Operator's Manual

Demachinekanplotselingomslaanalseenwiel
overderandkomt,ofalsderandinstort.Houd
eenveiligeafstandtussendemachineeneen
gevarenzoneaan.
Umaggeenwerktuigenverwijderenof
aankoppelenopeenhelling.
Parkeerdemachinenietopeenhelling.
Demachinestarten
1.Gaophetplatformstaan.
2.Zorgervoordatdeparkeerremingeschakeld
isendatalle4hendelsindeNEUTRAALSTAND
staan.
3.Brenghetsleuteltjeinhetcontactendraaihet
naardestandAAN.
Opmerking:Hetzoukunnendatude
machinemoeilijkkuntstarteninzeerkoude
weersomstandigheden.Wanneerueenkoude
machinestart,moetudemachineboven-18°C
houden.
Opmerking:Wanneerdemachinetemperatuur
onder-1°Cbedraagt,zalhetsymboolvoorkoude
start(Figuur9)verschijnenophetInfoCenterterwijl
hetmotortoerentalverhoogtgedurende2minuten.
Beweeggedurendedezetijddetractiebedieningniet
terwijldeparkeerreminwerkingisgesteld;anders
slaatdemotorafenwordende2minutengereset.
Hetsymboolvoorkoudestartverdwijntwanneerde
motorvollesnelheidbereikt.
g304012
Figuur9
Metdemachinerijden
Gebruikdetractiebedieningomdemachinete
bewegen.Hoeverderudetractiebedieningineen
bepaalderichtingbeweegt,hoesnellerdemachinein
dierichtinggaat.Laatdetractiebedieninglosomde
machinetotstilstandtebrengen.
Demachineuitschakelen
1.Plaatsdemachineopeenhorizontaalvlak,laat
deladerarmenzakkenensteldeparkeerrem
inwerking.
2.Zorgervoordatdehendelvandehulphydrauliek
indestandNEUTRAALstaat.
3.DraaihetcontactsleuteltjeopUITenverwijder
het.
VOORZICHTIG
Kinderenofomstanderskunnenletsel
oplopenalszijdemachineverplaatsenof
proberentebedienenterwijldezeonbeheerd
staat.
Verwijderaltijdhetsleuteltjeenstelde
parkeerreminwerkingwanneerudemachine
onbeheerdachterlaat.
Werktuigengebruiken
Eenwerktuigbevestigen
Belangrijk:GebruikuitsluitenddoorToro
goedgekeurdewerktuigen.Werktuigenkunnen
invloedhebbenopdestabiliteitendebediening
vandemachine.Degarantievandemachinekan
komentevervallenalsudemachinegebruiktmet
werktuigendienietzijngoedgekeurd.
Belangrijk:Voordatuhetwerktuigmonteert,
moetuervoorzorgendatdebevestigingsplaten
vrijvanvuilzijnendepennenonbelemmerd
ronddraaien.Alsdepennennietvrijronddraaien,
moetenzegesmeerdworden.
1.Plaatshetwerktuigopeenhorizontaaloppervlak
enzorgervoordaterachterhetwerktuiggenoeg
ruimtevoordemachineis.
2.Startdemachine.
3.Kanteldebevestigingsplaatvoorhetwerktuig
naarvoren.
4.Plaatsdebevestigingsplaatindebovenstelip
vandeontvangerplaatophetwerktuig(Figuur
10).
g003710
Figuur10
1.Bevestigingsplaat
2.Ontvangerplaat
5.Brengdearmenvandeladeromhoogterwijlu
tegelijkertijddebevestigingsplaatnaarachteren
kantelt.
16