Operator's Manual

23
Storingen, oorzaak en remedie
Uw maaimachine is ontworpen en gefabriceerd voor een probleemloze werking. Controleer zorgvuldig de volgende
onderdelen en artikelen, en zie Onderhoud, blz. 14 voor meer informatie. Indien een probleem zich blijft voordoen, moet u
contact opnemen met een Erkende Service Dealer.
Probleem Mogelijke oorzaken Remedie
Motor start niet
1. Brandstoftank leeg of oude
benzine in het
brandstofsysteem.
1. Brandstoftank aftappen en
vullen met verse benzine.
Neem contact op met een
erkende Service Dealer, als het
probleem blijft voortduren.
2. Hulpstartknop is niet ingedrukt. 2. Hulpstartknop 3 indrukken.
3. De kabel is niet aangesloten op
de bougie.
3. Sluit de bougiekabel aan op de
bougie.
4. De bougie is aangetast, vuil, of
de elektrodenafstand is niet
correct afgesteld.
4. Controleer de bougie en stel de
elektrodenafstand af indien
nodig. Vervang de bougie als
deze aangetast, vuil of
gebarsten is.
Motor start moeilijk of verliest
vermogen
1. De brandstoftank bevat oude
benzine.
1. Tap de brandstoftank af en vul
die weer met verse benzine.
g
2. De ventilatie-opening in de
brandstoftankdop is verstopt.
2. Reinig de ventilatie-opening
van de brandstoftankdop of
vervang de dop.
3. Het luchtfilterelement is vuil en
belemmert de luchtstroom.
3. Reinig het luchtfilter.
4. De onderkant van de maaikast
is bedekt met maaisel en
rommel.
4. Reinig de onderkant van de
maaikast.
5. De bougie is aangetast, vuil, of
de elektrodenafstand is niet
correct afgesteld.
5. Controleer de bougie en stel de
elektrodenafstand af indien
nodig. Vervang de bougie als
deze aangetast, vuil of
gebarsten is.
6. Het motoroliepeil is te laag of
de olie is vuil.
6. Het motoroliepeil controleren.
Olie verversen als deze vuil is
of olie bijvullen als het oliepeil
te laag is.
De motor loopt onregelmatig
1. De kabel is niet aangesloten op
de bougie.
1. Sluit de bougiekabel aan op de
bougie.
2. De bougie is aangetast, vuil, of
de elektrodenafstand is niet
correct afgesteld.
2. Controleer de bougie en stel de
elektrodenafstand af indien
nodig. Vervang de bougie als
deze aangetast, vuil of
gebarsten is.
3. Het luchtfilterelement is vuil en
belemmert de luchtstroom.
3. Reinig het luchtfilter.