Operation Manual

ProbleemMogelijkeoorzaakRemedie
1.Eenmesisverbogenofuitbalans.
1.Demessenbalanceren.Eenmes
vervangenalshetisverbogen.
2.Eenbevestigingsboutvaneen
maaimeszitlos.
2.Debevestigingsboutenvandemessen
vastdraaien.
3.Deonderkantvandemaaikastis
bedektmetmaaiselenvuil.
3.Maakdeonderkantvandemaaikast
schoon.
4.Debevestigingsboutenvandemotor
zittenlos.
4.Debevestigingsboutenvandemotor
vastdraaien.
5.Loszittendemotorpoelie,spanpoelieof
mespoelie.
5.Dedesbetreffendepoelievastzetten.
6.Demotorpoelieisbeschadigd.6.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
7.Demesasisverbogen.7.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
Demaaimachineofdemotortrilt
abnormaal.
8.Deriemisbeschadigd.8.Vervangderiem.
1.Allevierwielenstaannietopdezelfde
hoogte.
1.Allevierdewieleninstellenopdezelfde
hoogte.
2.Demessenzijnstomp.2.Demessenslijpenenbalanceren.
3.Umaaitsteedsinhetzelfdepatroon.
3.Ineenanderpatroonmaaien.
4.Deonderkantvandemachineis
bedektmetmaaiselenvuil.
4.Deonderkantvandemachinereinigen.
Ongelijkmatigmaaipatroon.
5.Demesasisverbogen.5.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
1.DegashendelstaatnietopSnel1.ZetdegashendelopSnel.
2.Demaaihoogteistelaag.2.Verhoogdemaaihoogte;maaizonodig
opnieuwopeenlageremaaihoogte.
3.Umaaittesnel.3.Verminderuwsnelheid.
4.Hetgrasisnat.4.Hetgraseerstlatendrogenvoordatu
gaatmaaien.
Hetuitwerpkanaalraaktverstopt.
5.Deonderkantvandemachineis
bedektmetmaaiselenvuil.
5.Deonderkantvandemachinereinigen.
1.Dekabelvandezelfaandrijvingis
ontsteldofbeschadigd.
1.Dekabelvandezelfaandrijving
afstellen;dekabelvervangenindien
nodig.
2.Erzitvuildeomgevingvanderiem.2.Hetvuiluitdeomgevingvanderiem
verwijderen.
Dezelfaandrijvingvandemaaimachine
werktniet.
3.Deriemisbeschadigd.3.Vervangderiem.
1.Deriemvandemesremkoppelingof
dedistributieriemisversleten,zitlos
ofisgebroken.
1.Dekabelvandemesremkoppeling
afstellen;dedistributieriemspanning
afstellen;vervangzeindiennodig.
2.Deriemvandemesremkoppelingis
vandepoeliegelopen.
2.Controleerderiemopbeschadigingen
neemindiennodigcontactopmeteen
erkendeservicedealer.
Demessendraaiennietofslippen.
3.Dekabelvandemesremkoppelingis
versleten,losofstuk.
3.Dekabelvandemesremkoppelingn
afstellen;vervangenindiennodig.
1.Demessenzijnverkeerdaangebracht
ofuitgelijnd.
1.Demessencorrectaanbrengen.
2.Demesadapterszijnversleten,losof
stuk.
2.Demesadaptersvervangen.
3.Dedistributieriemisversleten,losof
stuk.
3.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
Demessenrakenelkaar.
4.Dedistributietandwielenofspanpoelie
zijnversleten,losofstuk.
4.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
30