Operation Manual

1
2
3
4
5
6
7
9
10
11
12
8
2-2
KOPIËREN
1. ALGEMENE WERKWIJZE
Wanneer de originelen zijn geplaatst en de toets wordt ingedrukt zonder de instellingen te wijzigen,
worden er kopieën gemaakt op basis van de begin (standaard) instellingen (* 1). Door het selecteren
van de verschillende kopieerinstellingen, kunt u het aantal en soort kopieën die moeten worden gemaakt
wijzigen.
1
Plaats de originelen.
Wanneer de originelen op de glasplaat worden gelegd:
Zie pagina 2-5
Wanneer de originelen op het automatisch
documentinvoersysteem (optioneel) worden gelegd of het
automatisch document invoer systeem met
omkeerinrichting (optioneel):
zie pagina 2-6
De begin (standaard) instellingen van de copier op het moment
van installeren zijn rechts afgebeeld. U kunt deze begin
instellingen wijzigen.
Zie pagina 5-18
*1 De kopieerinstellingen, die automatisch zijn ingesteld
wanneer de copier wordt ingeschakeld of wanneer de
toets op het bedieningspaneel wordt ingedrukt,
worden de begin (standaard) instellingen genoemd.
Kopiëren
Reproductiefactor ............ 100%
Aantal kopieën ................. 1
Automatische papierselectie
Enkelzijdige kopieën van
enkelzijdige originelen
Automatische afdrukbelichting
Tekst/foto-stand
Niet sorteren-stand
Standaard instellingen
Aanleglijst
originelen
Origineel
Geleider
Automatisch
document-
invoer-
systeem