Form No. 3443-328 Rev A Zwaar uitgevoerde 60 V gazonmaaier van 53 cm met Recycler®/grasvanger Modelnr.: 22275—Serienr.: 400000000 en hoger Modelnr.: 22275T—Serienr.: 400000000 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
Belangrijk: U kunt met uw mobiel apparaat de Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen; zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring. QR-code op het plaatje met het serienummer (indien aanwezig) scannen om toegang te krijgen tot de garantie, onderdelen en andere productinformatie Inleiding Deze loopmaaier met draaiende messen is bedoeld voor gebruik door particulieren of professionele bestuurders.
Inhoud Veiligheid Veiligheid .................................................................. 3 Veiligheids- en instructiestickers ........................ 6 Montage .................................................................... 8 1 De acculader monteren (optioneel) .................. 8 2 De kabelbescherming verwijderen ................... 9 3 Onderste deel van de handgreep monteren....................................................... 10 4 De handgreep bevestigen...............................
6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. Het aansluiten van de acculader op een stopcontact met een spanning anders dan 100 tot 240 V kan leiden tot brand of een elektrische schok. Sluit de acculader niet aan op een stopcontact met een spanning anders dan 100 tot 240 V. Voor een ander soort aansluiting dient u mogelijk een adapterstekker van het juiste type te gebruiken. Gebruik geen beschadigd of aangepast accupack of beschadigde of aangepaste acculader.
omdat dit gevaarlijk kan zijn. Dit kan ertoe leiden dat de garantie op het product komt te vervallen. niet in vochtige omstandigheden of wanneer het regent. 18. Als de machine een voorwerp raakt of begint te trillen, schakel de machine dan onmiddellijk uit, verwijder de elektrische startknop, verwijder het accupack en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de machine controleert op beschadiging.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of ontbrekende stickers. decal137-9490 137-9490 1. Lees de Gebruikershandleiding. 4. Uit de buurt van open vuur houden. 2. Recyclen 5. Niet blootstellen aan regen. 3. Bevat lithiumionen; niet weggooien. decal116-7583 116-7583 1.
decal137-9495 137-9495 1. Lees de Gebruikershandleiding. 3. Voor gebruik binnenshuis. 2. Niet weggooien. 4. Dubbel geïsoleerd decal137-9463 137-9463 1. Het accupack laadt op. 2. Het accupack is volledig opgeladen. 3. Het accupack is boven of onder het geschikte temperatuurbereik. 4. Laadstoring van accupack decal134-4691 134-4691 1. Auto-toerental decal112-8760 112-8760 1. Gevaar op weggeslingerde objecten – Houd omstanders op een afstand. 2.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure 1 2 3 4 5 6 Hoeveelheid Omschrijving Gebruik Bevestigingselementen (niet meegeleverd) 2 De acculader monteren (optioneel). Geen onderdelen vereist – De kabelbescherming verwijderen. Bovenste handgreep Onderste deel van de handgreep Bout (5/16" x 1¾") Flensborgmoer (5/16") Gewelfde veerring 1 2 4 4 8 Onderste deel van de handgreep monteren.
2 De kabelbescherming verwijderen Geen onderdelen vereist Procedure g328502 Figuur 4 9
3 Onderste deel van de handgreep monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Bovenste handgreep 2 Onderste deel van de handgreep 4 Bout (5/16" x 1¾") 4 Flensborgmoer (5/16") 8 Gewelfde veerring Procedure Plaats het onderste deel van de handgreep zoals getoond in Figuur 5. g340673 Figuur 5 1. Flensborgmoer (5/16") 4. Onderste deel van de handgreep 2. Gewelfde veerring 5. Bout (5/16" x 1¾") 3.
4 De handgreep bevestigen Geen onderdelen vereist Procedure g328505 Figuur 6 11
5 De kabelbescherming monteren Geen onderdelen vereist Procedure g331968 Figuur 7 6 De grasvanger monteren Geen onderdelen vereist Procedure g238450 Figuur 8 12
Algemeen overzicht van de machine Specificaties Geschikt temperatuurbereik Laad/bewaar het accupack bij een temperatuur van 5 °C tot 40 °C* Gebruik het accupack bij een temperatuur van -30 °C tot 49 °C* Gebruik de machine bij een temperatuur van 0 °C tot 49 °C* * De oplaadtijd zal langer in beslag nemen als u het accupack niet binnen dit bereik oplaadt. Sla de machine, het accupack en de acculader op in een afgesloten schone, droge ruimte. g341359 Figuur 9 1. Stang voor zelfaandrijving 5.
Gebruiksaanwijzing Voor gebruik Het accupack monteren Belangrijk: Gebruik het accupack alleen bij temperaturen die binnen het gepaste temperatuurbereik liggen; zie Specificaties (bladz. 13). 1. Zorg ervoor dat er geen stof of vuil ligt op de openingen in de accu. 2. Til het deksel van het accucompartiment op (A van Figuur 11). 3. Lijn de holte in het accupack uit met de koppeling op de machine en schuif het accupack in het compartiment tot het vastklikt (B van Figuur 11). 4.
De maaihoogte instellen WAARSCHUWING Bij het verstellen van een maaihoogtehendel kunnen uw handen in aanraking komen met een bewegend mes. Dit kan ernstig lichamelijk letsel veroorzaken. • Zet de motor af, verwijder de elektrische startknop en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de maaihoogte afstelt. • Plaats uw vingers niet onder de behuizing als u de maaihoogte instelt. Zet de maaihoogte op de gewenste stand. Stel alle wielen op dezelfde maaihoogte in (Figuur 12).
Hoogte van handgreep instellen U kunt de handgreep 1 of 3 standen hoger of lager zetten in een stand die u comfortabel vindt (Figuur 13). g331956 Figuur 13 1. 2. 3. Verwijder de beide handgreepbouten en overeenkomende moeren. Zet de handgreep in de gewenste hoogte. Bevestig de handgreep met de eerder verwijderde bouten en overeenkomende moeren. Tijdens gebruik De machine starten 1. 2. 3. 4. Zorg ervoor dat het accupack is gemonteerd in de machine; zie Het accupack monteren (bladz. 14).
WAARSCHUWING Een versleten grasvanger kan kleine steentjes en andere voorwerpen uitwerpen, waardoor u of omstanders ernstig lichamelijk of dodelijk letsel kunnen oplopen. Controleer de grasvanger regelmatig. Plaats een nieuwe grasvanger van de fabrikant als de oude is beschadigd. WAARSCHUWING De maaimessen zijn scherp; de maaimessen aanraken kan ernstig lichamelijk letsel veroorzaken.
De grasvanger verwijderen GEVAAR De machine kan maaisel en andere voorwerpen uitwerpen door een opening in de behuizing van de machine. Voorwerpen die met genoeg kracht worden weggeslingerd kunnen ernstig of zelfs dodelijk letsel toebrengen aan u of aan omstanders. • Neem de grasvanger nooit weg als u van plan bent de machine te starten zonder dat de afvoerafsluiter op de machine gemonteerd is. • Open nooit de afvoergeleider aan de achterzijde van de machine terwijl de machine nog draait. 1.
De rijaandrijving gebruiken Om de zelfaandrijving in te schakelen, moet u de stang van de zelfaandrijving naar de hendel knijpen en vasthouden (Figuur 16). g337279 Figuur 17 1. Stand AUTO 2. Stand MAX De machine uitschakelen 1. Laat de bedieningsstang van het maaimes los (A van Figuur 18). 2. Verwijder de elektrische startknop uit de elektrische starter (B van Figuur 18). 3. Verwijder het accupack; zie Het accupack uit de machine verwijderen (bladz. 19). g331972 Figuur 16 1.
Tips voor bediening en gebruik Bladeren fijnmaken • Na het maaien moet altijd 50% van het gazon zichtbaar blijven door de bladerlaag. Dit kan een of meerdere rondgangen over de bladeren vereisen. Algemene maaitips • Als er een laag bladeren van meer dan 13 cm • Zorg ervoor dat het mes geen vaste voorwerpen op het gazon ligt, moet u eerst met een hogere maaihoogte werken en vervolgens nogmaals maaien op de gewenste hoogte. raakt. Maai nooit met opzet over voorwerpen.
Na gebruik Het accupack opladen Belangrijk: Het accupack is niet volledig opgeladen bij aankoop. Voordat u het gereedschap voor het eerst gebruikt, plaatst u het accupack in de lader en laat u het opladen tot het leddisplay aangeeft dat het accupack volledig opgeladen is. Lees alle veiligheidsrichtlijnen. Belangrijk: Laad het accupack alleen op bij temperaturen die binnen het gepaste temperatuurbereik liggen; zie Specificaties (bladz. 13).
Wassen WAARSCHUWING Er kan materiaal losraken dat zit vastgekoekt aan de onderkant van de maaimachine. • Draag oogbescherming. • Blijf in de bedieningspositie (achter de handgreep) staan als de machine loopt. • Houd omstanders uit de buurt. 1. Zet de machine in zijn laagste maaistand. 2. Plaats de machine op een verhard horizontaal oppervlak. 3. Zet de machine aan en stel het mes in werking. 4.
Onderhoud Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Na de eerste 25 bedrijfsuren Bij elk gebruik of dagelijks Onderhoudsprocedure • Draai los bevestigingsmateriaal vast. • Controleer het maaimes op slijtage of beschadigingen. • Controleer het gaspedaal op slijtage of beschadigingen. • Controleer de stoptijd van de mesrem. Het maaimes moet binnen 3 seconden na het loslaten van de bedieningsstang tot stilstand komen. Gebeurt dit niet, neem dan contact op met een erkende Service Dealer.
Het maaimes verwijderen inkepingen of deuken weg, zodat u een goede snijkant blijft houden. GEVAAR Een versleten of beschadigd mes kan breken en een stuk van het mes kan worden uitgeworpen in de richting van de gebruiker of omstanders en zo ernstig lichamelijk of dodelijk letsel toebrengen. 1. Pak het uiteinde van het mes vast met een lap of een dikke handschoen. 2. Verwijder de mesbout, de klemring, de versneller en het mes (Figuur 23).
Het maaimes monteren 1. Opmerking: Gebruik geen hogedrukreiniger op de lagers om schade aan de afdichtingen van de lagers te voorkomen. Monteer een scherp, gebalanceerd Toro-mes, de versneller, de klemring en de mesbout. De vleugel van het mes moet naar de bovenkant van de maaikast wijzen om het mes op de juist wijze te monteren. Het accupack klaarmaken voor recycling Opmerking: Draai de mesbout vast met een torsie van 82 N·m.
Stalling 11. Om de maaimachine klaar te maken voor de stalling buiten het maaiseizoen, moeten de aanbevolen onderhoudsprocedures worden uitgevoerd; raadpleeg Onderhoud (bladz. 23). Zet de machine altijd af, wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen en laat de machine afkoelen voordat u de machine afstelt, reinigt, stalt of er onderhoudswerkzaamheden aan verricht. Stal de maaimachine op een koele, schone, droge plaats. Dek de machine af om deze schoon te houden en te beschermen.
Problemen, oorzaak en remedie Voer alleen de stappen uit die zijn omschreven in deze instructies. Alle bijkomende controles, onderhoudsen herstelwerkzaamheden moeten worden uitgevoerd door een erkend servicecentrum of een gelijkaardig gekwalificeerde specialist als u het probleem niet zelf kunt oplossen. Probleem De machine loopt niet of niet continu. De machine kan niet op volle kracht draaien. De machine of motor trilt overmatig of maakt overmatig veel lawaai. Ongelijkmatig maaipatroon.
Probleem De acculader werkt niet. Mogelijke oorzaak Remedie 1. De acculader is boven of onder het geschikte temperatuurbereik. 1. Koppel de acculader af en verplaats deze naar een locatie waar het droog is en de temperatuur tussen 5 en 40 °C ligt. 2. Het stopcontact waarin de acculader zit heeft niet genoeg stroom. 2. Neem contact op met uw bevoegde elektricien om het stopcontact te herstellen. Het ledindicatielampje op de acculader is rood. 1.
Opmerkingen:
Opmerkingen:
Privacyverklaring voor Europa De informatie die Toro verzamelt Toro Warranty Company (Toro) respecteert uw privacy. Om uw aanspraak op garantie te behandelen en contact met u op te nemen in het geval van een terugroepactie vragen wij om bepaalde persoonlijke informatie, hetzij direct of via uw lokale Toro dealer. Het Toro garantiesysteem wordt gehost op servers in de Verenigde Staten, waar de privacywet mogelijk niet dezelfde bescherming biedt als in uw land.