FORM NO. 3319-384NL Rev A MODELNR.
Inhoud SPECIFICATIES VEILIGHEIDSINSTRUCTIES Overzicht van de gebruikte symbolen VOOR HET GEBRUIK Het controleren van de olie in de tandwielkast Het instellen van de maaihoogte Het instellen van de ski’s Het afstellen van de rollers Het afstellen van de stelhoek van de maaier BEDIENINGSINSTRUCTIES Tips voor de bediening ONDERHOUD Smering 2 3 6 9 9 9 10 10 10 12 12 13 13 Het loskoppelen van de maai-eenheid van de tractie-eenheid Het vastkoppelen van de maai-eenheid aan de tractie-eenheid Het vervangen van d
Veiligheidsinstructies Training 1. 2. 2. Inspecteer grondig de plek waar het apparaat gebruikt moet worden en verwijder alle voorwerpen die door de machine weggeslingerd zouden kunnen worden. 3. WAARSCHUWING—Benzine is licht ontvlambaar. Lees de instructies aandachtig door. Zorg dat u vertrouwd bent met de bedieningsorganen en het juiste gebruik van de apparatuur.
• Maai nooit zijwaarts over hellingen van meer dan 5°; • Maai nooit klimmend op hellingen van meer dan 10°; 5. • Maai nooit dalend op hellingen van meer dan 15°. 11. Verander de regulateurinstellingen niet en laat de motor niet met te hoge toeren draaien. Door de motor op buitensporig hoge snelheid te laten draaien wordt de kans op persoonlijk letsel groter. Denk er aan dat er niet zoiets bestaat als een “veilige” helling. Ben extra voorzichtig als u over met gras begroeide hellingen rijdt.
1. Houd alle moeren, bouten en schroeven goed vastgedraaid op hun plaats om er zeker van te zijn dat de machine veilig gebruikt kan worden. 2. Stal de apparatuur nooit terwijl er nog brandstof in de tank zit in een gebouw waar de dampen in contact kunnen komen met open vuur of vonken. 3. Laat de machine afkoelen voordat u deze in een afgesloten ruimte stalt. 4.
Overzicht van de gebruikte symbolen Bijtende vloeiGiftige dampen stoffen, chemische of gassen, brandwonden aan verstikking vingers of hand Elektrische schokken, elektrokutie Bekneld raken gehele lichaam van bovenaf Zijwaardse Zijwaardse Bekneld raken beknelling vingers beknelling been gehele lichaam of hand Zijwaardse beknelling bovenlichaam Vloeistof onder hoge druk, kan lichaam binnendringen Afsnijden vingers Afsnijden tenen Afsnijden tenen Afsnijden, geof hand, of voet, of vingers, mes grepen word
Raadpleeg Veiligheidsgordels technische hand- vastmaken leiding voor de juiste onder houdsprocedures Waarschuwings- Waarschuwings- Lees gebruikers- Vuur, open licht Oogbescherming driehoek driehoek met handleiding en roken verplicht waarschuwingsverboden symbool Veiligheidshelm Gehoorbescherm- Gevaar, giftige Eerste hulp ing verplicht verplicht stoffen Spoelen met water Motor Overbrenging Hydraulisch systeem Uitlaatgassen Druk Peilindicator Vloeistofpeil Af/stoppen Inschakelen Uitschakelen Sne
n/min Starten motor Stoppen motor Motorisch defect Motortoerental/ frequentie Choke Injectiepompje Elektrisch voorglo- Transmissieolie (hulpmiddel (starthulpmiddel) eien starten bij lage temperaturen) NH L F Transmissieolie- Transmissieolie- Defect transmissie Koppeling druk temperatuur Neutraalstand Hoog Laag Vooruit Hydraulische oliedruk Hydraulisch oliepeil Defect brandstofsysteem RP 1 2 3 8 Achteruit Parkeerstand Eerste versnelling Hydraulisch oliefilter Hydraulische Defect olietemper
Voor het gebruik HET CONTROLEREN VAN DE OLIE IN DE TANDWIELKAST (Afb. 1) De tandwielkast werkt met SAE 80-90 wt. tandwielolie. Hoewel de tandwielkast door de fabriek geleverd wordt gevuld met olie, moet u het peil controleren voordat de maai-eenheid gebruikt wordt. 1. 2. Plaats de machine en de maai-eenheid op een horizontaal oppervlak. Haal de controleplug uit de zijkant van de tandwielkast en zorg er voor dat de olie tot op de bodem van het gat zit.
1. Stel de ski's bij door de flensmoeren te verwijderen, de ski's in de juiste positie te zetten en de flensmoeren weer vast te zetten. HET AFSTELLEN VAN DE ROLLERS (Afb. 6) Afbeelding 5 De rollers moeten voor de maaihoogte-standen voor 2,5 en 3,8 cm in de bovenste gaten gezet worden, en voor de maaihoogte-standen voor 5 tot 12,7 cm in de onderste gaten gezet worden. Er bevinden zich vijf rollers onder de maaier; drie onder de hoofdmaaier en één onder beide zijkanten. 1.
9. Draai de borgmoer vast. 10. Laat het maaidek zakken.
Bedieningsinstructies A. als de maaier ingeschakeld is, gaat u naar een plek die reeds gemaaid is; TIPS VOOR DE BEDIENING 1. 2. Maai als het gras droog is—Maai laat in de ochtend om de dauw—waardoor het gras aan elkaar gaat plakken—te vermijden, of maai laat in de namiddag om te voorkomen dat het gevoelige pas gemaaide gras schade ondervindt van het directe zonlicht.
Onderhoud poelies (2), aandrijfas (3), scharnierpunten maaieenheden zijkant (2) en de kogelgewrichten van de linkse en rechtse bevestigingsarm (Afb. 8). SMERING HET SMEREN VAN DE LAGERS, LAGERBUSSEN EN DE TANDWIELKAST (Afb. 9) 2. De maai-eenheid moet regelmatig gesmeerd worden. Indien de machine onder normale condities gebruikt wordt, moeten de lagers en lagerbussen van de zwenkwielen elke 8 bedrijfsuren of dagelijks—afhankelijk van hetgeen zich het eerst voordoet—gesmeerd worden met Nr.
LET OP Om te voorkomen dat de machine per ongeluk gestart wordt tijdens onderhoudswerkzaamheden moet u de motor uitschakelen en de sleutel uit het contact nemen. HET LOSKOPPELEN VAN DE MAAIEENHEID VAN DE TRACTIEEENHEID (Afb. 10–12) N.B.: De appendages zijn zwaar en moeten waarschijnlijk door twee personen getild worden. 1. Start de tractor en haal de maaier op tot in de hoogst mogelijke positie, en schakel de motor daarna uit. 2.
HET VASTKOPPELEN VAN DE MAAIEENHEID AAN DE TRACTIEEENHEID (Afb. 10–12) 1. Plaats de tractie-eenheid recht voor de maai-eenheid op een willekeurig vlak en hard oppervlak. 2. Zet de stoel omhoog en open de naaldklep. Hierdoor kunnen de liftarmen zich vrij bewegen. 3. Stel de hoogte van de liftarmen af, waarbij er rekening mee gehouden moet worden dat het afgewerkte oppervlak van elke liftarm van de tractie-eenheid evenwijdig loopt met de grond (Afb. 12).
in één lijn. A. Indien de liftarmen op de tractie-eenheid niet op de juiste hoogte zijn om de armen van de maaier in elkaar te kunnen schuiven, kunt u de liftarmen omhoog of omlaag duwen van achter de voorwielen totdat de armen van de maaier op één lijn liggen en in elkaar geschoven kunnen worden. B. Indien de liftarmen op de maaier niet in de breedte op één lijn liggen, kunt u de zwenkwielen verdraaien zodat de maaier gemakkelijker zijwaarts gereden kan worden.
5. Verwijder de snaar van de poelie. 6. Verwijder de controledop uit de zijkant van de tandwielkast en kantel de tandwielkast zodat er smeer uit de tandwielkast vrijkomt. 7. Leg de snaar weer op de poelie. 8. Bevestig de tandwielkast weer aan het maaidek. 9. Verwijder de vuldop van de bovenkant van de tandwielkast en vul SAE 80-90 tandwielsmeer bij totdat het peil aan de onderzijde van het gat in de zijkant staat. 10.
6. Draai de moer voor de veerspanning vast totdat de lengte van de veer binnen de lussen van de veer 9,9 cm is. 7. Draai de borgmoer van de vrijlopende poelie vast. 8. Trek aan de geveerde vrijlopende poelies en installeer de snaren voor de zijkanten. 9. Installeer de afdekplaten van de snaren boven op de maaier. HET ONDERHOUDEN VAN DE VOORSTE LAGERS VAN DE VORKEN VAN DE ZWENKWIELEN (Afb.
8. Druk de zwenkwielas door de lagerbussen en de vork en installeer deze met de gegolfde volgring, volgring en sluitring. 9. Steek de borgpin in de zwenkwielarm en door de groef in de zwenkwielas op de gewenste maaihoogte. HET ONDERHOUDEN VAN DE ZWENKWIELEN EN LAGERS (Afb. 17) De zwenkwielen draaien in een kogellager van topkwaliteit. Zelfs na zeer veel bedrijfsuren zal de slijtage aan het lager minimaal zijn, mits het lager goed gesmeerd is geweest.
WAARSCHUWING Probeer een krom mes niet te richten, en las nooit aan een gebroken of gescheurd mes. Gebruik altijd een nieuw mes zodat de veiligheid van het produkt gewaarborgd blijft. 1. Haal de maai-eenheid op in de hoogste positie, zet de motor af en schakel de parkeerrem in. 2. Verwijder de splitpennen en borgpinnen waarmee de maaihoogte-beugels aan de achterkant van de maaiers bevestigd zijn. 3.
5. 6. 7. Inspecteer de snijranden van alle messen. Scherp de snijranden indien ze bot of ingekerfd zijn. Scherp uitsluitend de bovenkant van de snijrand en houd dezelfde snijhoek aan voor de beste prestaties (Afb. 20). Het mes zal in balans blijven indien van beide snijranden even veel metaal wordt verwijderd. Om te controleren of het mes recht en parallel is, moet u het mes op een horizontaal oppervlak leggen en de uiteinden controleren.
informatie en (reserve-)onderdelen krijgt. Geef de volgende informatie als u vervangende onderdelen bestelt bij een Officieel Toro Dealer: 1. Model- en serienummers van de machine. 2. Onderdeelnummer, beschrijving en aantal gewenste onderdelen. N.B.: Indien u een onderdelencatalogus gebruikt moet u niet het referentienummer maar het onderdeelnummer gebruiken.