. Stekker met 6 bussen (achterste hoofdkabelboom van de machine) g031411 Figuur 186 Hier is de meedraaiende slanghaspel getoond; de elektrische slanghaspel en handspuit zijn vergelijkbaar 1. Druksensorbuis (drukmeter op het dashboard) 2. Stekker met 6 pinnen (kabelboom van de bedieningskast) 3. Druksensorbuis (drukmeter van de slanghaspel) 2. Buiskoppelingen 5.
35 De optionele schuimmarkeerderset aansluiten Benodigde onderdelen voor deze stap: g031308 1 Kabelboom – optionele schuimmarkeerder completeringsset 130-8292 5 Kabelbinder – optionele schuimmarkeerder completeringsset 130-8292 1 Relais – optionele schuimmarkeerder completeringsset 130-8292 1 Flenskopbout (nr. 10-24 x ½") – schuimmarkeerder completeringsset 130-8292 1 Borgmoer (nr.
Leiden van de kabelboomaftakking voor het motorcompartiment 1. Leid de kabelboom voor de completeringsset naar voren tussen de rolbeugelstang en de onderste hoek van de spuittank, langs de kabelboom van de machine, en onder het luchtfilter van de motor (Figuur 192 en Figuur 193). g029400 Figuur 190 1. Aftakking van 236 cm voor 3. Aftakking van 240 cm voor de completeringsset – de completeringsset – compressor dashboard g029407 Figuur 192 2.
2. Leid de kabelboomaftakking van 197 cm voor het motorcompartiment (met de ringconnector, stekkeraansluiting en stekker met 5 bussen) naar boven langs de rechterkant van de radiateur, dwars over de radiateur en onder de voet van het middelste bedieningspaneel (Figuur 193). 3. Leid de kabelboomaftakking van 197 cm voor het motorcompartiment naar beneden langs de linkerzijde van de radiateur en zijdelings onder het elektrische paneel (Figuur 194). g029402 Figuur 195 1. Kabelklemband 2.
2. Leid de kabelboomaftakking van 240 cm voor het dashboard naar de R-klem bij de rijsnelheidsspoel (Figuur 195 en Figuur 196). 3. Leid de kabelboomaftakking van 240 cm voor het dashboard door de doorvoer in de opening in het voorste schot en aan de binnenzijde van de haak voor de kabel en de slang (Figuur 197). g029406 Figuur 198 g029401 Figuur 197 1. 8-contactstekker (compressorschakelaar) 4. Stekker met 8 bussen (kabelboom voor de completeringsset) 2. Haak voor kabel en slang 5.
De kabelboom van de compressor aansluiten 1. Aan het uiteinde van de kabelboomaftakking van 236 cm lijnt u de stekker met 4 bussen van de kabelboom voor de completeringsset uit met de stekker met 4 pinnen van de kabelboom van de compressor (Figuur 200). g031507 Figuur 201 g029386 1. Borgmoer (nr. 10) 4. Relais 2. Opening (bedradingspaneel) 5. Busconnector met 5 contacten (kabelboom voor de completeringsset) Figuur 200 1. Compressor 3. Flenskopbout (nr. 10-24 x ½") 3.
g031508 Figuur 202 g031549 1. Aardaansluitingenblok 3. Schroef Figuur 203 2. Ringconnector (aarding) 2. 1. Platte connector (kabelboom voor de completeringsset) Bevestig de ringconnector van de kabelboom voor de completeringsset aan het aardaansluitingenblok; gebruik de schroef die u verwijderd hebt in stap 1 (Figuur 202). 2. Zekeringhouder (machine) 2. Aansluiten van de voedingskabels op de zekeringhouder van de machine Druk de stekkers samen tot de sluiting vastklikt.
g031546 Figuur 205 1. Sleuven (bijkomende zekeringhouder) 4. g031547 2. Montageflenzen (zekeringhouder van de machine) Druk de zekeringhouders samen totdat de vergrendeling inklikt. Figuur 204 1. Busconnector met 1 contact (kabelboom voor de completeringsset) 2. Zekeringhouder (machine) 5. Bijkomende zekeringhouder 3. Connector met 1 platte aansluiting (vierkante uiteinde – bijkomende zekeringhouder) 6.
De schakelaar van de schuimbediening plaatsen 1. Lijn de gleuven in de montagebeugel voor de schakelaar van de schuimbediening uit met de 4 getapte inzetstukken in de stuurkolom (Figuur 208). g031509 Figuur 206 1. 15 A zekering 2. Zekeringhouder van de machine • Voor een machine met een contact voor een platte aansluiting in de optionele, bijkomende zekeringhouder doet u het volgende: 1. 2.
g029359 Figuur 209 1. Peddelschakelaar met 3 standen (schakelaar schuimbediening) g029360 3. Opening (montagebeugel voor schakelaar schuimbediening) Figuur 210 2. Connector met 8 contacten 1. Opening in dashboard (vijfde plug van rechts). 4. 2. Monteer de schakelaar in de beugel en druk de schakelaar erin tot deze op zijn plaats klikt (Figuur 209). Opmerking: Zorg dat de peddel van de peddelschakelaar met 3 standen (schakelaar schuimbediening) naar buiten is gericht. 2.
De buizen voor de schuimspuitdoppen aansluiten 1. Leid de buizen van de schuimspuitdoppen van de linker- en rechterspuitboom naar binnen en door de R-klem bij het scharnierpunt van de spuitboom (Figuur 212). g031555 Figuur 213 g031554 Figuur 212 1. Buis – schuimspuitdop (rechterspuitboom) 3. Buis – schuimspuitdop (linkerspuitboom) 2. R-klem 4. Verbindingspaneel (compressor schuimmarkeerder) 2. 3. 1. Klemkoppeling – water (rechter spuitboom – blauwe buis) 4. Kabelbinder 2.
36 De optionele voormengset voor chemicaliën aansluiten Benodigde onderdelen voor deze stap: g031556 1 Vloeistof-afsluitklep – Toro onderdeelnummer 130-7324 2 Borgclip – Toro onderdeelnummer 131-0235 1 Voet (vloeistof-afsluitklep) – Toro onderdeelnummer 131-3725-03 2 Flensborgmoer (¼", roestvast staal) – Toro onderdeelnummer 119-6897 1 Overdrukslang 25 x 273 (1 x 10-¾") – Toro onderdeelnummer 131-9647 1 Toevoerdrukslang 25 x 470 (1 x 18-½") – Toro onderdeelnummer 131-9648 1 Meng-omloopslang 2
g031677 Figuur 215 1. Flensklem 4. Borgclip 2. Pakking 5. T-fitting (spuitpomp) 3. Flens (drukfilterkop) 6. Toevoerslang 2. Verwijder de flensklem waarmee toevoerslang en pakking bevestigd zijn op de flens van de filterkop en verwijder de slang van de machine (Figuur 215). 3. Verwijder de borgclip waarmee overdrukklep bevestigd is op de T-fitting bij de spuitpomp en verwijder de overdrukklep (Figuur 216). g031627 Figuur 216 1. Borgclip 4. Draai de overdrukklep 2. Overdrukklep 5. Beneden 3.
onderdeelnummer 131-9649) uit met de open aansluiting in de bovenste T-fitting en duw de 90°-fitting erin totdat deze goed in de T-fitting zit (Figuur 219). g031652 Figuur 217 1. 90° geribde fitting 5. Bovenste T-fitting 2. Omloopslang 6. Pakking 3. Fitting met rechte flens 7. Flensklem 4. Borgclip 8. Flens (mengklep) 2. g031651 Figuur 219 1. Borgclip 5. 90° geribde fitting (meng-omloopslang eenheid – Toro onderdeelnummer 131-9649) 2. Aansluiting (bovenste T-fitting) 6.
Figuur 220 en duw de geribde fitting in de klep totdat deze volledig is ingestoken. g031653 Figuur 221 g031654 Figuur 220 1. 90° geribde fitting 25 mm (1") – Toro onderdeelnummer 131-3727 2. Vloeistof-afsluitklep – Toro onderdeelnummer 130-7324 3. Borgclip – Toro onderdeelnummer 131-0235 2. Bevestig de geribde 90° geribde fitting op de vloeistof-afsluitklep met een borgclip (Toro onderdeelnummer 131-0235). 3.
en de bouten met de 2 flensborgmoeren die u verwijderd hebt in stap 4 (Figuur 222). 7. flensadapter van de vloeistof-afsluitklep met de flens van de filterkop en pakking (Figuur 223). Haal de bouten en moeren aan met 1978 tot 2542 N·cm. Monteren van de vloeistofafsluitklep van de straalpomp 1. Lijn de pakking uit met de flens van de filterkop (Figuur 223). 3.
duw de 90° fitting erin totdat deze goed in de T-fitting zit (Figuur 226). bevestigingsbeugel van het verdeelstuk (bladz. 86). 3. Lijn de andere 90° fitting van de overdrukslang (Toro onderdeelnummer 131-9647) uit met de open aansluiting van de onderste T-fitting en duw de 90°-fitting erin totdat deze goed in de T-fitting zit (Figuur 224). 4.
g031678 Figuur 227 1. 90° geribde fitting (vloeistof-afsluitklep – Toro onderdeelnummer 130-7324) g031732 Figuur 228 3. Toevoerslang van de straalpomp 1. Meet 381 mm en geef dit aan in potlood. 4. Meet 19 mm en geef dit aan in potlood. 2. 8 mm gat 5. Bevestigingsbeugel van het verdeelstuk 2. Slangklem 3. Meet 32 mm en geef dit aan in potlood. 2.
die u in Doorboren van de bevestigingsbeugel van het verdeelstuk (bladz. 105) geboord heeft, zoals getoond in Figuur 229. g031730 Figuur 230 1. Flenskopbout (5/16" x ⅝") 3. Aansluiting met schroefdraad (kogelklep) 2. Montagebeugel (kogelklep) g031731 Figuur 229 1. Flenskopbouten (5/16" x ¾") 3. Bevestigingsbeugel van het verdeelstuk 2. Montagebeugel (kogelklep) 4. Flensborgmoer (5/16") 2.
38 De optionele afgedekte spuitboom monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Verlengstuk van afdekking (12 spuitdoppen – Toro onderdeelnummer 120-0621) 22 Popnagel (Toro onderdeelnummer 114439) 4 Steunbeugel (afdekking middelste spuitboom – Toro onderdeelnummer 131-3703-03) 4 Clipmoer (Toro onderdeelnummer 94-2413) 16 Flenskopbout (⅜" x 1¼" – Toro onderdeelnummer 110-5050) 16 Flensborgmoer (⅜" – Toro onderdeelnummer 104-8301) 2 Dekselband (Toro onderdeelnummer 120-0629) 4 Flenskopbout
g031823 Figuur 232 g031825 1. Afdekking voor gedeelte met 11 spuitdoppen Figuur 234 3. Verlengstuk van afdekking 2. Verstevigingsplaat (dubbele rij) 4. Bevestig het verlengstuk van de afdekking aan de spuitboomafdekking voor 11 spuitdoppen; gebruik hierbij 11 popnagels (Toro onderdeelnummer 114439). 1. Afdekking voor gedeelte met 11 spuitdoppen 4. Ring (3/16") 2. Verlengstuk van afdekking 5. Verstevigingsplaat (enkele rij) 3. Popnagel (Toro onderdeelnummer 114439) 6. Rubberen afdekplaat 6.
2. 3. Monteer de 4 clipmoeren (Toro onderdeelnummer 94-2413) op de andere 2 steunbeugels van de afdekking van de middelste spuitboom (Toro onderdeelnummer 131-3703-03); zie Figuur 235. Zoek op het verlengstuk voor de middelste spuitboom het meest rechtse paar gaten in het verticale vlak van het frame op; de afstand tussen de gaten bedraagt 25 mm (Figuur 236). 6. Zoek het resterende paar gaten in het verticale vlak van het frame; er is 25 mm tussen de gaten (Figuur 236). 7.
(11 spuitdoppen) van de optionele afgedekte spuitboom verwijderen (bladz. 23). 4. Lijn de gaten in de 2 dekselbanden (Toro onderdeelnummer 120-0629) uit met de 4 resterende gaten in de afdekking en de 4 resterende gaten in de steunbeugels (Figuur 237). 5. Monteer de dekselbanden en de afdekking op de steunbeugels (Figuur 237); gebruik hierbij de 4 flenskopbouten (5/16" x 1¼" – Toro 323-36). 6. Draai de bouten vast met een torsie van 1978 tot 2542 N·cm.
40 De wisselstroomdynamo vervangen Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Riemspannerbeugel 1 Wisselstroomdynamo (60 A) 1 Moer (10 mm) 1 Adapterkabelboom van de wisselstroomdynamo g030322 Figuur 241 Demonteren van de dynamo (40 A) 1. Positieve pool van de wisselstroomdynamo 4. Wisselstroomdynamo 2. Ringconnector 5. Stekker met 2 contacten 3. Moer (6 mm) 2.
de dynamo (60 A) (bladz. 112). Voer de 40 A wisselstroomdynamo af naar de recycling. 8. Neem de riem van de poelie van de wisselstroomdynamo en verwijder de wisselstroomdynamo van de machine. Monteren van de dynamo (60 A) 1. Lijn de gaten van de nieuwe riemspannerbeugel uit met de gaten in de thermostaatbehuizing (Figuur 243). g030311 Figuur 242 1. Bout van de riemspannerbeugel – lang 7. Bout van de wisselstroomdynamo 2. Bout van de riemspannerbeugel – kort 3. Riemspannerbeugel (oud) 8.
uit met de 2-polige connector van de kabelboom van de machine, die u verwijderd hebt in stap 2 van Demonteren van de dynamo (40 A) (bladz. 111) en druk ze samen totdat de connectors goed vastklikken (Figuur 244). platte ring die u verwijderd hebt in stap 7 van Demonteren van de dynamo (40 A) (bladz. 111). 6. Monter de moer (10 mm) losjes op de draaibout (Figuur 243). 7.
elektrische slanghaspel of de meedraaiende slanghaspel. VOORZICHTIG Deze machine stelt de gebruiker bloot aan geluidsniveaus die bij langdurige blootstelling kunnen leiden tot gehoorbeschadiging. 3. Draag gehoorbescherming als u deze machine gebruikt. Draai de groene handgreep van de afsluitklep 90 graden tegen de klok (naar links) naar de OPEN-stand (Figuur 246).
Gebruik van de bedieningselementen 2. Open het deksel om te controleren of er vreemde voorwerpen aanwezig zijn die de werking kunnen belemmeren of het systeem vervuilen. Voor het starten van de straalpomp zie de Montage-instructies van de voormengset voor chemicaliën. 3. Sluit en vergrendel het deksel door dit met de klok mee te draaien. Voor het starten van de straalpomp zie de Montage-instructies van de voormengset voor chemicaliën. 4.