Form No. 3438-819 Rev A Groundsmaster® 3300 of 3310 tractie-eenheid met aandrijving op alle wielen Modelnr.: 31902—Serienr.: 400000000 en hoger Modelnr.: 31903—Serienr.: 400000000 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
doeleinden dan het bedoelde gebruik kan gevaarlijk zijn voor u of voor omstanders. Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen; zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring. Lees deze informatie zorgvuldig door, zodat u weet hoe u de machine op de juiste wijze moet gebruiken en onderhouden en om schade aan de machine en letsel te voorkomen. U bent verantwoordelijk voor het juiste en veilige gebruik van de machine.
Veiligheidssysteem controleren ........................ 27 De rolbeugel verstellen ..................................... 28 De informatie op het weergavescherm begrijpen ....................................................... 29 Tijdens gebruik .................................................... 31 Veiligheid tijdens het werk................................. 31 Het dieselpartikelfilter en regeneratie................ 33 Starten van de motor ........................................
Veiligheid Onderhouden remmen ........................................ 57 De parkeerrem controleren en afstellen ............ 57 Onderhoud riemen .............................................. 58 Riemspanning van de wisselstroomdynamo controleren.................................................... 58 Onderhoud van de tractieriem........................... 58 Onderhoud bedieningsysteem ............................ 59 De opening van de koppeling van de aftakas afstellen ......................................
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. decal106-9206 106-9206 decalbatterysymbols 1. Specificatie torsie van wielen Symbolen op accu Sommige of alle symbolen staan op de accu. 1. Risico van explosie 2. Geen vonken of vuur en niet roken. 3. Risico van bijtende vloeistof/chemische brandwonden 4.
decal133-8062 133-8062 decal115-8155 115-8155 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding, gebruik geen choke of startvloeistof. decal138-2748 138-2748 1. Raadpleeg de Gebruikershandleiding voor informatie over de zekering. decal125-9688 125-9688 1. Uit 2. Ruitenwissers 3. Ventilator en cabinelampje 2. Ruitensproeier 3. Aan 4. Ruitensproeiervloeistof spuiten. decal127-0392 decal138-2765 127-0392 138-2765 1. Waarschuwing – Blijf uit de buurt van hete oppervlakken.
decal138-7472 138-7472 decal138-7471 138-7471 1. Motor – starten 2. Motor – lopen 3. Motor – afzetten 2. Langzaam 1. Snel 5. Duw naar beneden om het maaimes uit te schakelen. 6. Maaidek – omlaagbrengen 7. Maaidek – omhoogbrengen 4. Til omhoog om het maaimes in te schakelen. decal139-6215 139-6215 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding; alle bestuurders moeten instructie hebben ontvangen voordat zij de machine bedienen. 5.
decal139-6246 139-6246 Opmerking: Deze machine voldoet aan de tests die de statische breedte- en lengtestabiliteit meten en die standaard zijn in de sector. De maximale aanbevolen hellingshoek wordt vermeld op de sticker. Raadpleeg de instructies voor gebruik van de machine op hellingen in de Gebruikershandleiding en de omstandigheden waarin u de machine zou gebruiken om na te gaan of u de machine op een bepaalde dag en op het terrein in kwestie kunt gebruiken.
decal140-1460 140-1460 1. Om de machine vooruit te rijden, drukt u vooraan op het pedaal. 3. Trap het kantelpedaal in om het stuur aan te passen. 2. Om de machine achteruit te rijden, drukt u achteraan op het pedaal. decal140-3126 140-3126 1. Lees de Gebruikershandleiding voor informatie over de zekering. 5. Vermogen weergavescherm – 15 A 2. Cabine – 10 A 3. Aandrijving stoel – 15 A 6. Weergavescherm sleutelstart – 10 A 7. Motor starten – 10 A 4. Stroom – 20 A 8.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure Hoeveelheid Omschrijving Gebruik 1 2 3 Geen onderdelen vereist – De machine uit de transportcontainer nemen. Achterwiel Wielmoer 2 8 De achterwielen monteren (alleen voor modelnr. 31902). Geen onderdelen vereist – De voorwielen verwijderen (alleen voor modelnr. 31902).
Procedure Hoeveelheid Omschrijving Gebruik 14 CE-set (afzonderlijk bestellen; neem contact op met uw erkende Toro-distributeur) 1 De CE-set monteren (voor gebruik in landen die de CE-normen naleven). 15 Geen onderdelen vereist – De gewichtsoverbrengingsdruk afstellen (indien nodig). 1 2 De machine uit de transportcontainer nemen De achterwielen monteren Alleen voor modelnr. 31902 Alleen voor modelnr.
3 4 De voorwielen verwijderen De hefarm monteren Alleen voor modelnr. 31902 Alleen voor modelnr. 31902 Geen onderdelen vereist Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Rechter hefarm Procedure 1 Linker hefarm Opmerking: U moet deze procedure uitvoeren om 2 Grote pen de hefarmen juist te monteren. 2 Bout (⅜" x 2¾") Plaats kriksteunen onder de framebuizen van de voorzijde om de voorwielen omhoog te brengen; zie De voorkant van de machine omhoog brengen (bladz. 42).
4. A. Gebruik 2 moeren (⅜") en 2 bouten (⅜" x 2¾") om de grote pennen aan het frame te bevestigen (Figuur 6). Plaats een opvangbak onder het hydraulische verdeelstuk (afgebeeld in Figuur 8). Opmerking: Er zal een kleine hoeveelheid hydraulische vloeistof moeten worden onttrokken om de hefcilinders manueel in te trekken. g295767 Figuur 6 Rechterkant getoond. 1. Moer 2. Grote pen 3. Bout g299920 Figuur 8 5.
Opmerking: Breng de hefarm volledig omhoog als hulp bij de uitlijning. g299550 Figuur 11 1. Wielnaaf 2. Band g312026 3. Wielmoer Figuur 10 1. Bout (⅜" x 1¼") 3. Cilinderstang 2. Kleine pen 4. Moer (⅜") D. Gebruik 2 bouten (⅜" x 1¼"), 2 moeren (⅜") en 2 kleine pennen om de hefarmen aan de cilinders te monteren (Figuur 10). E. Draai de wartelmoer van de slang op de poort C1 (Figuur 9) aan met een torsie van 41 N·m. 2. Draai de wielmoeren aan; zie Wielmoeren aandraaien (bladz. 54).
g299562 Figuur 12 1. Bevestigingsbeugel 3. Moer (⅜") 2. Bout (⅜" x 3¼") 7 De stoel monteren g307379 Figuur 13 Alleen voor modelnr. 31902 Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 1. Kap 4. Stuur 2. Nylock moer 5. Schuimrubberen kraag 3. Ring Set met stoel (afzonderlijk bestellen; neem contact op met uw erkende Toro-distributeur) 2. Procedure Opmerking: Controleer of de schuimrubberen kraag op de stuuras zit (Figuur 13). Monteer de stoel; raadpleeg de Montage-instructies van de set met stoel.
9 De bumper monteren Alleen voor modelnr. 31902 Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Bumper 2 Bout (⅜" x 2¾") 4 Bout (⅜" x 3¼") 6 Moer (⅜") Procedure 1. Verwijder de bumper van de transportsteun. 2. Gebruik 4 bouten (⅜" x 3¼") en 4 moeren (⅜") om het bovenste gedeelte van de bumper aan het machineframe te bevestigen (Figuur 14). g302775 Figuur 14 1. Bout (⅜" x 3¼") 3. Bout (⅜" x 2¾") 2. Bumper 3.
11 12 Het werktuig monteren De vloeistofniveaus controleren Benodigde onderdelen voor deze stap: 1 Werktuig (afzonderlijk bestellen; neem contact op met uw erkende Toro-distributeur) Geen onderdelen vereist 2 Bout (5/16" x 2") 2 Moer (5/16") Procedure Controleer het peil van de volgende vloeistoffen voordat u de motor voor de eerste keer start: Procedure • Controleer het oliepeil in de motor; zie Het motoroliepeil controleren (bladz. 46). Monteer het frontwerktuig (bv.
de voorste rand van een sneeuwfrees te zwaar schraapt, moet u de gewichtsoverbrengingsdruk verhogen met het hydraulische verdeelstuk. 14 Opmerking: Het verhogen van de gewichtsoverbrengingsdruk draagt ook gewicht over van het werktuig naar de wielen van de tractie-eenheid, waardoor de tractie-eenheid meer grip krijgt op de grond.
12. g299924 Figuur 17 1. Hydraulisch verdeelstuk 3. Testpoort (G1) 2. Gewichtoverbrengingsspoel (LC) 5. Verwijder aan de zijde van het hefverdeelstuk de dop van de testpoort (met de aanduiding G1; zie Figuur 17). 6. Maak de contramoer aan het einde van de gewichtoverbrengingsspoel (met de aanduiding LC; zie Figuur 17) los. 7. Start de motor en zet de gashendel op HOOG STATIONAIR . 8.
Algemeen overzicht van de machine Voor maximaal vermogen bij een zware last of het oprijden van een heuvel zet u de gashendel op SNEL terwijl u het tractiepedaal licht indrukt om het motortoerental (tpm) hoog te houden. Als het motortoerental snel terugvalt, laat u het tractiepedaal iets los zodat het motortoerental weer kan toenemen. g219608 Figuur 19 1. Hendel om stuurwiel te verstellen 2. Tractiepedaal g219621 Figuur 18 Hendel om stuurwiel te verstellen 1. Maaidek 7. Rolbeugel 2.
g220213 g219574 Figuur 21 Figuur 20 1. UITGESCHAKELDE stand 2. INGESCHAKELDE stand • De parkeerrem uitschakelen: Gebruik uw duim om de knop op de bovenkant van de hendel in te drukken en breng de hendel naar beneden naar de UITGESCHAKELDE stand. 1. Knop van het weergavescherm 4. Aftakasschakelaar 2. Gasbedieningsschakelaar 5. Contactschakelaar 3. Hefschakelaar werktuig 6.
Contactschakelaar Cabineknoppen De contactschakelaar heeft 3 standen: UIT, AAN/VOORGLOEIEN en START . Machines uitgerust met een cabine Gebruik de schakelaar om de motor te starten of uit te schakelen [zie Starten van de motor (bladz. 36) of De motor afzetten (bladz. 36)] of om de informatie van het weergavescherm te bekijken [zie De informatie op het weergavescherm begrijpen (bladz. 29)]. Gasbedieningsschakelaar Gebruik de schakelaar om het motortoerental te regelen.
Specificaties Opmerking: Specificaties en ontwerp kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Beschrijving Figuur 23 referentie Afmetingen of gewicht Hoogte met rolbeugel omhooggeklapt D 200 cm Hoogte met rolbeugel omlaag C 111 cm Hoogte met cabine H 226 cm Totale lengte (uitgerust met achtergewichten) G Maximaal 332 cm Totale lengte (niet uitgerust met achtergewichten) F Maximaal 312 cm B Zie Specificaties breedte (bladz. 24).
Gebruiksaanwijzing • Geen brandstof bijvullen of aftappen in een afgesloten ruimte. • Bewaar de machine en het brandstofvat niet Voor gebruik op plaatsen waar open vlammen, vonken of waakvlammen (bv. van een boiler of een ander toestel) aanwezig kunnen zijn. Veiligheidsinstructies voorafgaand aan het werk • Probeer de motor niet te starten als u brandstof hebt gemorst; voorkom elke vorm van open vuur of vonken totdat de brandstofdampen volledig zijn verdwenen.
Gebruik bij temperaturen boven -7 °C zomer- in plaats van winterdieselbrandstof om de brandstofpomp langer te laten meegaan en meer vermogen te ontwikkelen. Controleer de luchtdruk in alle banden voordat u de machine gebruikt. Biodiesel Deze machine kan ook gebruik maken van een dieselmengsel tot maximaal B20 (20% biodiesel, 80% diesel).
VOORZICHTIG Niet-aangesloten of beschadigde interlockschakelaars kunnen onverwachte gevolgen hebben op de werking van de machine. Dit kan lichamelijk letsel veroorzaken. • Laat de interlockschakelaars ongemoeid. • Controleer elke dag de werking van de interlockschakelaars en vervang beschadigde schakelaars voordat u de machine weer in gebruik neemt. 1. Zet de AFTAKAS schakelaar UIT en haal uw voet van het tractiepedaal. 2. Draai de contactschakelaar naar de START -stand.
De rolbeugel verstellen WAARSCHUWING Als de machine kantelt, kan dat lichamelijk of dodelijk letsel tot gevolg hebben. • Houd de rolbeugel in de omhooggeklapte, geborgde stand. g034169 • Gebruik de veiligheidsgordel. WAARSCHUWING Er is geen omkantelbeveiliging als de rolbeugel omlaag is geklapt. • Gebruik de machine niet op oneffen terrein of op een heuvel met een omlaaggeklapte rolbeugel. • Klap de rolbeugel uitsluitend omlaag als dit absoluut noodzakelijk is.
g297898 Figuur 29 1. Weergavescherm 2. Knop van het weergavescherm • Om naar het hoofdmenu te gaan: Houd de knop van het weergavescherm ingedrukt tot de menu-opties op het scherm verschijnen. g034168 • Om een menu-optie te selecteren: Druk snel Figuur 27 twee keer op de knop van het weergavescherm. U kunt deze actie ook uitvoeren om te wisselen bij een optie (bv. wisselen tussen Engelse of metrische eenheden in het scherm INSTELLINGEN).
Hoofdmenu (cont'd.) DIAGNOSTIEK Instellingen (cont'd.) Geeft de verschillende huidige statussen en gegevens van de machine weer. U kunt deze informatie gebruiken om bepaalde problemen op te lossen, omdat het menu snel laat zien welke bedieningsorganen van de machine aan/uit zijn en controleniveaus weergeeft (bv. sensorwaarden). INSTELLINGEN Hier kunt u het InfoCenter-scherm configureren en aan uw voorkeuren aanpassen. Raadpleeg de tabel Instellingen (bladz. 30).
snel op de knop van het weergavescherm om naar het volgende cijfer te gaan. Pictogrammen van het weergavescherm (cont'd.) 4. De bestuurder moet op de stoel zitten Nadat alle vier cijfers zijn ingevoerd, drukt u één keer op de knop van het weergavescherm om de pincode in te geven. Als de pincode juist is ingevoerd, zal het pictogram van de pincode bovenaan rechts van alle menuschermen verschijnen.
• Stop de maaimessen als u niet daadwerkelijk • • • • • • • • • maait. Stop de machine, verwijder het sleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u het werktuig controleert nadat u een voorwerp heeft geraakt of de machine abnormaal begint te trillen. Voer alle noodzakelijke reparaties uit voordat u de machine weer in gebruik neemt. Verminder uw snelheid en wees voorzichtig als u een bocht maakt of wegen en voetpaden oversteekt met de machine.
• Gebruik de juiste motorolie. • Laat de motor zo weinig mogelijk stationair • Neem de hieronder genoemde instructies voor gebruik van de machine op hellingen door en ga na na of u de machine in de specifieke situatie op het betreffende terrein kunt gebruiken. Veranderingen in het terrein kunnen tot gevolg hebben dat de machine anders reageert op hellingen. draaien. • Gebruik alleen diesel met ultralaag zwavelgehalte. Houd bij het gebruik en onderhoud van uw machine rekening met de werking van het DPF.
Soorten DPF-regeneratie Voor de onderstaande soorten regeneratie moet de machine worden geparkeerd: (cont'd.) DPF-regeneratie terwijl de machine in bedrijf is: Type regeneratie Reset Omstandigheden die leiden tot regeneratie van het dieselpartikelfilter Proces Eens om de 100 bedrijfsuren • Wanneer het pictogram hoge uitlaattemperatuur Doet zich ook voor als de motor tijdens bedrijf de toegelaten hoeveelheid roetafzetting in het filter overschrijdt.
De menu’s DPF Regeneration gebruiken 2. Rij de machine naar buiten op een plaats vrij van ontvlambare materialen of voorwerpen die beschadigd kunnen worden door hitte. Naar de menu’s DPF Regeneration gaan 3. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak. 4. Schakel de aftakas uit en laat werktuigen neer (indien aanwezig). 5. Stel de parkeerrem in werking. 6. Zet de gashendel op LAAG STATIONAIR . 7.
9. Resetten van de aftakasaandrijving Het InfoCenter toont het hoofdscherm en het pictogram ‘regeneratie toegestaan’ . Opmerking: Als u de bestuurderstoel verlaat terwijl Opmerking: Terwijl de DPF-regeneratie bezig de aftakasschakelaar op AAN staat, zal de motor automatisch worden uitgeschakeld. is, wordt het pictogram hoge uitlaattemperatuur Doe het volgende om de aftakasaandrijving te resetten: weergegeven in het InfoCenter. 10.
Onderhoud van de maai-eenheid WAARSCHUWING Als u het sleuteltje in het contact laat, bestaat de kans dat iemand de motor per ongeluk start waardoor u en andere omstanders ernstig letsel kunnen oplopen. U kunt de maai-eenheid draaien van de TRANSPORTSTAND (A in Figuur 30) naar de ONDERHOUDSSTAND (B in Figuur 30). Gebruik de ONDERHOUDSSTAND om de messen van de maai-eenheid te onderhouden of schoon te maken onder de maai-eenheid; raadpleeg de Gebruikershandleiding van uw maai-eenheid.
g298277 Figuur 34 2. g298275 Figuur 32 g298276 Figuur 33 De maai-eenheid draaien naar de TRANSPORTSTAND Voer deze procedure uit om de maai-eenheid te draaien van de ONDERHOUDSSTAND naar de TRANSPORTSTAND . 1. Zet de vergrendeling van de maai-eenheid vrij van de bevestigingsbeugel (Figuur 34) door de maai-eenheid lichtjes een beetje naar voren te draaien (zie Figuur 32) en de vergrendelhandgreep naar voren te trekken.
1. Verkrijg toegang tot de omloopklep van onder de machine. g297087 Figuur 36 1. Tractiepomp 2. 2. Omloopklep Gebruik een ringsleutel van 18 mm om de omloopklep los te draaien, en open de klep dan maximaal 3 slagen. Belangrijk: U mag de motor niet starten of laten draaien met de klep in de omloopstand. 3. De machine transporteren g298288 Figuur 35 1. Plaat van hefarm Na het slepen en voordat u de motor start, draait u de omloopklep vast met een torsie van 20 N·m.
Onderhoud • Laat de onderdelen van de machine afkoelen Opmerking: Bepaal vanuit de normale • bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Opmerking: Download het elektrische of • hydraulische schema gratis op www.Toro.com; u kunt uw machine zoeken via de link Handleidingen op de hoofdpagina. • Veiligheid bij onderhoud • • Doe het volgende voordat u de bestuurdersstoel • verlaat: – Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak.
Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure Om de 200 bedrijfsuren • Wielmoeren aandraaien. • De slangen van het koelsysteem controleren. • De opening van de koppeling van de aftakas afstellen. Om de 250 bedrijfsuren • Vervang het luchtfilterelement. • De koelribben controleren en reinigen (vaker in vuile of stoffige omstandigheden). Om de 400 bedrijfsuren • • • • • Om de 500 bedrijfsuren • Motorolie verversen en filter vervangen. Om de 1000 bedrijfsuren • Het hydraulische filter vervangen.
Gecontroleerd item Voor week van: Ma. Di. Wo. Do. Vr. Za. Zo. Hydraulische slangen en leidingen op schade controleren. Controleren op lekkages. Controleer de bandenspanning. Werking van instrumenten controleren. Alle smeernippels smeren.2 Beschadigde lak bijwerken. De veiligheidsgordel controleren.
2. Plaats de krik onder het gewenste krikpunt. 3. Wanneer u de voorkant van de machine opgekrikt hebt, plaatst u een geschikte kriksteun onder het machineframe om de machine te ondersteunen. De achterkant van de machine omhoog brengen Belangrijk: Zorg ervoor dat er geen kabels of hydraulische onderdelen zitten tussen de assteun en het frame. g299730 Figuur 38 1. Achterkant van de machine 2. Kriksteunpunt aan de achterzijde – framebuis 3. Kriksteunpunt achterzijde – framebuis g285428 Figuur 39 2.
Smering Lagers en lagerbussen smeren Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks—Smeer de aandrijfas van de aftakas (kruislagers en uitschuifbare sleuven) Om de 50 bedrijfsuren—Lagers en lagerbussen smeren. g303694 Figuur 41 De machine is voorzien van smeerpunten die u regelmatig moet smeren met nr. 2 lithiumvet. 1. Smeernippels Belangrijk: Smeer de machine onmiddellijk na elke wasbeurt. • Draaipen van as (Figuur 42) • Arm van de spanpoelie (Figuur 40) g308668 Figuur 42 1.
g285509 Figuur 43 Voorzijde van de machine 1. Penkoppelingen van werktuig 3. Penkoppelingen van hefarm 2. Lagerbussen van hefcilinder • Achterkant van de machine (Figuur 44): – Asnaven (2) – Kogelverbinding van hydraulische cilinder (2) – Uiteinden van spoorstang (2) g285510 Figuur 44 Achterkant van de machine (bumper verwijderd) 1. Asnaven 3. Uiteinden van spoorstang 2.
Onderhoud motor Belangrijk: Zorg ervoor dat het motoroliepeil tussen de markeringen voor het minimum en het maximum op de peilstok staat. De motor kan beschadigd worden indien deze te veel of te weinig olie bevat. Veiligheid van de motor • Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact voordat u het oliepeil controleert of het carter bijvult met olie. • Verander de snelheid van de toerenregelaar niet 1. Zet de motorkap omhoog; raadpleeg De motorkap omhoogtillen (bladz. 43). 2.
g297639 Figuur 46 4. Vervang het oliefilter van de motor zoals wordt getoond in Figuur 47. g031261 Opmerking: Controleer of de pakking van het Figuur 47 oliefilter contact maakt met de motor en draai nog ¾ slag extra vast. Onderhoud van het luchtfilter Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks—Controleer de indicator voor verstopping in het luchtfilter en vervang indien nodig de filterelementen. Om de 250 bedrijfsuren—Vervang het luchtfilterelement.
g009709 Figuur 48 1. Indicator voor verstopping van luchtfilter Belangrijk: Zorg ervoor dat het deksel goed vastzit en de luchtfilterbehuizing helemaal afsluit en dat de vergrendelingen goed gesloten zijn. 1. Vervang het luchtfilterelement (Figuur 49). g253706 Figuur 49 Belangrijk: Reinig nooit een gebruikt element omdat dit kan leiden tot beschadiging van de filtermedia. 2. 48 Stel de indicator voor verstopping (Figuur 48) opnieuw in als deze rood is.
Onderhoud van brandstof/waterafscheider Onderhoud brandstofsysteem Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren GEVAAR Vervang de brandstof/waterafscheider zoals wordt getoond in Figuur 50. In bepaalde omstandigheden zijn dieselbrandstof en brandstofdampen uiterst ontvlambaar en explosief. Brand of explosie van brandstof kan brandwonden of materiële schade veroorzaken.
Onderhoud elektrisch systeem Veiligheid van het elektrisch systeem • Koppel de accu af voordat u reparaties aan de machine verricht. Maak eerst de minpool van de accu los en daarna de pluspool. Bevestig eerst de pluspool van de accu en daarna de minpool. • Laad de accu op in een open, goed geventileerde ruimte, uit de buurt van vonken en open vuur. Haal de oplader uit het stopcontact voordat u de accu aan- of loskoppelt. Draag beschermende kleding en gebruik geïsoleerd gereedschap.
De accu aansluiten De accu afkoppelen WAARSCHUWING WAARSCHUWING Accupolen of metalen gereedschappen kunnen kortsluiting maken met metalen onderdelen van de , waardoor vonken kunnen ontstaan. Hierdoor kunnen accugassen tot ontploffing komen en lichamelijk letsel veroorzaken. • Zorg ervoor dat bij het verwijderen of installeren van de accu de accupolen niet in aanraking komen met metalen onderdelen van de machine.
De accu verwijderen of installeren De accu wordt in de bak geborgd met een houder (Figuur 56). Zet het bevestigingsmateriaal van de houder los om de accu te verwijderen; draai het opnieuw aan bij de montage van de accu. C. Schuif het rubberen isolatorkapje over de pluspool van de accu heen. D. Sluit het accudeksel. De zekeringen vinden De zekeringen van de tractie-eenheid vinden Opmerking: Zie Toegang tot de accu (bladz. 50) om bij de accu te komen. Vervang het deksel wanneer u de accu monteert.
Zekeringhouder van tractie-eenheid A Zekeringhouder van cabine (cont'd.
Onderhoud aandrijfsysteem Onderhoud koelsysteem Veiligheid van het koelsysteem Wielmoeren aandraaien • Motorkoelvloeistof inslikken kan vergiftiging Onderhoudsinterval: Na het eerste bedrijfsuur Na de eerste 10 bedrijfsuren • Om de 200 bedrijfsuren Aantrekkoppel van de wielmoeren: 102-108 N∙m Draai de wielmoeren van de voor- en achterwielen aan (alleen voor machines met vierwielaandrijving) volgens het patroon dat wordt getoond in Figuur 61 en Figuur 62 met de aangegeven torsie.
deze zones vaker schoon in vuile of stoffige omstandigheden). Om de 1500 bedrijfsuren—Motorkoelvloeistof verversen WAARSCHUWING Als de motor gelopen heeft, staat de radiateur onder druk en is de koelvloeistof binnenin heet. Als u de dop verwijdert, kan koelvloeistof ontsnappen, waarbij u ernstige brandwonden kunt oplopen. • Verwijder de dop van de expansietank niet om het peil van de koelvloeistof te controleren. • Verwijder de dop van de expansietank niet als de motor heet is.
g299819 Figuur 65 g309128 1. Richting perslucht Figuur 64 1. Luchtinlaatrooster van de motorkap • Maak gebogen ribben recht. 1. Zet de motorkap omhoog; raadpleeg De motorkap omhoogtillen (bladz. 43). 2. Reinig het motorkapscherm met perslucht (getoond in Figuur 64). Richt de lucht uit de machine.
Onderhouden remmen De parkeerrem controleren en afstellen Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren De parkeerrem controleren 1. Plaats 2 kriksteunen onder de voorkant van de machine; zie De voorkant van de machine omhoog brengen (bladz. 42). 2. Verwijder de voorwielen. 3. 4. g299613 Figuur 67 Zet de parkeerrem in de UITGESCHAKELDE stand; zie Parkeerrem (bladz. 20). 1. Contramoeren Verwijder de remtrommels (Figuur 66) manueel.
Onderhoud riemen Vervang de riem als deze overmatig versleten of beschadigd is; zie De tractieriem vervangen (bladz. 58). Riemspanning van de wisselstroomdynamo controleren. De tractieriem vervangen Onderhoudsinterval: Na de eerste 10 bedrijfsuren Na de eerste 50 bedrijfsuren Om de 100 bedrijfsuren Bij een correcte spanning heeft de riem een speling van 10 mm als u halverwege tussen de poelies op de riem drukt met een kracht van 4,5 kg. Voer de volgende stappen uit als de speling geen 10 mm bedraagt: 1.
Onderhoud bedieningsysteem De opening van de koppeling van de aftakas afstellen Onderhoudsinterval: Om de 200 bedrijfsuren 1. Laat de motor afkoelen. 2. Til de motorkap op. 3. Stel de elektrodenafstand zodanig in dat u een lichte druk voelt als u een voelermaat van 0,3 mm tussen de koppelingsvoering en de frictieplaat schuift (Figuur 71). Opmerking: U kunt de afstand verkleinen door de stelmoeren rechtsom te draaien (Figuur 71). De maximale elektrodenafstand is 0,6 mm.
Onderhoud hydraulisch systeem door gebruik van verkeerde vervangende vloeistoffen. Gebruik daarom uitsluitend producten van gerenommeerde fabrikanten die garant staan voor de door hen aanbevolen vloeistoffen. Veiligheid van het hydraulische systeem ISO VG 46 slijtagewerende hydraulische vloeistof met hoge viscositeitsindex/laag stolpunt • Waarschuw onmiddellijk een arts als er Materiaaleigenschappen: hydraulische vloeistof is geïnjecteerd in de huid.
g286314 Figuur 73 6. Als het vloeistofpeil zich onder de juiste onderste markering op de peilstok bevindt (naargelang uw uitgeruste werktuig; zie stap 5), moet u de gespecificeerde hydraulische vloeistof bijvullen in de tank. Herhaal stap 3 tot en met 5 tot het vloeistofpeil zich tussen de juiste 2 markeringen op de peilstok bevindt. g285821 Figuur 72 3. Verwijder de peilstok uit de hydraulische tank en veeg hem af met een schone doek (Figuur 72). 4. Steek de peilstok in de hydraulische tank. 7.
vergelijking met schone vloeistof melkachtig of zwart uit. 9. Belangrijk: Gebruik ter vervanging Toro filters; Belangrijk: Gebruik uitsluitend de raadpleeg de Onderdelencatalogus van de machine. Als een ander filter wordt gebruikt, kan de garantie van bepaalde onderdelen komen te vervallen. 1. gespecificeerde hydraulische vloeistoffen. Andere vloeistoffen kunnen schade aan het systeem veroorzaken.
Onderhoud van de cabine De cabine reinigen Belangrijk: Wees voorzichtig in de buurt van de afdichtingen van de cabine (Figuur 75). Als u een hogedrukreiniger gebruikt, houd de spuitstok dan minstens 0,6 m van de machine vandaan. Richt de hogedrukreiniger niet rechtstreeks op de afdichtingen van de cabine of onder de overhang aan de achterzijde. g251432 Figuur 76 1. Filter 2. Knop 3. Rooster 2. Verwijder de luchtfilters van de cabine. 3.
Het reservoir voor de ruitenwisservloeistof vullen Opmerking: Het reservoir voor de ruitenwisservloeistof bevindt zich naast de motor aan de rechterkant van de machine. 1. Verwijder de dop (Figuur 79) op het reservoir. g032951 Figuur 77 1. Grendelplaat 3. Schermafdekking 2. Condensatorfilter Het cabinelampje vervangen Opmerking: Raadpleeg de Onderdelencatalogus voor het onderdeelnummer van het lampje. 1.
Stalling Veiligheid tijdens opslag • Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat. Laat de machine afkoelen voordat u deze afstelt, reinigt, stalt of er onderhoudswerkzaamheden aan verricht. • Bewaar de machine en het brandstofvat niet op plaatsen waar open vlammen, vonken of waakvlammen (bv. van een boiler of een ander toestel) aanwezig kunnen zijn.
Privacyverklaring EEA/VK Toro’s gebruik van uw persoonlijke gegevens The Toro Company (“Toro”) respecteert uw recht op privacy. Wanneer u onze producten koopt, kunnen we bepaalde persoonlijke informatie over u verzamelen, ofwel rechtstreeks via u ofwel via uw plaatselijk Toro bedrijf of dealer.
Toro garantie Garantie gedurende 2 jaar of 1500 bedrijfsuren Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt De Toro Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, bieden krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie dat uw Toro product (hierna: het 'product') gedurende 2 jaar of 1500 bedrijfsuren* vrij van materiaalgebreken of fabricagefouten is, met dien verstande dat hierbij de kortste periode moet worden aangehouden.
Californië Proposition 65 Waarschuwingsinformatie Wat betekent deze waarschuwing? Sommige producten die op de markt zijn bevatten een etiket met een waarschuwing als: WAARSCHUWING: Kanker en schade aan de voortplantingsorganen – www.p65Warnings.ca.gov. Wat is Prop 65? Prop 65 geldt voor elk bedrijf dat actief is in Californië, producten verkoopt in Californië, of producten maakt die kunnen worden verkocht of geïmporteerd in Californië.