Operator's Manual
Inhoud
Veiligheid......................................................................3
Veiligebediening.....................................................3
Toroveiligheid........................................................5
Geluidsniveau.........................................................6
Geluidsdruk...........................................................6
Trillingsniveau.........................................................6
Veiligheids-eninstructiestickers................................7
Algemeenoverzichtvandemachine.................................8
Bedieningsorganen.................................................9
Motorbediening...................................................9
Specicaties..........................................................10
Gebruiksaanwijzing.......................................................10
Veiligheidstaatvoorop............................................10
Ingebruiknamevandemachinevoorbereiden.............10
Motoroliepeilcontroleren........................................10
Transmissieoliepeilcontroleren................................10
Bandenspanningcontroleren...................................10
Brandstoftankvullen...............................................11
Demotorstartenenstoppen....................................12
Demachinetransporteren.......................................12
Gebruikvandemachine..........................................13
Onderhoud..................................................................14
Aanbevolenonderhoudsschema..................................14
Controlelijstvoordagelijksonderhoud......................16
Proceduresvoorafgaandeaanonderhoud......................16
Smering...................................................................17
Delagersvandeaandrijfrolendestuurkoppen
smeren..............................................................17
Dedraaipuntenvandekoppelingsmeren...................17
Deaandrijfkettingsmeren........................................17
Onderhoudmotor.....................................................18
Motorolie..............................................................18
Onderhoudvanhetluchtlter..................................19
Onderhoudvandebougie.......................................20
Onderhoudbrandstofsysteem.....................................21
Debezinkseldopreinigen........................................21
Onderhoudaandrijfsysteem........................................22
Transmissieoliepeilcontroleren................................22
Detransmissieolieverversen....................................23
Deaandrijfkettingafstellen......................................23
Stalling........................................................................24
Veiligheid
DezemachinevoldoetminstensaanCEN-normENISO
12100:2010,vankrachtophetmomentvanproductie.
Onjuistgebruikofonderhoudvandemachinekanletseltot
gevolghebben.Omhetrisicovanletseltevermijden,dientu
zichaandevolgendeveiligheidsinstructiestehoudenenaltijd
ophetveiligheidssymboolteletten,datbetekentVoorzichtig,
WaarschuwingofGevaar–“instructievoorpersoonlijke
veiligheid”.Niet-nalevingvandeinstructiekanleidentot
lichamelijkofdodelijkletsel.
Veiligebediening
DevolgendeinstructieszijnontleendaanCEN-normEN
ISO12100:2010.
Instructie
•LeesofraadpleegdeGebruikershandleidingenander
instructiemateriaalzorgvuldig.Zorgervoordatu
vertrouwdraaktmetdebedieningsorganenende
veiligheidssymbolenenweethoeudemachinemoet
gebruiken.
•Alsdebestuurderofdemonteurdeinformatienietkan
lezenofbegrijpen,moetdeeigenaarervoorzorgendat
dezepersoondeinhoudvanhetmateriaalbegrijpt.
•Allebestuurdersenmonteursmoeteninstructiehebben
ontvangen.Deeigenaarisverantwoordelijkvoorde
instructievandegebruikers.
•Laatkinderenofpersonendiedeinstructies
nietkennennooitdemachinegebruikenof
onderhoudswerkzaamhedendaaraanverrichten.
Plaatselijkevoorschriftenkunnennadereeisenstellenaan
deleeftijdvandegenediemetdemachinewerkt.
•Houdiedereenweguithetgebiedwaarinudemachine
gebruikt,metnamekinderenenhuisdieren.
•Onthouddatdebestuurderverantwoordelijkisvoor
ongevallenofschadeaananderepersonenofhun
eigendommen.
•Deeigenaar/gebruikerisverantwoordelijkvoor
persoonlijkeongelukkenofletselsenmateriëleschade,en
hijkanzulkeongelukkenenbeschadigingenvoorkomen.
•Hetisniettoegestaanpassagierstevervoeren.
•Elkebestuurdermoetervoorzorgendathijofzij
professioneleenpraktischeinstructiekrijgt.Bijeen
dergelijkeinstructiemoetdenadrukliggenop:
–Zorgvuldigheidenconcentratiebijhetwerkenmet
zitmaaiers;
–Alsdemachineopeenhellingbegintteglijden,
kandatnietmetdetransmissiepedalenworden
gecorrigeerd.
Debelangrijksteoorzakenvoorhetverliezenvande
controlezijn:
–onvoldoendegripvanderol;
3