Operator's Manual

Afbeelding 2
1. Zwenkwiel voor
2. Klemkapje
3. Afstandsblokken
4. Drukringen
Afbeelding 3
1. Zwenkwiel achter
2. Klemkapje
3. Afstandsblokken
4. Drukringen
10
smeerpeil te laag is, moet de vuldop bovenop de tandwielkast
verwijderd worden en voldoende smeer toegevoegd worden
totdat het smeer tot aan het gaatje aan de zijkant staat.
HET AFSTELLEN VAN DE MAAIHOOGTE
(Afb. 2–3)
De maaihoogte is instelbaar van 1-
1
/2 tot 4-
1
/2" inch in stappen van
1
/2 inch, door een gelijk aantal afstandsblokken toe te voegen aan of
te verwijderen van de voorste en achterste vorken van de
zwenkwielen. Het onderstaande maaihoogte-overzicht geeft de
combinaties aan hoe de afstandsblokken gebruikt moeten worden
voor alle hoogte-afstellingen.
Maaihoogte Afstandsblokken Onder Zwenkwielarmen
Afstelling Voor Achter
1,5 inch 0 0
2 inch 1 1
2,5 inch 2 2
3 inch 3 3
3,5 inch 4 4
4 inch 5 5
4,5 inch 6 6
1. Start de motor en haal de maai-eenheid op zodat de
maaihoogte gewijzigd kan worden. Stop de motor nadat de
maai-eenheid opgehaald is.
VOORSTE ZWENKWIELEN
1. Verwijder de klemkapjes van de spilas en schuif de as uit de
voorste zwenkwielarm. Verwijder de drukring van de spilas.
Schuif afstandsbussen op de spilas om de gewenste maaihoogte
te verkrijgen en schuif vervolgens de drukring weer op de as.
2. Druk de zwenkwielas door de voorste as van het zwenkwiel,
doe de andere drukring en de overige afstandsblokken op de
spil en zet de klemkapjes vast zodat het onderdeel goed vast
zit.
ACHTERSTE ZWENKWIELEN
1. Verwijder de klemkapjes van de spilas.
N.B.: De achterste zwenkwielvork hoeft niet van de
zwenkwielarm verwijderd te worden om de maaihoogte te
wijzigen.