Form No. 3400-582 Rev A Groundsmaster® 360 tweewielaangedreven multifunctionele machine Modelnr.: 31230—Serienr.: 316000001 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen. Zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring. WAARSCHUWING CALIFORNIË Proposition 65 Waarschuwing Dit product bevat een chemische stof of chemische stoffen waarvan de Staat Californië weet dat ze kanker, geboorteafwijkingen en schade aan het voortplantingssysteem veroorzaken.
Inhoud Brandstoftank reinigen............................................35 Brandstofleidingen en aansluitingen controleren ........................................................35 Onderhoud elektrisch systeem ....................................36 Veiligheid van het elektrisch systeem .........................36 Zekeringen controleren...........................................36 Onderhoud van de accu...........................................36 Opslag van de accu ........................................
Veiligheid De gemeten waarden zijn bepaald volgens de procedures in EN ISO 5395:2013. Deze machine is ontworpen in overeenstemming met de EN-norm ISO 5395:2013 en B71.4-2012 van het ANSI (American National Standards Institute). Gehele lichaam Gemeten trillingsniveau = 0,54 m/s2 Onzekerheidswaarde (K) = 0,5 m/s2 Algemene veiligheid De gemeten waarden zijn bepaald volgens de procedures in EN ISO 5395:2013. Dit product kan handen of voeten afsnijden en voorwerpen uitwerpen.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. 93-6696 1. Opgeslagen energie - Lees de gebruikershandleiding. 117-4979 1. Draaiende riem - De kap niet verwijderen 117-3272 1.
117-2718 117-3270 1. Waarschuwing – Raak het hete oppervlak niet aan. 2. Gevaar op snijwonden of verlies van de hand; ledematen kunnen gegrepen worden, riem – Blijf uit de buurt van bewegende delen, houd alle beschermende delen op hun plaats. 106-9206 1. Specificatie torsie van wielen 2. Lees de Gebruikershandleiding. 117-3273 6. De machine kan voorwerpen uitwerpen—Houd omstanders op een veilige afstand van de machine. 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding. 2.
117-3232 1. Lees de Gebruikershandleiding voor informatie over de zekeringen. 2. Differentieelslot – 10 A 3. Motor – 10 A 4. Lichten, aansluitpunt – 15A 5. Vermogenschakelaar, ontsteking motor – 10 A 6. Lichten —15 A 7. Dodemansschakelaar – 10 A 8. Computer — 2 A 120-6604 9. Koplampen, dekaandrijving – 10 A 1. De machine kan voorwerpen uitwerpen – Houd omstanders uit de buurt van de machine. 2.
120-0259 107-2916 1. Verwijder het sleuteltje uit het contact en lees de Gebruikershandleiding voordat u service- of onderhoudswerkzaamheden uitvoert. 2. Machine kan voorwerpen uitwerpen - Gebruik de maaimachine niet als de grasgeleider omhoog geklapt of verwijderd is; zorg ervoor dat de grasgeleider is gemonteerd; houd omstanders op een veilige afstand van de machine. 115-0492 1. Maaihoogte (mm) 8 3.
Symbolen op accu Sommige of alle symbolen staan op de accu. 1. Risico van explosie 2. Niet roken. Geen open vuur of vonken 3. Risico van bijtende vloeistof/chemische brandwonden 4. Draag oogbescherming. 5. Lees de Gebruikershandleiding. 6. Houd omstanders op veilige afstand van de accu. 7. Draag oogbescherming; explosieve gassen kunnen blindheid en ander letsel veroorzaken. 8. Accuzuur kan blindheid of ernstige brandwonden veroorzaken. 9. Ogen direct met water spoelen en snel arts raadplegen. 10.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure 1 2 3 Hoeveelheid Omschrijving Gebruik Geen onderdelen vereist – De rolbeugel afstellen. Geen onderdelen vereist – Controleer de bandenspanning. Geen onderdelen vereist – Peil van hydraulische vloeistof, motorolie en koelvloeistof controleren.
Algemeen overzicht van de machine 2 De bandenspanning controleren Bedieningsorganen Zorg dat u vertrouwd bent met alle bedieningsorganen voordat u de motor start en de machine gebruikt. Geen onderdelen vereist Tractiepedaal Procedure Het tractiepedaal (Figuur 4) regelt de beweging vooruit en achteruit. Om vooruit te rijden, moet u de bovenkant van het pedaal intrappen en om achteruit te rijden de onderkant van het pedaal. De rijsnelheid hangt af van hoever het pedaal wordt ingetrapt.
Pedaal voor stuurverstelling Urenteller Om het stuur in uw richting te kantelen, moet u het pedaal intrappen, de stuurkolom naar u toe trekken in een positie die voor u het meest comfortabel is, en uw voet van het pedaal halen (Figuur 4). De urenteller (Figuur 5) registreert het aantal uren dat de motor in bedrijf is geweest. De urenteller werkt als het contactsleuteltje op DRAAIEN staat. Gebruik deze tijden om regelmatig onderhoudswerkzaamheden te plannen.
Gebruiksaanwijzing Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Voor gebruik Veiligheidsinstructies voorafgaand aan het werk Figuur 6 1. Brandstofmeter Algemene veiligheid 2. Dop van brandstoftank • Laat kinderen of personen die geen instructie hebben ontvangen, de machine nooit gebruiken of onderhoudswerkzaamheden daaraan verrichten. Plaatselijke voorschriften kunnen nadere eisen stellen aan de leeftijd van degene die met de machine werkt.
Brandstofveiligheid niet te vol. Plaats de brandstofdop terug en maak hem stevig vast. GEVAAR Brandstoftank vullen In bepaalde omstandigheden is brandstof uiterst ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie van brandstof kan brandwonden bij u of anderen en materiële schade veroorzaken. • Vul de brandstoftank in de open lucht wanneer de motor koud is. Eventueel gemorste brandstof opnemen. • Vul de brandstoftank nooit als de machine op een aanhanger in een afgesloten ruimte staat.
1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak. 2. Zet de motor af en stel de parkeerrem in werking. 3. Reinig de omgeving van de tankdop en verwijder de tankdop (Figuur 7). Figuur 8 Figuur 7 1. Knop voor rugleuning 1. Brandstofmeter 2. Dop van brandstoftank 2. Knop voor stoelophanging Belangrijk: Verwijder de dop niet van de tank als de machine op een helling is geparkeerd. De brandstof kan dan uit de tank lopen. 3. Instelknop voor lendensteun 4. Instelhendel voor bestuurdersstoel 2.
Om de rugleuning te verstellen, draait u de knop onder de rechter armsteun in een van beide richtingen om de meest comfortabele positie te verkrijgen (Figuur 8). te controleren en aan te passen voordat u de machine gebruikt. Lendensteun instellen Opmerking: Om te voorkomen dat de compressor tijdens het instellen beschadigd wordt, mag u de compressor niet langer dan 1 minuut gebruiken. U kunt de rugleuning verstellen om de lendensteun aan te passen aan de onderkant van uw rug.
Draai de instelknop om de hoek van de armsteunen aan te passen (Figuur 10). Als u de knop naar buiten (+) draait, komt het voorste gedeelte van de armsteun omhoog. Draai de knop naar binnen (-) om het omlaag te brengen. De rugleuning verstellen U kunt de rugsteun van de stoel instellen voor meer comfort bij het rijden. Zet de rugleuning in een stand die voor u het meest comfortabel is. Trek de vergrendeling omhoog zodat de pal van de rugleuning vrij komt (Figuur 10).
Bescherming van de rolbeugel • Wees uiterst voorzichtig bij het naderen van blinde hoeken, struiken, bomen en andere objecten die het zicht kunnen belemmeren. • Verwijder de rolbeugel niet van de machine. • Zorg dat u de veiligheidsgordel draagt en deze in een • Maai niet in de buurt van steile hellingen, greppels of noodgeval snel kunt losmaken. dijken. De machine kan plotseling omslaan als een wiel over de rand komt, of als de rand afbrokkelt.
Figuur 13 1. Waarschuwing – Draag oogbescherming. 2. Waarschuwing – Draag gehoorbescherming. De omkantelbeveiliging (rolbeugel) gebruiken • Houd de rolbeugel in de opgeheven en vergrendelde positie en doe de veiligheidsgordel om als u de machine gebruikt. • Zorg ervoor dat u de veiligheidsgordel in een noodgeval Figuur 14 snel kunt losmaken. • Controleer het maaigebied en klap de omkantelbeveiliging nooit omlaag op golvend terrein, steile hellingen of in de buurt van aflopende waterkanten.
8. Houd de gashendel halverwege tussen LANGZAAM en SNEL totdat de motor en het hydraulische systeem zijn opgewarmd. Belangrijk: Als u de motor voor de eerste keer start, de motorolie is ververst of de motor, transmissie of wielmotor een revisiebeurt heeft gehad, moet u de machine met de gashendel op LANGZAAM 1 tot 2 minuten in zowel de vooruit- als de achteruitstand laten werken.
Het veiligheidssysteem Het veiligheidssysteem testen Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks VOORZICHTIG Als het veiligheidssysteem niet werkt zoals hieronder wordt beschreven, moet u het direct laten repareren door een erkende servicedealer. Niet-aangesloten of beschadigde interlockschakelaars kunnen onverwachte gevolgen hebben op de werking van de machine. Dit kan lichamelijk letsel veroorzaken. 1. Neem plaats op de stoel, stel de parkeerrem in werking en schakel de aftakas IN.
Gebruik de diagnostische ACE displaytool en overlay om de elektrische functies van de machine te controleren en te herstellen. Neem contact op met uw Toro-dealer als u hulp nodig hebt. De interlockschakelaars controleren De veiligheidsschakelaars zorgen ervoor dat de motor alleen aanslaat en start als het koppelingspedaal in de NEUTRAALSTAND staat en de vermogenaftakas uitgeschakeld is.
op de Diagnostische ACE indrukken om 'inputs getoond' te laten oplichten. De Diagnostische ACE zal de LED laten oplichten die hoort bij de inputschakelaar die u sluit. 7. Laat elke schakelaar afzonderlijk van de open naar de gesloten stand gaan (d.w.z. neem plaats op de stoel, trap het tractiepedaal in, enz.) en controleer of de juiste LED op de Diagnostische ACE gaat knipperen wanneer u de corresponderende schakelaar sluit.
laten oplichten om de volgende stap uit te voeren. Om de LED's beurtelings te laten oplichten, drukt u de tuimelschakelaar nog een keer in. Doe dit zo vaak als nodig is; hou de schakelaar niet ingedrukt. 8. Neem plaats op de stoel en probeer de gewenste functie van de machine. Als de juiste output-LED gaan branden, duidt dit erop dat de ECM die functie inschakelt.
Aftakas uitschakelen Houd de maaier schoon Om de aftakas uit te schakelen, zet u de aftakasschakelaar op UIT. Verwijder na elk gebruik maaisel en vuil van de onderkant van het maaidek. Als zich gras en vuil in het maaidek verzamelt, leidt dat uiteindelijk tot een onbevredigend maairesultaat. Tips voor bediening en gebruik Houd de motor, geluiddemper, accubehuizing, parkeerrem, maaidekken en de brandstofopslagplaats vrij van overtollig vet, gras en bladeren om het risico op brand te verminderen.
verliezen en de bestuurder de controle over de machine verliest. • Laat kinderen of andere personen nooit plaatsnemen in of op gesleepte werktuigen. • Rij langzaam en zorg voor voldoende afstand om te stoppen wanneer u de machine sleept. Machine met de hand duwen Als de machine stilvalt of afslaat wegens brandstofgebrek moet u de machine mogelijk duwen. Dan moet u eerst de beide hydraulische omloopkleppen openen. Belangrijk: Duw de machine altijd met de hand en nooit over lange afstanden.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure Na de eerste 10 bedrijfsuren • Controleer de spanning van de riem van de wisselstroomdynamo. • Wielmoeren aandraaien. Na de eerste 50 bedrijfsuren • Ververs de motorolie en vervang het filter. Na de eerste 200 bedrijfsuren Bij elk gebruik of dagelijks • Ververs de hydraulische vloeistof en vervang de filter.
Controlelijst Dagelijks Onderhoud Gelieve deze pagina te kopiëren ten behoeve van gebruik bij routinecontroles.
VOORZICHTIG Als u het sleuteltje in het contact laat, bestaat de kans dat iemand de motor per ongeluk start waardoor u of andere omstanders ernstig letsel kunnen oplopen. Verwijder het sleuteltje uit het contact voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert aan de machine. Figuur 23 Onderhoudsschema Procedures voorafgaande aan onderhoud 8. Wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen.
Smering dit gevaarlijk kan zijn. Dit kan ertoe leiden dat de garantie op het product komt te vervallen. Lagers en lagerbussen smeren De machine klaar maken voor onderhoud Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren Spuit vaker vet in de smeernippels van de lagers en lagerbussen bij stoffige of vuile omstandigheden. 1. Zorg ervoor dat de aftakas is uitgeschakeld. 2. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak. De machine is voorzien van smeerpunten die u regelmatig moet smeren met nr. 2 lithium vet.
Figuur 25 Opmerking: De levensduur van lagers kan worden bekort door verkeerde wasmethoden. Was de machine niet als deze nog heet is en richt een hogedruk- of hogevolumespuit nooit op de lagers of pakkingen.
Onderhoud motor 3. Verwijder en vervang het filter. Belangrijk: Reinig nooit een gebruikt element omdat dit kan leiden tot beschadiging van de filtermedia. Inspecteer het nieuwe filter op transportschade en controleer het uiteinde van het filter (dit moet goed aansluiten) en de filterbehuizing. Een beschadigd element mag niet worden gebruikt. Plaats het nieuwe filter door de buitenring van het element aan te drukken om dit vast te zetten in de filterbus. Druk niet op het flexibele midden van het filter.
Figuur 28 1. Olieaftapplug Figuur 27 1. Peilstok 2. Olievuldop 2. Oliefilter 2. Als er geen olie meer naar buiten stroomt, plaatst u de aftapplug terug. 4. Haal de peilstok eruit en controleer het oliepeil. Het oliepeil moet tot aan de FULL-markering staan. 3. Verwijder het oliefilter (Figuur 28). 4. Smeer een dun laagje schone olie op de pakking van het nieuwe filter. 5.
De gashendel afstellen Onderhoud brandstofsysteem 1. Beweeg de gashendel vooruit naar de voorkant van de opening van het besturingspaneel en vervolgens ongeveer 3 mm terug naar de vrijloopstand SNEL. Opmerking: Zie Brandstoftank vullen (bladz. 14) voor de aanbevolen brandstof 2. Controleer de stand van de toerenregelaar op de brandstofinjectiepomp. De toerenregelaar moet contact maken met de schroef die het toerental begrenst als de gashendel zich in de (vergrendelde) stand SNEL bevindt (Figuur 29).
Opmerking: De motor zou moeten starten wanneer u deze procedure uitgevoerd hebt. Indien de motor echter niet start, kan er lucht tussen de injectiepomp en de injectors zitten; zie Brandstofinjectors ontluchten (bladz. 35). 5. Smeer schone olie op de pakking van de filterbus. 6. Monteer de filterbus met de hand totdat de pakking contact maakt en draai deze vervolgens nog een halve slag verder. 7. Draai de aftapplug onder de filterbus vast.
Onderhoud elektrisch systeem Veiligheid van het elektrisch systeem 1 • Koppel de accu af voordat u reparaties aan de machine 25 verricht. Maak eerst de minpool van de accu los en daarna de pluspool. Bevestig eerst de pluspool van de accu en daarna de minpool. 10 25 10 25 15 10 10 • Accuzuur is giftig en kan brandwonden veroorzaken. Voorkom contact met uw huid, ogen en kleding. Bescherm uw gezicht, ogen en kleding als u werkzaamheden verricht aan de accu. • Accugassen kunnen ontploffen.
Opslag van de accu Onderhoud aandrijfsysteem Als u de machine langer dan 30 dagen stalt, moet u de accu verwijderen en volledig opladen. U moet de accu apart opslaan of in de machine laten zitten. De accukabels mogen niet aangesloten zijn op de accu als u deze in het voertuig laat zitten. Sla de accu op in een koele omgeving om te voorkomen dat de accu snel ontlaadt. Om te voorkomen dat de accu bevriest, moet deze volledig zijn opgeladen.
Onderhoud koelsysteem 3. Plaats de dop van de expansietank terug. Veiligheid van het koelsysteem VOORZICHTIG Als u hete, onder druk staande koelvloeistof over u heen krijgt of in aanraking komt met een hete radiateur of omliggende delen, kunt u ernstige brandwonden oplopen. • Verwijder de radiateurdop nooit als de motor heet is. Laat de motor minstens 15 minuten afkoelen of wacht totdat de radiateurdop zover is afgekoeld dat u deze kunt aanraken zonder uw hand te branden.
Onderhouden remmen De bedrijfsremmen afstellen Stel de serviceremmen af als de rempedalen meer dan 25 mm "speling" hebben of als de remmen niet naar behoren functioneren. Met speling wordt de afstand bedoeld die het rempedaal wordt ingetrapt voordat er remweerstand wordt gevoeld. 2 Opmerking: Gebruik de speling van de wielmotor om de trommels heen en weer te bewegen om te controleren of deze voor en na het afstellen vrij kunnen bewegen. 1 1.
Onderhoud riemen Onderhoud bedieningsysteem Riem van wisselstroomdynamo controleren De tractie-aandrijving afstellen voor de neutraalstand Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren Na de eerste 10 bedrijfsuren Opmerking: Als de hydraulische vloeistof, tractiemotoren of slangen van de machine onlangs vervangen zijn, dient u lucht die in het systeem gevangen zit te verwijderen voordat u deze procedure uitvoert.
• Als de linkerachterband achteruit draait, verlengt 4. 5. 6. 7. 8. 5. Druk met de hand het tractiepedaal helemaal naar voren. Oefen lichte druk uit tot het pedaal stopt en houd het in die positie vast. Blijf lichte druk uitoefenen op het pedaal wanneer u het helemaal naar voren duwt. u de stang door deze langzaam tegen de wijzers van de klok in (gezien van de voorkant) te draaien tot de linkerachterband stopt met draaien of deze lichtjes achteruit draait.
Onderhoud hydraulisch systeem 2. Laat het tractiepedaal naar de NEUTRAALSTAND komen en start de motor. Laat de motor lopen bij het laagst mogelijk toerental om alle lucht uit het systeem te verwijderen. Schakel de aftakas niet in. Het reservoir is in de fabriek gevuld met ongeveer 17 liter hoogwaardige transmissie-/hydraulische vloeistof voor tractoren. Aanbevolen wordt het reservoir bij te vullen met de volgende hydraulische vloeistof: 3.
Stalling 3. Plaats een grote bak onder het hydraulische reservoir en de versnellingsbak en verwijder de aftappluggen om alle hydraulische vloeistof weg te laten lopen (Figuur 41). Onderhoud van de motor 1. Tap de motorolie af uit het carter en plaats de aftapplug weer terug. 2. Verwijder het oliefilter, gooi het weg en plaats een nieuw filter. 3. Vul de motor bij met ongeveer 3,8 liter van de aanbevolen motorolie; zie Motorolie verversen en filter vervangen (bladz. 33). 4.
B. Reinig de accu, de klemmen en de polen met behulp van een staalborstel en een oplossing van zuiveringszout (natriumbicarbonaat). C. Smeer een dun laagje Grafo 112X-vet (Toro onderdeelnr. 505-47) of petrolatum op de kabelklemmen en de accupolen om corrosie te voorkomen. D. Laad de accu om de 60 dagen gedurende 24 uur langzaam op om loodsulfatie van de accu te voorkomen.
Opmerkingen: 45
Opmerkingen: 46
Lijst met internationale dealers Dealer: Land: Telefoonnummer: Dealer: Land: Agrolanc Kft Asian American Industrial (AAI) B-Ray Corporation Brisa Goods LLC Casco Sales Company Ceres S.A. CSSC Turf Equipment (pvt) Ltd. Cyril Johnston & Co. Cyril Johnston & Co. Fat Dragon Femco S.A. FIVEMANS New-Tech Co., Ltd ForGarder OU G.Y.K. Company Ltd.
Toro Garantie Beperkte garantie van twee jaar Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt De Toro Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, bieden krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie dat uw Toro-product (hierna: het 'product') gedurende twee jaar of 1500 bedrijfsuren* vrij van materiaalgebreken of fabricagefouten is, met dien verstande dat hierbij de kortste periode moet worden aangehouden.