Form No. 3441-629 Rev A Horizon bedieningsmodule Voor zitmaaiers uit de Z Master® Professional 7500-D-serie Modelnr.: 72028—Serienr.: 400000000 en hoger Modelnr.: 72029—Serienr.: 400000000 en hoger Modelnr.: 72074—Serienr.: 400000000 en hoger Modelnr.: 72076—Serienr.: 400000000 en hoger Modelnr.: 72096—Serienr.
Nee Aftakas Parkeerrem Neutraalvergrendeling * In de onderste rij van enkele menuschermen Heen en weer gaan tussen schermen Ja Enter/volgende rij Verlagen Vorige Verhogen Volgende Speel/start Reset * In de bovenste rij van het infoscherm Dodemansknop (OPC) Maximaal motortoerental Efficiënt motortoerental Temperatuur van hydraulische vloeistof Pauze/stop Foutmelding Dieselpartikelfilter van motor Gloeibougies van motor actief 2
DPF-regeneratie van motor inactief/mislukt/onderbroken Percentage roetopbouw in DPF motor Aanbevolen afkoeltijd motor Onderhoud van olie in tandwielkast Motor afzetten Productoverzicht g225792 Figuur 1 1. LDU (Logic Display Unit) 3. Contactschakelaar 2. Hefschakelaar maaidek 4. Schakelaar aftakas g228164 Figuur 2 LDU (Logic Display Unit) 1. Scherm 2. Led-statuslampje 3 3.
Scherm de led brandt eerst rood, vervolgens oranje en ten slotte groen. Het scherm toont pictogrammen en informatie over de werking van de machine, en het heeft achtergrondverlichting zodat het ook in donkere omgevingen leesbaar is. Het scherm zit boven de knoppen. Motorschermen Scherm motor uit Raadpleeg het onderdeel Schermpictogrammen (bladz. 1) voor meer informatie over de betekenis van de pictogrammen.
Brandstofpeil (als brandstofsensor aanwezig is) Modus motortoerental Er zijn 3 modi beschikbaar: LAAG, EFFICIËNT en MAXIMUM. Het brandstofpeil wordt weergegeven als een balkje. Een foutmelding wordt gegenereerd als zich nog ongeveer 3,8 liter in de tank bevindt. • LAAG: Lage transportsnelheid/laag stationair om grasophoping in nat weer tegen te gaan. • Efficiënt: Middelmatig hoge transportsnelheid Aanbevolen afkoeltijd motor en maximale brandstofbesparing voor normale maaiomstandigheden.
automatische regeneratie beperkt de smoorklep de luchtstroom naar de motor en spuiten de injectors extra brandstof in. Hierdoor neemt de temperatuur van het DPF toe en kunnen opgestapelde partikels eraf gebrand worden. De automatisch regeneratie wordt telkens wanneer nodig uitgevoerd. Tijdens een automatische regeneratie kunt u de machine blijven gebruiken. g216605 Figuur 6 Hieronder ziet u de schermen van de automatische regeneratie. 1.
Is een stationaire regeneratie nodig, dan kan dit erop wijzen dat de motor te veel stationair of met te kleine belasting heeft gelopen. Als meerdere opeenvolgende regeneraties nodig zijn, kan dit betekenen dat het DPF op korte termijn onderhoud nodig heeft, dat er een probleem is met de motor (bv. onjuiste motorbrandstof of -olie) of dat een DPF-druksensor defect is. Belangrijk: Een stationaire regeneratie g216640 kan gestart worden door de ECU van de motor of door de gebruiker.
g216675 Figuur 13 g217322 1. Start Regen (regeneratie starten) A. B. Figuur 15 Zet de motor uit en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand gekomen zijn. Zorg ervoor dat de machine op horizontale ondergrond staat. 1. DPF Soot % (Roetpercentage DPF) 3. Vorige 2. Start Regen? (Regeneratie starten?) 4. Volgende De regeneratie begint en de module geeft het scherm Regen Active (Regeneratie actief) weer (Figuur 16). Druk op de knop ‘annuleren’ om de procedure op te schorten.
– Onderbroken – als u de procedure onderbreekt, toont de module het scherm Regen Interrupted (Regeneratie onderbroken) (Figuur 18). Als u de procedure zelf hebt gestart, zal de module deze afsluiten. Als de procedure werd gestart door de ECU van de motor, schakelt de ECU de motor in thuisbrengmodus en vraagt hij om een herstelregeneratie. g228165 Figuur 20 g216681 Figuur 18 1. Buitenste knoppen 2. Scherm Menuselectie 1.
Menu Onderhoud en service Status van outputs In het menu Onderhoud en service kunt u door de volgende schermen gaan: In dit scherm ziet u alle systeemoutputs alsook welke momenteel actief zijn. Outputs met numerieke waarden geven de huidige waarde weer. • Status van inputs (bladz. 10) • Status van outputs (bladz. 10) • Huidige foutboodschappen (bladz. 10) • Hydraulische transmissieolie (bladz. 11) • Motorolie (bladz. 11) • • Machine Information (informatie over machine) (bladz.
Motorolie Dit scherm met serviceherinneringen laat zien over hoeveel bedrijfsuren de motorolie aan vervanging toe is. g030185 Figuur 24 1. Huidige fout 2. Foutweergave, bv. Low Oil Pressure (lage oliedruk) 3. Bedrijfsuren op het moment dat de fout zich voordeed g030188 Figuur 27 1. Motorolie 2. Herinneringenscherm Hydraulische transmissieolie 3.
g219156 g030192 Figuur 29 Figuur 32 1. Olie in tandwielkast van maaidek 2. Herinneringenscherm 1. Module Information (Module-informatie) 3. Hardwareversie 3. Bedrijfsuren van motor tot onderhoud nodig is 2. MCU 4. Softwareversie Verlaat het scherm met de pijltoetsen 'vorige’ of 'volgende'. Door op de enterknop te drukken, gaat u terug naar het scherm Menuselectie. Machine Information (informatie over machine) Op dit scherm vindt u het serie- en modelnummer van de machine.
Om de ritteller terug op nul te zetten, moet u deze markeren en op de resetknop drukken; bevestig de reset met Y (ja), of annuleer met N (no) (Figuur 35). Verbruikte brandstof Op dit scherm ziet u hoeveel Amerikaanse gallons en liter brandstof werden verbruikt sinds de vorige reset. Druk op de resetknop om de teller met de verbruikte brandstof opnieuw op nul in te stellen. g030202 Figuur 34 1. Engine Hours (Bedrijfsuren motor) 3. Trip Hours (Ritteller) 2. Total Hours (Totaal bedrijfsuren) 4.
g030207 Figuur 39 g038365 Figuur 41 2. View trip statistics (Ritgegevens bekijken) 1. Trip Statistics (Ritgegevens) Op de schermen ziet u tellers voor de volgende parameters (u kunt deze allemaal resetten): bedrijfsuren motor, bedrijfsuren aftakas, en totaal verbruikte brandstof in Amerikaanse gallons en liter. 1. Trip Statistics 4 (Ritgegevens 4) 4. De verbruikte brandstof in Amerikaanse gallons/liter 2. Weergave bedrijfsuren motor 3. Weergave bedrijfsuren aftakas 5.
• • • Foutgeschiedenis Motorinstellingen (bladz. 16) Motorinstellingen kalibreren (bladz. 16) Fabrieksinstellingen (bladz. 17) Op dit scherm ziet u fouten die niet meer actief zijn. Het logboek houdt bij hoe vaak de fout zich heeft voorgedaan in de gehele levensduur van de machine, en het aantal bedrijfsuren van de motor op het moment dat de fout zich de laatste keer heeft voorgedaan. Het logboek geeft een overzicht van de fouten, de meest recente fout eerst.
g030227 g038366 Figuur 48 Figuur 47 1. Alarms (Alarmen) 4. Wisselknop 2. Clutch Overcurrent (Overspanning koppeling) 5. Bevestigen 1. Engine Settings (Motorinstellingen) 3. Fuel Low (Laag brandstofpeil) 2. Adjust Engine Speeds (Motortoerentallen afstellen) Druk op de pijl omhoog om het toerental te verhogen, en op de pijl omlaag om het toerental te verlagen. Druk op de enterknop om het toerental te bevestigen en automatisch naar het volgende scherm en toerentalinstelling te gaan.
Opmerking: Als u het systeem reset, worden de instellingen van het motortoerental en het alarm terug ingesteld op de standaardwaarden. g030234 Figuur 50 1. Calibrate Engine Settings (Motorinstellingen kalibreren) 2. Start Calibration (Kalibratie starten) g030238 Figuur 53 1. Factory Defaults (Fabrieksinstellingen) Er verschijnt een zandloper; dit betekent dat de kalibratie bezig is. 2.
Opmerking: Als u op gelijk welke toerentalinstelling de aftakasschakelaar activeert, zal het motortoerental verhoogd worden tot het maaitoerental. – System Overvoltage>16VDC: De systeemspanning is te hoog (meer dan 16 V). Het elektronisch geregelde toerental van de ‘lage’ modus wijzigen – Clutch Overcurrent: Overspanning van de koppeling van de maaidekken.
• ◊ Engine Error Codes (Foutcodes van motor) ◊ Anti-Stall Active (Inrichting tegen afslaan van motor actief) ◊ Service Air Filter (Onderhoud van luchtfilter) ◊ Service Deck Gear Box (Onderhoud van de tandwielkast) – De volgende fouten resulteren in een snel, piepend geluid dat u kunt erkennen en dempen: ◊ System Overvoltage>16VDC (Overspanning systeem > 16 V gelijkstroom) ◊ System Undervoltage<9VDC (Onderspanning systeem < 9 V gelijkstroom) – De volgende fouten resulteren in een snel, piepend geluid en kun
verschijnt. De storing verdwijnt zodra de temperatuur onder een veilige limiet zakt. 7. Engine Limp Mode Active (Motor in thuisbrengmodus) Als de ECU van de motor detecteert dat zich een ernstig probleem met de motor heeft voorgedaan, of dat het DPF een herstelregeneratie nodig heeft, wordt de motor in thuisbreng- of reservemodus geschakeld, waarbij het toerental en/of het vermogen van de motor verlaagd worden.
Problemen oplossen Probleembeschrijving Aanbevolen corrigerende handeling Knippert rood Onderhoud van de motorolie vereist. Ververs de motorolie en vervang het filter. Voer een reset uit; raadpleeg Motorolie (bladz. 15) voor de procedure. Service the Transmission Oil Knippert rood Onderhoud van de transmissieolie vereist. Ververs de transmissieolie en vervang het/de filter(s). Voer een reset uit; raadpleeg Hydraulische transmissieolie (bladz. 15) voor de procedure.
Foutboodschap Status-led Engine MIL Errors Knippert rood Engine Communication Error Module Communication Error Systeemhandelingen Knippert rood Knippert rood Veilige transportmodus – de motor is beperkt tot de efficiënte modus en de aftakas is uitgeschakeld. 22 Probleembeschrijving Aanbevolen corrigerende handeling De ECU heeft een storing gedetecteerd. Raadpleeg de gebruikershandleiding van de motor voor de foutomschrijving en informatie over hoe u het probleem kunt oplossen.
Opmerkingen: