Operator's Manual
4.Brengdearmenvandeladeromlaag.
5.Laaddemachineopdeaanhangermetde
zwaarstekantnaardebovenstezijdevan
deoprijplaatgericht,enzorgdatdelading
onderaanzit(Figuur28).
•Alsdemachineeenvolladingwerktuig
heeft(bv.eenbak)ofeenniet-belaadbaar
werktuig(bv.eensleuvengraver),rijde
machinedanvoorwaartsopdeoprijplaat.
•Alsdemachineeenleegladingwerktuig
ofgeenwerktuigheeft,rijdemachinedan
achteruitopdeoprijplaat.
g204457
Figuur28
1.Machinemetvolwerktuig
ofniet-belaadbaar
werktuig–rijde
machinevooruitopde
oprijplaat/-platen.
2.Machinemetleegwerktuig
ofzonderwerktuig–rijde
machineachteruitopde
oprijplaat/-platen.
6.Laatdearmenvandeladervolledigzakken.
7.Steldeparkeerreminwerking(indienaanwezig),
zetdemotorafenverwijderhetcontactsleuteltje.
8.Gebruikdemetalenbindogenopdemachine
omdemachinegoedvasttemakenaande
aanhangerofvrachtwagen.Gebruikhiervoor
banden,kettingen,kabelsoftouwen(Figuur29).
Raadpleegdelokalevoorschrifteninzakehet
vastbindenvandemachine.
g031331
Figuur29
1.Bindogen
Demachineuitladen
1.Laatdeoprijplaat/-platenneer.
2.Rijdemachinevandeaanhangermetde
zwaarstekantnaardebovenstezijdevan
deoprijplaatgericht,enzorgdatdelading
onderaanzit(Figuur30).
•Alsdemachineeenvolladingwerktuig
heeft(bv.eenbak)ofeenniet-belaadbaar
werktuig(bv.eensleuvengraver),rijde
machinedanachteruitvandeoprijplaat.
•Alsdemachineeenleegladingwerktuig
ofgeenwerktuigheeft,rijdemachinedan
vooruitvandeoprijplaat.
g204458
Figuur30
1.Machinemetvolwerktuig
ofniet-belaadbaar
werktuig–rijde
machineachteruitvan
deoprijplaat/-platen.
2.Machinemetleegwerktuig
ofzonderwerktuig–rijde
machinevooruitvande
oprijplaat/-platen.
Demachinetillen
Ukuntdemachinetillenmetbehulpvandebindogen
alshefpunten;zieFiguur29.
24