Form No. 3424-102 Rev B Groundsmaster® 3500-D cirkelmaaier Modelnr.: 30807—Serienr.: 403207001 en hoger Modelnr.: 30839—Serienr.: 403207001 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
Lees deze informatie zorgvuldig door, zodat u weet hoe u de machine op de juiste wijze moet gebruiken en onderhouden en om schade aan de machine en letsel te voorkomen. U bent verantwoordelijk voor het juiste en veilige gebruik van de machine. Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen; zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring.
Lagers en lagerbussen smeren......................... 37 Onderhoud motor ................................................ 40 Veiligheid van de motor..................................... 40 Onderhoud van het luchtfilter ............................ 40 Motorolie verversen .......................................... 42 Onderhoud brandstofsysteem ............................. 43 Brandstof aftappen uit de brandstoftank............ 43 Onderhoud van de waterafscheider ..................
Veiligheid Deze machine is ontworpen in overeenstemming met de EN-norm ISO 5395:2017 en B71.4-2017 van het ANSI (American National Standards Institute). Algemene veiligheid Dit product kan handen of voeten afsnijden en voorwerpen uitwerpen. Volg altijd alle veiligheidsinstructies op om ernstig letsel te voorkomen. Dit product gebruiken voor andere doeleinden dan het bedoelde gebruik kan gevaarlijk zijn voor u of voor omstanders.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. decal93-6681 99-3444 93-6681 1. Ledematen kunnen worden gesneden/geamputeerd, ventilator – Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen. decal99-3444 99-3444 1. Rijsnelheid – snel 2. Maaisnelheid – langzaam decal93-7276 93-7276 1. Risico van explosie – Draag oogbescherming.
decal121-3598 121-3598 Opmerking: Deze machine voldoet aan de tests die de statische breedte- en lengtestabiliteit meten en die standaard zijn in de sector. De maximale aanbevolen hellingshoek wordt vermeld op de sticker. Raadpleeg de instructies voor gebruik van de machine op hellingen in de Gebruikershandleiding en de omstandigheden waarin u de machine zou gebruiken om na te gaan of u de machine op een bepaalde dag en op het terrein in kwestie kunt gebruiken.
decal106-9290 106-9290 1. Inputs 5. In stoel 2. Niet geactiveerd 6. Aftakasschakelaar 10. Aftakasschakelaar 3. Uitschakeling wegens te hoge temperatuur 7. Parkeerrem uit 11. START 4. Waarschuwing te hoge temperatuur 8. Neutraalstand 12. ETR (Activeren om te starten) 9. Outputs 13. START 14. Hydraulisch bekrachtigd decal121-3627 121-3627 1.
decal121-3623 121-3623 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding, gebruik deze machine uitsluitend als u hierin getraind bent. 5. Gevaar op weggeslingerde objecten – Houd omstanders op een afstand. 2. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding voordat u de 6. Waarschuwing – Draag gehoorbescherming. machine gaat slepen. 3. Kantelgevaar – Vertraag voor bochten; laat de maaidekken in de laagste stand en hou uw veiligheidsgordel om wanneer u op hellingen rijdt. 7.
decal121-3620 121-3620 1. Aftakas – Uitschakelen 7. Vergrendelen 2. Aftakas – Inschakelen 3. Beweeg de maaidekken naar rechts. 8. Motor – Uit 9. Motor – Lopen 4. Beweeg de maaidekken naar links. 10. Motor – Starten 5. Breng de maaidekken omlaag. 11. Snel 6. Breng de maaidekken omhoog. 12.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Hoeveelheid Gebruik Geen onderdelen vereist – De accu in gebruik nemen, opladen en aansluiten. Inclinometer 1 De hoekindicator controleren. Sticker (121-3598) 1 De CE-stickers aanbrengen (indien vereist). Beugel van motorkapvergrendeling Popnagel Ring Schroef (¼" x 2") Borgmoer (¼") Uitlaatscherm Zelftappende schroef 1 2 1 1 1 1 4 Geen onderdelen vereist – De hefarmen afstellen.
WAARSCHUWING 1 Bij het opladen produceert de accu gassen die tot ontploffing kunnen komen. De accu in gebruik nemen, opladen en aansluiten • Houd vonken en open vuur uit de buurt van de accu. • Rook nooit in de buurt van de accu. Geen onderdelen vereist 4. Als de accu is opgeladen, haalt u de acculader uit het stopcontact en maakt u deze los van de accupolen. 5. Verwijder de vuldoppen. 6. Giet langzaam accuzuur in elke cel totdat het peil net boven de vulring komt.
g031568 g031569 Figuur 4 1. Minkabel (-) van de accu Figuur 5 2. Pluskabel (+) van de accu 1. Hoekindicator Belangrijk: Als u ooit de accu verwijdert, moet u de bouten van de accuklem monteren met de boutkoppen aan de onderkant en de moeren aan de bovenkant. Als de bouten van de klembeugels andersom zitten, kunnen zij in aanraking komen met de hydraulische leidingen als de maaidekken worden verplaatst. 9.
4 De motorkapvergrendeling monteren Alleen CE-machines Benodigde onderdelen voor deze stap: g012629 1 Beugel van motorkapvergrendeling 2 Popnagel 1 Ring 1 Schroef (¼" x 2") 1 Borgmoer (¼") Figuur 7 1. Beugel van CE-vergrendeling Procedure 1. Haak de motorkapvergrendeling los van de beugel van de motorkapvergrendeling. 2. Verwijder de 2 popnagels waarmee de motorkapvergrendeling aan de motorkap is bevestigd (Figuur 6). 2. Bout en moer 5.
g012631 Figuur 9 1. Bout 3. Arm van motorkapvergrendeling 2. Moer 5 g008875 Figuur 10 Het uitlaatscherm monteren 1. Uitlaatscherm Uitsluitend voor CE-modellen 2. Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Uitlaatscherm 4 Zelftappende schroef Procedure 1. Plaats het uitlaatscherm om de geluiddemper en zorg ervoor dat de montageopeningen en de openingen in het frame zich recht tegenover elkaar bevinden (Figuur 10).
B. 6 Draai de contramoer op de cilinder los (Figuur 13). De hefarmen afstellen Geen onderdelen vereist Procedure 1. Start de motor, breng de maaidekken omhoog en controleer of de afstand tussen elke hefarm en de vloerplaatbeugel 5 tot 8 mm bedraagt; zie Figuur 11. g031573 Figuur 13 2. Voorste cilinder 1. Contramoer C. Verwijder de pen uit het uiteinde van de stang en draai de gaffel. D. Plaats de pen en controleer de speling. Opmerking: Herhaal deze procedure indien nodig. E. 2. g031571 3.
A. Breng de maaidekken omlaag en draai de contramoer op de cilinder los (Figuur 15). g031575 Figuur 15 1. Achterste cilinder 2. Stelmoer g031576 B. C. Pak de cilinderstang vlak bij de moer beet met een tang en een doek en draai aan de stang. Figuur 16 1. Bovenste montageopening voorste maaidek 2. Onderste montageopening voorste maaidek Breng de maaidekken omhoog en controleer de speling. Opmerking: Herhaal deze procedure 3. Montageopening achterdek indien nodig.
dezelfde instelling. Mogelijk moet u het cirkelmaaidek 6 mm hoger instellen dan een messenkooimaaier in hetzelfde gebied. Belangrijk: U kunt veel beter bij de achterste 7. Draai de bout met de hand vast. 8. Herhaal stap 4 tot 7 voor elke aanpassing. 9. Draai de 3 bouten vast met een torsie van 41 N·m. maaidekken door het maaidek van de machine te verwijderen.
Algemeen overzicht van de machine 10 De mulchplaat monteren Bedieningsorganen Optioneel Geen onderdelen vereist Procedure 1. Zorg dat er zich geen vuil bevindt in de montageopeningen van de achterwand en linkerwand van de kamer. 2. Plaats de mulchplaat in de achterste opening en bevestig deze met 5 flenskopbouten (Figuur 20). g031595 Figuur 21 g031579 Figuur 20 1. Mulchplaat 3. 2.
Contactschakelaar De contactschakelaar wordt gebruikt om de motor te starten, te stoppen en voor te gloeien. De contactschakelaar heeft 3 standen: UIT, AAN/VOORGLOEIEN en START . Draai het sleuteltje naar AAN/VOORGLOEIEN totdat het indicatielampje van de gloeibougie uitgaat (ongeveer 7 seconden); draai daarna het contactsleuteltje naar START om de startmotor in werking te stellen. Laat het sleuteltje los zodra de motor start (Figuur 22). Om de motor af te zetten, draait u het sleuteltje naar de stand UIT.
Waarschuwingslampje koelvloeistoftemperatuur motor Sleuf voor indicator De indicatorsleuf in het bestuurdersplatform geeft aan wanneer de maaidekken zich in de centrale stand bevinden (Figuur 21). Het waarschuwingslampje van de koelvloeistoftemperatuur gaat branden als de temperatuur van de koelvloeistof te hoog wordt. Als de temperatuur van de koelvloeistof nog 10° stijgt, slaat de motor af (Figuur 22).
Specificaties Opmerking: Specificaties en ontwerp kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Beschrijving Figuur 25 referentie Afmetingen of gewicht Totale breedte in maaistand A 192 cm Totale breedte in transportstand B 184 cm Hoogte C 197 cm Breedte wielbasis D 146 cm Lengte wielbasis E 166 cm Totale lengte in maaistand F 295 cm Totale lengte in transportstand G 295 cm Afstand tot de grond 15 cm Gewicht 963 kg Opmerking: Specificaties en ontwerp kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Gebruiksaanwijzing • Bewaar de machine en het brandstofvat niet op plaatsen waar open vlammen, vonken of waakvlammen (bv. van een boiler of een ander toestel) aanwezig kunnen zijn. Voor gebruik • Probeer de motor niet te starten als u brandstof Opmerking: Bepaal vanuit de normale hebt gemorst; voorkom elke vorm van open vuur of vonken totdat de brandstofdampen volledig zijn verdwenen. bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine.
Hydraulische vloeistof controleren • Gebruik B5 (biodieselinhoud 5%) of mengsels met een lager percentage in koud weer. • Controleer afdichtingen, slangen en pakkingen, die in contact met brandstof komen, omdat zij in de loop der tijd hierdoor kunnen worden aangetast. Voordat u de motor start en de machine gaat gebruiken, moet u het hydraulische systeem controleren; zie Hydraulische vloeistof controleren (bladz. 51).
• Het vereist meer pk om te maaien. GEVAAR • Het voert het maaisel verder naar links af en kan Gebruik van het mes met High Lift-vleugel in combinatie met de mulchplaat kan het mes doen breken, wat lichamelijk of dodelijk letsel kan veroorzaken. bij lagere maaistanden zwaden vormen. Gebruik geen messen met een High Lift-vleugel in combinatie met de mulchplaat.
• Geef uw volledige aandacht als u de machine VOORZICHTIG gebruikt. Zorg ervoor dat u met niets anders bezig bent waardoor u kunt worden afgeleid, anders kunnen er letsels ontstaan of kan eigendom worden beschadigd. Niet-aangesloten of beschadigde interlockschakelaars kunnen onverwachte gevolgen hebben voor de werking van de machine. Dit kan lichamelijk letsel veroorzaken. • U mag niet knoeien met de beveiligingen.
• • • • Vermijd starten, stoppen of bochten maken op – Schakel de aftakas uit en laat de werktuigen zakken. – Stel de parkeerrem in werking. – de motor af te zetten en het sleuteltje te verwijderen; – te wachten tot alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen. Gebruik de machine niet als het kan bliksemen. De machine niet gebruiken als sleepvoertuig. Gebruik alleen door The Toro® Company goedgekeurde accessoires, werktuigen en reserveonderdelen.
5. achtereen hebt gestart, moet u 60 seconden wachten voordat u een nieuwe startpoging doet. Standard Control Module (SCM) Laat het sleuteltje los zodra de motor start. De Standard Control Module (SCM) is een ingekapseld elektronisch apparaat dat is vervaardigd in een 'one size fits all'-configuratie. De module gebruikt halfgeleider- en mechanische elementen ten behoeve van de controle en regeling van de standaard elektrische functies die nodig zijn voor een veilig gebruik van het product.
g031611 Figuur 27 1. Wetten (input) 7. Aftakas (output) 2. Hoge temperatuur (input) 8. Start (output) 3. In stoel (input) 9. ETR (output) 4. Aftakasschakelaar (input) 10. Start (input) 5. Parkeerrem – uit (input) 11. Stroom (input) 6. Neutraalstand (input) Om problemen met het SCM-toestel op te lossen, voert u volgende stappen uit: 1. Stel vast welke output-storing u wilt verhelpen (aftakas, Starten of ETR). 2. Draai het contactsleuteltje op AAN en kijk of de rode stroom-led brandt. 3.
Elke (horizontale) rij op de onderstaande tabel geeft de input- en output-vereisten voor elke specifieke functie van het product aan. De functies van het product worden vermeld in de linkerkolom. De symbolen geven de toestand van een specifiek circuit aan zoals: geactiveerd voor spanning, gesloten om massa te maken en geopend om massa te maken. Inputs Functie Stroom AAN In NEUTRAALSTAND Start AAN Rem AAN Outputs Aftakas AAN In stoel Hoge temp.
Tips voor bediening en gebruik • Rijd altijd langzaam op oneffen terrein. • De Sidewinder-eenheid heeft een overhang van Het maaigebied inspecteren Om het maaigebied te inspecteren, legt u een plank van 1,25 meter op de helling en meet u de hellingshoek met de inclinometer die bij de machine werd geleverd. Met behulp van de plank krijgt u een idee van de gemiddelde hellingshoek, maar hierbij wordt geen rekening gehouden met kuilen en gaten die de hellingshoek abrupt kunnen veranderen.
• Om in een professioneel recht patroon en in • • • • recht om ervoor te zorgen dat er voldoende speling is tussen de rand van het mes en de maaikamer. banen te kunnen maaien zoals voor sommige werkzaamheden is vereist, moet u een boom of een ander object in de verte uitkiezen en recht daarop af rijden. Zodra de voorste maai-eenheden de rand van het maaigebied bereiken, brengt u de maai-eenheden omhoog en maakt u een druppelvormige bocht om snel in de juiste positie te komen voor de volgende baan.
De machine transporteren De machine duwen of slepen • Verwijder het sleuteltje en sluit de brandstofafsluitklep (indien aanwezig) voordat u de machine stalt of transporteert. In noodgevallen kan u de machine over een kleine afstand bewegen door de omloopklep in de hydraulische pomp in werking te stellen en de machine te duwen of te slepen. • Wees voorzichtig als u de machine inlaadt op een aanhanger of een vrachtwagen of uitlaadt.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker– en rechterzijde van de machine. Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Na het eerste bedrijfsuur Onderhoudsprocedure • Wielmoeren aandraaien. Na de eerste 10 bedrijfsuren • Wielmoeren aandraaien. • De conditie en de spanning van alle riemen controleren. • Vervang het hydraulische filter. Na de eerste 50 bedrijfsuren • Ververs de motorolie en vervang het oliefilter.
Controlelijst voor dagelijks onderhoud Kopieer deze pagina ten behoeve van gebruik bij routinecontroles. Voor week van: Gecontroleerde item maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag Werking van interlockschakelaars controleren. Werking van de remmen controleren. Motoroliepeil controleren. Peil van de koelvloeistof controleren. Brandstoffilter/waterafscheider aftappen. Luchtfilter, stofkap en ontluchtingsventiel controleren. Controleren of motor ongewone geluiden maakt.
Aantekening voor speciale aandachtsgebieden: Controle uitgevoerd door: Item Datum Procedures voorafgaande aan onderhoud Informatie 2. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak. 3. Stel de parkeerrem in werking. 4. Laat indien nodig de maaidekken zakken. 5. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand gekomen zijn. 6. Draai het contactsleuteltje naar de stand STOP en haal het sleuteltje uit het contact. 7.
De onderhoudsvergrendeling van het maaidek gebruiken Smering Lagers en lagerbussen smeren Gebruik de onderhoudsvergrendeling tijdens het onderhoud van de maaidekken om letsel te voorkomen. Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren—Smeer alle lagers en bussen. 1. Centreer de Sidewinder van het maaidek met de tractie-eenheid. 2. Breng de maaidekken omhoog in de transportstand. 3. Stel de parkeerrem in werking en zet de machine af. 4.
g008898 Figuur 36 • 2 draaipunten en hefcilinder van voorste hefarm, links (Figuur 37) g008896 Figuur 34 • Draaipunt (Figuur 35) g008899 Figuur 37 • 2 draaipunten en hefcilinder van voorste hefarm, rechts (Figuur 38) g195307 Figuur 35 • 2 achterste draaipunten en hefcilinder van hefarm (Figuur 36) g008900 Figuur 38 • Afstelmechanisme neutraalstand (Figuur 39) 38
g008901 Figuur 39 g008904 Figuur 42 • Schuif voor maaien/transport (Figuur 40) • Lagers van spilas van maaidek (2 per maaidek) (Figuur 43) Opmerking: U kunt beide smeernippels gebruiken: kies de nippel die het makkelijkst te bereiken is. Pomp vet in de nippel tot er vet aan de onderzijde van de asbehuizing verschijnt (aan de onderzijde van het dek).
Onderhoud motor Belangrijk: U mag de dwarsbuis van de Sidewinder niet smeren. De lagerblokken zijn zelfsmerend. Veiligheid van de motor • Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact voordat u het oliepeil controleert of het carter bijvult met olie. • Verander de snelheid van de toerenregelaar niet en laat de motor het maximale toerental niet overschrijden.
Belangrijk: Probeer het veiligheidsfilter niet te reinigen. Plaats steeds een nieuw veiligheidsfilter als het voorfilter 3 onderhoudsbeurten heeft gehad (Figuur 47). g032050 Figuur 46 1. Rubberen uitlaatklep 4. Luchtfilterhuis 2. Sluiting van luchtfilter 5. Verzendingseenheid verstopping luchtfilter 3. Voorfilter van luchtfilter 6. Rubberen toevoerslang g031340 Figuur 45 Onderhoud van het luchtfilter Onderhoudsinterval: Om de 200 bedrijfsuren (Vaker in zeer stoffige of vuile omstandigheden) 1.
tot 7 uur gezien vanaf het uiteinde. Maak de vergrendeling vast (Figuur 46). Motorolie verversen Het motoroliepeil controleren Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks Het carter van de motor is in de fabriek gevuld met olie; het oliepeil moet echter worden gecontroleerd voor- en nadat u de motor voor de eerste keer start. De carterinhoud is ongeveer 2,8 liter met filter.
4. Onderhoud brandstofsysteem Vervang het oliefilter van de motor zoals wordt getoond in Figuur 50. Brandstof aftappen uit de brandstoftank Onderhoudsinterval: Om de 1000 bedrijfsuren—Brandstoftank aftappen en reinigen. Om de 2 jaar—Brandstoftank aftappen en reinigen. De tank moet ook worden afgetapt en gereinigd als het brandstofsysteem vervuild raakt of wanneer u de machine voor langere tijd gaat stallen. Gebruik schone brandstof om de tank uit te spoelen.
Brandstoffilter vervangen 5. 1. Reinig de omgeving van de montagelocatie van het filter (Figuur 51). 2. Verwijder het filter en reinig het montageoppervlak. 3. Smeer de pakking op het filter met schone olie. 4. Monteer het filter met de hand totdat de pakking contact maakt en draai vervolgens nog een halve slag verder. Draai het contactsleuteltje naar de stand AAN. Opmerking: De elektrische brandstofpomp wordt geactiveerd, waarbij er lucht bij de ontluchtschroef naar buiten komt.
Onderhoud elektrisch systeem De accukabels moeten stevig op de accupolen zitten zodat ze goed contact maken. Veiligheid van het elektrisch systeem Een verkeerde geleiding van de accukabels kan schade aan de tractor en de kabels tot gevolg hebben en vonken veroorzaken. Hierdoor kunnen accugassen tot ontploffing komen, waardoor lichamelijk letsel kan ontstaan. WAARSCHUWING • Koppel de accu af voordat u reparaties aan de • machine verricht. Maak eerst de minpool van de accu los en daarna de pluspool.
Onderhoud aandrijfsysteem WAARSCHUWING Als de wielmoeren niet steeds de juiste torsie hebben, kan dit leiden tot lichamelijk letsel. Draai de wielmoeren vast met de juiste torsie. De bandenspanning controleren De tractie-aandrijving afstellen voor de neutraalstand Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks GEVAAR Als de machine beweegt wanneer het tractiepedaal in de NEUTRAALSTAND staat, moet de afstelnok van de tractie worden afgesteld.
Onderhoud koelsysteem WAARSCHUWING De motor moet lopen opdat u een laatste afstelling van de afstelnok van de tractie kunt uitvoeren. Contact met hete of bewegende onderdelen kan lichamelijk letsel veroorzaken. Veiligheid van het koelsysteem • Motorkoelvloeistof inslikken kan vergiftiging veroorzaken; buiten het bereik van kinderen en huisdieren houden. Houd uw handen, voeten, gezicht en andere lichaamsdelen uit de buurt van de geluidsdemper, andere hete motoronderdelen en draaiende delen. 5.
Het koelsysteem reinigen Het koelsysteem bevat een oplossing die half uit water, half uit permanente ethyleenglycol-antivries bestaat. Controleer elke dag vóór het starten van de motor het koelvloeistofpeil. Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks De inhoud van het koelsysteem is ongeveer 5,7 liter. VOORZICHTIG Als de motor heeft gelopen, kan de hete koelvloeistof, die onder druk staat, ontsnappen indien de radiateurdop wordt verwijderd. Dit kan brandwonden veroorzaken. 1. Til de motorkap op.
Onderhouden remmen Onderhoud riemen De parkeerrem afstellen Onderhoud van de riemen van de motor Onderhoudsinterval: Om de 200 bedrijfsuren—Controleer de afstelling van de parkeerrem. 1. Onderhoudsinterval: Na de eerste 10 bedrijfsuren—De conditie en de spanning van alle riemen controleren. Draai de stelschroef los waarmee de knop is bevestigd aan de parkeerremhendel (Figuur 59). Om de 100 bedrijfsuren—De conditie en de spanning van alle riemen controleren.
De drijfriem van de hydrostaat vervangen 1. Onderhoud bedieningsysteem Steek een dopschroevendraaier of een stukje buis in het uiteinde van de spanveer van de riem. De gashendel afstellen VOORZICHTIG De veer die de riem spant, staat onder grote druk en de veer op de verkeerde manier ontspannen kan letsel veroorzaken. 1. Zet de gashendel naar achteren zodat deze tegen de sleuf in het bedieningspaneel aan komt. 2. Zet de klem van de gaskabel op de hefboom van de injectiepomp los (Figuur 62).
Onderhoud hydraulisch systeem van 19 liter of vaten van 208 liter bij een Mobil-leverancier. Belangrijk: Veel hydraulische vloeistoffen zijn bijna kleurloos, zodat het moeilijk is lekkages op te sporen. Er is een rode kleurstof voor de vloeistof in het hydraulisch systeem verkrijgbaar in flesjes van 20 ml. Eén flesje is voldoende voor 15 tot 22 l hydraulische olie. U kunt deze kleurstof bestellen bij een erkende Toro dealer, onderdeelnr. 44-2500.
g195308 Figuur 64 g031641 Figuur 63 1. Hydraulisch filter 1. Dop van hydraulische tank 4. Smeer de nieuwe filterpakking en vul het filter met hydraulische vloeistof. 5. Controleer of de plaats waar het filter wordt gemonteerd schoon is en draai het filter totdat de pakking contact maakt met de bevestigingsplaat; draai het filter vervolgens met ½ slag vast. 6. Maak de slang naar de bevestigingsplaat van het filter los. 6 mm van de markering op de peilstok te staan. 7.
8. Controleer het vloeistofpeil en vul vloeistof bij totdat het peil de FULL-markering (Vol) op de peilstok bereikt. Opmerking: Niet te vol vullen. Hydraulische slangen en leidingen controleren Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks De hydraulische leidingen en slangen controleren op lekkages, kinken, loszittende steunen, slijtage, loszittende aansluitingen, slijtage door weersinvloeden en de inwerking van chemicaliën.
De maaidekken aan de tractie-eenheid bevestigen Onderhoud van maaidek De maaidekken van de tractie-eenheid verwijderen 1. 2. 1. Voer de voorbereiding voor het onderhoud uit, zie De machine klaar maken voor onderhoud (bladz. 36). Voer de voorbereiding voor het onderhoud uit, zie De machine klaar maken voor onderhoud (bladz. 36). 2. Plaats het maaidek vóór de tractie-eenheid. 3.
2. Breng vulstukken van 1,5 mm en/of vulstukken van 0,7 mm aan tussen het maaidekframe en de beugel om de gewenste maaihoogte-instelling te bereiken (Figuur 70). 3. Bevestig de maaihoogtebeugel aan het maaidekframe met de overgebleven vulstukken onder de maaihoogtebeugel (Figuur 70). 4. Bevestig de inbusbout, het afstandsstuk en de flensmoer. Opmerking: De inbusbout en het afstandsstuk worden bij elkaar gehouden met Loctite zodat het afstandsstuk niet in het maaidekframe valt. g011353 Figuur 69 4.
5. Controleer of er maximaal 1,5 mm speling is tussen de rolconstructie en de montagebeugels van het maaidekframe. Opmerking: Als de opening groter is dan 1,5 mm, plaats dan voldoende ringen met een diameter van ⅝" om de speling aan te passen. 6. Veiligheid van de messen g031649 Figuur 71 1. Lager 3. Voorrol 2. Bevestigingsbout 4. Afstandsstuk van lager 2.
4. Controleer de snijranden van al de messen. Als de snijranden niet scherp zijn of bramen vertonen, mag u alleen de bovenkant van de snijrand slijpen en moet u de oorspronkelijke snijhoek behouden om te zorgen dat het mes scherp blijft (Figuur 74). Opmerking: Het mes blijft in balans als u van beide snijranden dezelfde hoeveelheid metaal verwijdert. g011355 Figuur 72 1. Mesbout 2. Antiscalpeercup g006926 Figuur 74 4. 5.
Stalling maai-eenheden uit en noteer de tijd die er nodig is totdat de messen volledig tot stilstand zijn gekomen. Als de tijd meer dan 7 seconden bedraagt, moet de remklep worden afgesteld; neem contact op met uw Toro verdeler om u te helpen bij deze afstelling. Volg deze procedures elke keer als u de machine langer dan 30 dagen stalt. Opslag van de accu Als u de machine langer dan 30 dagen stalt, moet u de accu verwijderen en volledig opladen.
op de kabelklemmen en de accupolen om corrosie te voorkomen. F. Bewaar de accu afzonderlijk of op de machine op een koele plaats. De accukabels mogen niet aangesloten zijn op de accu als u deze in het voertuig laat zitten. De motor gebruiksklaar maken 1. Tap de motorolie af uit het carter en plaats de aftapplug. 2. Verwijder het oliefilter en plaats een nieuw. 3. Vul de motor met ongeveer 3,8 liter SAE 15W-40 motorolie. 4. Start de motor en laat deze ongeveer twee minuten stationair lopen. 5.
Opmerkingen:
Opmerkingen:
Privacyverklaring voor Europa De informatie die Toro verzamelt Toro Warranty Company (Toro) respecteert uw privacy. Om uw aanspraak op garantie te behandelen en contact met u op te nemen in het geval van een terugroepactie vragen wij om bepaalde persoonlijke informatie, hetzij direct of via uw lokale Toro dealer. Het Toro garantiesysteem wordt gehost op servers in de Verenigde Staten, waar de privacywet mogelijk niet dezelfde bescherming biedt als in uw land.
Californië Proposition 65 Waarschuwingsinformatie Wat betekent deze waarschuwing? Sommige producten die op de markt zijn bevatten een etiket met een waarschuwing als: WAARSCHUWING: Kanker en schade aan de voortplantingsorganen – www.p65Warnings.ca.gov. Wat is Prop 65? Prop 65 geldt voor elk bedrijf dat actief is in Californië, producten verkoopt in Californië, of producten maakt die kunnen worden verkocht of geïmporteerd in Californië.
Toro garantie Beperkte garantie van twee jaar Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt De Toro Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, bieden krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie dat uw Toro product (hierna: het 'product') gedurende twee jaar of 1500 bedrijfsuren* vrij van materiaalgebreken of fabricagefouten is, met dien verstande dat hierbij de kortste periode moet worden aangehouden.