Operator's Manual
geprogrammeerdenregistreertgeenperiodieke
gegevensoverstoringenenproblemen.
DestickeropdeSCMbevatuitsluitendsymbolen.
De3led-outputsymbolenwordengetoondinhet
output-vakterwijlalleandereledsinputszijn;zie
Figuur29.
g031611
Figuur29
1.Wetten(input)7.Aftakas(output)
2.Hogetemperatuur(input)8.Start(output)
3.Instoel(input)9.ETR(output)
4.Aftakasschakelaar(input)10.Start(input)
5.Parkeerrem–uit(input)11.Stroom(input)
6.Neutraalstand(input)
OmproblemenmethetSCM-toesteloptelossen,
voertuvolgendestappenuit:
1.Stelvastwelkeoutput-storinguwiltverhelpen
(aftakas,StartenofETR).
2.DraaihetcontactsleuteltjeopAANenkijkofde
rodestroom-ledbrandt.
3.Beweegalleinput-schakelaarsomerzekervan
tezijndatalleledsvanstatusveranderen.
4.Zetdeinput-apparatenindejuistestandomde
correcteoutputteverkrijgen.
Opmerking:Gebruikdevolgendetabelomde
correcteinput-conditietebepalen.
5.Controleerhetvolgendealseenspecieke
output-LEDgaatbrandenenvoerdenodige
reparatiesuit.
•Alseenspeciekeoutput-LEDbrandtzonder
dejuisteoutput-functie,moetudebedrading
vandeoutput,deaansluitingenenhet
onderdeelcontroleren.
Opmerking:Indiennodigrepareren.
•Alseenspeciekeoutput-lednietbrandt,
moetubeidezekeringencontroleren.
•Alseenspeciekeoutput-lednietbrandten
deinputsindejuistetoestandzijn,moetu
eennieuweSCMplaatsenenkijkenofde
storingverdwijnt.
31










