Form No. 3362-292 Rev A Zwaar uitgevoerde gazonmaaier van 66 cm met achtervanger Modelnr.: 22200TE—Serienr.: 290000501 en hoger Om uw product te registreren of om een gebruikershandleiding of onderdelencatalogus te downloaden, gaat u naar www.Toro.com.
Inleiding Figuur 2 Lees deze informatie zorgvuldig door, zodat u weet hoe u de machine op de juiste wijze moet gebruiken en onderhouden en om letsel en schade aan de machine te voorkomen. U bent verantwoordelijk voor het juiste en veilige gebruik van de machine. 1. Veiligheidssymbool Er worden in deze handleiding twee woorden gebruikt om uw aandacht op bijzondere informatie te vestigen.
Veiligheid Zelfaandrijving afstellen ..................................... 22 Onderhoud bedieningsysteem ................................ 22 Kabel van de mesrem afstellen ............................ 22 Onderhoud van het maaimes .................................. 23 Het maaimes onderhouden................................. 23 Reiniging ................................................................ 24 Ruimte onder de drijfriemkap reinigen ................ 24 Onderkant van de maaikast reinigen..............
Benzine Gebruiksaanwijzing WAARSCHUWING: brandstof is licht ontvlambaar. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen. • Bewaar brandstof uitsluitend in tanks of blikken die speciaal daarvoor bedoeld zijn. • Vul de brandstoftank nooit binnenshuis; tijdens het bijvullen niet roken. • Vul brandstof bij voordat u de motor start. Verwijder nooit de dop van de brandstoftank en vul nooit benzine bij wanneer de motor loopt of heet is. • Probeer de motor niet te starten als er brandstof is gemorst.
– voordat u verstoppingen losmaakt of de afvoertunnel ontstopt. – voordat u de maaimachine gaat controleren, schoonmaken of werkzaamheden daaraan gaat verrichten. – als u een vreemd voorwerp heeft geraakt, moet u de maaimachine op beschadigingen controleren en reparaties uitvoeren voordat u de machine opnieuw start en weer in gebruik neemt. – als de machine abnormaal begint te trillen (direct controleren). • Neem gas terug terwijl de motor uitloopt en sluit de brandstofklep als u klaar bent met maaien.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. Merkteken van fabrikant 1. Geeft aan dat het mes onderdeel van een originele Toro-maaimachine is. 98-4387 103-6328 1. Waarschuwing – Draag gehoorbescherming. 1. Choke 2. Snel 3. Continu snelheidsregeling 4. Langzaam 5. Motor – Afzetten 110-4977 1.
112-8760 1. De machine kan voorwerpen uitwerpen – Houd omstanders op een veilige afstand van de machine. 2. Handen of voeten kunnen worden gesneden/geamputeerd – Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen. 112-9028 1. Waarschuwing—Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen; laat alle schermen op hun plaats. 115-4207 1. Lees de Gebruikershandleiding. 2. Smeer de draaiarmen van het aandrijfwiel elke 50 uur. 3. Smeer de transmissie elke 50 uur.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure 1 2 Hoeveelheid Omschrijving Gebruik Handgreep 1 De handgreep bevestigen. Geen onderdelen vereist – Het carter met olie bijvullen. Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. 1 De handgreep bevestigen Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Handgreep Figuur 3 Procedure 1. Slotbout en zeskantige flensmoer 1.
Algemeen overzicht van de machine Bedieningsorganen Figuur 5 1. Rijsnelheidshendel 2. Maaikoppelingshendel Figuur 4 1. Handgreep 2. Bedieningsstang van tractie 3. Bedieningsstang voor maaimes 4. Maaikoppelingshendel 5. Rijsnelheidshendel 6. Brandstoftank 7. Vulbuis/Peilstok 3. Bedieningsstang voor maaimes 8. Handgreep startkoord 9. Luchtfilter 4. Handgreep 5. Bedieningsstang van tractie 6. Gashendel 10. Bougie 11. 12. 13. 14. De standen van de gashendel worden getoond in Figuur 6.
Gebruiksaanwijzing Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Telkens voordat u gaat maaien, moet u controleren of de zelfaandrijving en de bedieningsstang van het maaimes en de maaikoppelingshendel nog goed werken. Als u de bedieningsstang van het maaimes loslaat moeten de motor en de zelfaandrijving stoppen. Doen ze dat niet, dan moet u contact opnemen met een erkende Service Dealer.
De brandstoftank vullen met benzine Tijdens het bijvullen van benzine kan in bepaalde omstandigheden een statische lading ontstaan die de benzine tot ontbranding kan brengen. Brand of explosie van benzine kan letsel van u of anderen en materiële schade veroorzaken. Gebruik voor de beste resultaten schone, verse, loodvrije benzine met een octaangetal van 87 of hoger. Om te zorgen dat de benzine voldoende vers is, moet u niet meer benzine aanschaffen dan u naar verwachting in 30 dagen zult gebruiken.
Figuur 9 Figuur 11 1. Dop van brandstoftank 1. Brandstofklep 2. Verwijder de dop van de tank. 3. Zet de gashendel op Choke (Figuur 6). 3. Vul de brandstoftank met loodvrije benzine tot op 6 tot 13 mm van de bovenrand van de tank. Niet tot in de vulbuis bijvullen. Opmerking: U mag de choke niet gebruiken als de motor warm is. 4. Zet de rijsnelheidshendel in de neutraalstand (N).
Bediening van het maaimes Het maaimes uitschakelen Laat de bedieningsstang van het maaimes los. Het maaimes inschakelen Belangrijk: Als u de bedieningsstang loslaat, moet het mes binnen 3 seconden tot stilstand komen. Als dit niet gebeurt, mag u de machine niet verder gebruiken en moet u contact opnemen met een erkende Service Dealer. Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks Opmerking: Als u de motor start, mag het mes niet draaien. U moet het maaimes in werking stellen. 1.
De tractieaandrijving uitschakelen Opmerking: Alle wielen moeten op dezelfde maaihoogte worden ingesteld. Laat de bedieningsstang van de tractie los. Mesremkoppeling controleren Controleer de bedieningsstang van het maaimes en de maaikoppelingshendel vóór elk gebruik om ervoor te zorgen dat de mesremkoppeling naar behoren werkt. Bij het verstellen van een maaihoogtehendel kunnen uw handen in aanraking komen met een bewegend mes. Dit kan ernstig lichamelijk letsel veroorzaken.
3. Plaats het zakframe op de steunlippen van de grasvanger (Figuur 18). 4. Laat de achterklep neer op de zak. De graszak verwijderen Om de zak te verwijderen, voert u bovenstaande stappen in omgekeerde volgorde uit. De maaimachine kan maaisel en andere voorwerpen uitwerpen door een open afvoertunnel. Voorwerpen die met genoeg kracht worden weggeslingerd kunnen de gebruiker of omstanders ernstig verwonden, mogelijk zelfs met dodelijke afloop. Figuur 17 1. Maaihoogtehendel (op de hoogste stand) 2.
de maaimachine geblokkeerd raken, waardoor de motor afslaat. Als u nat gras en natte bladeren maait, kunt u uitglijden, in aanraking komen met het mes en ernstig letsel oplopen. • Maai steeds in wisselende richtingen. Hierdoor wordt het maaisel beter over het gazon verstrooid, zodat het gazon gelijkmatig wordt bemest. Maai uitsluitend in droge omstandigheden.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure Na de eerste 5 bedrijfsuren • Motorolie verversen. Bij elk gebruik of dagelijks • Controleer het motoroliepeil. • Controleer of het mes binnen 3 seconden stopt nadat u de bedieningsstang van het maaimes hebt losgelaten. • Controleer de afstelling van de remkabel en stel indien nodig de remkabel af.
Tandwielkast smeren Smering Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren Smering van de draaiarmen Om de 50 bedrijfsuren moet u de tandwielkast smeren. Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren 1. Verwijder de grasvanger Om de 50 bedrijfsuren of bij het einde van het seizoen moeten de draaiarmen worden gesmeerd. 2. Verwijder het inspectieluik van de tandwielkast. 3. Plaats de smeerspuit op de smeernippel via de toegangsopening van de tandwielkast (Figuur 20). 1.
Onderhoud motor 7. Drenk het schuimelement in olie en knijp dit vervolgens uit (niet wringen) om de overtollige olie te verwijderen. Onderhoud van het luchtfilter 8. Monteer het schuimelement. Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren 9. Monteer het nieuwe papierelement. Om de 300 bedrijfsuren 10. Monteer het luchtfilterdeksel en zet dit vast met de schroef. Reinig het schuimelement om de 25 bedrijfsuren. Reinig het papierelement om de 100 bedrijfsuren.
2. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand gekomen zijn. 3. Verwijder de bougiekabel van de bougie. 4. Tap de motorolie af; zie Motorolie verversen. 5. Leg een doek onder het oliefilter om olie op te vangen die weglekt als u het filter verwijdert. 6. Verwijder het oliefilter. 7. Smeer met uw vinger een laagje olie op de rubberen pakking van het nieuwe filter (Figuur 23). Figuur 22 1. Oliefilter 2. Brandstofslang 3. Olieaftapplug 6. Plaats een opvangbak onder de aftapslang.
Onderhoud brandstofsysteem 3. Maak de omgeving van de bougie schoon. 4. Haal de bougie uit de cilinderkop. Belangrijk: Als de bougie gebarsten of vuil is, moet deze worden vervangen. U mag de elektroden niet reinigen omdat hierdoor gruis in de cilinder terecht kan komen. Dit leidt meestal tot beschadiging van de motor. Benzine aftappen uit de brandstoftank en brandstoffilter reinigen 5. Stel de elektrodenafstand in op 0,76 mm (Figuur 24).
Onderhoud aandrijfsysteem Onderhoud bedieningsysteem Zelfaandrijving afstellen Kabel van de mesrem afstellen Onderhoudsinterval: Om de 75 bedrijfsuren Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks Om de 100 bedrijfsuren Als de zelfaandrijving niet werkt of de machine de neiging heeft om voorwaarts te kruipen wanneer de bedieningsstang van de tractie zich meer dan 38 mm van de handgreep bevindt, moet u de zelfaandrijving afstellen.
Onderhoud van het maaimes Het maaimes onderhouden Maai altijd met een scherp mes. Een scherp mes snijdt het gras goed af zonder het te scheuren of te kwetsen. 1. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand gekomen zijn. Figuur 28 1. Wiek 2. Platte deel van het mes 2. Verwijder de bougiekabel van de bougie (Figuur 10). 3. Tap de benzine af uit de brandstoftank; zie Benzine aftappen uit de brandstoftank en Brandstoffilter reinigen. 3. Slijtage 4.
Reiniging Balanceren van het mes 1. Controleer de balans van het mes door de opening in het midden van het mes boven een spijker of de steel van een schroevendraaier te houden, die horizontaal in een bankschroef is geklemd (Figuur 30). Ruimte onder de drijfriemkap reinigen Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren 1. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand gekomen zijn. 2. Verwijder de bougiekabel van de bougie (Figuur 10). 3.
Na elk gebruik moet u de afvoertunnel grondig reinigen. Het deurtje van de afvoertunnel moet goed gesloten zijn als de grasvanger wordt verwijderd. Indien het afvoerdeurtje niet goed kan worden gesloten als gevolg van rommel, moet de binnenzijde van de afvoertunnel en het deurtje grondig worden gereinigd. Figuur 32 1. Rechter achterwiel Opmerking: Het maaimes zuigt het water in de maaimachine, waardoor maaisel wordt weggespoeld.
Algemene informatie Stalling 1. Reinig de maaikast. Zie Onderkant van de maaikast reinigen. Om de maaimachine klaar te maken voor de stalling buiten het maaiseizoen, moeten de aanbevolen onderhoudsprocedures worden uitgevoerd. Zie Onderhoud. 2. Haal eventueel vuil en maaisel van de cilinder, de koelribben van de cilinderkop en de ventilatorbehuizing. Stal de maaimachine op een koele, schone en droge plaats. Dek de maaier af om deze schoon te houden en te beschermen. 3.
Problemen, oorzaak en remedie Probleem De motor start niet. De motor start moeilijk of verliest vermogen Mogelijke oorzaak Remedie 1. Brandstoftank leeg of oude benzine in het brandstofsysteem. 1. Brandstoftank aftappen en vullen met verse benzine. Neem contact op met een erkende Service Dealer, als het probleem blijft voortduren. 2. De gashendel staat niet op Choke. 3. De bougiekabel is niet aangesloten op de bougie. 4. De bougie is aangetast, vuil, of de elektrodenafstand is niet correct afgesteld.
Opmerkingen: 28
Opmerkingen: 29
Opmerkingen: 30
International Distributor List Distributor: Atlantis Su ve Sulama Sisstemleri Lt Balama Prima Engineering Equip B-Ray Corporation Casco Sales Company Ceres S.A CSSC Turf Equipment (pvt) Ltd Cyril Johnston & Co Equiver Femco S.A. G.Y.K. Company ltd. Geomechaniki of Athens Guandong Golden Star Hako Ground and Garden Hako Ground and Garden Hayter Limited (U.K.) Hydroturf Int. Co Dubai Hydroturf Egypt LLC Ibea S.p.A. Irriamc Irrigation Products Int'l Pvt Ltd Jean Heybroek b.v. Lely (U.K.) Limited Maquiver S.A.
Toro Warranty Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt Aanwijzingen voor aanvraag van garantieservice The Toro® Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, geven de oorspronkelijke koper* krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie alle Toro producten die worden gebruikt voor normale huiselijke doeleinden*, te zullen repareren als deze materiaalgebreken en fabricagefouten vertonen.