Form No. 3447-756 Rev A myTurf Pro Modelnr.: MYTURF Software gids U kunt rechtstreeks contact opnemen met Toro via www.Toro.com voor informatie over productveiligheid en accessoires, voor instructiematerialen aangaande de bediening, om een dealer te vinden of om uw product te registreren. Inleiding Ga naar myTurf op http://myturf.toro.com. myTurf is een systeem voor het beheren van activa.
Gebruiksaanwijzing Aan de slag Registreren bij myTurf Voordat u myTurf kunt gebruiken, moet u de Toro myTurf Customer Enrollment (Toro myTurf klantregistratie) voltooien. Vul het onderstaande formulier in om de Toro myTurf Customer Enrollment (Toro myTurf klantregistratie) te voltooien en aan de slag te gaan met myTurf.
g245192 Figuur 1 1. Vul de gegevens van uw organisatie in. 2. Vul de gegevens van de primaire locatie in.
g245239 Figuur 2 1. Vul de gegevens van de distributeur in. 3. Vul de gegevens over het abonnement in. 2. Vul de gegevens aangaande de belastingvrijstelling van organisaties in de Verenigde Staten in.
g245240 Figuur 3 1. Vul de gegevens van de organisatieverantwoordelijke in. 2. Klik om een account aan te maken. Locaties beheren 1. Klik in Dashboard op Admin in de rechterbovenhoek van het scherm (Figuur 4).
g245241 Figuur 4 1. Klik op Admin. 2. Klik op het pictogram Location Record (Locatiedossier) om een bepaalde locatie te beheren (Figuur 5).
g245242 Figuur 5 1. Klik op het pictogram Location Record (Locatiedossier).
g245245 Figuur 6 1. Voer de locatiegegevens in • Informatie aangaande het abonnement en de betaling (Figuur 7) Opmerking: Is uw organisatie vrijgesteld van belasting in de Verenigde Staten, voer dan deze gegevens in (Figuur 7).
g245246 Figuur 7 1. Voer de abonnementsgegevens in. 3. Is uw organisatie vrijgesteld van belasting in de Verenigde Staten, voer dan deze gegevens in. 2. Als u automatische betaling kiest, klik dan hier om het formulier in te vullen.
g245268 Figuur 8 1. Voer de facturatiegegevens van het abonnement in. 2. Voer het facturatieadres van het abonnement in.
g245269 Figuur 9 1. Voer de informatie betreffende arbeidskosten en brandstof in. 2. Klik op het pictogram om personeelsgegevens te bewerken. 3. Voer hier het loon voor operatoren in. • Brandstofkosten (Figuur 10) 11 4. Voer hier het loon van elke onderhoudsmedewerker in. 5. Klik om nieuw werk toe te voegen.
g245310 Figuur 10 1. Brandstoftype 3. Brandstofkosten per maateenheid 2. Maateenheid 4. Voer hier de brandstofkosten in.
g245311 Figuur 11 1. Kies de locatie-instellingen. Een nieuwe gebruiker creëren Met deze functie kunt u de gebruikers in uw myTurf beheren. 1. Klik in het scherm Location Record (Locatiedossier) op Users (Gebruikers) (Figuur 12).
g245322 Figuur 12 1. Klik op Users (Gebruikers). 2. Klik op Create New User (Nieuwe gebruiker creëren) (Figuur 13).
g245323 Figuur 13 1. Klik op Create New User (Nieuwe gebruiker creëren).
3. Vul het formulier Create New User (Nieuwe gebruiker creëren) in (Figuur 14). Opmerking: Het wachtwoord dat u invoert, is slechts tijdelijk. De gebruiker kiest later zelf een wachtwoord. g245324 Figuur 14 1. Vul de gegevens in het formulier Nieuwe gebruiker creëren in. 4. Wijs een User Role (Gebruikersfunctie) en Administration Role (Administratieve functie) toe aan de nieuwe gebruiker (Figuur 15).
5. Als u meerdere locaties hebt, kies dan de locaties waar de nieuwe gebruiker kan werken en die hij/zij kan bekijken (Figuur 15). 6. Stel de User Status (Gebruikersstatus) in op Active (Actief) (Figuur 15). 7. Klik op Save (Bewaren) om de nieuwe gebruiker toe te voegen (Figuur 15). g245325 Figuur 15 1. Wijs functies toe aan de gebruiker. 3. Selecteer de gebuikersstatus. 2. Wijs de locatie toe aan de gebruiker. 4. Klik op Save (Bewaren) om de gebruiker te creëren.
Activagroepen beheren In Activagroepen beheren kunt u uw activa in groepen onderverdelen en deze groepen een naam geven. Instellingen Onderdelen bestellen Met deze functie stelt u in waar u onderdelen bestelt (bv. distributeur) en kiest u het leveradres, de koper en het factuuradres. Een locatie verwijderen Deze functie is voorbehouden voor administrators Als u een locatie uit uw myTurf wenst te verwijderen, klik dan op Delete Location (Locatie verwijderen). Activagroepen creëren 1.
g246195 Figuur 17 1. Aanklikken om de locatie te bewerken. 3. Klik in Location Record (Locatiedossier) op Asset Groups (Activagroepen) (Figuur 18).
g246206 Figuur 18 1. Klik op Asset Groups (Activagroepen). 4. Klik in Manage Asset Groups (Activagroepen beheren) op Create New Group (Nieuwe groep creëren) (Figuur 19).
g246207 Figuur 19 1. Activagroepen beheren 2. Klik op Create New Group (Nieuwe groep creëren). 5. Selecteer het Asset Type (Activumtype) en voer de Group Name (Groepsnaam) in die u aan de nieuwe groep wenst te geven (Figuur 20). 6. Klik op Create (Creëren) om de nieuwe Activagroep te creëren (Figuur 20).
g246209 Figuur 20 1. Nieuwe groep creëren 3. Voer de nieuwe groepsnaam in. 2. Selecteer het activumtype. 4. Klik op Create (Creëren) om de nieuwe Activagroep toe te voegen. Activa en werktuigen toevoegen Eén activum toevoegen 1. Klik in de Asset List (Activalijst) in de vervolgkeuzelijst op Add/Update Assets (Activa toevoegen/bijwerken) (Figuur 21). 2. Klik op Add Single Asset (Eén activum toevoegen) in de vervolgkeuzelijst (Figuur 21).
g246211 Figuur 21 1. Klik op de vervolgkeuzelijst Add/Update Assets (Activa toevoegen/bijwerken). 3. 2. Klik op Add Single Asset (Eén activum toevoegen). Vul het formulier Create New Asset (Nieuw activum creëren) in (Figuur 22, Figuur 23 en Figuur 24).
g246213 Figuur 22 1. Vul de basisinformatie van het activum in.
g246217 Figuur 23 1. Vul de gebruiksinformatie van het activum in. 3. Vul de informatie aangaande de aankoopkosten van het activum in. 2. Vul de informatie aangaande het brandstofverbruik van het activum in.
4. Klik op Create Asset (Activum creëren) wanneer u klaar bent met het invullen van het formulier (Figuur 24). g246218 Figuur 24 3. Klik om het activum te creëren. 1. Vul de informatie aangaande de verzekeringskosten van het activum in. 2. Vul de garantiegegevens van het activum in. Meerdere activa toevoegen 1. Klik in de Asset List (Activalijst) in de vervolgkeuzelijst op Add/Update Assets (Activa toevoegen/bijwerken) (Figuur 25). 2.
g246229 Figuur 25 1. Klik op de vervolgkeuzelijst Add/Update Assets (Activa toevoegen/bijwerken). 3. 2. Klik op Bulk Upload (Meerdere uploaden). Klik op Choose File (Kies bestand) en selecteer het bestand om meerdere activa te uploaden, of download een startsjabloon om meerdere activa te uploaden (Figuur 26). Opmerking: U kunt ook lopende activa-uploads bekijken of bewerken.
g246230 Figuur 26 1. Klik op Choose File (Kies bestand) om de activa te uploaden. 3. Klik om lopende activa-uploads te bekijken of bewerken. 2. Klik op een van de volgende sjablonen om een startsjabloon te downloaden en meerdere activa te uploaden. Een werktuig toevoegen 1. Selecteer in de Asset List (Activalijst) een activum en klik op Asset Overview (Activumoverzicht) (Figuur 27).
g246282 Figuur 27 1. Klik om het activumoverzicht te bekijken. 2. Klik in het Asset Overview (Activumoverzicht) op Create New Attachments (Nieuwe werktuigen creëren) (Figuur 28).
g246296 Figuur 28 1. Klik om een nieuw werktuig te creëren. 3. Vul het formulier Create New Attachment (Nieuw werktuig creëren) in (Figuur 29, Figuur 30 en Figuur 31). 4. Klik op Create Attachment (Werktuig creëren) wanneer u klaar bent met het invullen van het formulier (Figuur 31).
g246319 Figuur 29 1. Vul de basisinformatie van het werktuig in.
g246320 Figuur 30 1. Vul de gebruiksinformatie van het werktuig in. 2. Vul de informatie aangaande de aankoopkosten van het werktuig in.
g246321 Figuur 31 1. Vul de garantiegegevens van het werktuig in. 2. Klik om het nieuwe werktuig te creëren. Navigeren in myTurf Dashboard Wanneer u myTurf opent, ziet u het dashboard. Het dashboard geeft een algemeen overzicht van uw systeem. Het dashboard geeft u toegang tot de volgende tabbladen: • Activalijst (bladz. 39) • Onderhoud vereist (bladz. 44) • Orderbeheer (bladz. 47) • Onderdeleninventaris (bladz. 49) • Rapporten (bladz. 52) • Draadloos (bladz.
• Uitstaande werkorders • Waarschuwingen aangaande onderhoudsbulletins • Fouten die zich voordoen met draadloze apparaten g246400 Figuur 32 Locaties selecteren In het Dashboard kunt u de locatie(s) selecteren om te bekijken. Nadat u de gewenste locatie(s) hebt geselecteerd, klikt u op Apply (Toepassen) om de locatie(s) in te stellen (zie Figuur 33).
g246401 Figuur 33 1. Geselecteerde locatie(s) 2. Klik om de gewenste locatie(s) toe te passen. Activa filteren per groep 1. Klik in het Dashboard op Equipment (Machines) (Figuur 34).
g246433 Figuur 34 1. Klik op Equipment (Machines). 2. Klik in het Dashboard op de vervolgkeuzelijst Filter Assets by Group (Activa filteren per groep) om uw activa te filteren zodat enkel deze groepen worden weergegeven (Figuur 35). Ongeacht de locatie kunt u de groepen machines, werktuigen, beregening en overige activa voor weergave selecteren. Nadat u de gewenste groepen hebt geselecteerd, kunt u de activa bekijken in uw Asset List (Activalijst) (Figuur 35).
g246435 Figuur 35 1. Vervolgkeuzelijst Filter assets by group (Activa filteren per groep) 4. Selecteer groep Beregening 2. Selecteer groep Werktuigen 5. Selecteer groep Overige 3. Selecteer groep Machines 3. Selecteer de specifieke locatie(s) die u wenst te filteren (Figuur 36).
g246436 Figuur 36 1. Vervolgkeuzelijst Filter assets by group (Activa filteren per groep) 3. Selecteer de specifieke locaties. 2. Locatie 4. Klik op Apply (Toepassen) om de activa te filteren naar de geselecteerde locaties (Figuur 37).
g246437 Figuur 37 1. Klik om het filter toe te passen. Activalijst Klik in het Dashboard op het tabblad Asset List (Activalijst). De activalijst geeft een overzicht van uw activa (Figuur 38).
g246534 Figuur 38 1. Identificatiecode van activum 2. Activumstatus 4. Modelnummer van activum 7. Verbinding met draadloze urenteller 8. Indicator nieuw 40 Onderhoudsbulletin 10. Brandstoftype 5. Totale bedrijfsuren 11.
Bij het bekijken van de Asset List (Activalijst) kunt u een bepaald aantal activa tegelijk weergeven door een aantal te selecteren, of u kunt All (Alle) kiezen om al uw activa tegelijk weer te geven (Figuur 39). g250654 Figuur 39 1. Klik om het geselecteerde aantal activa weer te geven. 2. Klik om alle activa weer te geven. Identificatiecode activum/Overzicht activa Kies in de Asset List (Activalijst) een bepaalde Asset ID (Identificatiecode activum) om meer informatie te zien over het activum.
– Brandstoftype – Brandstofverbruik (lopend jaar) – Getankte brandstof • Verbinding met draadloze urenteller (indien van toepassing) • Onderhoudsstatus • Toegewezen werktuigen – Werktuigen beheren – Nieuw werktuig creëren • Opmerkingen • Bronnen – Onderhoudsschema – Onderhoudsgeschiedenis – Master parts viewer – Onderdelencatalogus – Onderhoudsbulletins – Onderhoudshandleidingen – Gebruikershandleidingen – Mijn uploads – Trainingsvideo’s – Producttraining 42
Figuur 40 g247608
Status De status van een activum in uw machinepark wordt als volgt aangemerkt: Symbool Status Het activum is bedrijfsklaar en verkeert in goede toestand Werkorder gecreëerd/taken toegewezen Onderhoud vereist, onderdelen voorradig Onderhoud vereist, ontbrekende onderdelen Waarschuwing voor voorraadtekort Binnenkort onderhoud vereist Activum in reparatie of onderhoud Onderhoud vereist In het tabblad Maintenance Due (Onderhoud vereist) ziet u de volgende informatie: • Asset ID (Identificatiecode activum) –
g247729 Figuur 41 45
g247760 Figuur 42 46
Orderbeheer In het tabblad Order Management (Orderbeheer) ziet u de volgende gegevens aangaande lopende of voltooide orders: • Cart ID (Identificatie winkelwagentje) – klik op het identificatienummer van het wagentje om alle details aangaande dat wagentje te zien (Figuur 43). • Name (Naam) – toont de eigenaar van het wagentje (Figuur 43).
g248456 Figuur 43 1. Dit pictogram betekent dat de supervisor het wagentje nog moet goedkeuren 3. Dit pictogram betekent dat het wagentje nog samengesteld wordt 2. Dit pictogram betekent dat een wagentje klaar is voor bestelling 4. Klik op het pictogram Reorder Cart (Wagentje opnieuw bestellen).
Onderdeleninventaris In het tabblad Parts Inventory (Onderdeleninventaris) vindt u de volgende gegevens van de onderdelen in uw inventaris: • Part Number (Onderdeelnummer) – het onderdeelnummer van het onderdeel dat u wilt bestellen (Figuur 44). Klik op het 'i'-pictogram naast een onderdeelnummer voor bijkomende informatie. Het onderdeel in uw inventaris is mogelijk vervangen, het is niet meer leverbaar, of het gaat om een onderdeel met kruisreferentie, enz. (Figuur 44).
g248466 Figuur 44 1. Klik op het 'i'-pictogram naast een onderdeelnummer voor bijkomende informatie. 3. Dit pictogram betekent dat u de onderdelen moet bestellen. 2. Dit pictogram betekent dat de onderdelen besteld zijn en nog in verwerking.
g248467 Figuur 45 Selecteer de onderdelen die u wilt bestellen en klik Order Selected (Bestel selectie) om de geselecteerde onderdelen te bestellen (Figuur 46). Wilt u onderdelen verwijderen, selecteer dan de onderdelen en klik op Delete Selected (Selectie verwijderen) (Figuur 46).
g248468 Figuur 46 1. Klik om de geselecteerde onderdelen te bestellen. 2. Klik om de geselecteerde onderdelen te verwijderen.
g250257 Figuur 47 Raadpleeg Rapporten genereren (bladz. 124) om een rapport te genereren. Draadloos In het tabblad Wireless (Draadloos) kunt u de volgende gegevens zien met betrekking tot basisstations/repeaters: • Base Station/Repeater ID (Identificatie basisstations/repeaters) – het identificatienummer van het basisstation/de repeater (Figuur 48). • Status – geeft aan als het basisstation/de repeater niet verbonden is of zich buiten bereik bevindt (Figuur 48).
g248491 Figuur 48 1. Klik om een basisstation of repeater toe te voegen. 3. Geeft aan dat een basisstation of repeater niet communiceert. 2. Geeft aan dat de firmware moet worden geüpdatet. In het tabblad Wireless (Draadloos) ziet u ook de volgende informatie over toegewezen of niet-toegewezen draadloze urentellers: • Wireless Hour Meter ID (Identificatie draadloze urenteller) – het identificatienummer van de draadloze urenteller (Figuur 49).
• Status – geeft aan als het basisstation/de repeater niet verbonden is of zich buiten bereik bevindt (Figuur 49). • Asset Type (Activatype) – geeft aan met welk type activum de draadloze urenteller gekoppeld is (Figuur 49). • Group (Groep) – de groep waar het basisstation/de repeater zich bevindt (Figuur 49). • Asset ID (Identificatie activum) – de identificatiecode van het activum waarop de draadloze urenteller betrekking heeft (Figuur 49).
Om een basisstation/repeater toe te voegen: klik Add Base Station/Repeater ID (Voeg identificatie basisstation/repeater toe) (Figuur 48); zie Een basisstation/repeater toevoegen. (bladz. 85). Om een draadloze urenteller toe te voegen, klikt u op Add Wireless Hour Meter (Draadloze urenteller toevoegen) (Figuur 49); zie Een draadloze urenteller toevoegen (bladz. 87).
g357488 Figuur 53 g357487 Figuur 54 Een adres creëren om onderdelen te bestellen 1. Klik in Dashboard op Admin in de rechterbovenhoek van het scherm (Figuur 55). g245241 Figuur 55 1. Klik op Admin. 2. Klik op het pictogram Edit Location (Locatie bewerken) (Figuur 56).
g246195 Figuur 56 1. Aanklikken om de locatie te bewerken. 3. Klik in Location Record (Locatiedossier) op Parts Ordering (Onderdelen bestellen) (Figuur 57).
g248504 Figuur 57 1. Klik op Parts Ordering (Onderdelen bestellen). 4. Klik in het scherm Manage Parts Ordering (Onderdelenbestelling beheren) op Create New Address (Nieuw adres creëren) (Figuur 58).
g248505 Figuur 58 1. Klik om een nieuw adres voor bestellingen te creëren.
5. Vul het formulier Create New Address (Nieuw adres creëren) in en klik op Create (Creëren) om de procedure te voltooien (Figuur 59). g248507 Figuur 59 1. Vink de vakjes aan die van toepassing zijn op het adres. 3. Klik om het adres te bewaren. 2. Vink het vakje aan om adrescontrole aan te vragen.
Een adres voor onderdelenbestellingen bewerken 1. Klik in Dashboard op Admin in de rechterbovenhoek van het scherm (Figuur 55). 2. Klik op het pictogram Edit Location (Locatie bewerken) (Figuur 56). 3. Klik in Location Record (Locatiedossier) op Parts Ordering (Onderdelen bestellen) (Figuur 57). 4. Klik in het scherm Manage Parts Ordering (Onderdelenbestelling beheren) op het pictogram Edit Address (Adres bewerken) (Figuur 60).
g248508 Figuur 60 1. Klik op het pictogram om het adres te bewerken.
5. Vul het formulier Edit Address (Adres bewerken) in en klik op Save (Bewaren) als u de wijzigingen aangebracht hebt (Figuur 61). Opmerking: Het adres verwijderen kan door op het pictogram van de vuilnisemmer te klikken (Figuur 61). g248519 Figuur 61 1. Vink de vakjes aan die van toepassing zijn op het adres. 3. Klik om de adreswijzigingen te bewaren. 2. Vink het vakje aan om adrescontrole aan te vragen. 4. Klik om het adres te verwijderen.
Onderdelen voor reparatie bestellen 1. Klik op het tabblad Asset List (Activalijst). 2. Klik op de gewenste Asset ID (Identificatiecode activum) (Figuur 62). 3. Klik op Master Parts Viewer (Figuur 62). Opmerking: U kunt ook naar de Master Parts Viewer gaan via het Asset Overview (Activumoverzicht). g248520 Figuur 62 2. Klik om de Master Parts Viewer weer te geven. 1. Klik op de Asset ID (Identificatiecode van het activum).
4. Zoek de montagetekening met het onderdeel of de onderdelen die u nodig hebt (Figuur 63). g248551 Figuur 63 5. Hebt u de nodige onderdelen gevonden, selecteer ze dan aan de linkerkant van de montagetekening en klik op Add to Cart (Toevoegen aan wagentje) (Figuur 64).
6. Nadat u de melding hebt ontvangen dat het gelukt is de onderdelen toe te voegen, klikt u op uw Shopping Cart (Winkelwagentje) (Figuur 65). g248596 Figuur 65 1. Klik op uw winkelwagentje. 7. Kijk na of de de onderdelen en de hoeveelheden ervan in uw Shopping Cart (Winkelwagentje) correct zijn (Figuur 66). Wilt u onderdelen uit het wagentje verwijderen, selecteer deze dan aan de linkerzijde en klik op Delete Selected (Selectie verwijderen). 8.
g248597 69 Figuur 66 1. Klik om het gehele wagentje te verwijderen. 4.
Ga als volgt te werk om onderdelen toe te voegen met behulp van de functie Bulk Upload (Meerdere uploaden): A. Klik op Add Parts (Onderdelen toevoegen) (Figuur 67). B. Klik op Bulk Upload (Meerdere uploaden) (Figuur 67). g279883 Figuur 67 1. Klik om onderdelen toe te voegen aan het wagentje. C. 2. Klik om meerdere onderdelen tegelijk toe te voegen.
g279884 Figuur 68 1. Klik om het sjabloon te downloaden. D. Vul de spreadsheet in en bewaar deze op uw computer (Figuur 69). Opmerking: Voer niet meer dan 50 lijnen in. g279885 Figuur 69 E. Klik in Bulk Order Upload (Bestelling meerdere onderdelen uploaden) op Choose File (Kies bestand) en upload het bestand dat u bewaard hebt (Figuur 70).
g279886 Figuur 70 1. Klik om uw bewaarde bestand te selecteren en te uploaden. 9. Nadat u de betaal- en verzendgegevens nagekeken hebt, klikt u op Review and Place Order (Bestelling nakijken en plaatsen) (Figuur 71).
g248599 Figuur 71 1. Nadat u de betaal- en verzendgegevens gecontroleerd hebt, klikt u op Review and Place Order (Bestelling nakijken en plaatsen).
10. Zorg dat alle gegevens juist zijn en klik vervolgens op Place Order (Bestelling plaatsen) of selecteer Mark for Approval (Aanmerken voor goedkeuring) (door supervisor) en klik op Place Order (Bestelling plaatsen). Onderdelen innemen in de inventaris 1. Klik op het tabblad Order Management (Orderbeheer) (Figuur 72). 2. Selecteer Purchased (Aangekochte) bestellingen om te zien welke bestellingen u geplaatst en reeds of nog niet ontvangen hebt (Figuur 72). 3.
g248686 Figuur 72 75 1. Selecteer aangekochte orders. 4.
4. Selecteer de onderdelen die u ontvangen hebt en wijzig indien nodig de Part Group (Onderdelengroep) waartoe ze behoren, de kostprijs en/of het aantal van elk ontvangen onderdeel (Figuur 73). Opmerking: U kunt ook de verzendingskosten en de btw aanpassen voordat u de onderdelen inneemt in uw inventaris. g248687 Figuur 73 2. Neem de onderdelen in in uw inventaris. 1. Selecteer de onderdelen die u ontvangen hebt. 5.
g357577 Figuur 74 77
g357578 Figuur 75 2. Zodra u het onderdeel vindt dat u wilt toevoegen, selecteert u het onderdeel en klikt u op Add to Task (Toevoegen aan taak) (Figuur 76).
g357579 Figuur 76 3. Voer in het pop-upscherm de Quantity (hoeveelheid) in en klik op Apply (Toepassen) (Figuur 77). g357580 Figuur 77 4. Klik op Save (Bewaren). Meerdere bestellingen ontvangen Met deze functie kunt u meerdere wagentjes selecteren en tegelijkertijd hun status wijzigen naar Received (Ontvangen) (maar dit voegt de onderdelen niet toe aan de Inventory (Inventaris). 1. Selecteer Purchased (Aangekocht) in Order Management (Ordermanagement) (Figuur 78). 2.
g357323 Figuur 78 2. Klik om de bestellingen te markeren als ontvangen. 1. Selecteer Purchased (aangekocht) in het uitklapmenu. 4. Klik in de pop-up Receive Selected (Geselecteerde ontvangen) op OK (Figuur 79).
g357322 Figuur 79 Een draadloze urenteller toewijzen 1. Klik op het tabblad Wireless (Draadloos) (Figuur 80). 2. Selecteer onder Wireless Hour Meters (Draadloze urentellers) in de vervolgkeuzelijst de optie Niet toegewezen (Figuur 80). 3. Klik op de gewenste Wireless Hour Meter ID (Identificatiecode draadloze urenteller) (Figuur 80).
g248703 Figuur 80 1. Selecteer Niet toegewezen in de vervolgkeuzelijst. 2. Selecteer de identificatiecode van de draadloze urenteller.
4. Selecteer in Wireless Hour Meter Record (Dossier draadloze urenteller) de Location (Locatie), het Asset Type (Activumtype), de Group (Groep) en de Asset ID (Identificatiecode activum) waar u de draadloze urenteller aan wenst toe te wijzen (Figuur 81). 5. Voer de Meter Reading (Meterstand) van uw draadloze urenteller in (Figuur 81).
g248704 Figuur 81 1. Voer de meterstand van uw draadloze urenteller in.
6. Voer de gewenste Maximum Duration Between Updates (Maximale periode tussen updates) in (Figuur 82). 7. Klik op Assign/Update Wireless Hour Meter (Draadloze urenteller toewijzen/updaten) (Figuur 82). Opmerking: Voordat u de draadloze urenteller toewijst of updatet, moet u de machine binnen het bereik van de draadloze urenteller parkeren en in de ON (Aan)-stand zetten. 8. Klik op Send Test Signal (Testsignaal verzenden) om de verbinding te testen (Figuur 82). 9.
g249050 Figuur 83 3. Selecteer het Type, voer de ID (Identificatiecode) van het basisstation of de repeater in, en wijs een Location (Locatie) toe aan het basisstation of de repeater (Figuur 84). 4. Klik op Create (Creëren) (Figuur 84).
g249049 Figuur 84 1. Geef aan of het om een basisstation of repeater gaat. 3. Selecteer de locatie van de draadloze urenteller. 2. Voer de identificatiecode in. 4. Klik om het nieuwe basisstation of de repeater te creëren. Een draadloze urenteller toevoegen 1. Klik op het tabblad Wireless (Draadloos). 2. Klik op Add Wireless Hour Meter (Draadloze urenteller toevoegen) (Figuur 83). 3.
g249051 Figuur 85 3. Klik om de nieuwe draadloze urenteller te creëren. 1. Voer de identificatiecode in. 2. Selecteer de locatie van de draadloze urenteller. De identificatiecodes van de draadloze urenteller filteren Voer op het scherm Wireless Hour Meters (draadloze urentellers) de identificatiecode van de draadloze urenteller of de identificatiecode van het activum in om de resultaten te filteren (Figuur 86).
g361493 Figuur 86 Werktuigen beheren 1. Klik op het tabblad Asset List (Activalijst). 2. Klik op de gewenste Asset ID (Identificatiecode activum) en klik op Asset Overview (Activumoverzicht) (Figuur 87).
g246282 Figuur 87 1. Klik om het activumoverzicht weer te geven. 3. Klik op Manage Attachments (Werktuigen beheren) (Figuur 88).
g249409 Figuur 88 1. Klik op Manage Attachments (Werktuigen beheren). 4. Selecteer de werktuigen die u wilt toewijzen aan het activum (Figuur 89). 5. Klik op Save (Bewaren) om de werktuigen toe te wijzen (Figuur 89).
g249460 Figuur 89 1. Selecteer de werktuigen die u wilt toewijzen. 2. Klik op Save (Bewaren) om de werktuigen toe te wijzen. Het Schema preventief onderhoud beheren Wanneer u een activum invoert in myTurf, wordt het Preventive Maintenance Schedule (Schema preventief onderhoud) voor dat activum automatisch ingevuld.
Naar het Onderhoudsschema gaan U kunt op 2 manieren naar het Maintenance Schedule (Onderhoudsschema) gaan: • Klik in het Asset Overview (Activumoverzicht) van een activum op Maintenance Schedule (Onderhoudsschema) (Figuur 90). g249520 Figuur 90 1. Klik om naar het Onderhoudsschema te gaan. • Klik in de Asset List (Activalijst) op de Status van het activum en vervolgens op Maintenance Schedule (Onderhoudsschema) (Figuur 91).
g249521 Figuur 91 1. Klik op de status van het activum. 2. Klik om naar het Onderhoudsschema te gaan. Een Onderhoudsschema downloaden Klik op de knop Download (.xlsx) (.xlsx downloaden) om uw Preventive Maintenance Schedule (Schema preventief onderhoud) te downloaden. Een onderhoudstaak toevoegen Onderhoudstaken die niet in het Schema preventief onderhoud staan, kunt u handmatig toevoegen.
• Dagelijkse controles • Onderhoud inrijperiode Een onderhoudstaak kopiëren U kunt een onderhoudstaak van een ander activum in uw machinepark kopiëren naar uw activum door te klikken op Copy Schedule (Schema kopiëren) in het scherm Preventive Maintenance Schedule (Schema preventief onderhoud) (Figuur 92).
g249599 Figuur 92 1. Klik op het pictogram Task Record (Taakdossier). 2. In het scherm Task Record (Taakdossier) kunt u de Task (Taak) ON (Aan) of OFF (Uit) zetten en het Task Type (Taaktype), het Sub Type (Subtype), de Beschrijving (Description), de Parts Needed (Ontbrekende onderdelen) voor de taak (u kunt hier onderdelen toevoegen of verwijderen), het Interval Type (Intervaltype), het Interval en de Next Due (Vervaldatum) bewerken, of een bestand voor de taak bijvoegen (Figuur 93). 3.
Meerdere selecteren in het onderhoudsschema ‘nu vereist maken’ Dankzij deze functionaliteit in het Preventive Maintenance Schedule (Schema preventief onderhoud) kunt u meerdere Tasks (Taken) selecteren en deze allemaal tegelijkertijd ‘nu vereist maken’. Als u start in Asset – Maintenance Due (Onderhoud activum vereist), doet u het volgende: 1. Klik op View Maintenance Schedule (Onderhoudsschema bekijken) (Figuur 94). g356856 Figuur 94 2.
g356855 Figuur 96 Opmerking: U zult automatisch terugkeren naar het scherm Asset – Maintenance Due (Onderhoud activum vereist) met de Due Now (Nu vereiste) taken zichtbaar (Figuur 97). g356854 Figuur 97 Het geselecteerde activum veranderen in Onderhoud vereist Dankzij het uitklapmenu Change Asset (Activum wijzigen) kunt u de lijst Maintenance Due (Onderhoud vereist) van een verschillend Asset (Activitum) wisselen zonder terug te keren naar de Asset List (Activalijst).
In het menu Maintenance Due (Onderhoud vereist) klikt u op het uitklapmenu Change Asset (Activum wijzigen) (Figuur 98) en selecteert u de Asset ID (Identificatiecode activum) van het Asset (Activum) dat u wilt wijzigen in Maintenance Due (Onderhoud vereist) (Figuur 99).
g361491 Figuur 100 Werkorders beheren Onderhoudsuren toevoegen 1. Klik in Dashboard op Admin in de rechterbovenhoek van het scherm (Figuur 101). g245241 Figuur 101 1. Klik op Admin. 2. Klik op het pictogram Edit Location (Locatie bewerken) (Figuur 102).
g246195 Figuur 102 1. Aanklikken om de locatie te bewerken. 3. Klik in het Location Record (Locatiedossier) op Add New Labor (Nieuw werk toevoegen) (Figuur 103). 4. Voer de naam van de persoon en het uurloon in (Figuur 103).
g249602 Figuur 103 1. Klik om nieuw werk toe te voegen. 5. Klik op Save (Bewaren) aan de rechterkant van het scherm. Een werkorder creëren 1. Klik op het tabblad Maintenance Due (Onderhoud vereist) (Figuur 104). 2. Selecteer in de lijst de Taak (Task) waar u een werkorder voor wilt creëren, en klik op Create Work Order (Werkorder creëren) (Figuur 104).
g249607 Figuur 104 1. Selecteer de taak. 2. Klik om de nieuwe werkorder te creëren.
3. Vul het formulier Create New Work Order (Nieuw werkorder creëren) in door de persoon aan wie u de werkorder wilt toevertrouwen te selecteren, en klik op Save to Work Order (Bewaren in werkorder) (Figuur 105). g249608 Figuur 105 1. Klik om de werkorder te bewaren. 2. Selecteer de persoon aan wie u de werkorder wilt toewijzen. Een werkorder voltooien Een werkorder voltooien met de Werkorderlijst 1. Nadat u de werkorder hebt gecreëerd, selecteert u Work Order List (Werkorderlijst) (Figuur 106).
2. Klik op het nummer van een werkorder (Figuur 106). g250274 Figuur 106 1. Selecteer de Werkorderlijst. 2. Klik op het nummer van de werkorder. 3. Controleer de uitgevoerde taken in de werkorder, voer de tijd in die de persoon besteed heeft aan de taak, voer eventuele gerelateerde kosten in en geef aan of een machine buiten bedrijf werd gesteld tijdens de taak (Figuur 107). 4. Klik op Complete/Incomplete (Voltooid/onvoltooid) (Figuur 107).
g250275
5. Voer het bijgewerkte Utilization (Gebruik) in en klik op Complete/Incomplete (Voltooid/onvoltooid) (Figuur 108). g250276 Figuur 108 1. Werk het gebruik bij. 2. Klik om de werkorder te voltooien. Een werkorder voltooien met de Takenlijst 1. Nadat u de werkorder gecreëerd hebt, klik u op het nummer van de Work Order (Werkorder) rechts op het scherm (Figuur 109).
g249634 Figuur 109 1. Klik op het nummer van de werkorder. 2. Controleer de uitgevoerde taken in de werkorder, voer de tijd in die de persoon besteed heeft aan de taak, voer eventuele gerelateerde kosten in en geef aan of een machine buiten bedrijf werd gesteld tijdens de taak (Figuur 110). 3. Klik op Complete/Incomplete (Voltooid/onvoltooid) om de werkorder te voltooien (Figuur 110). Opmerking: U ontvangt een melding dat u de werkorder hebt bijgewerkt.
4. Voer het bijgewerkte Utilization (Gebruik) in en klik op Complete/Incomplete (Voltooid/onvoltooid) (Figuur 111). g250276 Figuur 111 1. Werk het gebruik bij. 2. Klik om de werkorder te voltooien. Een werkorder sluiten Nadat u de werkorder voltooid hebt, klikt u op Close Work Order (Werkorder sluiten) (Figuur 110). Het onderhoudsschema van een activum beheren Naar het onderhoudsschema gaan 1.
g246282 Figuur 112 1. Klik om het activumoverzicht te bekijken. 2. Klik in het Asset Overview (Activumoverzicht) op Maintenance Schedule (Onderhoudsschema) (Figuur 113).
g249520 Figuur 113 1. Klik om naar het Onderhoudsschema te gaan. Een taak toevoegen aan het Onderhoudsschema 1. Klik in het Maintenance Schedule (Onderhoudsschema) op Add a Task (Een taak toevoegen) (Figuur 114).
g250002 Figuur 114 1. Klik om een nieuwe taak toe te voegen. 2. Vul het formulier Create New Task (Nieuwe taak creëren) in (Figuur 115). 3. Klik op Save (Bewaren) om de taak toe te voegen aan uw onderhoudsschema (Figuur 115).
g250003 Figuur 115 1. Klik op Save (Bewaren) om de nieuwe taak te creëren. Een onderhoudsschema kopiëren naar andere machines Opmerking: Hierbij wordt het bestaande onderhoudsschema gewist en vervangen door het onderhoudsschema dat u kopieert. 1. Klik in het Maintenance Schedule (Onderhoudsschema) op Copy Schedule (Schema kopiëren) (Figuur 116).
g250004 Figuur 116 1. Klik om een schema te kopiëren. 2. Selecteer de Location (Locatie) en de Group (Groep) van het activum waarvan u het schema wilt kopiëren (Figuur 117). 3. Selecteer de machine waarvan u het schema wilt kopiëren (Figuur 117). 4. Hebt u de machine geselecteerd, klik dan op Replace Selected (Selectie vervangen) (Figuur 117).
g250005 Figuur 117 1. Selecteer de locatie. 2. Selecteer de groep. 3. Selecteer de machine. 4. Klik om het onderhoudsschema te vervangen. Een activum afvoeren Een activum heeft 1 van de volgende 3 statussen: • Active (Actief) – een activum dat deel uitmaakt van uw onderhoudsprogramma en dat op dit moment beheerd en gebruikt wordt. Voor activa die actief zijn, ontvangt u onderhoudsmeldingen.
• Retired (Buiten gebruik gesteld) – een activum dat niet meer actief is. U kunt de gegevens van een buiten gebruik gesteld activum nog gebruiken in rapporten. Buiten gebruik gestelde activa bevinden zich mogelijk nog fysiek op uw locatie. Voor buiten gebruik gestelde activa ontvangt u geen onderhoudsmeldingen. • Scrapped/Sold/Lease Returned (Afgedankt / verkocht / geretourneerd na leasing) – activa die niet meer in uw bezit zijn.
g250009 Figuur 119 1. Selecteer Retired (Buiten gebruik gesteld) in de vervolgkeuzelijst. 2. Selecteer de datum waarop u het activum buiten gebruik wenst te stellen.
Een activum verwijderen, doet u door het gewenste activum te selecteren in de Asset Record (Activumgegevens) en daarna Scrapped/Sold/Lease Returned (Afgedankt / verkocht / geretourneerd na leasing) te selecteren in de vervolgkeuzelijst van de Status (Figuur 120). Bewaar de wijzigingen in de Asset Record (Activumgegevens). Opmerking: Het strekt tot aanbeveling de Asset End Date (Einddatum activum) in te stellen op 1 januari van het volgende jaar, maar u kunt indien gewenst de dag zelf kiezen.
g250010 Figuur 120 1. Selecteer Scrapped/Sold/Lease Returned (Afgedankt / verkocht / geretourneerd na leasing) in de vervolgkeuzelijst. 2. Selecteer de datum waarop u het activum wenst te verwijderen.
Brandstofverbruik en -kosten opvolgen U kunt het brandstofverbruik en de brandstofkosten van uw machines opvolgen. Deze gegevens worden opgenomen in zowel het Gebruiksrapport (Utilization Report) als het rapport van de Totale eigendomskosten (Total Cost of Ownership).
Brandstofgegevens van een activum opvolgen 1. Ga in het Asset Overview (Activumoverzicht) naar het Asset Record (Activumdossier) waarvoor u de brandstofgegevens wilt opvolgen. 2. Ga in het Asset Record (Activumdossier) naar het onderdeel Fuel Tracking (Brandstofgegevens opvolgen) (Figuur 122). g250023 Figuur 122 3. Kies welke methode u wilt gebruiken om de brandstofgegevens op te volgen.
Voer Fuel Fill (Getankte brandstof) en Fuel Usage Year-to-Date (YTD) (Brandstofverbruik lopend jaar) in zoals getoond in Figuur 124. Opmerking: De getankte brandstof verhoogt het Brandstofverbruik lopend jaar overeenkomstig de ingevoerde hoeveelheid. g250025 Figuur 124 1. Selecteer het Fuel Type (Type brandstof). 3. Voer de hoeveelheid getankte brandstof in. 2. Selecteer Fuel Fill (Getankte brandstof) als methode voor het opvolgen van de brandstofgegevens. 4. Voer het Brandstofverbruik lopend jaar in.
g250258 Figuur 125 1. Hebt u al de selecties gemaakt, klik dan op Generate Report (Rapport genereren).
g250112 Figuur 126 1. Klik op Group (Groep) om een lijst te krijgen van alle beschikbare groepen. 2.
g250113 Figuur 127 1. Klik op Asset ID (Identificatiecode activum) om een lijst te krijgen van alle beschikbare activa. 3. 2. Meerdere Identificatiecodes activum geselecteerd Klik op Generate Report (Rapport genereren) (Figuur 125). Opmerking: Als u op Generate Report (Rapport genereren) hebt geklikt, wordt het rapport gegenereerd als een spreadsheet. Een Rapport activumgebruik genereren 1. Selecteer Asset Utilization (Activumgebruik) als Report Type (Type rapport) (Figuur 128). 2.
Wanneer u een rapport Asset Utilization (Activumgebruik) hebt gegenereerd, wordt een spreadsheet aangemaakt met Activumcode (Identificatiecode activum), Fabrikant, Model, Serienummer, Groep, Gebruik in datumbereik, Brandstofverbruik in datumbereik, Operationele arbeidskosten, Totale brandstofkosten, Totale arbeidskosten, en Totale kosten (werk + brandstof). g250261 Figuur 128 1. Selecteer Asset Utilization (Activumgebruik). 2. Klik om het rapport te genereren.
g250260 Figuur 129 1. Selecteer Location Maintenance Cost (Kosten locatie-onderhoud). 2. Klik om het rapport te genereren. Een rapport Vereist onderhoud en ontbrekende onderdelen genereren 1. Selecteer Maintenance Due and Parts Needed (Vereist onderhoud en ontbrekende onderdelen) als Report Type (Type rapport) (Figuur 130). 2.
g251220 Figuur 130 1. Selecteer Maintenance Due and Parts Needed (Vereist onderhoud en ontbrekende onderdelen). 2. Klik om het rapport te genereren. Een rapport Geplaatste onderdelenbestellingen genereren Voor aangekochte wagentjes 1. Selecteer Parts Orders Placed (Geplaatste onderdelenbestellingen) als uw Report Type (Type rapport) (Figuur 131). 2. Selecteer Location (Locatie), Date Range (Datumbereik) en View By Purchased Carts (Weergeven per aangekochte wagentjes) (Figuur 131). 3.
g250146 Figuur 131 1. Selecteer Parts Orders Placed (Geplaatste onderdelenbestellingen). 3. Klik om het rapport te genereren. 2. Selecteer View By Purchased Carts (Weergeven per aangekochte wagentjes). Voor onderdeelnummers 1. Selecteer Parts Orders Placed (Geplaatste onderdelenbestellingen) als uw Report Type (Type rapport) (Figuur 132). 2. Selecteer Location (Locatie), Date Range (Datumbereik) en View By Part Numbers (Weergeven per onderdeelnummer) (Figuur 132). 3.
g250147 Figuur 132 1. Selecteer Parts Orders Placed (Geplaatste onderdelenbestellingen). 3. Klik om het rapport te genereren. 2. Selecteer View By Part Numbers (Weergeven per onderdeelnummer). Een rapport Totale eigendomskosten genereren 1. Selecteer Total Cost of Ownership (Totale eigendomskosten) als uw Report Type (Type rapport) (Figuur 133). 2.
g250263 Figuur 133 1. Selecteer Total Cost of Ownership (Totale eigendomskosten). 2. Klik om het rapport te genereren. Een rapport Onderdelenoptimalisering genereren 1. Selecteer Parts Optimization (Onderdelenoptimalisering) als uw Report Type (Type rapport) (Figuur 134). 2. Selecteer Location (Locatie) en Group(s) (Groepen) die u wilt weergeven, en Date Range (Datumbereik) (Figuur 134). 3. Klik op Generate Report (Rapport genereren) (Figuur 134).
g280658 Figuur 134 1. Selecteer Parts Optimization (Onderdelenoptimalisering). 2. Klik om het rapport te genereren. Een rapport gesloten werkorder per arbeid genereren Met dit rapport kunt u bepalen wie met welke activa heeft gewerkt, alsook de tijd en kosten van dat werk. 1. Selecteer Closed Work Order by Labor (Gesloten werkorder per arbeid) als Report Type (Type rapport) (Figuur 135). 2.
g324053 Figuur 135 1. Selecteer Closed Work Order by Labor (Gesloten werkorder per arbeid). 2. Klik om het rapport te genereren. Parts Used in Maintenance Report (Rapport Gebruikte onderdelen in onderhoud) genereren 1. Selecteer Parts Used in Maintenance Report (Rapport Gebruikte onderdelen in onderhoud) als het Report Type (Type rapport) (Figuur 136). 2.
g357586 Figuur 136 Fuel Usage Log (Brandstofverbruiklogboek) genereren 1. Selecteer het Fuel Type (Type brandstof) en voer de Total Fuel (Totale brandstof) en Fuel Fill (Getankte brandstof) in (Figuur 137). g357328 Figuur 137 2. Klik op Download Fuel Usage Log (Brandstofverbruiklogboek downloaden) (Figuur 137) en er wordt een rapport gegenereerd (Figuur 138).
g357327 Figuur 138 Een eenmalige preventieve onderhoudstaak creëren Met de functie eenmalige preventieve onderhoudstaak kunt u een taak creëren waarvan de kosten geregistreerd worden als preventief onderhoud; de taak wordt evenwel niet opgenomen als terugkerende taak in het Asset Preventive Maintenance Schedule (Schema preventief onderhoud van het activum). De taak is bedoeld om items zoals preventief onderhoud op te volgen, maar maakt geen deel uit van de standaard geplande onderhoudstaken.
g249520 Figuur 139 1. Klik om naar het Onderhoudsschema te gaan. 2. Klik Add a Task (Taak toevoegen) (Figuur 140).
g250002 Figuur 140 1. Klik om een taak toe te voegen. 3. Selecteer onder het Task Type (Type taak) Preventive Maintenance (Preventief onderhoud) (Figuur 141). 4. Selecteer onder het Sub Type (Subtype) One Time (Eenmalig) (Figuur 141). 5. Vul het formulier Create New Task (Nieuwe taak creëren) in en klik op Save (Bewaren) (Figuur 141).
g280417 Figuur 141 1. Selecteer het type taak als preventief onderhoud. 3. Klik om de nieuwe taak te bewaren. 2. Selecteer het subtype als eenmalig. Wilt u onderdelen toevoegen aan de One Time (Eenmalige) taak, ga dan als volgt te werk: A. Klik in het scherm Success (Gelukt) op Task Record (Taakdossier) (Figuur 142).
g280418 Figuur 142 1. Klik om naar het taakdossier te gaan. B. Vul het taakdossier in, voeg onderdelen toe en klik op Save (Bewaren) (Figuur 143).
g280419 Figuur 143 1. Klik om onderdelen toe te voegen. 2. Klik om het taakdossier te bewaren. Meerdere gepersonaliseerde onderdelen aan een taak toevoegen In de vervolgkeuzelijst Add Part (Onderdeel toevoegen) kunt u meerdere gepersonaliseerde onderdelen creëren voor een Task Record (Taakgeschiedenis). 1. In de Task Record (Taakgeschiedenis), klikt u opAdd Part (Onderdeel toevoegen) en klikt u op Create Custom Part (Gepersonaliseerd onderdeel creëren) (Figuur 144).
g357325 Figuur 144 1. Klik op het uitklapmenu Add Part (Onderdeel toevoegen). 2. 2. Klik om een gepersonaliseerd onderdeel te creëren. Voer het Part Number (onderdeelnummer), de Make (Fabrikant), de Description (omschrijving) en het Quantity Needed (benodigd aantal) in voor elk gepersonaliseerd onderdeel (Figuur 145). Klik op Add Part (Onderdeel toevoegen) om een ander onderdeel toe te voegen aan de Add Parts Task lijst (Takenlijst onderdelen toevoegen) (Figuur 145). 3.
g280621 Figuur 146 1. Klik op de werkorder. 3. Klik op Add Parts (Onderdelen toevoegen) (Figuur 147). Opmerking: Nadat u op Add Parts (Onderdelen toevoegen) hebt geklikt, verschijnt een nieuwe eenmalige preventieve onderhoudstaak met de beschrijving ‘Parts Replaced’ (Onderdelen vervangen).
g280622 Figuur 147 1. Klik om naar het taakdossier te gaan en voeg onderdelen toe. 4. Vul het Task Record (Taakdossier) in en voeg de onderdelen toe aan de werkorder (Figuur 148). Opmerking: U kunt onderdelen toevoegen aan het Task Record (Taakdossier) met de standaard Master Parts Viewer, het Part Inventory (Onderdeleninventaris) of met de functie Create Custom Part (Gepersonaliseerd onderdeel creëren) (Figuur 148). 5.
g280623 Figuur 148 1. Klik om onderdelen toe te voegen aan de werkorder. 3. Sluit de werkorder. 2. Sla de wijzigingen op. Carts (Wagentjes) maken en gebruiken Een cart (wagentje) aanmaken voor gebruik 1. Klik op Order Parts (Onderdelen bestellen) rechts bovenaan op het scherm (Figuur 149). 2. Klik op Create New Cart (Nieuw wagentje creëren) onderaan in het menu (Figuur 149).
g323288 Figuur 149 1. Klik op Order parts (Onderdelen bestellen). 3. 2. Klik om een nieuw wagentje te creëren. Selecteer de gewenste Location (Locatie) voor het wagentje, bewerk Cart Name (Naam wagentje), en klik op Create (Aanmaken) (Figuur 150). Hierdoor wordt het wagentje aangemaakt en de bestelprocedure gestart; zie Een wagentje gebruiken (bladz. 150). g323583 Figuur 150 1. Selecteer de gewenste locatie. 3. Klik om het wagentje te creëren. 2. Bewerk de naam van het wagentje.
Een wagentje creëren in de Onderdeleninventaris en Onderhoud vereist 1. Als u een nieuw wagentje wilt creëren en selecteren, klikt u op Select a Cart (Kies een wagentje) in de bovenste rechterhoek van het bestelscherm (Figuur 151). g357321 Figuur 151 1. Klik op Select a cart (Kies een wagentje). 2. Selecteer Create New Cart (Creëer nieuw wagentje) en klik op Apply (Toepassen) (Figuur 152).
g357320 Figuur 152 1. Selecteer om een nieuw wagentje te creëren. 2. Klik om de selectie toe te passen. 3. Selecteer de Location (Locatie) voor het wagentje en voer de Cart Name (Naam van het wagentje) in (Figuur 153). 4. Klik op Apply (Toepassen) (Figuur 153).
g357319 Figuur 153 1. Selecteer een locatie. 3. Klik om het wagentje toe te passen. 2. Voer de naam van het wagentje in. Een wagentje gebruiken Hebt u een wagentje gemaakt, dan kunt u onderdelen toevoegen vanaf meerdere locaties. Klik in het scherm Build and Review Cart (Wagentje samenstellen en nakijken) op Add Parts (Onderdelen toevoegen) (Figuur 154).
g323584 Figuur 154 1. Scherm Build and Review Cart (Wagentje samenstellen en nakijken) 2. Klik om onderdelen toe te voegen. Opmerking: U kunt onderdelen toevoegen By Part Number (Via onderdeelnummer) (als u het onderdeelnummer kent), met Bulk Upload (Meerdere uploaden), via Excel spreadsheet, Parts Inventory, (Onderdeleninventaris) of door de Master Parts Viewer te doorzoeken zoals weergegeven in Figuur 155.
g323585 Figuur 155 1. Klik om onderdelen toe te voegen via onderdeelnummer, meerdere uploaden, onderdeleninventaris of master parts viewer. Opmerking: Wanneer u het scherm Build and Review Cart (Wagentje samenstellen en nakijken) verlaat, neemt u het wagentje mee (Figuur 156) zodat u er nog onderdelen aan kunt toevoegen. Dit kunt u in de Master Parts Viewer, Parts Inventory (Onderdeleninventaris) of Maintenance Due List (Overzicht onderhoud vereist). g323586 Figuur 156 1.
g323588 Figuur 157 1. Klik op het wagentje dat u wilt gebruiken. • Wanneer u zich de bestelprocedure bevindt in Master Parts Viewer, Parts Inventory (Onderdeleninventaris) of Maintenance Due List (Overzicht onderhoud vereist), klikt u op Change Cart (Verander wagentje) (Figuur 158). Wanneer u op Change Cart (Verander wagentje) klikt, kunt u een nieuw wagentje maken of een bestaand wagentje selecteren (Figuur 159).
g323589 Figuur 158 1. Klik om het wagentje te veranderen en kies een nieuw of bestaand wagentje.
g323590 Figuur 159 1. Selecteer om een nieuw wagentje te creëren. 3. Klik op toepassen om het gewenste wagentje te selecteren. 2. Selecteer een bestaand wagentje. End User Parts (Onderdelen eindgebruiker) downloaden In Asset Overview Resources (Hulpbronnen activumoverzicht) klikt u op End User Parts (Onderdelen eindgebruiker) (Figuur 160) om een lijst door Toro bepaalde onderdelen voor eindgebruikers te zien op basis van het machinemodel en serienummer.
g330050 Figuur 160 1. Klik op End User Parts (Onderdelen eindgebruiker). End User Parts (Onderdelen eindgebruiker) bestellen 1. Zorg dat het juiste wagentje geselecteerd is of creëer een nieuw wagentje (Figuur 161). 2. Selecteer het onderdeel of de onderdelen die u wilt bestellen (Figuur 161). 3. Klik op Add to Cart (Aan wagentje toevoegen) (Figuur 161).
g330051 Figuur 161 1. Zorg dat het juiste wagentje geselecteerd is of creëer een nieuw wagentje. 3. Klik om het onderdeel of de onderdelen toe te voegen aan het wagentje. 2. Selecteer het onderdeel of de onderdelen die u wilt bestellen. 4. Wanneer het volgende scherm wordt weergegeven, kiest u het aantal onderdelen en klikt u op Add to Cart (Aan wagentje toevoegen) (Figuur 162).
g330052 Figuur 162 1. Voer het aantal van het onderdeel in. 2. Klik om het onderdeel of de onderdelen toe te voegen aan het wagentje. Een spreadsheet met onderdelen voor eindgebruikers downloaden 1. Klik in Asset Overview Resources (Hulpbronnen activumoverzicht) op End User Parts (Onderdelen eindgebruiker) (Figuur 160). 2. Klik op Download .xlxs (.xlxs downloaden) rechts onderaan op het scherm (Figuur 163).
g330054 Figuur 164 Toegang verkrijgen tot een Asset Overview (Materiaaloverzicht) met een QR-code g357492 Figuur 165 1. Gebruik uw mobiel apparaat en klik op Scan (Scannen) in het menu Help (Help) (Figuur 166). g357490 Figuur 166 2. Wanneer myTurf toegang tot uw mobiel apparaat vraagt, klikt u op Allow (Toestaan) (Figuur 167).
g357489 Figuur 167 3. Scan de QR-code (Figuur 168). g357493 Figuur 168 • Als de Equipment (Machine) bestaat als een Asset (Activum) in de erkende Location(s) (Locatie(s)) voor de gebruiker, wordt u doorgestuurd naar het Asset Overview (Activumoverzicht) voor dat Activum. Hierdoor hebt u snel toegang tot Resources (Hulpbronnen), het bijwerken van de bedrijfsuren, enz. (Figuur 169).
g357491 Figuur 169 • Als de Equipment (Machine) niet bestaat in de Organization (Organisatie) of als de gebruiker geen toegang heeft tot de Location (Locatie) waarop het activum zich bevindt, geeft myTurf een waarshuwing met de optie Create Asset (Activum creëren) (Figuur 170).
g357583 Figuur 170 Als u klikt op Create Asset (Activum creëren), wordt u doorgestuurd naar het scherm Add Asset (Activum toevoegen) (Figuur 171). Voer alle informatie over het Asset (Activum) in en klik op Create Asset (Activum creëren) (Figuur 171).
g357582 Figuur 171 163
Een verdeler toegang geven om een activalijst van een klant te bekijken Opdat een verdeler de activalijst van zijn klant kan bekijken, moet die klant de verdeler toestemming geven om zijn activa te bekijken. 1. Om toestemming te geven, moet de klant inloggen en klikken op het menu Admin aan de bovenkant van het scherm. 2.