Operator's Manual

8
Voor ingebruikname
Carter met olie bijvullen
Het carter kan 0,59 liter olie bevatten. Gebruik uitsluitend
hoogwaardige reinigingsolie, type SAE 30 of 10W30, met
“onderhoudsclassificatie” SF, SG, SH of SJ van het
American Petroleum Institute (API).
Controleer voor elk gebruik of het oliepeil tussen de
markeringen Add (bijvullen) en Full (vol) op de peilstok
staat (Fig. 7).
1626
1
2
Figuur 7
1. Olievuldop 2. Peilstok
Olie bijvullen gaat als volgt:
1. Zet de maaimachine op een horizontaal oppervlak.
2. Maak de omgeving van de peilstok schoon (Fig. 7).
3. Verwijder de peilstok door de dop linksom te draaien
en eruit te trekken.
4. Veeg de peilstok met een schone doek schoon.
5. Steek de peilstok helemaal in de vulbuis, en haal hem
er weer uit.
Opmerking: Voor een correcte aflezing van het oliepeil is
het belangrijk dat de stok helemaal omlaag in de buis
gaat.
6. Lees het oliepeil af van de peilstok (Fig. 7).
7. Als het peil onder de Add (bijvullen)-markering op de
peilstok staat, giet dan langzaam net genoeg olie in de
vulopening totdat het peil de Full (vol)-markering op
de peilstok bereikt.
Belangrijk Giet niet te veel olie in het carter; als de
motor daarna gaat lopen, ontstaat schade aan de motor.
Tap de overtollige olie af totdat het oliepeil weer op de
Full (vol)-markering staat.
8. Steek de peilstok in de vulbuis en draai de dop
rechtsom totdat deze goed vast zit.
De brandstoftank vullen met
benzine
Gebruik voor de beste resultaten schone, verse, loodvrije
benzine met een octaangetal van 87 of hoger. Om te
zorgen dat de benzine voldoende vers is, moet u niet meer
benzine aanschaffen dan u naar verwachting in 30 dagen
zult gebruiken. Als u loodvrije benzine gebruikt, zullen
zich minder verbrandingsproducten in de motor afzetten
en heeft de motor een langere levensduur. U mag ook
gelode benzine gebruiken als er geen loodvrije benzine
verkrijgbaar is.
Belangrijk Meng nooit olie door de benzine.
Belangrijk Nooit methanol, benzine die methanol
bevat, gasohol met meer dan 10% ethanol, superbenzine
of wasbenzine gebruiken, omdat deze het brandstof-
systeem van de motor kunnen beschadigen.
Belangrijk Gebruik geen benzine die nog is overge-
bleven van een vorig maaiseizoen of die zelfs nog ouder is.
Gevaar
In bepaalde omstandigheden is benzine uiterst
ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie
van benzine kan brandwonden bij u of anderen en
materiële schade veroorzaken.
Vul de benzinetank in de open lucht wanneer de
motor koud is. Eventueel gemorste benzine
opnemen.
Vul de brandstoftank niet helemaal vol. Vul de
brandstoftank tot maximaal 6 tot 13 mm vanaf
de onderkant van de vulbuis. Dit geeft de
benzine ruimte om uit te zetten.
Als u werkt met benzine, mag u nooit roken en
moet u uit de buurt blijven van open vuur of
plaatsen waar benzinedampen door een vonk
tot ontbranding kunnen komen.
Benzine in een goedgekeurd benzinevat en
buiten bereik van kinderen bewaren.
Koop nooit meer benzine dan u in 30 dagen
kunt opmaken.