Operator's Manual

6.Hetaansluitenvandeacculaderopeen
stopcontactmeteenspanningandersdan100
tot240Vkanleidentotbrandofeenelektrische
schok.Sluitdeacculadernietaanopeen
stopcontactmeteenspanningandersdan100
tot240V.Vooreenandersoortaansluitingdient
umogelijkeenadapterstekkervanhetjuiste
typetegebruiken.
7.Gebruikgeenbeschadigdofaangepast
accupackofbeschadigdeofaangepaste
acculader.Dezekunnenonverwachtgedrag
vertonen,watkanleidentotbrand,explosieof
lichamelijkletsel.
8.Alshetstroomsnoervandeacculader
beschadigdis,neemdancontactopmeteen
erkendeservicedealeromhettevervangen.
9.Gebruikgeenniet-oplaadbarebatterijen.
10.Laadhetaccupackenkelopmetdeacculader
diedoorToroisgespeciceerd.Eenladerdie
geschiktisvoorhetenetypeaccupackkan
incombinatiemeteenanderaccupackvoor
brandgevaarzorgen.
11.Laadhetaccupackalleenopineengoed
verluchteruimte.
12.Stelhetaccupackofdeacculadernietblootaan
eenbrandofaantemperaturenhogerdan68°C.
13.Volgalleinstructiesaangaandehetladen
enlaadhetaccupacknietopbuitenhet
temperatuurbereikdatwordtgespeciceerd
indeinstructies.Anderskuntuhetaccupack
beschadigenenhetrisicoopbrandverhogen.
14.DraaggepastekledingDraaggeschikte
kledingenuitrusting,zoalsoogbescherming,
eenlangebroek,stevigeschoenenmeteen
gripvastezool(nietblootvoetsofgeensandalen)
engehoorbescherming.Draaglanghaarniet
losendraaggeenlosseklerenoflossejuwelen
diegegrepenkunnenwordendoorbewegende
onderdelen.Draageenstofmaskerinstofge
gebruiksomstandigheden.
III.Bediening
1.Contactmeteenbewegendmesveroorzaakt
ernstigletsel.Houduwhandenenvoetenuitde
buurtvanhetmaaigedeelteenallebewegende
onderdelenvandemachine.Blijfaltijduitde
buurtvanafvoeropeningen.
2.Dezemachinegebruikenvoorandere
doeleindendanwaarvoorzijbedoeldis,kan
gevaarlijkzijnvooruenvooromstanders.
3.Schakeldezelfaandrijvinguit(indienaanwezig)
voordatudemachinestart.
4.Kanteldemachinenietalsudemotorstart.
5.VoorkomdatudemachineongewildstartZorg
ervoordatdeelektrischestartknopisverwijderd
vandeontstekingvoordatuhetaccupack
aansluitendemachinehanteert.
6.Geefuwvolledigeaandachtalsudemachine
gebruikt.Zorgervoordatumetnietsanders
bezigbentwaardoorukuntwordenafgeleid,
anderskanerletselontstaanofkaneigendom
wordenbeschadigd.
7.Alsudebedieningsstangloslaat,moetende
motorenhetmesbinnen3secondenstoppen.
Alsditniethetgevalis,magudemachineniet
meergebruikenenmoetucontactopnemen
meteenerkendeservicedealer.
8.Stopdemachine,verwijderdeelektrische
startknop,verwijderhetaccupackvande
machineenwachttotdatallebewegende
onderdelentotstilstandzijngekomenvoordatu
demachineafstelt,erservicewerkzaamheden
aanverricht,demachineschoonmaaktofstalt.
9.Verwijderhetaccupackendeelektrische
startknopvandemachinewanneeru
dezeonbeheerdachterlaatofvoordatude
accessoiresverandert.
10.ForceerdemachinenietDemachinedoethet
werkbeterenveiligerinhettempowaarvoorze
bedoeldis.
11.BlijfalertLetopwatudoetengebruik
uwgezondverstandwanneerudemachine
gebruikt.Gebruikdemachinenietalsuziek
ofmoebentofonderdeinvloedvanalcoholof
drugsbent.
12.Gebruikdemachineenkelbijeen
goedezichtbaarheideningeschikte
weersomstandigheden.Gebruikdemachine
nietalshetkanbliksemen.
13.Gavoorzichtigtewerkalsudemachineomkeert
ofnaarutoetrekt.
14.Zorgdatuteallentijdestevigenevenwichtig
staat,vooralophellingen.Maaimetdehelling
mee,nooithellingopenaf.Gazeerzorgvuldig
tewerkalsuvanrichtingverandertopeen
helling.Maainietopaltesteilehellingen.Loop;
rennooitmetdemachine.
15.Hetmateriaaldatafgevoerdwordtnietnaar
iemandrichten.Voorkomhetafvoerenvan
materiaaltegeneenmuurofafscherming;het
materiaalkannaaruterugketsen.Zethet
mes/demessenstilbijhetoverstekenvan
grindoppervlakken.
16.Kijkuitvoorgaten,geulen,hobbels,stenenof
andereverborgenobjecten.Oponeffenterrein
kuntuuwevenwichtverliezenofwegglijden.
17.Alsunatgrasennattebladerenmaait,kunt
uuitglijden,inaanrakingkomenmethetmes
enernstigletseloplopen.Gebruikdemachine
4