Form No. 3421-787 Rev A Groundsmaster® 1200-serie gesleepte cirkelmaaier Modelnr.: 31905—Serienr.: 400000000 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen; zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring. Deze machine is ontworpen in overeenstemming met de B71.4-2012-specificaties van het American National Standards Institute (ANSI).
Inhoud De aandrijfriemen van het maaidek controleren.................................................... 34 De drijfriemen van het maaidek vervangen ..................................................... 34 Onderhoud van de maaimessen ....................... 36 Schuinstand van het maaidek afstellen ............. 40 Stalling .................................................................... 43 De machine stallen ........................................... 43 Veiligheid ....................................
Veiligheid • Gebruik de maaier niet als er schermen of andere Algemene veiligheid • Dit product kan handen of voeten afsnijden en voorwerpen uitwerpen. Volg altijd alle veiligheidsinstructies op om ernstig letsel te voorkomen. • • Dit product gebruiken voor andere doeleinden dan het bedoelde gebruik kan gevaarlijk zijn voor u of voor omstanders. • Lees deze Gebruikershandleiding en zorg ervoor dat u deze begrijpt voordat u de maaier start. beveiligingsmiddelen ontbreken of als deze niet werken.
decal138-3078 138-3078 1. Geleiding van drijfriem decal120-6604 120-6604 1. De machine kan voorwerpen uitwerpen – Houd omstanders uit de buurt van de machine. 2. Handen kunnen worden (af)gesneden, maaimes – Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen; houd alle beschermende delen op hun plaats. 3. Voeten kunnen worden (af)gesneden, maaimes – Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen; houd alle beschermende delen op hun plaats. decal138-3087 138-3087 decal125-6110 125-6110 1.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure Omschrijving Hoeveelheid Gebruik 1 CE-sticker ‘gevaar/risico om gegrepen te worden’ 1 Breng de sticker ‘gevaar/risico om gegrepen te worden’ aan - CE-maaiers 2 Knop 6 De knoppen van het deksel van het maaidek plaatsen. 3 4 5 Geen onderdelen vereist – De positie van de trekstang van de machine afstellen. Geen onderdelen vereist – De sleepstang van de maaier afstellen.
2. Verwijder de drukmoer waarmee de bout aan het deksel van het maaidek is bevestigd en verwijder de bout van het deksel (Figuur 4). g264078 Figuur 4 1. Bout 2. Deksel van maaidek 3. g262546 Figuur 3 1. Bestaande sticker ‘gevaar/risico om gegrepen te worden’ 2. 2. CE-sticker ‘gevaar/risico om gegrepen te worden’ 4. 4. Monteer het deksel van het maaidek met de knop; zie De maaidekkappen monteren (bladz. 28). Herhaal stap 1 tot en met 3 voor de andere deksels van het maaidek.
4. 4 Draai de moeren en inbusbouten vast met een torsie van 91 tot 113 Nm. 5 De sleepstang van de maaier afstellen De sleepstang met pen omzetten naar een sleepstang met scharnierkoppeling Geen onderdelen vereist Het werkterrein beoordelen Overweeg de volgende omstandigheden van het werkterrein om de stand van de sleepstang van de maaier te bepalen. • Gazon met heuvels en kuilen in de contour - stel de sleepstang in op kortere lengte.
3. Verwijder de 2 flensborgmoeren en 2 inbusbouten waarmee de beugel van de gaffel is bevestigd aan de sleepstang, en verwijder de beugel van de gaffel (Figuur 7). Opmerking: Bewaar de R-pen, de koppelpen, de flensborgmoeren, de inbusbouten en de beugel van de gaffel om de sleepstang met scharnierkoppeling om te zetten naar een sleepstang met pen.
Algemeen overzicht van de machine g262052 Figuur 9 1. Achterste maaidek 4. Buitenste maaidek 7. Snelkoppeling (aandrijfas van aftakas) 2. Maaidekvergrendeling 5. Scherm (Aandrijfas van aftakas) 8. Hydraulische slangen 3. Vergrendeling 6. Slanggeleider en steun aandrijfas g262053 Figuur 10 1. Touw van maaidekvergrendeling 3. Scherm (Aandrijfas van maaidek) 2. Krik 4. Rol 10 5.
Specificaties Specificaties maaier Opmerking: Specificaties en ontwerp kunnen Gewicht 1354 kg (2984 lb) zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Gebruiksaanwijzing Tractorbediening Voor gebruik Zorg dat u vertrouwd bent met de volgende bedieningsorganen van de tractor voordat u de maaier gebruikt: • Aftakas inschakelen Veiligheidsinstructies voorafgaand aan het werk • Motor- / aftakastoerental • De bediening van het achterwerktuig (omhoogbrengen/omlaagbrengen) Algemene veiligheid • Bediening hulpklep • Laat kinderen of personen die geen instructie • Koppeling hebben ontvangen, de machine nooit gebruiken of onderhoudswerkzaamheden daaraan
VOORZICHTIG Een ingeschakeld werktuig kan lichamelijk letsel veroorzaken. 1. Verwijder de aandrijfas als deze gemonteerd is op het trekvoertuig. 2. Draai de voorste helft van het scherm van de aftakas een volledige rotatie (Figuur 12). Om lichamelijk letsel te voorkomen, mag u de bestuurdersstoel niet verlaten zonder eerst de aftakasaandrijving uit te schakelen, de parkeerrem in werking te stellen, de motor af te zetten en het sleuteltje te verwijderen.
g262209 Figuur 15 Scherm van aandrijfas van middelste maaidek 1. Scherm van aandrijfas (middelste maaidek) g264215 Figuur 13 1. Scherm van aftakas (voorste helft) 6. 2. Ketting 2. Ketting 7. Controleer of de ketting is verbonden met het achterste scherm van de aftakas, de schermen van de aandrijfas en het frame van de maaier (Figuur 14 en Figuur 15).
2. Stel de parkeerrem in werking, zet de motor uit, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende delen tot stilstand zijn gekomen. 3. Verwijder de pen en draai de steun van de sleepstang verticaal (Figuur 17). g256133 Figuur 18 1. Wielblokken 8. Koppel de hydraulische slangen en de aandrijfas van de aftakas af van het trekvoertuig. 9. Maak de trekhaak los van de sleepstang. 10. Rijd het trekvoertuig in een rechte lijn weg van de maaier. De steun opbergen 1.
g250512 Figuur 21 g250419 Figuur 19 1. Bovenste koppeling van de 3-punts trekhaak 3. Beugel voor de bovenkoppeling 2. Lynchpen 4. Gaffelpen 4. • Zorg ervoor dat uw trekstang de aandrijfas van de aftakas niet belemmert. De maaier aansluiten op het trekvoertuig Zet de stabilisatiearmen (Figuur 20) volledig naar buiten; raadpleeg de Gebruikershandleiding van het trekvoertuig. 1.
De aandrijfas aansluiten aan de aftakas • Als uw maaier een sleepstang met pen heeft, plaatst u de koppelpen door de openingen in de sleepstang en de trekstang en bevestigt u de pen met de R-pen (Figuur 23). 1. Lijn de snelkoppeling van de aandrijfas van de aftakas uit met de uitgangsas van de aftakas (Figuur 24). g250417 Figuur 24 1. Uitgangsas van aftakas (machine) 2. g250418 Figuur 23 Sleepstang met pen afgebeeld 1. Flenslager 3. Koppelpen 2. R-pen 4.
g264215 Figuur 26 1. Scherm van aftakas (voorste helft) 2. Ketting De hydraulische slangen aansluiten 1. Identificeer de snelkoppelfittings voor het circuit heffen en omlaagbrengen van het achterwerktuig voor het trekvoertuig. 2. Verwijder de stofkappen van de snelkoppelfittings van het trekvoertuig. 3. Verwijder de zwarte stofkap van de snelkoppelfitting van de cilinderuitschuifslang van de maaier. 4.
g250665 Figuur 28 1. Vast onderdeel van het chassis 3. Touw van maaidekvergrendeling 2. Slanggeleider 2. Bind het touw vast aan een vast onderdeel van het chassis van het trekvoertuig, bv. de rolbeugelbuis (Figuur 28). Belangrijk: Bind het touw van de maaidekvergrendeling niet vast aan de stoel, het stuurwiel of de hendel van een bedieningsorgaan. 3. Tijdens gebruik g250538 Figuur 27 1. Snelkoppelfitting met zwarte stofkap (cilinderuitschuifslang) 3.
• • • • • • • • • • • • • • is gesteld en u zich in de bestuurderspositie bevindt. Houd uw handen en voeten uit de buurt van draaiende onderdelen. Blijf altijd uit de buurt van de afvoeropening. Kijk achterom en omlaag voordat u achteruitrijdt om er zeker van te zijn dat de weg vrij is. Wees voorzichtig bij het naderen van blinde hoeken, struiken, bomen, en andere objecten die uw zicht kunnen belemmeren. Schakel de aftakas niet in als de maaidekken boven de gedeeltelijke omhoog-stopstand staan.
• Rij zeer voorzichtig als u de machine gebruikt in de buurt van steile hellingen, greppels, dijken, waterhindernissen en andere gevaarlijke punten. De machine kan plotseling omslaan als een wiel over de rand komt, of als de rand instort. Zorg voor een veilige afstand tussen de machine en een gevarenzone. • Spoor gevaren onderaan de helling op. Indien er gevaren zijn, maait u de helling met een krachtige loopmaaier.
De maaidekken omhoogbrengen terwijl u gras aan het maaien bent De maaidekken omhoogbrengen in de transportstand Gebruik deze procedure om de maaidekken lichtjes omhoog te brengen wanneer u de machines omkeert aan het einde van een werkgang. Raadpleeg de Gebruikershandleiding van uw trekvoertuig voor instructies over hoe de bediening van de aftakas en het achterwerktuig te gebruiken.
B. Laat de maaidekken neer als ze zich bevinden in de transportstand; raadpleeg De maaidekken neerlaten uit de transportstand (bladz. 21). C. Stel de parkeerrem in werking, zet de motor uit, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende delen tot stilstand zijn gekomen. 2. Bepaal de maaihoogte. 3. Maak de 4 borgmoeren los waarmee de 4 maaihoogteregelaars (Figuur 35) van het maaidek zijn bevestigd. g250706 Figuur 33 5.
6. Herhaal stap 4 en 5 voor de maaihoogteregelaars aan de andere rol. Na gebruik 7. Herhaal stap 3 tot en met 6 voor de andere maaidekken. Veiligheid na het werk • Parkeer de machine op een horizontaal vlak, stel de parkeerrem in werking, zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de machine verlaat. Een scherpe bocht maken 1. Schakel het trekvoertuig naar LAGE VERSNELLING of LAAG BEREIK. 2.
De machine transporteren Belangrijk: Breng de maaidekken omhoog en vergrendel ze voordat u de maaier inlaadt op een aanhanger of uitlaadt. • Wees voorzichtig als u de machine inlaadt op een aanhanger of een vrachtwagen of uitlaadt. • Gebruik een oprijplaat van volledige breedte bij het laden van de machine op een aanhanger of vrachtwagen. Raadpleeg de Gebruikershandleiding voor uw trekchassis en trekvoertuig en de locatie van de bevestigingspunten van de machine. 1. Rijd het trekvoertuig op de oprijplaat.
Onderhoud VOORZICHTIG Als u het sleuteltje in het contact laat, bestaat de kans dat iemand de motor per ongeluk start waardoor u en andere omstanders ernstig letsel kunnen oplopen. Verwijder het sleuteltje uit het contact voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert aan de machine. WAARSCHUWING Als de maaidekken omhooggebracht maar niet vergrendeld zijn, kunnen ze onverwacht zakken en u of andere omstanders ernstig letsel toebrengen.
De maaier opheffen 1. Hef de maaier op bij de ashelften zoals getoond in Figuur 39. g264176 Figuur 39 1. Ashelften 2. Ondersteun de maaier met assteunen. Toegang krijgen tot de maaidekken De maaidekkappen verwijderen 1. Verwijder de 3 vergrendelingen waarmee de kap van het maaidek is bevestigd (Figuur 40). g251061 Figuur 40 27 1. Knop (maaidekkap niet-CE-maaiers) 3. Bout (maaidekkap CE-maaiers) 2. Vergrendeling (maaidekkap) 4. Knop (niet-CE-maaiers) of bout (CE-maaiers) 2.
De maaidekkappen monteren 1. Smering Lijn de vergrendelingen van de maaidekkap uit met de openingen in het maaidek (Figuur 41). Specificatie smeervet Nr. 2 smeervet op lithiumbasis. De koppeling met constante snelheid van de aftakas smeren Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks Breng het gespecificeerde smeervet aan in de 3 smeernippels aan het voorste uiteinde van de aandrijfas van de aftakas (Figuur 42). g255325 g254821 Figuur 41 1. Vergrendeling (maaidekkap) 3.
De in elkaar schuivende koppelingen van de aandrijfas smeren Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren 1. Schuif de aandrijfas van de aftakas gedeeltelijk uit om toegang te krijgen tot de smeernippel dicht bij het midden van het binnenste aandrijfasscherm (Figuur 43). g255328 g264299 g255327 Figuur 44 g264298 Figuur 43 2. Breng smeervet aan in de vier smeernippels voor de in elkaar schuivende koppelingen van de aandrijfas zoals getoond in Figuur 43.
De schuifverbindingen van het aandrijfasscherm smeren Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren Breng het gespecificeerde smeervet aan in de 6 smeernippels voor de schuifverbindingen van het aandrijfasscherm zoals getoond in Figuur 45. g251060 Figuur 46 Linker of rechter maaidek 1. Buitenkant • Breng smeervet aan aan de hefarmen, hydraulische cilinders en stootsteunen van het middelste maaidek (Figuur 47). g264214 g251059 Figuur 47 Middelste maaidek 1.
De riemspanners smeren Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren 2. Smeer de lagers van de maaidekrol aan de rechterkant van het maaidek (Figuur 50). 3. Herhaal stap 1 en 2 voor de maaidekrollen aan de andere maaidekken. Breng het gespecificeerde smeervet aan in de smeernippels bij de 2 riemspanners van elk maaidek.
Smeerolie van de middelste tandwielkast verversen Onderhoudsinterval: Na de eerste 50 bedrijfsuren Jaarlijks De middelste tandwielkast laten leeglopen g255263 Figuur 52 Tandwielkast maaidek 1. Peilstok 3. Vol-markering peilstok 2. Peilstokopening 4. Bijvullen-markering peilstok 2. g255203 Figuur 53 Locatie van afvoer bij middelste tandwielkast 1. Controleer het vloeistofniveau dat is aangegeven op de peilstok (Figuur 51 of Figuur 52).
De middelste tandwielkast vullen 7. Vloeistofcapaciteit middelste tandwielkast:1774 ml 1. Verwijder de peilstok uit de peilstokopening aan de bovenkant van de middelste tandwielkast en veeg de peilstok schoon (Figuur 55). Monteer de vulplug terug in de vulopening en bevestig de plug (Figuur 55). Smeerolie van de tandwielkast van het maaidek verversen Onderhoudsinterval: Na de eerste 50 bedrijfsuren Jaarlijks De tandwielkast van het maaidek leegmaken 1.
g251058 Figuur 58 De riemen voor het linker maaidek zijn afgebeeld. De riemen voor het rechter en middelste maaidek zijn gelijkaardig. g255294 Figuur 57 1. Peilstok 2. Peilstokopening 2. 3. Vol-markering peilstok 1. Spanpoelies 4. Korte riem (links) 4. Bijvullen-markering peilstok 2. Aandrijfpoelies 5. Lange riem (rechts) 3. Aspoelies (links, midden en rechts) Draai de peilstok in de opening, verwijder de peilstok en controleer het vloeistofpeil (Figuur 57).
5. Verwijder de riem van de maaier. Opmerking: Het zou kunnen dat u de riem moet draaien terwijl u hem verwijdert van de middelste aspoelie. De korte drijfriem plaatsen 1. Plaats de lange drijfriem; zie De lange drijfriem plaatsen (bladz. 36). 2. Leid de lange drijfriem rond de linker aspoelie en de onderste groef van de middelste aspoelie (Figuur 61). g255022 Figuur 59 1. Aandrijfpoelie 4. Spanner en poelie 2. Lange drijfriem 5. Rechter aspoelie 3. Middelste aspoelie 3.
De lange drijfriem plaatsen 1. GEVAAR Leid de lange drijfriem rond de aandrijfpoelie, de bovenste groef van de middelste aspoelie en de rechter aspoelie (Figuur 62). De maaimessen zijn scherp en kunnen u verwonden. Gebruik stevige leren of snijbestendige handschoenen als u de onderhoudswerkzaamheden verricht aan de maaimessen. GEVAAR Een versleten of beschadigd mes kan breken en een stuk van het mes kan naar u of naar omstanders worden uitgeworpen en ernstig lichamelijk of dodelijk letsel toebrengen.
g256136 Figuur 64 2. Maak de onderkant van het maaidek aan het gebied naast de snijrand aan de achterkant van het mes schoon (Figuur 65). g255531 Figuur 65 1. Reinig dit gebied (onderkant van het maaidek) g255530 Figuur 66 3. Gebruik een combinatieschrijfhaak om de afstand te meten tussen het schone gebied van het maaidek en de top van de snijrand (Figuur 66). Noteer deze afstand 4. Draai het mes 180° (Figuur 66). 5.
of groefvorming in dit deel constateert (Figuur 67), moet u het mes direct vervangen. GEVAAR Als het mes gaat slijten, kan er een groef ontstaan tussen de vleugel en het platte deel van het mes. Uiteindelijk kan dan een stuk van het mes afbreken en van onder de maaikast worden weggeslingerd waardoor de bestuurder of een omstander ernstig letsel kan oplopen. • Controleer op gezette tijden het maaimes op slijtage of beschadigingen.
1. 2. Pak het uiteinde van het mes vast met een doek of een dikke handschoen. Draai de mesbout rechtsom om de bout te verwijderen (Figuur 68). Belangrijk: De mesbouten hebben een linkse schroefdraad. g000276 Figuur 69 1. Onder oorspronkelijke hoek slijpen 2. Controleer de balans van het mes met een mesbalans (Figuur 70). Opmerking: Als het mes horizontaal blijft, is het in balans en geschikt voor gebruik.
Schuinstand van het maaidek afstellen In de fabriek wordt de schuinstand van het maaidek zo ingesteld dat de achterkant van het maaidek hoger is dan de voorkant. De schuinstand van het maaidek afstellen: voorbereiding Door de klant voorzien materiaal: een houten blok van 51 mm 1. Lijn voor elk maaidek waarvan u de schuinstand gaat afstellen het middelste maaimes uit zoals getoond in Figuur 72. g004480 Figuur 71 1. As 3. Antiscalpeerplaat 2. Vleugel van het mes 4. Mesbout Maaimessen monteren 1.
g256063 Figuur 74 1. Maaihoogteregelaar 2. Middelste maaimes 2. Meet de afstand tussen de bovenkant van de regelaarblok tot de grond (Figuur 75). Draai de maaihoogteregelaar tot u de volgende resultaten bereikt: g256062 Figuur 73 1. Meting van 4⅞ inch 3. Houten blok (afstandsstuk) 51 mm 4. Achterste flap 2. Maaihoogteregelaar • De afstand van het maaihoogteblok tot de grond is dezelfde op alle 4 locaties. 2. 3.
g256085 Figuur 76 g256116 Figuur 78 1. Maaihoogteregelaar 4. Wijzer 2. Inbusschroef 5. 2 inch-markering (sticker) 1. Inbusschroef 4. Wijzer 3. Moer 2. Maaihoogteregelaar (achterrol) 5. Moer 4. Herhaal stap 3 aan de andere maaihoogteregelaars. 3. 2 inch-markering (sticker) 5. Breng aan de achterrol de linker en rechter maaihoogteregelaars omhoog naar de 2¼ inch-markering op de sticker (Figuur 77). 7. g256086 Figuur 77 1. 2¼ inch-markering (sticker) 3. Maaihoogteregelaar (achterrol) 2.
Stalling De machine stallen Voer de volgende preventieve onderhoudswerkzaamheden uit aan het einde van het maaiseizoen of wanneer de maaier gedurende een langere periode wordt gestald: 1. Parkeer de machine op een horizontaal vlak, stel de parkeerrem in werking, zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de machine verlaat. 2.
Opmerkingen:
Opmerkingen:
Opmerkingen:
Californië Proposition 65 Waarschuwingsinformatie Wat betekent deze waarschuwing? Sommige producten die op de markt zijn bevatten een etiket met een waarschuwing als: WAARSCHUWING: Kanker en schade aan de voortplantingsorganen – www.p65Warnings.ca.gov. Wat is Prop 65? Prop 65 geldt voor elk bedrijf dat actief is in Californië, producten verkoopt in Californië, of producten maakt die kunnen worden verkocht of geïmporteerd in Californië.
Toro Garantie Beperkte garantie van twee jaar Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt De Toro Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, bieden krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie dat uw Toro product (hierna: het 'product') gedurende twee jaar of 1500 bedrijfsuren* vrij van materiaalgebreken of fabricagefouten is, met dien verstande dat hierbij de kortste periode moet worden aangehouden.