Operator's Manual

25
verschil tussen de afstanden die zijn gemeten bij
stappen 2 en 3, mag niet meer zijn dan 3 mm. Als dit
verschil meer bedraagt dan 3 mm, is het mes krom en
moet het worden vervangen; zie Maaimes(sen)
verwijderen, blz. 25.
Maaimes(sen) verwijderen en
monteren
Een mes moet worden vervangen als u vast voorwerp heeft
geraakt, of als het mes uit balans of krom is. Gebruik ter
vervanging altijd originele TORO-messen zodat u zeker
bent van een veilig gebruik en optimale prestaties. Gebruik
nooit messen van andere fabrikanten, omdat deze gevaarlijk
kunnen zijn.
1. Hef het maaidek op in de hoogste positie, stel de
parkeerrem in werking, zet de motor af en verwijder het
sleuteltje uit het contact. Zet het maaidek vast om te
voorkomen dat dit per ongeluk naar beneden valt.
2. Pak het uiteinde van het mes vast met een lap of een
dikgevoerde handschoen. Verwijder de mesbout, de
anti-scalpeercup en het mes van de spilas (Fig. 26).
1
2
Figuur 26
1. Mesbout 2. Anti-scalpeercup
3. Monteer het mes, de anti-scalpeercup en de mesbout.
Draai de mesbout vast met een torsie van 115–149 Nm.
Belangrijk Het gebogen deel van het mes moet naar de
binnenzijde van het maaidek wijzen om een goede
maaikwaliteit te garanderen.
Maaimes(sen) controleren en
slijpen
Gevaar
Een versleten of beschadigd mes kan breken en een
stuk van het mes kan worden uitgeworpen in de
richting van de bestuurder of omstanders en
ernstig lichamelijk of dodelijk letsel toebrengen.
Indien u een beschadigd mes probeert te
repareren, kan de veiligheidscertificatie van het
product vervallen.
Controleer op gezette tijden het maaimes op
slijtage of beschadigingen.
Probeer nooit een krom mes te richten of een
gebroken of gescheurd mes te lassen.
Vervang een versleten of beschadigd mes.
Als u het maaimes controleert en een onderhoudsbeurt geeft,
moet u op twee plaatsen letten: de wiek en de snijrand.
Zowel de snijranden als de wiek – dat is het deel dat naar
boven steekt tegenover de snijrand – zorgen ervoor dat het
mes een goede maaikwaliteit levert. De wiek is belangrijk
omdat dit het gras rechtop zet zodat het gelijkmatig wordt
gemaaid. De wiek zal echter tijdens het gebruik langzaam
slijten, en dit is normaal. Als de wiek slijt, zal de maai-
kwaliteit geleidelijk aan enigszins afnemen, hoewel de
snijranden scherp blijven. De snijrand van het mes moet
scherp zijn zodat het gras wordt gemaaid en niet wordt
afgescheurd. De snijrand is kennelijk bot als de punten van
de grassprieten bruin zijn of kapot zijn gescheurd. Slijp de
snijranden om dit te verhelpen.
1. Plaats de machine op een horizontaal oppervlak. Hef het
maaidek op, stel de parkeerrem in werking, zet het
tractiepedaal in de neutraalstand en schakel de aftakas
uit. Zet daarna de motor af en verwijder het sleuteltje
uit het contact.
2. Controleer nauwkeurig de uiteinden van het maaimes,
in het bijzonder op de plaats waar het platte en het
gebogen deel samenkomen (Fig. 27-A). Omdat het
metaal dat het platte en het gebogen deel van het mes
verbindt, kan wegslijten door zand en ander schurend
materiaal, moet u dit steeds controleren voordat u gaat
maaien. Als u een groef of slijtplek ziet (Fig. 27-B),
moet u het mes vervangen.
3. Controleer de snijranden van alle messen. Als de
snijranden niet scherp zijn of bramen vertonen, moeten
ze worden geslepen. Gebruik een vijl om de bovenkant
van het mes te slijpen en de oorspronkelijke snijhoek te
behouden en te zorgen dat het mes scherp blijft
(Fig. 28). Het mes zal in balans blijven als dezelfde
hoeveelheid metaal aan beide snijranden wordt
weggehaald.