Form No. 3384-577 Rev B Zwaar uitgevoerde gazonmaaier van 53 cm met Recycler®/grasvanger Modelnr.: 22293—Serienr.: 314000001 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen. Zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring. Er worden in deze handleiding een aantal mogelijke gevaren en een aantal veiligheidsberichten genoemd (Figuur 2) met de volgende veiligheidssymbolen, die duiden op een gevaarlijke situatie die zwaar lichamelijk letsel of de dood tot gevolg kan hebben wanneer de veiligheidsvoorschriften niet in acht worden genomen.
Inhoud Veiligheid Inleiding ....................................................................... 2 Veiligheid ...................................................................... 3 Algemene veiligheidsregels met betrekking tot de maaimachine ....................................................... 3 Geluidsdruk ........................................................... 5 Geluidsniveau ........................................................ 5 Hand-armtrillingen........................................
• Vul brandstof bij voordat u de motor start. Verwijder • • nooit de dop van de brandstoftank en vul nooit benzine bij wanneer de motor loopt of heet is. Probeer de motor niet te starten als er brandstof is gemorst. Verwijder de machine dan uit de buurt van de plek waar is gemorst, en voorkom elke vorm van open vuur of vonken totdat de brandstofdampen volledig zijn verdwenen. Doe steeds de dop weer zorgvuldig op brandstoftanks en -containers.
• U moet de onderdelen van de grasvanger en de afvoergeleider veelvuldig controleren en, indien nodig, vervangen door onderdelen die de fabrikant heeft aanbevolen. • Vervang versleten of beschadigde onderdelen met het oog op een veilig gebruik. • Vervang geluiddempers die gebreken vertonen. • Als het nodig is de brandstoftank af te tappen, doe dit dan buiten. • Verander de instellingen van de motor niet en voorkom overbelasting van de motor.
Veiligheids- en instructiestickers Belangrijk: Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang beschadigde stickers. Merkteken van fabrikant 1. Geeft aan dat het mes onderdeel van een originele Toro-maaimachine is. 114-3415 130-6722 1. Let op – lees de Gebruikershandleiding. 112-8760 1. De machine kan voorwerpen uitwerpen – Houd omstanders op een veilige afstand van de machine. 2.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure 1 2 3 Hoeveelheid Omschrijving Gebruik Handgreep Zeskantige flenskopbout (5/16 x 1-1/2 inch) Slotbout (5/16 x 1-1/2 inch) Flensmoer (5/16 inch) 1 Geen onderdelen vereist – Het carter met olie bijvullen. Geen onderdelen vereist – Zelfaandrijving afstellen. 2 De handgreep bevestigen.
4. Ga achter de machine staan om na te gaan hoe hoog de handgreep voor u moet staan om comfortabel te kunnen werken (Figuur 4). op de handgreep. Gebruik hierbij de 2 slotbouten en de 2 borgmoeren die u eerder verwijderd hebt (Figuur 3). Belangrijk: Zorg dat u de kabel(s) niet klemt met de handgreep wanneer u de kabelbeschermingen op de handgreep monteert. 2 Het carter vullen met olie Geen onderdelen vereist Procedure De motor wordt geleverd zonder olie in het carter.
Algemeen overzicht van de machine • Als het peil onder de Bijvullen-markering op de peilstok staat, giet dan langzaam een kleine hoeveelheid olie in de vulbuis, wacht 3 minuten en herhaal de stappen 4 tot en met 6 totdat het peil de Vol-markering op de peilstok bereikt. • Als de olie tot boven de Vol-markering op de peilstok reikt, laat dan de overtollige olie weglopen tot het peil de Vol-markering op de peilstok bereikt. Zie De motorolie verversen (bladz. 17).
De brandstoftank vullen met benzine Gebruiksaanwijzing Opmerking: Bepaal vanuit de normale bestuurderspositie de linker- en rechterzijde van de machine. GEVAAR Telkens voordat u gaat maaien, moet u controleren of de zelfaandrijving en de bedieningsstang goed werken. Als u de bedieningsstang van het maaimes loslaat, moeten het mes en de zelfaandrijving stoppen. Doen ze dat niet, dan moet u contact opnemen met een erkende servicedealer. Benzine is uitermate ontvlambaar en explosief.
De maaihoogte instellen De motor starten 1. Sluit de bougiekabel aan op de bougie. U kunt de maaihoogte aan elk wiel afstellen door middel van een maaihoogtehendel. De maaihoogtestanden zijn 25 mm, 38 mm, 51 mm, 64 mm, 76 mm, 89 mm, 102 mm en 114 mm. 2. Open de brandstofklep (Figuur 11). GEVAAR Bij het verstellen van een maaihoogtehendel kunnen uw handen in aanraking komen met een bewegend mes. Dit kan ernstig lichamelijk letsel veroorzaken.
Bediening van de zelfaandrijving en het maaimes inschakelen Deze machine is uitgerust met een mesremkoppeling. 1 Belangrijk: Om na te gaan of de mesremkoppeling naar behoren werkt, raadpleegt u Mesremkoppeling controleren (bladz. 12). 2 De machine heeft 3 rijsnelheden: 1 (traag), 2 (medium) en 3 (snel). De hendel van de zelfaandrijving bevindt zich achteraan onder de tank (Figuur 12). G019672 Figuur 14 1. Beweeg de bedieningsstang van het maaimes naar rechts. 2.
Controleren zonder de grasvanger til de achterklep op, en breng de afsluiter in het achteruitworpkanaal tot de vergrendeling op zijn plaats valt (Figuur 16). 1. Plaats de maaimachine op een verhard oppervlak en uit de wind. 2. Stel alle 4 wielen in op de maaistand van 76 mm; zie De maaihoogte instellen (bladz. 11). 3. Neem een stuk krant en maak hiervan een prop die onder het maaidek past (met een doorsnede van ongeveer 76 mm). 4. Plaats de prop krantenpapier 13 cm vóór de maaimachine (Figuur 15).
De grasvanger plaatsen De grasvanger verwijderen 1. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand gekomen zijn. GEVAAR De maaimachine kan maaisel en andere voorwerpen uitwerpen door een opening in de maaikast. Voorwerpen die met genoeg kracht worden weggeslingerd kunnen ernstig of zelfs dodelijk letsel toebrengen aan u of aan omstanders. 2. Zet de achterklep omhoog en houd hem in deze stand (Figuur 17).
• Stel de maaimachine in op een hogere maaihoogte. WAARSCHUWING Als u nat gras en natte bladeren maait, kunt u uitglijden, in aanraking komen met het mes en ernstig letsel oplopen. • Maai het gras vaker. Maai uitsluitend in droge omstandigheden. • Stel de maaihoogte bij de voorwielen één stand lager in • Laat de maaibanen overlappen in plaats van steeds een volledig nieuwe baan te maaien. dan bij de achterwielen.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bestuurderspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure Na de eerste 8 bedrijfsuren • Vervang de motorolie en het oliefilter. Na de eerste 25 bedrijfsuren • Draai los bevestigingsmateriaal vast. • • • • Bij elk gebruik of dagelijks Controleer het motoroliepeil. Controleer het maaimes op slijtage of beschadigingen. Verwijder maaisel en vuil van de onderkant van de maaikast.
Onderhoud motor 9. Plaats het deksel terug. De motorolie verversen Onderhoud van het luchtfilter Onderhoudsinterval: Na de eerste 8 bedrijfsuren Onderhoudsinterval: Om de 25 bedrijfsuren—Reinig het schuimelement (dit moet vaker gebeuren in stoffige omstandigheden). Om de 100 bedrijfsuren Olie-inhoud Om de 300 bedrijfsuren—Vervang het papierelement (dit moet vaker gebeuren in stoffige omstandigheden). Belangrijk: Laat de motor nooit zonder luchtfilter draaien; anders wordt de motor ernstig beschadigd.
Motoroliefilter vervangen Onderhoudsinterval: Om de 200 bedrijfsuren 1. Laat de motor eerst lopen zodat de olie wordt opgewarmd. WAARSCHUWING De olie kan heet zijn nadat de motor heeft gelopen; contact met hete olie kan ernstig brandwonden veroorzaken. Figuur 20 Vermijd contact met hete motorolie als u deze aftapt. 1. Pakking 2. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand gekomen zijn. 9.
Onderhoud aandrijfsysteem Zelfaandrijving afstellen Als de machine nieuw is, zichzelf niet aandrijft, of naar voren kruipt, moet u de kabel van de aandrijving afstellen. 1. Rijd de machine naar buiten op een verharde ondergrond met een stevige muur (om te voorkomen dat de machine vooruitrijdt terwijl de motor loopt). Figuur 21 1. Centrale elektrode-isolator 3. Elektrodenafstand (niet op schaal weergegeven) 2. Zet de machine met de voorwielen tegen de muur. 2.
Onderhoud van maaimessen Opmerking: U kunt deze stap overslaan als u een gebruikte riem afstelt. Onderhoud van het maaimes Maai altijd met een scherp mes. Een scherp mes snijdt het gras goed af zonder het te scheuren of te kwetsen. 1. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand gekomen zijn. 2. Verwijder de bougiekabel van de bougie. 3. Sluit de brandstofklep door de hendel van de brandstofklep naar links te bewegen (Figuur 11). 4. Tap de benzine af uit de brandstoftank. 5.
Balanceren van het mes 1. Controleer de balans van het mes door de opening in het midden van het mes boven een spijker of de steel van een schroevendraaier te houden, die horizontaal in een bankschroef is geklemd (Figuur 26). Figuur 24 1. Vleugel 3. Slijtage 2. Platte deel van het mes 4. Groefvorming Figuur 26 Opmerking: U kunt de balans ook controleren met behulp van een voor commerciële doeleinden vervaardigde mesbalans.
5. Verwijder het afstandsstuk. 6. Zorg dat de kabel slap is en dat er speling is tussen de bedieningshendel van de mesrem en de bedieningsbeugel wanneer de stang van de zelfaandrijving niet ingeschakeld is. 7. Monteer de 2 riemkappen bovenaan de maaikast. Belangrijk: Nadat u de nieuwe riem en kabel van de mesrem hebt gemonteerd, controleert u of de mesremkoppeling naar behoren werkt en of het mes binnen de 3 seconden stopt; zie Mesremkoppeling controleren (bladz. 12). Figuur 27 1. Veer 2.
Reiniging Opmerking: Het maaimes zuigt het water in de maaimachine, waardoor het maaisel wordt weggespoeld. Laat het water lopen totdat er geen maaisel meer onder de maaikast vandaan komt. Onderkant van de maaikast reinigen 4. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand gekomen zijn. Om de beste maairesultaten te verkrijgen, moet u de onderkant van de maaikast schoon houden. Let vooral op dat er geen vuil of aan de uitstoters zit (Figuur 29). 5. Draai de kraan dicht. 6.
Ruimte onder de drijfriemkap reinigen WAARSCHUWING Als de maaimachine kantelt, kan er benzine uit de carburateur of benzinetank lekken. Benzine is uitermate ontvlambaar en explosief en kan in bepaalde omstandigheden lichamelijk letsel of materiële schade veroorzaken. Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren—Verwijder maaisel en vuil van onder de drijfriemkap. 1. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand gekomen zijn.
Stalling 3. Verwijder maaisel, vuil en roet van de buitenste motoronderdelen, de uitlaatring en de bovenkant van de maaikast. Om de maaimachine klaar te maken voor de stalling buiten het maaiseizoen, moeten de aanbevolen onderhoudsprocedures worden uitgevoerd; raadpleeg Onderhoud (bladz. 16). 4. Controleer de staat van het maaimes; raadpleeg Het mes controleren (bladz. 20). 5. Reinig het scherm van de mesremkoppeling; zie Scherm van de mesremkoppeling reinigen (bladz. 24).
Problemen, oorzaak en remedie Probleem De motor start niet. De motor start moeilijk of verliest vermogen. Mogelijke oorzaak Remedie 1. Brandstoftank leeg of oude benzine in het brandstofsysteem. 1. Brandstoftank aftappen en vullen met verse benzine. Neem contact op met een erkende servicedealer, als het probleem blijft voortduren. 2. De gashendel staat niet op Choke. 3. De bougiekabel is niet aangesloten op de bougie. 4. De bougie is aangetast, vuil, of de elektrodenafstand is niet correct afgesteld.
Probleem De zelfaandrijving van de maaimachine werkt niet. Mogelijke oorzaak Remedie 1. De kabel van de zelfaandrijving is ontsteld of beschadigd. 1. De kabel van de zelfaandrijving afstellen. De kabel vervangen indien dit nodig is. 2. Er zit vuil onder de drijfriemkap. 2. Het vuil onder de drijfriemkap verwijderen.
Opmerkingen: 28
Opmerkingen: 29
Opmerkingen: 30
Lijst met internationale dealers Dealer: Land: Agrolanc Kft Balama Prima Engineering Equip. B-Ray Corporation Casco Sales Company Ceres S.A. CSSC Turf Equipment (pvt) Ltd. Cyril Johnston & Co. Cyril Johnston & Co. Equiver Femco S.A. ForGarder OU G.Y.K. Company Ltd. Geomechaniki of Athens Golf international Turizm Guandong Golden Star Hako Ground and Garden Hako Ground and Garden Hayter Limited (U.K.) Hydroturf Int.
De Toro totaalgarantie Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt The Toro Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, geven aan de oorspronkelijke aankoper krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie alle onderstaande Toro-producten te repareren als deze materiaalgebreken of fabricagefouten vertonen.