Operation Manual

2 HET MAKEN VAN AFDRUKKEN
42 Kopiëren met handinvoer
5
Druk op [PAPIERSOORT] als het papier in de handinvoerbak geen normaal papier is.
6
Druk op de toets van dezelfde papiersoort als van het papier in de handinvoerbak. Druk
daarna op [OK].
y Indien u een verkeerde papiersoort selecteert, kunnen papierstoringen of aanzienlijke afdrukproblemen
ontstaan.
y Wanneer u een papiersoort selecteert, kunt u deze bevestigen door middel van de pictogrammen zoals
weergegeven in het meldingsgebied voor de copierstatus. Voor meer informatie zie:
Tabel in stap 5 in “Kopiëren op A3-, A4-, B4- en B5-formaat (op multifunctioneel systeem anders dan voor
Noord-Amerika) / LD-, LT-, LG- en ST-R-formaat (op multifunctioneel systeem voor Noord-Amerika)”(
P. 3 8)
7
Selecteer zo nodig andere kopieerinstellingen en druk vervolgens op de [START] toets
op het bedieningspaneel.