Form No. 3441-294 Rev A TX 427 compacte werktuigdrager Modelnr.: Modelnr.: Modelnr.: Modelnr.: Registreer uw product op www.Toro.com. Vertaling van de oorspronkelijke tekst (NL) 22321—Serienr.: 407400000 en hoger 22321G—Serienr.: 405700000 en hoger 22322—Serienr.: 407400000 en hoger 22342HD—Serienr.
Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen; zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring. andere doeleinden dan het bedoelde gebruik kan gevaarlijk zijn voor u of voor omstanders. Lees deze informatie zorgvuldig door, zodat u weet hoe u dit product op de juiste wijze moet gebruiken en onderhouden en om letsel en schade aan de machine te voorkomen. U bent verantwoordelijk voor het juiste en veilige gebruik van de machine.
Inhoud Veiligheid .................................................................. 4 Algemene veiligheid ........................................... 4 Veiligheids- en instructiestickers ........................ 6 Algemeen overzicht van de machine ....................... 10 Bedieningsorganen .......................................... 10 Specificaties .................................................... 14 Werktuigen/accessoires ................................... 14 Voor gebruik ...........................
Veiligheid Specificaties hydraulische vloeistof .................. 46 Het peil van de hydraulische vloeistof controleren.................................................... 47 Hydraulisch filter vervangen ............................. 47 Hydraulische vloeistof verversen ...................... 48 Reiniging ............................................................. 49 Vuil verwijderen ................................................ 49 Het chassis reinigen .........................................
• Houd uw handen en voeten uit de buurt van de bewegende onderdelen en werktuigen. • Gebruik de machine enkel als de schermen en andere beveiligingsmiddelen aanwezig zijn en naar behoren werken. • Laat geen omstanders of kinderen het werkgebied betreden. • Schakel de machine uit, zet de motor af en verwijder het sleuteltje voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert, bijtankt of verstoppingen uit de machine verwijdert. Onjuist gebruik of onderhoud van deze machine kan letsel tot gevolg hebben.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of ontbrekende stickers. decalbatterysymbols Symbolen op accu Sommige of alle symbolen staan op de accu. 1. Explosiegevaar 2. Geen vonken of vuur en niet roken 3. Risico van bijtende vloeistof/chemische brandwonden 4. Draag oogbescherming. 5. Lees de Gebruikershandleiding. decal93-9084 93-9084 6.
decal115-4020 115-4020 3. Achteruit 4. Linksaf 1. Rechtsaf 2. Vooruit decal115-4859 115-4859 1. Uitgeschakeld 3. Ingeschakeld 2. Parkeerrem decal115-4855 115-4855 1. Heet oppervlak/gevaar voor brandwonden – Draag beschermende handschoenen bij het hanteren van de hydraulische koppelingen en lees de Gebruikershandleiding voor meer informatie over het hanteren van hydraulische onderdelen. decal115-4861 115-4861 1. Hulphydrauliek 3. Vooruit 2. Vergrendeld achteruit (uitsparing) 4.
decal140-5728 140-5728 1. Lees de Gebruikershandleiding. decal115-4860 115-4860 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding. 2. Waarschuwing – Laat de laderarmen zakken, stel de parkeerrem in werking, zet de motor af en verwijder het sleuteltje voordat u de machine verlaat. 3. Pletgevaar van boven – Breng de cilindervergrendeling aan en lees de Gebruikershandleiding alvorens onderhoud uit te voeren. 4.
decal138-0799 138-0799 9. Urenteller 1. Lees de Gebruikershandleiding die op uw machine zit. 2. Snel 3. Gashendel 10. Motor – Starten 11. Motor – Lopen 4. Langzaam 12. Motor – Uitschakelen 5. Choke – Aan 13. Waarschuwing – Bedien deze machine uitsluitend als u hierin getraind bent. 6. Choke – Uit 14. Gevaar voor elektrische schok, bovengrondse elektrische leidingen – Kijk uit voor bovengrondse elektrische leidingen. 7. Brandstof 15.
Algemeen overzicht van de machine g005550 Figuur 3 1. Rupsband 5. Armen van de lader 2. Afsteleenheid rupsband 6. Motorkap 9. Bevestigingsplaat 3. Hefcilinder 7. Hydraulische hulpkoppelin- 11. Schakelbord gen 4. Cilindervergrendeling 8. Kantelcilinder 10. Bevestigingsogen 13. Brandstoftank 14. Veiligheidsplaat voor achteruit 12.
Contactschakelaar De contactschakelaar waarmee u de motor start en uitzet, heeft drie standen: UIT, LOPEN en START . Zie Motor starten (bladz. 18). Gashendel Zet de hendel naar voren om het motortoerental te verhogen en naar achteren om het toerental te verlagen. g008129 Figuur 6 • Om achteruit te rijden, beweegt u de tractiehendel Chokehendel naar achteren (Figuur 7). Voordat u een koude motor start, moet u de chokehendel naar voren bewegen.
g008132 Figuur 9 • Om de machine te stoppen, laat u de tractiebediening los (Figuur 5). g004178 Figuur 10 Opmerking: Hoe verder u de tractiebediening in een bepaalde richting beweegt, hoe sneller de machine in die richting gaat. 1. Zweefstand 2. Laat de armen van de lader neer. 3. Hef de armen van de lader op. Hendel voor de laderarm/werktuigkanteling • Om het werktuig naar voren te kantelen, beweegt 4. Werktuig naar achteren kantelen. 5. Werktuig naar voren kantelen.
in bedrijf is geweest. Als de motor loopt, toont de teller het motortoerental in omwentelingen per minuut (tpm). Na 150 bedrijfsuren en daarna om de 100 bedrijfsuren (d.w.z. na 150, 250, 350, etc. bedrijfsuren) verschijnt op het scherm de mededeling CHG OIL om u eraan te herinneren dat de olie moet worden ververst.
Specificaties Om de beste prestaties te verkrijgen en ervoor te zorgen dat de veiligheidscertificaten van de machine blijven gelden, moet u ter vervanging altijd originele onderdelen en accessoires van Toro aanschaffen. Gebruik ter vervanging nooit onderdelen en accessoires van andere fabrikanten, omdat dit gevaarlijk kan zijn en de productgarantie kan tenietdoen. Opmerking: Specificaties en ontwerp kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Gebruiksaanwijzing objecten en structuren, zoals ondergrondse opslagtanks, putten en septische systemen. Voor gebruik • Inspecteer het terrein waarop u de machine gaat Opmerking: Bepaal vanuit de normale • Zorg ervoor dat er zich geen omstanders in het gebruiken en verwijder afval. werkgebied bevinden voordat u de machine start. Zet de machine af als iemand het gebied betreedt. bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine.
• Ethanol: Benzine met maximaal 10% ethanol (gasohol) of 15% MTBE (methyl-tertiair-butylether) per volume is aanvaardbaar. Ethanol en MTBE zijn niet hetzelfde. Benzine met 15% ethanol (E15) per volume is niet geschikt voor gebruik. Gebruik nooit benzine die meer dan 10% ethanol per volume bevat, zoals E15 (bevat 15% ethanol), E20 (bevat 20% ethanol), of E85 (bevat tot 85% ethanol).
• Voor een machine met een platform: • • • • • • • • • • • • • • Laat de motor nooit lopen in een afgesloten ruimte. • U mag een machine met draaiende motor nooit – Laat de laderarmen neer voordat u van het platform stapt. – Probeer niet om de machine in evenwicht te houden door uw voet op de grond te zetten. Als u de controle over de machine verliest, moet u van het platform stappen en u verwijderen van de machine. – Plaats uw voeten niet onder het platform.
om na te gaan op welke hellingen u de machine veilig kunt gebruiken. Gebruik altijd uw gezond verstand en uw beoordelingsvermogen wanneer u dit onderzoek uitvoert. Verminder uw snelheid en wees extra voorzichtig op hellingen. De toestand van de grond kan van invloed zijn op de stabiliteit van de machine. Niet starten of stoppen op een helling. Als de machine grip verliest, rijd de helling dan langzaam in een rechte lijn af. Maak geen bochten op een helling.
de motor nog 1 seconde blijven lopen nadat het sleuteltje naar de stand UIT is gedraaid, waardoor u voorkomt dat er een luide knal klinkt. 4. Als de motor zwaar belast is geweest of heet is, moet u deze nog een minuut laten draaien voordat u het contactsleuteltje op UIT draait. Opmerking: De motor kan dan afkoelen voordat u hem uitzet. In een noodgeval kunt u de motor onmiddellijk afzetten. 5. Draai het contactsleuteltje op UIT en verwijder het. g003710 Figuur 15 1.
Hydraulische slangen aansluiten WAARSCHUWING Hydraulische vloeistof die onder druk ontsnapt, kan door de huid heen dringen en letsel veroorzaken. Vloeistof die in de huid is geïnjecteerd, dient binnen enkele uren operatief te worden verwijderd door een arts die bekend is met deze vorm van verwondingen, omdat er anders gangreen kan ontstaan.
• Raak geen onderdelen aan die tijdens het gebruik Opmerking: Als u eerst de mannelijke heet kunnen worden. Laat deze eerst afkoelen voordat u de machine afstelt of er onderhouds- of reparatiewerkzaamheden op uitvoert. Wees voorzichtig als u de machine inlaadt op een aanhanger of een vrachtwagen of uitlaadt. aansluiting van het werktuig bevestigt, heft u de druk in het werktuig op. 6. Druk de vrouwelijke aansluiting van het werktuig op de mannelijke aansluiting op de machine. 7.
en aanduidingen die wettelijk vereist zijn. Lees aandachtig alle veiligheidsinstructies. Met behulp van deze informatie kunt u voorkomen dat omstanders of uzelf letsel oplopen. Raadpleeg de lokale vereisten inzake aanhangers en de bevestiging van machines. WAARSCHUWING Deelname aan het wegverkeer zonder richtingaanwijzers, verlichting, reflectoren of een bord met de aanduiding 'Langzaam rijdend voertuig' is gevaarlijk en kan leiden tot ongelukken die lichamelijk letsel veroorzaken.
4. Breng de armen van de lader omlaag. 5. Laad de machine op de aanhanger met de zwaarste kant naar de bovenste zijde van de oprijplaat gericht, en zorg dat de lading onderaan zit (Figuur 19). 2. Rij de machine van de aanhanger met de zwaarste kant naar de bovenste zijde van de oprijplaat gericht, en zorg dat de lading onderaan zit (Figuur 21). • Als de machine een vol ladingwerktuig heeft (bv. een bak) of een niet-belaadbaar werktuig (bv.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Belangrijk: Als u de machine meer dan 25° moet kantelen, klem de ontluchtingsslang bovenop de brandstoftank(s) dan af om te voorkomen dat brandstof de koolstofhouder verontreinigt. Veiligheid bij onderhoud VOORZICHTIG Als u het sleuteltje in het contact laat, bestaat de kans dat iemand de motor per ongeluk start waardoor u en andere omstanders ernstig letsel kunnen oplopen.
Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure Om de 25 bedrijfsuren • Verwijder het luchtfilterdeksel, verwijder vuil en controleer de onderhoudsindicator van het luchtfilter. • De aandrijfriem op slijtage of beschadigingen controleren. • Het peil van de hydraulische vloeistof controleren. Om de 100 bedrijfsuren • De motorolie verversen. (Vaker onderhoud uitvoeren in erg stoffige of zanderige omstandigheden.) • Controleer de spanning van de rupsbanden en breng ze op de juiste spanning.
Procedures voorafgaande aan onderhoud Cilindervergrendeling verwijderen en opslaan Belangrijk: Verwijder de cilindervergrendeling van de stang en vergrendel ze volledig in de opslagstand voordat u de machine bedient. Cilindervergrendeling gebruiken WAARSCHUWING Als de armen van de lader in de opgeheven stand staan, kunnen deze omlaag komen waardoor iemand die eronder staat bekneld kan raken.
Inspectieluik aan de achterzijde openen. 1. Schroef de 2 handknoppen los waarmee het achterste inspectieluik aan de machine is bevestigd (Figuur 25). g004185 g009691 Figuur 25 Figuur 23 1. Motorkap 1. Handknoppen 3. Vergrendelschroef van de motorkap 2. Motorkapvergrendeling 2. 2. Draai de motorhendel rechtsom (Figuur 23). 3. Klap de motorkap omhoog (Figuur 23). 4. Klap de steunstang omhoog en zet de stang vast in de beugel op de motorkap (Figuur 24). Het achterste inspectieluik sluiten 3.
4. Breng de schuine plaat omhoog en til deze uit de machine. 5. Verwijder de 4 bouten waarmee het voorscherm aan het frame is bevestigd (Figuur 28). g004186 Figuur 26 1. Zijscherm Zijschermen monteren Schuif de zijschermen op hun plaats in de sleuven in het voorscherm en het frame. g004188 Verwijder het voorscherm. Figuur 28 1. Voorscherm VOORZICHTIG Als de motor heeft gelopen, kan het hittescherm heet zijn en u verbranden. 6. Laat de machine volledig afkoelen voordat u het hittescherm aanraakt.
Schuif de schuine plaat tussen het frame en de gewichten; bevestig de plaat aan de voorschermgrille met behulp van de slotbouten en moeren die u eerder hebt verwijderd (Figuur 27). Smering 11. Draai de bouten vast waarmee de voorgewichten zijn vastgezet (Figuur 27). Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks (onmiddellijk na elke wasbeurt). 12. Plaats de zijschermen en sluit de motorkap. Type vet: vet voor algemene doeleinden 10. De machine smeren 1.
Onderhoud motor Veiligheid van de motor • U moet de motor afzetten voordat u het oliepeil controleert of het carter bijvult met olie. • Verander nooit de stand van de toerenregelaar van de motor en laat de motor niet te snel draaien. • Houd uw handen, voeten, gezicht, kleding en andere lichaamsdelen uit de buurt van de geluiddemper en andere hete oppervlakken.
Als het filter beschadigd is, mag u het niet gebruiken. 3. Monteer het filter voorzichtig (Figuur 32). Opmerking: Zorg ervoor dat het filter volledig vastzit door de buitenring van het filter tijdens de montage aan te drukken. Belangrijk: Druk niet op het zachte midden van het filter. 4. Monteer het luchtfilterdeksel met de stofkap naar beneden gericht en maak de sluitingen vast (Figuur 32). 5. Sluit de motorkap.
Motorolie verversen Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks—Controleer het motoroliepeil. Na de eerste 50 bedrijfsuren—Ververs de motorolie en vervang het filter. Om de 100 bedrijfsuren—De motorolie verversen. (Vaker onderhoud uitvoeren in erg stoffige of zanderige omstandigheden.) g004172 Figuur 35 2. Metalen deel 1. Oliepeilstok Om de 200 bedrijfsuren—Vervang het oliefilter. (Vaker onderhoud uitvoeren in erg stoffige of zanderige omstandigheden.) 5.
3. Breng de armen van de lader omlaag, stel de parkeerrem in werking, zet de motor af en verwijder het contactsleuteltje. 4. Verwijder de aftapplug (Figuur 37). g004199 Figuur 38 1. Oliefilter g005556 Figuur 37 1. Olieaftapplug 5. 5. Vul de motor met nieuwe olie van het juiste type via de middelste opening van het filter. Houd op met vullen als de olie de onderkant van de schroefdraad bereikt. 6.
Bougie verwijderen Bougie monteren 1. Plaats de machine op een horizontaal oppervlak, stel de parkeerrem in werking (indien aanwezig op de machine) en laat de laderarmen neer. 2. Zet de motor af, verwijder het sleuteltje en laat de motor afkoelen. 3. Maak schoon rond de voet van de bougie(s) om stof en vuil uit de motor te houden. 4. Verwijder de bougie(s) zoals wordt getoond in Figuur 39. g028109 Figuur 41 g027478 Figuur 39 Bougie controleren Belangrijk: Bougie(s) nooit schoonmaken.
Onderhoud brandstofsysteem 6. Druk de uiteinden van de slangklemmen naar elkaar toe en schuif ze weg van het filter (Figuur 42). 7. Plaats een bak onder de brandstofslangen om weglekkende benzine op te vangen en verwijder vervolgens het filter van de brandstofslangen. 8. Schuif de brandstofleidingen op de aansluitingen van het nieuwe brandstoffilter.
Onderhoud elektrisch systeem Veiligheid van het elektrisch systeem 1. Plaats de machine op een horizontaal oppervlak, stel de parkeerrem in werking (indien aanwezig op de machine) en laat de laderarmen neer. 2. Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact. 3. Open de motorkap. 4. Verwijder de vleugelmoeren en de stang waarmee de accu wordt bevestigd (Figuur 43). • Koppel de accu af voordat u reparaties aan de machine verricht. Maak eerst de minpool van de accu los en daarna de pluspool.
4. Bevestig de accu met de balk en vleugelmoeren (Figuur 43). Belangrijk: Zorg ervoor dat de accukabels geen contact maken met elkaar of met scherpe randen. Onderhoud van een reserveaccu De oorspronkelijke accu heeft geen onderhoud nodig. Raadpleeg voor het onderhoud van een reserveaccu de instructies van de fabrikant. g003792 Figuur 44 1. Pluspool van de accu 3. Rode (+) oplaadkabel 2. Minpool van de accu 4. Zwarte (–) oplaadkabel 3.
Onderhoud aandrijfsysteem Onderhoud van de rupsbanden Onderhoudsinterval: Na de eerste 50 bedrijfsuren—Controleer de spanning van de rupsbanden en breng ze op de juiste spanning. g004200 Bij elk gebruik of dagelijks—Reinig de rupsbanden. Figuur 45 Bij elk gebruik of dagelijks—Controleer de rupsbanden op overmatige slijtage (Vervang de rupsbanden als deze versleten zijn). Om de 100 bedrijfsuren—Controleer de spanning van de rupsbanden en breng ze op de juiste spanning. 1. Rupsband 3. Wegwielen 2.
g004202 Figuur 47 1. Borgbout 3. Spanbuis 2. Spanschroef 4. Spanwiel g004203 5. 6. 7. Figuur 48 Gebruik een dopsleutel van ½" en draai de spanschroef linksom tot de afstand tussen de spanmoer en de achterzijde van de spanbuis (Figuur 46) 7 cm is. Lijn de dichtstbijzijnde inkeping in de spanschroef uit met de opening van de borgbout en bevestig de schroef met de borgbout en moer (Figuur 47). 1. Rupsband 5. Aansluitpunt rupsband 2. Dopsleutel (½") 6. Kettingwielaandrijving 3. Spanwiel 7.
14. Laat de tractie-eenheid neer op de grond. 15. Herhaal stappen 3 tot en met 14 voor de andere rupsband. Brede rupsbanden vervangen 7. Verwijder de moer waarmee het buitenste spanwiel is bevestigd en verwijder het wiel (Figuur 49). 8. Verwijder de rupsband (Figuur 49). 9. Verwijder de moer waarmee het binnenste spanwiel is bevestigd en verwijder het wiel (Figuur 49). Vervang de rupsbanden als deze versleten zijn.
9. 10. g004205 Figuur 50 1. Wegwielen 3. Bouten van rupsbandgeleider (slechts 2 afgebeeld) 2. Onderste rupsbandgeleider 3. Verwijder de snapring en dop van een wegwiel (Figuur 51). g004206 Figuur 51 1. Wegwiel 4. Wegwieldop 2. Pakking 5. Snapring 3. Bout 6. Breng smeervet aan onder de dop 4. Controleer het smeervet onder de dop en rond de pakking (Figuur 51). Als er geen vet is of als het vet vuil of zanderig is, verwijder dan al het vet, vervang de pakking en breng nieuw smeervet aan. 5.
Onderhouden remmen Onderhoud riemen De parkeerrem testen Aandrijfriem vervangen en controleren Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks 1. Schakel de parkeerrem in; zie Parkeerremhendel (bladz. 13). 2. Start de motor. 3. Probeer de machine langzaam vooruit of achteruit te rijden. 4. Als de machine beweegt, neem dan contact op met uw erkende servicedealer voor onderhoud. Onderhoudsinterval: Om de 25 bedrijfsuren—De aandrijfriem op slijtage of beschadigingen controleren.
g243518 Figuur 53 Veerhoes niet afgebeeld 1. Spanpoelie 6. 2. Loop van drijfriem Verwijder de riem van de 3 poelies (Figuur 54). g005547 Figuur 52 1. Veerverwijderaar 4. Spanpoelie 2. Drijfriem 5. Motor (doorzichtig weergegeven ter verduidelijking van de afbeelding) g005549 Figuur 54 Veerhoes niet afgebeeld 3. Spanpoelieveer (veerhoes niet afgebeeld) 5. Verwijder de spanpoelieveer van de spanpoelie (Figuur 53). 7. Plaats een nieuwe drijfriem rond de 3 poelies (Figuur 53). 8.
Onderhoud bedieningsysteem De bedieningsorganen afstellen De bedieningsorganen worden in de fabriek afgesteld voordat de machine wordt verzonden. Na vele bedrijfsuren moet u echter mogelijk de uitlijning van de tractiebediening, de NEUTRAALSTAND van de tractiebediening en de sporing van de tractiebediening in de stand volledig vooruit opnieuw afstellen. g004191 Figuur 56 1. Tractiebediening 5.
De sporing van de tractiebediening in de stand volledig vooruit afstellen. Als de machine niet recht rijdt als u de tractiebediening tegen de referentiebalk houdt, moet u de volgende procedure uitvoeren: 1. Rijd met de machine terwijl u de tractiebediening tegen de referentiebalk duwt en kijk in welke richting de tractie-eenheid afwijkt. 2. Laat de tractiebediening los. 3.
Specificaties hydraulische vloeistof Onderhoud hydraulisch systeem Capaciteit hydraulische tank: 45,4 liter Veiligheid van het hydraulische systeem Gebruik slechts 1 van de volgende vloeistoffen in het hydraulische systeem: • Toro Premium transmissie-/hydraulische • Waarschuw onmiddellijk een arts als er tractorvloeistof (vraag uw erkende Toro dealer om meer informatie) hydraulische vloeistof is geïnjecteerd in de huid.
Het peil van de hydraulische vloeistof controleren Hydraulisch filter vervangen Onderhoudsinterval: Na de eerste 8 bedrijfsuren Om de 200 bedrijfsuren Onderhoudsinterval: Om de 25 bedrijfsuren Belangrijk: Gebruik ter vervanging geen filter Controleer het peil van de hydraulische vloeistof voordat de motor voor het eerst gestart wordt en vervolgens om de 25 bedrijfsuren. voor motorolie omdat dit ernstige schade aan het hydraulische systeem kan veroorzaken.
de hydraulische vloeistof controleren (bladz. 47). Belangrijk: Vul de brandstoftank niet te vol. 12. Sluit het inspectieluik aan de achterzijde. Hydraulische vloeistof verversen Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren/Jaarlijks (houd hierbij de kortste periode aan) 1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak, verwijder eventuele aangekoppelde werktuigen en stel de parkeerrem in werking. 2. Breng de laadarmen omhoog en breng de cilindervergrendeling aan. 3.
Reiniging Het chassis reinigen Vuil verwijderen Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren—Controleer of er aangekoekt vuil op het chassis zit. Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks Open de motorkap en inspecteer regelmatig het gebied onder de motor met behulp van een zaklamp.
11. Koppel de brandstofleiding los van de fitting op de brandstoftank. 12. Koppel de 2 draden los die naar de rechterzijde van de tank lopen (Figuur 66). 16. Reinig het chassis met water tot het water dat er aan de achterzijde van de eenheid uitloopt, helder is. Belangrijk: Zorg ervoor dat er geen water in de motor of het elektrische systeem terechtkomt. 17. Schuif de brandstoftank gedeeltelijk in het chassis (Figuur 65). 18.
Stalling 12. Veiligheid tijdens opslag Wanneer de machine langer dan 30 dagen niet wordt gebruikt, moet ze als volgt worden voorbereid op stalling: A. • Zet de motor uit, verwijder de contactsleutel en wacht tot alle bewegende delen tot stilstand zijn gekomen en laat de machine afkoelen voordat u deze stalt. • U mag de machine of de brandstof niet opslaan in Opmerking: Stabilizer/conditioner werkt het best als u deze met verse brandstof mengt en altijd gebruikt. de nabijheid van een open vuur.
Problemen, oorzaak en remedie Probleem De motor start niet, start moeilijk of slaat af. Mogelijke oorzaak 1. De startprocedure is niet correct. 1. Volg de correcte startprocedure. 2. De brandstoftank is leeg. 2. Brandstoftank met verse brandstof vullen. 3. Schakel de choke in. 4. De luchtfilterelementen reinigen of vervangen. 5. De bougiekabels op de bougie monteren. 6. Nieuwe bougies met juiste elektrodenafstand monteren. 3. De choke is niet ingeschakeld. 4. Het luchtfilter is vuil. 5.
Opmerkingen:
Opmerkingen:
Privacyverklaring voor Europa De informatie die Toro verzamelt Toro Warranty Company (Toro) respecteert uw privacy. Om uw garantieclaim te behandelen en contact met u op te nemen in het geval van een terugroepactie vragen wij om bepaalde persoonlijke informatie mee te delen, hetzij direct of via uw lokale Toro dealer. Het Toro garantiesysteem wordt gehost op servers in de Verenigde Staten, waar de privacywet mogelijk niet dezelfde bescherming biedt als in uw land.
California Proposition 65 waarschuwing – alleen voor Californië Wat is een waarschuwing? Sommige producten die op de markt zijn bevatten een etiket met een waarschuwing als: WAARSCHUWING: Kanker en schade aan de voortplantingsorganen www.p65Warnings.ca.gov. Wat is Prop 65? Prop 65 geldt voor elk bedrijf dat actief is in Californië, producten verkoopt in Californië, of producten maakt die kunnen worden verkocht of geïmporteerd in Californië.