Operator's Manual

Neemdehierondergenoemdeinstructiesvoor
gebruikvandemachineophellingendoorengana
naofudemachineindespeciekesituatieophet
betreffendeterreinkuntgebruiken.Veranderingen
inhetterreinkunnentotgevolghebbendatde
machineandersreageertophellingen.
Vermijdstarten,stoppenofbochtenmakenop
hellingen.Vermijdplotseveranderingenvan
snelheidofrichting.Draailangzaamengeleidelijk.
Gebruikeenmachinenooitinomstandigheden
waarbijutwijfeltovertractie,sturenofstabiliteit.
Verwijderofmarkeerobstakelszoalsgreppels,
putten,geulen,hobbels,stenenenandere
verborgengevaren.Inhooggraszijnobstakels
nietaltijdzichtbaar.Demachinekanomslaanop
oneffenhedeninhetterrein.
Denkeraandatdemachinetractiekanverliezen
doordatubergafwaarts,opnatgrasofdwarsop
eenhellingmaait.Alsdeaandrijfwielentractie
verliezen,kunnenzegaanslippenenkuntuniet
meerremmenofsturen.
Rijzeervoorzichtigalsudemachinegebruiktin
debuurtvansteilehellingen,greppels,dijken,
waterhindernissenenanderegevaarlijkepunten.
Demachinekanplotselingomslaanalseenwiel
overderandkomt,ofalsderandinstort.Zorg
vooreenveiligeafstandtussendemachineen
eengevarenzone.
Spoorgevarenonderaandehellingop.Indien
ergevarenzijn,maaitudehellingmeteen
loopmaaimachine.
Laatdemaai-eenhedenindienmogelijkneerop
degrondwanneerudemachineopeenhelling
gebruikt.Alsudemaai-eenhedenomhoogbrengt
ophellingen,kandemachineonstabielworden.
Weesuiterstvoorzichtigmetgrasopvangsystemen
ofanderewerktuigen.Dezekunnendemachine
minderstabielmaken,waardoorudecontrole
overdemachinekuntverliezen.
Hetdieselpartikellteren
regeneratie
Hetdieselpartikellter(DPF)verwijdertroetuitde
uitlaat.
BijhetDPF-regeneratieproceswordtwarmtevande
motorverhitdoordekatalysatoromroetafzettingte
herleidentotas.
OmhetDPFschoontehouden,dientuhetvolgende
inachttenemen:
Laatdemotorindienmogelijkopvoltoerental
lopenomdezelfreinigingvanhetDPFte
begunstigen.
Gebruikdejuistemotorolie.
Laatdemotorzoweinigmogelijkstationair
draaien.
Gebruikalleendieselmetultralaagzwavelgehalte.
Houdbijhetgebruikenonderhoudvanuwmachine
rekeningmetdewerkingvanhetDPF.Eenmotor
onderbelastingzorgtdoorgaansvooreenvoldoende
hogeuitlaattemperatuurvoorDPF-regeneratie.
Belangrijk:Laatdemotorzoweinigmogelijk
stationairofbijlaagmotortoerentaldraaienomde
roetafzettinginhetDPFtebeperken.
VOORZICHTIG
GedurendedeDPF-regeneratieisde
uitlaattemperatuurhoog(ongeveer600°C).De
heteuitlaatgassenkunnengevaaropleveren
vooruofanderen.
Laatdemotornietdraaienineenafgesloten
ruimte.
Zorgdaterzichgeenontvlambare
materialenindebuurtvanhet
uitlaatsysteembevinden.
Zorgdatheteuitlaatgassengeen
oppervlakkenrakendiebeschadigd
kunnenwordendoorhitte.
Raakonderdelenvaneenheet
uitlaatsysteemnietaan.
Blijfnietindebuurtvandeuitlaatvande
machinestaan.
Depictogrammenvanhet
regeneratieproces
PictogramBetekenisvanpictogram
Geparkeerdeofherstelgeneratiewordt
gevraagd.
Voerderegeneratieonmiddellijkuit.
Betekentdateenregeneratietoegestaan
werd.
Geeftaandatregeneratiebezigisende
uitlaattemperatuurhogeris.
Inhibitregeneration(regeneratieverhinderen)
isgeselecteerd.
Defectvanbesturingssysteemvan
stikstofdioxide;demachineheeftonderhoud
nodig.
37