Form No. 3350-893 122 cm Maaidek met zijafvoer XT Serie Werktuig voor Gazon- en Tuintractor Modelnr. 78295 – 240000001 en hoger Gebruikershandleiding Registreer uw product op www.Toro.
Inhoud Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Veiligheids- en instructiestickers . . . . . . . . . . . . . Montage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Losse onderdelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Grasgeleider monteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Maaidek monteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Horizontale stand van maaidek controleren . . . . . Maaidek horizontaal stellen . . . . .
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de gebruiker en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. 107-9200 1. Waarschuwing – Raak het hete oppervlak niet aan. 107-8456 1. Maaihoogte lager zetten 2. Maaihoogte hoger zetten 93-7317 1. De machine kan voorwerpen uitwerpen – Blijf op veilige afstand. 2.
Montage Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Losse onderdelen Opmerking: Gebruik onderstaande lijst om te bepalen welke onderdelen worden gebruikt bij de montage.
Bovenaanzicht 10 1 2 4 2 1 9 3 8 2 4 3 5 m–6622 6 Figuur 3 1. Voorste haak 2. Middelste bevestigingshaak 1 7 6. Schuif het maaidek vanaf de rechterkant onder de tractor en plaats de werktuiglift tussen de middelste en linker hoogtestang (Fig. 4). m–6598 Figuur 2 1. 2. 3. 4. 5. 6. Afvoertunnel Veer Borgpen, 3/4 inch Ring, 1/2 inch Rubberen huls Kunststofring 3. J-pen 4. Hendel van vergrendeling 7. Contramoer, 3/8 inch 8. Rechte uiteinde van veer 9. Kleine opening in afvoertunnel 10.
9. Draai de voorste bevestigingsas zodanig dat de vork rechtop staat, en zodanig is uitgelijnd dat de afstandsstukken zich tussen de platen van de middelste haak bevinden (Fig. 5). Voorpoeliehuis monteren 10. Zet het maaidek omhoog met de werktuighefhendel of de elektrische lift en zorg ervoor dat de vork de stang van de haak grijpt (Fig. 5). 1. Draai aan de knoppen van de spanpoelies totdat de afstand tussen de armen van de spanpoelie en de montagepennen 7 mm bedraagt.
Aftakasriem monteren Drijfriem van maaidek monteren 1. Zet de maaihoogte in de middelste stand; zie Maaihoogte afstellen, blz. 11. Waarschuwing 2. Monteer de drijfriem op de middelste poelie van het maaidek (Fig. 9). Zorg ervoor dat de drijfriem op de bovenste middelste poelie zit. De onderdelen in de omgeving van de motor zullen heet zijn als de machine in gebruik is geweest. Contact met hete onderdelen kan brandwonden veroorzaken. 3.
Horizontale stand van maaidek controleren 1. Controleer de bandenspanning. Zie Gebruikershandleiding voor de tractor. 2. Zet de messen horizontaal in de dwarsrichting (Fig. 10). Meet bij punten A en B (Fig. 10) de afstand tussen een horizontaal oppervlak en de snijrand van de messen (Fig. 11). 1 3. Het verschil tussen de afstanden die zijn gemeten bij A en B, mag niet meer dan 6 mm zijn. m–3459 Figuur 12 Vóór 1.
Schuinstand van het maaidek wijzigen 3. Zet de werktuighefhendel of de elektrische lift helemaal omhoog. Controleer of de stootblokken op de achterkant van de trekstangen van het maaidek contact maken met de onderkant van de voetsteunen (Fig. 17). 1. Om de schuinstand van het maaidek bij te stellen, moet u draaien aan de borgmoer op de achterste verstelbare verbinding (Fig. 15).
Gebruiksaanwijzing Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. 2 1 Zijafvoer gebruiken m–6524 Figuur 19 Waarschuwing 1. Aftakas – Uit Als een afvoeropening niet is afgesloten, kan het maaidek voorwerpen in de richting van de bestuurder of omstanders werpen. Dit kan ernstig letsel veroorzaken. Daarnaast kunt u ook in contact komen met het mes. 2. Aftakas – Aan Aftakas uitschakelen 1. Zet de maaikoppelingshendel op Uit (Fig. 19).
De werktuighefhendel bedienen Maaihoogte instellen Met behulp van de werktuighefhendel (Fig. 21) kunt u diverse werktuigen opheffen en neerlaten. Met behulp van de achterste steunwielen kunt u de maaihoogte instellen van 4 tot 11 cm. 1. Schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in werking. Een werktuig opheffen 2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen alvorens de bestuurderspositie te verlaten. 1.
Maaidek verwijderen Maaitips 1. Schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in werking. SNEL-stand gashendel 2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen alvorens de bestuurderspositie te verlaten. Voor een optimaal maairesultaat en een maximale luchtcirculatie moet u de gashendel op Snel zetten.
Rijsnelheid Om de maairesultaten te verbeteren, moet u maaien bij een lagere rijsnelheid. Gras niet te kort afmaaien Als de maaibreedte van het maaidek groter is dan die van het maaidek dat u voorheen gebruikte, zet u de maaihoogte één stand hoger. Hierdoor voorkomt u dat oneffenheden te kort worden afgemaaid. Lang gras Als u het gras iets langer dan normaal hebt laten groeien of als het een hoog vochtgehalte heeft, moet u de maaihoogte hoger dan normaal instellen en het gras op deze hoogte maaien.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine.
Maaimes(sen) controleren 5 2 Controleer de messen om de 5 bedrijfsuren. 1. Verwijder het maaidek, zie Maaidek verwijderen, blz. 12. 3 2. Kantel voorzichtig het maaidek. 4 3. Controleer de snijranden (Fig. 24). Als de randen niet scherp zijn of bramen vertonen, maaimes(sen) verwijderen en slijpen; zie Maaimes(sen) slijpen, blz. 15. 1 m–5617 4. Controleer het mes (de messen), met name het gebogen deel (Fig. 24). Als u beschadiging, slijtage of groefvorming in dit deel constateert (Fig.
Smeren Motorkap verwijderen Onderhoudsinterval/Specificatie Desgewenst kunt u de motorkap verwijderen om beter toegang te krijgen tot de bovenste poelies in het poeliehuis. U dient het maaidek om de 25 bedrijfsuren of jaarlijks te smeren, waarbij de kortste periode moet worden aangehouden. Het maaidek moet vaker worden gesmeerd bij gebruik in zeer stoffige of zanderige omstandigheden. 1. Draai de motorkap helemaal naar voren (Fig. 29). 2. Maak de kabelboom links voor op de machine los.
Onderhoud van drijfriem van maaidek Aftakasriem vervangen Waarschuwing Riem van maaidek verwijderen 1. Verwijder het maaidek, zie Maaidek verwijderen, blz. 12. De onderdelen in de omgeving van de motor zullen heet zijn als de machine in gebruik is geweest. Contact met hete onderdelen kan brandwonden veroorzaken. 2. Draai de bevestigingsschroeven van de poeliekappen los en verwijder beide poeliekappen. • Raak motoronderdelen of de geluiddemper nooit aan als deze heet zijn.
Drijfriem van maaidek vervangen Reiniging en stalling 1. Draai aan de rechterknop op het voorpoeliehuis om de drijfriem van het maaidek te ontspannen (Fig. 8). 1. Verwijder vuil en kaf van de buitenkant van de cilinder, de koelribben van de cilinderkop en het ventilatorhuis. Verwijder ook maaisel, vuil en roet van de buitenste motoronderdelen, de uitlaatring, en de bovenkant van de maaikast. 2. Verwijder de drijfriem van de middelste poelie van het maaidek (Fig. 9). 3.
Storingen, oorzaak en remedie Probleem Abnormale trillingen. Maaimes(sen) draait (draaien) niet. Onregelmatige maaihoogte. Mogelijke oorzaken Remedie 1. Maaimes(sen) verbogen of niet in balans. 1. Nieuw(e) maaimes(sen) monteren. 2. Mesbout zit los. 2. Mesbout aandraaien. 3. Bevestigingsbouten van motor zitten los. 3. Bevestigingsbouten van motor aandraaien. 4. Losse motorpoelie, spanpoelie of mespoelie. 4. Desbetreffende poelie vastzetten. 5. Motorpoelie beschadigd. 5.